A. TITEL

Verdrag inzake het onderzoek en de stempeling van edelmetalen werken, met bijlagen;

Wenen, 15 november 1972

B. TEKST

De tekst van Verdrag en bijlagen is geplaatst in Trb. 1991, 16.

Voor wijziging van de artikelen 10 en 12 van het Verdrag zie rubriek J van Trb. 1991, 16 en voor wijziging van artikel 1 van het Verdrag zie rubriek J van Trb. 1995, 238.

Voor wijziging van de Bijlagen I en II en toevoeging van Aanhangsels I en II zie rubriek J van Trb. 2000, 14. Op blz. 14 en 15 van dat Tractatenblad dient onderaan bij het gedeelte Palladium de Engelse en Franse tekst ten rechte te luiden:

``[Palladium:Gravimetric determination with dimethyl glyoxime (Document EN 31490 / ISO 11490:1995) Spectrometric method / ICP solution (Document EN 31495 / ISO/DIS 11495)]*"

``[Palladium: Dosage gravimétrique par la dimethylglyoxime (Document EN 31490 / ISO 11490:1995) Dosage par spectrométrie d'émission plasma à couplage inductief (Document EN 31494 / ISO/DIS 11495)]*".

C. VERTALING

Zie Trb. 1991, 16, de rubrieken J van Trb. 1991, 16 en Trb. 1995, 238 en rubriek J hieronder.

D. PARLEMENT

Zie Trb. 1995, 238.

E. BEKRACHTIGING

Zie Trb. 1991, 16 en Trb. 1995, 238.

F. TOETREDING

Zie Trb. 1991, 16, Trb. 1995, 238 en Trb. 1999, 168.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1991, 16, Trb. 1995, 238 en Trb. 1999, 168.

J. GEGEVENS

Zie Trb. 1991, 16, Trb. 1995, 238, Trb. 1999, 168 en Trb. 2000, 14.

De vertaling van de wijziging van de Bijlagen I en II bij het Verdrag en de toegevoegde Aanhangsels I en II van 1 september 1998 (tekst in rubriek J van Trb. 2000, 14) luidt als volgt:

Bijlage I

Begripsomschrijvingen en technische eisen

1. Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van dit Verdrag wordt verstaan onder:

1.1. Edele metalen

Edele metalen: platina, goud, [palladium]* en zilver.

Platina is het meest edele metaal, gevolgd door goud, [palladium]* en zilver.

1.2. Legeringen van edelmetaal

Een legering van edelmetaal: een vaste stof die tenminste één edel metaal bevat.

1.3. Voorwerpen van edelmetaal

Een voorwerp van edelmetaal: elk sieraad, edelsmidswerk, zilversmidswerk of uurwerk of elk ander object dat geheel of gedeeltelijk van edele metalen of legeringen daarvan is vervaardigd.

1.4. Gehalte

Het gehalte: de hoeveelheid aan het genoemde edelmetaal gemeten in het aantal gewichtsdelen per duizend gewichtsdelen legering.

1.5. Erkende gehalten

Het erkende gehalte: het minimumgehalte aan het genoemde edelmetaal gemeten in het aantal gewichtsdelen per duizend gewichtsdelen legering.

1.6. Edelmetalen opperlagen

Een edelmetalen opperlaag: een laag bestaande uit edelmetaal of uit een edelmetalen legering die op het gehele edelmetalen voorwerp of een gedeelte daarvan, volgens bijvoorbeeld een chemisch, elektrochemisch, mechanisch of natuurkundig procédé is aangebracht.

1.7. Onedele metalen

Onedele metalen: alle metalen behalve platina, goud, [palladium]* en zilver.

2. Technische eisen

2.1. Het Verdrag is niet van toepassing op:

  • a. Voorwerpen vervaardigd uit legeringen met een gehalte van minder dan 850 voor platina, 375 voor goud, [500 voor palladium]* en 800 voor zilver;

  • b. Voorwerpen bedoeld om te worden gebruikt voor medische, tandheelkundige, veterinaire, wetenschappelijke of technische doeleinden;

  • c. Wettige betaalmiddelen;

  • d. Onderdelen of onvolledige halffabrikaten (bijvoorbeeld metalen onderdelen of bovenlaag);

  • e. Grondstoffen, zoals baren, platen, draad en buizen;

  • f. Voorwerpen van onedel metaal met een opperlaag van edelmetaal;

  • g. Andere bij besluit van de Permanente Commissie aangewezen voorwerpen.

De voorwerpen bedoeld in a tot en met g hierboven mogen daarom niet worden afgeslagen met het Gemeenschappelijk Keurmerk.

2.2. Erkende gehalten zoals gehanteerd krachtens het Verdrag**

voor platina:999, 950, 900, 850
voor goud:999, 916, 750, 585, 375
[voor palladium:999, 950, 500]***
voor zilver:999, 925, 830, 800

*** Is pas van toepassing na de inwerkingtreding van de wijziging van artikel 2 van het Verdrag.

2.2.1. Afhankelijk van internationale ontwikkelingen kunnen door de Permanente Commissie andere gehalten worden erkend.

2.3. Tolerantie

2.3.1. Een negatieve tolerantie op het wettelijk gehalte dat op het voorwerp is aangegeven, is niet toegestaan.

2.3.2. Afzonderlijke regels voor speciale vervaardigingstechnieken worden vastgesteld door de Permanente Commissie.

2.4. Gebruik van soldeer

2.4.1. Soldeer mag alleen worden gebruikt om te verbinden. In principe dient het wettelijk gehalte van het soldeer hetzelfde te zijn als het wettelijk gehalte van het voorwerp.

2.4.2. Praktische uitzonderingen op dit principe en andere verbindingsmethoden worden omschreven door de Permanente Commissie.

2.5. Gebruik van onderdelen van onedel metaal

2.5.1. Onderdelen van onedel metaal in voorwerpen van edel metaal zijn verboden, met uitzondering van:

  • a. bewegende onderdelen van vulpotloden en uurwerken, het interne mechanisme van aanstekers en soortgelijke mechanismen waarvoor edele metalen om technische redenen ongeschikt zijn;

  • b. lemmeten van messen en die onderdelen van flesopeners en kurkentrekkers en soortgelijke voorwerpen waarvoor edele metalen om technische redenen ongeschikt zijn;

  • c. veren;

  • d. draad voor verbindingen van zilveren scharnieren;

  • e. spelden voor zilveren broches.

De Permanente Commissie kan beslissen over andere uitzonderingen.

2.5.2. Regels voor het verbinden van onderdelen van onedel metaal, toegestaan ingevolge paragraaf 2.5.1., aan onderdelen van edelmetaal worden vastgesteld door de Permanente Commissie.

2.5.3. Op onderdelen van onedel metaal dient wanneer uitvoerbaar het woord „METAL" of een specifieke aanduiding van het metaal te worden afgeslagen of gegraveerd; wanneer dit niet uitvoerbaar is, moeten zij gemakkelijk door kleur te onderscheiden zijn van het edele metaal. Deze vereisten zijn niet van toepassing op de bewegende onderdelen van uurwerken. Onedel metaal dient niet te worden gebruikt voor versterking, verzwaring of opvulling.

2.6. Gebruik van andere stoffen dan metaal

Het gebruik van onderdelen uit andere stoffen dan metaal is toegestaan mits deze duidelijk te onderscheiden zijn van het edelmetaal, niet zijn voorzien van een opperlaag of zijn gekleurd zodat zij op edelmetaal lijken en mits de mate waarin zij zijn gebruikt zichtbaar is. De Permanente Commissie kan beslissen over nadere details.

2.7. Aanbrengen van opperlagen op voorwerpen van edelmetaal

Opperlagen van edelmetaal dienen van ten minste hetzelfde gehalte te zijn als het voorwerp of van een edeler metaal.

2.7.1. De Permanente Commissie beslist over toegestane opperlagen.


Bijlage II

Onderzoek door de bevoegde waarborginstelling(en)

1. Algemeen

De bevoegde waarborginstelling(en) (hierna te noemen „de waarborginstelling") onderzoekt (onderzoeken) of voorwerpen van edelmetaal, aan haar (hen) voorgelegd met het oog op afslag met het Gemeenschappelijk Keurmerk, voldoen aan de voorwaarden van Bijlage I bij het Verdrag.

1.1. Indien de waarborginstelling constateert dat een voorwerp wat betreft al zijn metalen onderdelen volledig is en indien het voldoet aan de bepalingen van Bijlage I bij dit Verdrag, brengt de waarborginstelling op het voorwerp, op verzoek, haar kantooraanduidend merk en het Gemeenschappelijk Keurmerk aan. In gevallen waarin het Gemeenschappelijk Keurmerk wordt aangebracht, vergewist de bevoegde waarborginstelling, voordat het voorwerp wordt overgedragen, zich ervan dat het voorwerp volledig is afgeslagen in overeenstemming met de bepalingen van de volgende paragrafen.

2. Analysemethoden

De waarborginstelling gebruikt een van de goedgekeurde analysemethoden bij het bepalen van het gehalte van voorwerpen van edelmetaal zoals genoemd in Aanhangsel I. De Permanente Commissie kan deze lijst wijzigen op grond van toekomstige ontwikkelingen. Er kunnen andere onderzoeksmethoden worden gebruikt om de homogeniteit van de partij te beoordelen.

3. Het nemen van monsters

Het aantal voorwerpen uit een partij en het aantal monsters getrokken uit deze voorwerpen voor het uitvoeren van onderzoeken en analyses dient voldoende te zijn om de homogeniteit van de partij vast te stellen en te verzekeren dat alle onderdelen van alle voorwerpen in de partij die gekeurd worden van het vereiste erkende gehalte zijn. Richtlijnen voor het nemen van monsters worden vastgesteld door de Permanente Commissie.

4. Stempeling

Op voorwerpen die voldoen aan de criteria van Bijlage l worden ten minste de volgende merken aangebracht:

  • a. een geregistreerd verantwoordelijkheidsmerk zoals beschreven in paragraaf 4.2;

  • b. het merk van de waarborginstelling;

  • c. het Gemeenschappelijk Keurmerk zoals beschreven in paragraaf 4.3; en

  • d. het desbetreffende gehaltemerk in Arabische cijfers.

De merken b en c worden op het voorwerp afgeslagen door de waarborginstelling.

De merken a en d kunnen op het voorwerp worden aangebracht door middel van afslaan, gieten of graveren.

Wanneer mogelijk dienen alle merken vlak naast elkaar te worden aangebracht.

Andere merken die niet tot verwarring kunnen leiden met de bovengenoemde merken zijn toegestaan als aanvullende merken.

4.1. De Permanente Commissie kan beslissen over andere methoden voor het merken van voorwerpen.

4.2. Het verantwoordelijkheidsmerk bedoeld in paragraaf 4, letter a, wordt geregistreerd in een officieel register van de Verdragsluitende Staat en/of een van zijn waarborginstellingen, op welks grondgebied het betrokken voorwerp wordt gekeurd.

4.3. Het Gemeenschappelijk Keurmerk bestaat uit de afbeelding van een balans tezamen met het getal in Arabische cijfers dat het wettelijk gehalte van het voorwerp aangeeft in delen per duizend, in reliëf op een met een lijnen bedekte achtergrond, omgeven door een schild dat als volgt de aard van het edelmetaal aanduidt:

– voor platina voorwerpen:

– voor gouden voorwerpen:

– [voor palladiumvoorwerpen:]*

– voor zilveren voorwerpen:

4.3.1. Alle verschillende door de Permanente Commissie genoemde wettelijke gehalten kunnen worden afgebeeld.

4.3.2. De goedgekeurde afmetingen van het Gemeenschappelijk Keurmerk worden genoemd in Aanhangsel 2. Deze lijst kan worden gewijzigd door de Permanente Commissie.

4.4. Voorwerpen bestaande uit meer dan een legering van hetzelfde edelmetaal

Indien een voorwerp bestaat uit verschillende legeringen van hetzelfde edelmetaal, dienen het gehaltemerk en het Gemeenschappelijk Keurmerk van het laagste in het voorwerp aanwezige gehalte te worden aangebracht. De Permanente Commissie kan beslissen over uitzonderingen.

4.5. Voorwerpen bestaande uit onderdelen

Indien een voorwerp bestaat uit onderdelen die door een scharnier zijn verbonden of eenvoudig kunnen worden gescheiden, worden de bovenstaande merken op het hoofdonderdeel aangebracht. Wanneer mogelijk wordt het Gemeenschappelijk Keurmerk tevens op de andere onderdelen aangebracht.

4.6. Voorwerpen bestaande uit verschillende legeringen van edelmetaal

4.6.1. Indien een voorwerp bestaat uit verschillende legeringen van edelmetaal en indien de kleur van elke legering en de mate waarin zij is gebruikt duidelijk zichtbaar zijn, worden de merken bedoeld in paragraaf 4, letters a, b, c en d, aangebracht op een van de legeringen van edelmetaal en het desbetreffende Gemeenschappelijke Keurmerk op alle andere.

4.6.2. Indien een voorwerp bestaat uit verschillende legeringen van edelmetaal en indien de kleur van elke legering en de mate waarin zij is gebruikt niet zichtbaar zijn, worden de merken bedoeld in paragraaf 4, letters a, b, c en d, aangebracht op het minst edele metaal. Het Gemeenschappelijk Keurmerk dat betrekking heeft op de meer edele metalen mag niet worden aangebracht.

4.6.3. De Permanente Commissie beslist over uitzonderingen op de bovengenoemde regels die worden gerechtvaardigd door technische redenen.


Aanhangsel I

Analysemethoden en andere onderzoeksmethoden

Het onderzoeken van voorwerpen van edelmetaal voorgelegd om te worden afgeslagen met het Gemeenschappelijk Keurmerk bestaat uit de volgende twee stappen:

1. de beoordeling van de homogeniteit van de partij, en

2. de bepaling van het gehalte van de legering.

1. De homogeniteit van de partij kan worden beoordeeld door middel van een van de volgende onderzoeksmethoden:

  • a. toetssteenmethode;

  • b. onderzoek door middel van röntgenspectroscopie; en

  • c. analyse van snippelingen van diverse uit de partij genomen stukken.

2. Het gehalte van de hoeveelheid aan edelmetalen wordt bepaald door middel van een van de volgende goedgekeurde analysemethoden:

Platina:Gravimetrische methode na precipitatie van diammonium hexachloroplatinaat (document EN 31210 / ISO 11210:1995)
 Gravimetrische methode door reductie met kwik(1)chloride (Document EN 31489 / ISO 11489: 1995)
 Spectrometrische methode / ICP-oplossing (Document pr EN 31494 / ISO/DIS 11494)
 Atomaire absorptie (Document ISO/WD 11492)
Goud:Cupellatiemethode (Document EN 31426 / ISO 11426: 1997)
 Spectrometrische methode / ICP-oplossing (Document ISO/WD 11493)
[Palladium:Gravimetrische bepaling met dimethyl glyoxime (Document EN 31490 / ISO 11490:1995)
 Spectrometrische methode/ICP-oplossing (Document EN 31495 / ISO/DIS 11495)]*
Zilver:Volumetrische (potentiometrische) methode met behulp van kaliumbromide (Document EN 31427 / ISO 11427:1993**)
 Volumetrische (potentiometrische) methode met behulp van natriumchloride of kaliumchloride (Document ISO 13756: 1997)

* Is pas van toepassing na de inwerkingtreding van de wijziging van artikel 2 van het Verdrag

** Zoals gewijzigd, technisch correctiedocument 1: 1994: „Artikel 4.2: Kaliumbromide, oplossing c(KBr) = 0,1 mol/l"


Aanhangsel II

Afmetingen van de Gemeenschappelijke Keurmerken

De afmetingen (hoogte) van het Gemeenschappelijke Keurmerk zijn:

voor platina:niet kleiner dan 0,75 mm
voor goud:– 1,5 mm
 – 1,0 mm
 – 0,75 mm
 – 0,5 mm
[voor palladium:niet kleiner dan 0,75 mm]*
voor zilver:– 4,0 mm
 – 2,0 mm
 – 1,5 mm
 – 1,0 mm
 – 0,75 mm

* Is pas van toepassing na de inwerkingtreding van de wijziging van artikel 2 van het Verdrag.


Uitgegeven de tweede maart 2001

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. VAN AARTSEN


XNoot
*

Is pas van toepassing na de inwerkingtreding van de wijziging van artikel 2 van het Verdrag.

XNoot
*

Is pas van toepassing na de inwerkingtreding van de wijziging van artikel 2 van het Verdrag.

XNoot
**

Zie artikel 1, tweede lid, van het Verdrag.

XNoot
*

Is pas van toepassing na de inwerkingtreding van de wijziging van artikel 2 van het Verdrag.

Naar boven