A. TITEL

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Tunesische Republiek inzake de bevordering van kapitaalinvesteringen en de bescherming van eigendom, met brieven;

Tunis, 23 mei 1963

B. TEKST

De tekst van Verdrag en brieven is geplaatst in Trb. 1963, 106. Zie voor wijziging van het Verdrag rubriek J van Trb. 1971, 156.

C. VERTALING

Zie Trb. 1963, 106, Trb. 1964, 155 en rubriek J van Trb. 1971, 156.

D. PARLEMENT

Zie Trb. 1964, 155.

E. BEKRACHTIGING

Zie Trb. 1964, 155.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1963, 106 en Trb. 1964, 155.

Het Verdrag, zoals gewijzigd, is ingevolge het gestelde in artikel 12, vijfde lid, van het in rubriek J hieronder genoemde Verdrag van 11 mei 1998 op 1 augustus 1999 buiten werking getreden.

J. GEGEVENS

Zie Trb. 1963, 106, Trb. 1964, 155, Trb. 1971, 156 en Trb. 1972, 75.

De op 26 april en 16 juli 1971 te Tunis gewisselde brieven tot aanvulling van het onderhavige Verdrag (tekst en vertaling in Trb. 1971, 156) zijn in overeenstemming met artikel 102 van het Handvest der Verenigde Naties op 2 oktober 1972 geregistreerd onder nummer 7558, het registratienummer van het Verdrag. De tekst van de brieven, alsmede een vertaling in het Engels, zijn afgedrukt in „Recueil des Traités" van de Verenigde Naties, deel 842, blz. 370 e.v.

Voor het op 26 juni 1945 te San Francisco tot stand gekomen Statuut van het Internationale Gerechtshof zie ook, laatstelijk, Trb. 1997, 106.

Het onderhavige Verdrag is vervangen door het op 11 mei 1998 te 's-Gravenhage tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Tunesië inzake de bevordering en de wederzijdse bescherming van investeringen. De tekst van het Verdrag van 1998 is geplaatst in Trb. 1998, 138; zie ook Trb. 1999, 165.

Uitgegeven de Negenentwintigste december 1999

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. VAN AARTSEN

Naar boven