A. TITEL

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Tunesië inzake de bevordering en de wederzijdse bescherming van investeringen, met Protocol;

's-Gravenhage, 11 mei 1998

B. TEKST

De Engelse en de Nederlandse tekst van Verdrag en Protocol zijn geplaatst in Trb. 1998, 138.

D. PARLEMENT

Bij brieven van 5 februari 1999 (kamerstukken II 1998/99, 26 409 (R 1633), nr. 1) is het Verdrag, met Protocol, in overeenstemming met artikel 2, eerste en tweede lid, en artikel 5, eerste en tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen ter stilzwijgende goedkeuring overgelegd aan de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal en aan de Staten van de Nederlandse Antillen en van Aruba.

De toelichtende nota die de brieven vergezelde, is ondertekend door de Staatssecretaris van Economische Zaken G. YBEMA, de Minister van Buitenlandse Zaken J. J. VAN AARTSEN en de Minister van Financiën G. ZALM.

De goedkeuring door de Staten-Generaal is verleend op 22 maart 1999.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van Verdrag en Protocol zijn ingevolge artikel 12, eerste lid, van het Verdrag, juncto de preambule tot het Protocol, op 1 augustus 1999 in werking getreden.

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, gelden Verdrag en Protocol ingevolge artikel 11 voor het gehele Koninkrijk.

J. GEGEVENS

Zie Trb. 1998, 138.

Uitgegeven de twintigste oktober 1999

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. VAN AARTSEN

Naar boven