A. TITEL

Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Roemenië, anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, met bijlagen;

Brussel, 28 juni 1999

B. TEKST1

Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Roemenië, anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie

Het Koninkrijk België,

het Koninkrijk Denemarken,

de Bondsrepubliek Duitsland,

de Helleense Republiek,

het Koninkrijk Spanje,

de Franse Republiek,

Ierland,

de Italiaanse Republiek,

het Groothertogdom Luxemburg,

het Koninkrijk der Nederlanden,

de Republiek Oostenrijk,

de Portugese Republiek,

de Republiek Finland,

het Koninkrijk Zweden,

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland

die partij zijn bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

hierna „de lidstaten" te noemen, en

De Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

hierna „de Gemeenschap" te noemen,

enerzijds,

en Roemenië

anderzijds,

Gelet op de Europa-overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Roemenië, anderzijds, die op 1 februari 1993 te Brussel werd ondertekend en op 1 februari 1995 in werking is getreden, hierna „de Europa-overeenkomst" te noemen,

Overwegende dat de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden op 1 januari 1995 lid zijn geworden van de Europese Unie,

Besloten hebbende om in onderling overleg de in de Europa-overeenkomst aan te brengen aanpassingen van de institutionele aspecten vast te stellen, in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden,

Hebben overeenstemming bereikt omtrent de volgende bepalingen:

Artikel 1

De Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden worden overeenkomstsluitende partij bij de Europa-overeenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Roemenië, anderzijds.

Artikel 2

De tekst van de Europa-overeenkomst, met inbegrip van de bijlagen en protocollen die daarvan integrerend deel uitmaken, evenals de aan deslotakte gehechte verklaringen, gesteld in de Finse en de Zweedse taal,1 zijn onder dezelfde voorwaarden rechtsgeldig als de oorspronkelijke teksten. De Finse en de Zweedse teksten van de genoemde Europa-overeenkomst zijn aan dit protocol gehecht.

Artikel 3

Dit protocol, dat een integrerend bestanddeel vormt van de overeenkomst, wordt door de partijen volgens hun eigen procedures goedgekeurd. De partijen nemen de nodige maatregelen voor de tenuitvoerlegging van dit protocol.

Artikel 4

Dit protocol treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand volgende op de datum waarop de overeenkomstsluitende partijen elkaar kennis geven van de voltooiing van de overeenkomstig artikel 3 vereiste procedures.

Artikel 5

Dit protocol wordt nedergelegd bij het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie.

Artikel 6

Dit protocol werd opgesteld in twee exemplaren in de Deense, de Duitse, de Engelse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Italiaanse, de Nederlandse, de Portugese, de Spaanse, de Zweedse en de Roemeense taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekende gevolmachtigden hun handtekening onder dit Protocol hebben gesteld.

GEDAAN te Brussel, de achtentwintigste juni negentienhonderd negenennegentig.

Voor de volgende staten en organisaties is het Protocol op 28 juni 1999 ondertekend:

België2

Denemarken

Duitsland

de Europese Gemeenschappen

Finland

Frankrijk

Griekenland

Ierland

Italië

het Koninkrijk der Nederlanden

Luxemburg

Oostenrijk

Portugal

Spanje

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland

Zweden

en

Roemenië

D. PARLEMENT

Het Protocol behoeft ingevolge artikel 7, onderdeel a, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, juncto artikel 2 van de Rijkswet van 15 december 1994 (Stb. 881) niet de goedkeuring van de Staten-Generaal, alvorens in werking te kunnen treden.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het Protocol zullen ingevolge artikel 4 in werking treden op de eerste dag van de tweede maand volgende op de datum waarop de Overeenkomstsluitende Partijen elkaar kennis geven van de voltooiing van de procedures ter goedkeuring van de Overeenkomst.

J. GEGEVENS

Van het op 25 maart 1957 te Rome tot stand gekomen Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom), naar welk Verdrag onder meer in de preambule tot het onderhavige Protocol wordt verwezen, is de Franse tekst van het Verdrag geplaatst in Trb. 1957, 75 en de Nederlandse tekst in Trb. 1957, 92; zie ook, laatstelijk, Trb. 1995, 78.

Van de op 1 februari 1993 te Brussel tot stand gekomen Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lid-Staten, enerzijds, en Roemenië,anderzijds, tot aanpassing van welke het onderhavige Protocol strekt, is de Nederlandse tekst geplaatst in Trb. 1994, 16; zie ook Trb. 1995, 128.

Uitgegeven de drieëntwintigste augustus 1999

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. VAN AARTSEN


XNoot
1

De Deense, de Duitse, de Engelse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Italiaanse, de Portugese, de Roemeense, de Spaanse en de Zweedse tekst zijn niet afgedrukt.

XNoot
1

Niet afgedrukt.

XNoot
2

Deze handtekening verbindt eveneens de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.

Naar boven