A. TITEL
Tiende Protocol tussen het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk
België en het Groothertogdom Luxemburg bij het Verdrag tot unificatie
van accijnzen en van het waarborgrecht van 18 februari 1950;
Brussel, 2 december 1992
B. TEKST
De tekst van het Protocol is geplaatst in Trb. 1993, 19.
1 Het systematisch nummer van Trb. 1993, 19 dient
te luiden: 54 (1992) Nr. 1.
D. PARLEMENT
Bij brieven van 19 augustus 1993 (Kamerstukken 1992/93, 23 266, nr.
1) is het Protocol in overeenstemming met artikel 91, juncto additioneel artikel
XXI, eerste lid, onderdeel a, van de Grondwet op de voet van artikel 61, derde
lid, van de Grondwet naar de tekst van 1972 overgelegd aan de Eerste en de
Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De toelichtende nota die de brieven vergezelde is, ondertekend door de
Staatssecretaris van Financiën M. J. J. VAN AMELSVOORT en de Minister
van Buitenlandse Zaken P. H. KOOIJMANS.
De goedkeuring door de Staten-Generaal is verleend op 20 september 1993.
E. BEKRACHTIGING
De volgende Staten hebben in overeenstemming met artikel 2, tweede lid,
van het Protocol een akte van bekrachtiging bij de Secretaris-Generaal van
de Benelux Economische Unie nedergelegd:
het Koninkrijk der Nederlanden (voor Nederland) | 22 oktober 1993 |
Luxemburg | 9 september 1997 |
België | 5 februari 1998 |
G. INWERKINGTREDING
De bepalingen van het Protocol zijn ingevolge artikel 2, derde lid, op
1 maart 1998 in werking getreden, met terugwerkende kracht tot en met 1 januari
1993.
Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, geldt het Protocol
alleen voor Nederland.
J. GEGEVENS
Zie Trb. 1993, 19.