A. TITEL

Briefwisseling tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Denemarken inzake een verdrag houdende bepalingen inzake de status van de brigadestaf van de „United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade" (Shirbrig) in Denemarken, met Bijlage;

Kopenhagen, 5 maart 1998/ 11 mei 1998

B. TEKST

De tekst van de brieven is geplaatst in Trb. 1998, 141.

C. VERTALING

Nr. I

Kopenhagen, 5 maart 1998 Bijlage (Bepalingen inzake de rechtspositie van de kernbrigade-staf in Denemarken)

Excellentie,

Ik heb de eer te verwijzen naar het Memorandum van Overeenstemming inzake de werking, de financiering, het beheer en de rechtspositie van de kernbrigadestaf van de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade, dat in eerste instantie door Denemarken is ondertekend op 14 maart 1997, en waarin is bepaald dat de rechtspositie van de kernbrigadestaf en van het personeel van deze staf uit andere landen dan het gastheerland, wordt vastgelegd in afzonderlijke regelingen (hoofdstuk 6.1).

De Regering van Denemarken heeft aangeboden voorzieningen in Denemarken beschikbaar te stellen ten behoeve van de kernbrigadestaf.

Naar aanleiding van discussies binnen de internationale Implementatiegroep van de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade heb ik de eer u te mogen voorstellen dat de rechtspositie, immuniteiten en procedures die van toepassing zijn op de kernbrigadestaf en op het personeel hiervan, luiden zoals vermeld in deze brief en in de bijlage bij deze brief (Bepalingen inzake de rechtspositie van de kernbrigadestaf in Denemarken), die de conclusies van de Implementatiegroep weergeeft. Het is de bedoeling dat de kernbrigadestaf op 3 juni 1997 met zijn werkzaamheden begint.

Indien dit voorstel, dat door genoemde Implementatiegroep is goedgekeurd, aanvaardbaar is voor de Nederlandse Regering, vormen deze brief en Uwer Excellenties antwoord daarop een verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Denemarken, dat in werking treedt op de eerste dag van de tweede maand nadat het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Denemarken elkaar ervan op de hoogte hebben gebracht dat aan de daarvoor constitutioneel vereiste procedures is voldaan.

Dit Verdrag houdt een tijdelijke regeling in waarvan de bedoeling is dat deze, afhankelijk van onderhandelingen tussen de deelnemers aan de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade en afhankelijk van constitutionele vereisten, wordt vervangen door een multilateraal en wederzijds verdrag inzake de rechtspositie van de strijdkrachten, met inbegrip van de rechtspositie van de functionarissen van de kernbrigadestaf van de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade. Dit Verdrag zou gebaseerd kunnen zijn op bestaande internationale akten waarin de rechtspositie van strijdkrachten is vastgelegd, bijvoorbeeld het Verdrag tussen de Staten die Partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag, nopens de rechtspositie van hun krijgsmachten en het Verdrag tussen Staten die Partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag en de overige Staten die deelnemen aan het Partnerschap voor de Vrede, nopens de rechtspositie van hun krijgsmachten en het Aanvullend Protocol daarbij.

Overleg betreffende wijzigingen van de genoemde Bepalingen vindt plaats op verzoek van een van beide Regeringen. Deze wijzigingen geschieden schriftelijk en met wederzijdse instemming.

Elk der Regeringen kan dit Verdrag opzeggen door middel van een schriftelijke kennisgeving. De opzegging wordt van kracht een jaar na de ontvangst van de kennisgeving van opzegging. De Regering van Denemarken stelt de Stuurgroep in kennis van de opzegging.

Geschillen tussen de twee Regeringen inzake de interpretatie of de toepassing van de genoemde Bepalingen die niet door middel van onderhandelingen kunnen worden beslecht, worden ter finale beslissing voorgelegd aan een scheidsgerecht met drie scheidsrechters, waarvan een wordt gekozen door elke Regering en een door de Stuurgroep voor de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade. Het scheidsgerecht benoemt een van zijn leden tot voorzitter.

Dit verdrag wordt voorlopig toegepast vanaf de dag nadat Uwe Excellenties antwoord is ontvangen.

Gaarne maak ik van deze gelegenheid gebruik om Uwe Excellentie de hernieuwde verzekering van mijn zeer bijzondere hoogachting aan te bieden.

(w.g.) NIELS HELVEG PETERSEN

Niels Helveg Petersen

Aan Zijne Excellentie

Johannes Hubertus Wilhelmus Fietelaars

Buitengewoon en gevolmachtigd Ambassadeur van Nederland

te Kopenhagen


Bijlage

Bepalingen inzake de rechtspositie van de kernbrigadestaf in Denemarken

Artikel 1 Basis voor de oprichting en de werking van de kernbrigadestaf

1. De kernbrigadestaf wordt opgericht in overeenstemming met de bepalingen genoemd in het Memorandum van Overeenstemming inzake de werking, de financiering, het beheer en de rechtspositie van de kernbrigadestaf van de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade, dat in eerste instantie door Denemarken is ondertekend op 14 maart 1997, en staat onder toezicht van de Stuurgroep voor de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade, zoals omschreven in het Memorandum van Overeenstemming inzake de Stuurgroep, dat in eerste instantie door Denemarken is ondertekend op 9 maart 1997.

2. De rechtspositie van de kernbrigadestaf, van de functionarissen hiervan en van de commandant van de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade wanneer deze zich op Deens grondgebied bevinden, is vastgelegd in de volgende Bepalingen.

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

In het navolgende wordt verstaan onder:

  • a. „SHIRBRIG", de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade, een qua opzet en samenstelling vooraf vastgestelde (niet-staande) snel inzetbare multinationale brigade, samengesteld uit bijdragen aan het United Nations Stand-by Arrangements System, die in overeenstemming met nationale besluiten kunnen worden aangeboden voor door de Verenigde Naties gemandateerde vredesoperaties onder Hoofdstuk VI van het Handvest van de Verenigde Naties, met inbegrip van humanitaire operaties;

  • b. „Kernbrigadestaf", de multinationale staf, die het permanente deel van de SHIRBRIG-staf vormt, opgericht om de Brigade te ondersteunen door middel van het verrichten van taken voorafgaand aan de ontplooiing;

  • c. „Stuurgroep voor de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade", de groep, die de uitvoerende instantie van de SHIRBRIG is, met inbegrip van de kernbrigadestaf, opgericht voor het zorgen voor toezicht en beleidsmatige sturing. (Contactpunt is het desbetreffende voorzitterschap van de Stuurgroep voor de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade);

  • d. „Stafchef", het hoofd van de kernbrigadestaf;

  • e. „Functionarissen van de kernbrigadestaf", het officiële personeel van de kernbrigadestaf;

  • f. „SHIRBRIG-commandant", de commandant van de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade, die, voor de toepassing van deze Bepalingen, wordt geacht een functionaris van de kernbrigadestaf te zijn;

  • g. „Regering", de Regering van Denemarken.

Artikel 3 Rechtspersoonlijkheid en handelingsbevoegdheid

1. De kernbrigadestaf is bevoegd:

  • a. contracten aan te gaan;

  • b. roerende zaken aan te schaffen en te verkopen;

  • c. in overeenstemming met het Memorandum van Overeenstemming inzake de werking, de financiering, het beheer en de rechtspositie van de kernbrigadestaf van de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade, vorderingen in te dienen, in overweging te nemen en tot een schikking of toewijzing te komen;

  • d. een gerechtelijke procedure te starten.

2. De kernbrigadestaf en het Deense Ministerie van Defensie kunnen overeenkomen dat de Deense autoriteiten bij elke gerechtelijke procedure voor Deense rechtbanken waarbij de kernbrigadestaf partij is, optreden namens de kernbrigadestaf. De kosten die verband houden met het nakomen van contracten of het voeren van gerechtelijke procedures worden gedragen door de kernbrigadestaf.

Artikel 4 Vertegenwoordigers in Denemarken

1. De SHIRBRIG-commandant wordt geplaatst bij de kernbrigadestaf teneinde zijn in het Memorandum van Overeenstemming inzake de werking, de financiering, het beheer en de rechtspositie van de kernbrigadestaf vastgelegde werkzaamheden te verrichten.

2. De kernbrigadestaf wordt in Denemarken vertegenwoordigd door de stafchef.

Artikel 5 Rechtspositie van het terrein en de gebouwen

1. Tenzij in deze Bepalingen anders wordt bepaald, is de Deense wet van toepassing op het terrein en de gebouwen van de kernbrigadestaf.

2. Tenzij in deze Bepalingen anders wordt bepaald, hebben de Deense rechtbanken of andere toepasselijke Deense instanties op grond van de toepasselijke wetten rechtsbevoegdheid over handelingen, transacties of nalatingen die zich voordoen op of in het terrein en de gebouwen van de kernbrigadestaf.

3. Het archief en andere officiële stukken van de kernbrigadestaf zijn, ongeacht waar deze zich bevinden, onschendbaar, tenzij de stafchef afstand heeft gedaan van deze immuniteit.

4. Rechtshandelingen, met inbegrip van de betekening van juridische stukken en de inbeslagneming van eigendommen, vinden niet plaats binnen het terrein en de gebouwen van de kernbrigadestaf, behoudens met de instemming van, en onder de voorwaarden die zijn goedgekeurd door de Stuurgroep voor de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade.

5. De Deense voorschriften inzake de voorkoming en bestrijding van besmettelijke ziekten bij mensen, dieren en planten en inzake de voorkoming en bestrijding van plantenziekten, zijn van toepassing op de kernbrigadestaf; de kernbrigadestaf en de Deense autoriteiten houden elkaar op de hoogte van het uitbreken, of het vermeende uitbreken, de ontwikkeling en de uitbanning van besmettelijke ziekten, en van de genomen maatregelen.

6. a. Officiële motorvoertuigen en aanhangers die aan de kernbrigadestaf toebehoren, zijn voorzien van een duidelijk herkenbaar, door de Deense autoriteiten afgegeven kenteken, dat aangeeft dat zij tot een militaire inrichting behoren. Afwijkingen van de voorschriften inzake gedragingen in het wegverkeer zijn de kernbrigadestaf toegestaan onder dezelfde voorwaarden en in dezelfde mate als dit de Deense strijdkrachten is toegestaan.

  • b. Ten aanzien van de officiële motorvoertuigen en aanhangers, gelden voor de kernbrigadestaf niet de Deense voorschriften inzake de verplichte verzekering van houders van motorvoertuigen.

7. Onverminderd het in deze Bepalingen gestelde, neemt de kernbrigadestaf alle doenlijke maatregelen om te voorkomen dat het terrein en de gebouwen worden gebruikt als toevluchtsoord voor personen die hun arrestatie op grond van de Deense wetgeving trachten te ontlopen, die door de Regering worden opgeëist voor uitlevering aan een ander land, of die trachten de betekening van juridische documenten1 te ontlopen.

8. De bevoegde Deense autoriteiten stellen al het nodige in het werk om ervoor te zorgen dat de rust op of in het terrein en de gebouwen van de kernbrigadestaf niet wordt verstoord door personen of groepen die zich zonder toestemming toegang willen verschaffen tot het terrein en de gebouwen of die onrust veroorzaken in de directe omgeving van het terrein en de gebouwen. Op verzoek van de stafchef leveren de bevoegde Deense autoriteiten de nodige bijstand voor de handhaving van de orde bij de kernbrigadestaf en voor de verwijdering van personen van of uit het terrein en de gebouwen.

9. De bevoegde Deense autoriteiten stellen al het mogelijke in het werk om in de door de kernbrigadestaf benodigde openbare diensten te voorzien. De openbare diensten worden geleverd in overeenstemming met het bovengenoemde Memorandum van Overeenstemming inzake de werking, de financiering en het beheer van de kernbrigadestaf.

Artikel 6 Vrije toegang

1. Onverminderd het bepaalde in artikel 9, wordt door de bevoegde Deense autoriteiten de toegang naar of het vertrek van de kernbrigadestaf of naar of van de SHIRBRIG-commandant aan personen die daar een officiële functie hebben of aan personen die daar in verband met de officiële werkzaamheden van de kernbrigadestaf zijn uitgenodigd, bij hun aankomst in of vertrek uit Denemarken niet belet.

2. De Regering verbindt zich ertoe hiervoor de binnenkomst en het verblijf in Denemarken van de hieronder genoemde personen toe te staan gedurende de uitvoering van hun taken ten behoeve van de kernbrigadestaf, zonder visumrechten te heffen en zonder vertraging, alsmede met ontheffing van alle vereiste uitreisvisa-formaliteiten bij vertrek uit Denemarken:

  • a. Vertegenwoordigers van de Stuurgroep voor de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade, alsmede vertegenwoordigers van de SHIRBRIG en vertegenwoordigers van Staten die aan de SHIRBRIG deelnemen, en vertegenwoordigers van intergouvernementele en andere organisaties, waarmee de SHIRBRIG of de kernbrigadestaf officiële betrekkingen zijn aangegaan, die zijn uitgenodigd of bevoegd om deel te nemen aan conferenties of vergaderingen die door de SHIRBRIG of door de kernbrigadestaf in Denemarken bijeen worden geroepen, met inbegrip van plaatsvervangende vertegenwoordigers of waarnemers, adviseurs, deskundigen en assistenten, alsmede hun echtgenoten en de van hen afhankelijke gezinsleden;

  • b. Functionarissen die zijn aangewezen om voor de kernbrigadestaf te werken en zij die officiële taken hebben bij de kernbrigadestaf, alsmede hun echtgenoten en de van hen afhankelijke gezinsleden;

  • c. Iedereen die voor officiële bezigheden bij de kernbrigadestaf wordt uitgenodigd.

3. Onverminderd de bijzondere immuniteiten die zij genieten, kunnen de in het tweede lid bedoelde personen door de Deense autoriteiten niet worden gedwongen het Deense grondgebied te verlaten, tenzij zij de hun toegekende voorrechten misbruiken door het verrichten van activiteiten die onverenigbaar zijn met de hun in deze Bepalingen verleende rechtspositie, en afhankelijk van de volgende bepalingen:

  • a. De in het tweede lid bedoelde personen mogen niet worden gedwongen het Deense grondgebied te verlaten, tenzij met voorafgaande goedkeuring van het Deense Ministerie van Buitenlandse Zaken. Een dergelijke goedkeuring wordt uitsluitend gegeven na overleg met de diplomatieke vertegenwoordigers van de Staat waartoe de persoon behoort;

  • b. Personen die op grond van deze Bepalingen voorrechten en immuniteiten genieten, kunnen uitsluitend worden verzocht het Deense grondgebied te verlaten in overeenstemming met de praktijken en procedures die van toepassing zijn op bij de Regering geaccrediteerde diplomaten;

  • c. De in het tweede lid bedoelde personen zijn niet uitgezonderd van de toepassing van quarantaineregelingen of andere voorschriften inzake de volksgezondheid.

Artikel 7 Communicatievoorzieningen

1. Wat betreft alle officiële communicatie per post, telefoon, telegraaf, telefoto, telefax en langs elektronische weg, kent de Regering aan de kernbrigadestaf een behandeling toe die gelijkwaardig is aan die welke wordt toegekend aan de Deense strijdkrachten.

2. De Regering draagt zorg voor de onschendbaarheid van de officiële briefwisseling van de kernbrigadestaf en past geen enkele vorm van censuur toe op deze briefwisseling. Deze onschendbaarheid strekt zich, zonder dat deze opsomming limitatief is, uit tot: publicaties, stilstaande en bewegende beelden, films en geluidsopnames die aan of door de kernbrigadestaf worden verzonden.

3. De kernbrigadestaf heeft het recht codes en versleutelde berichten te gebruiken en briefwisseling en andere materialen te verzenden en te ontvangen, hetzij via de Deense postdienst of via een koerier of in verzegelde zakken, die dezelfde voorrechten en immuniteiten genieten als diplomatieke koeriers en zakken. Niet-officiële briefwisseling en pakketten die via de Deense postdienst worden verzonden door of gericht aan de kernbrigadestaf of de functionarissen daarvan, worden naar behoren afgestempeld in het land van herkomst in overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag en de Regels van de Wereldpostunie.

4. a. De kernbrigadestaf is bevoegd de eventueel voor de operationele functies van de kernbrigadestaf benodigde militaire radiostations en telecommunicatievoorzieningen op Deens grondgebied te importeren, te installeren en te gebruiken. Militaire radiostations en dergelijke worden uitsluitend gebruikt voor officiële doeleinden.

  • b. Voor de kernbrigadestaf gelden dezelfde procedures en voorschriften inzake de positie, de toewijzing en het gebruik van frequenties en technische details van de uitrusting, met inbegrip van werkzaamheden, onderhoud en betalingen voor het gebruik van frequenties, als die welke voor de Deense strijdkrachten gelden.

  • c. Verzoeken om commerciële communicatiesystemen en -netwerken op Deens grondgebied en aanvragen voor het gebruik van internationale communicatiesystemen en -netten worden gecoördineerd door de bevoegde Deense autoriteiten en internationale autoriteiten en instanties.

  • d. De kernbrigadestaf neemt alle nodige maatregelen om de door de communicatie-activiteiten of andere elektrische voorzieningen van de kernbrigadestaf veroorzaakte interferentie met de Deense radio- of telecommunicatiediensten tegen te gaan of weg te nemen. De Deense autoriteiten nemen alle maatregelen om interferentie met de radio- of telecommunicatie-activiteiten van de kernbrigadestaf tegen te gaan of weg te nemen.

  • e. De in dit artikel genoemde voorzieningen kunnen, voor zover nodig voor de goede werking ervan, na toestemming van de bevoegde Deense autoriteiten, buiten de kernbrigadestaf worden opgericht en bediend.

Artikel 8 Eigendommen, gelden en financiële middelen van de kernbrigadestaf

1. a. De kernbrigadestaf is vrijgesteld van douaneheffingen op goederen die door de kernbrigadestaf zelf worden ingevoerd. Ingevoerde goederen zijn bij invoer niet onderworpen aan omzetbelasting. De kernbrigadestaf is vrijgesteld van motorrijtuigenbelasting geheven krachtens de „[Deense] Wet inzake de belasting op het gewicht van motorrijtuigen". Indien de kernbrigadestaf voor officieel gebruik roerende zaken aanschaft waarover belasting toegevoegde waarde is of kan worden geheven, treffen de desbetreffende Deense autoriteiten, waar mogelijk, de nodige administratieve regelingen voor de teruggaaf of ontheffing van het bedrag van de belasting toegevoegde waarde.

  • b. De kernbrigadestaf is vrijgesteld van kijk- en luistergelden voor radio- en televisietoestellen die voor militaire doeleinden worden aangeschaft.

  • c. Artikelen die door de kernbrigadestaf belastingvrij worden ingevoerd ten behoeve van zijn werkzaamheden, worden niet overgedragen aan personen die geen recht hebben op deze ontheffing voordat de Deense heffingen en belastingen zijn betaald. Het tijdstip van overdracht is doorslaggevend voor de waardebepaling ten behoeve van de inklaring.

2. De kernbrigadestaf kan elke munteenheid in bezit hebben en rekeningen in elke munteenheid aanhouden. Bankrekeningen van de kernbrigadestaf zijn noch onderworpen aan nationale valutavoorschriften noch aan nationale noodmaatregelen inzake bankrekeningen.

3. De eigendommen en financiële middelen van de kernbrigadestaf zijn gevrijwaard van doorzoeking, vordering, inbeslagname, onteigening en alle andere vormen van bemoeienis, hetzij door executoire, administratieve, juridische of wettelijke actie, tenzij de Stuurgroep voor de Multinationale United Nations Stand-by Forces High Readiness Brigade afstand heeft gedaan van deze immuniteit.

Artikel 9 Voorrechten en immuniteiten van functionarissen van de kernbrigadestaf

1. De functionarissen van de kernbrigadestaf, met uitzondering van het lokaal in dienst genomen personeel en het door de Deense strijdkrachten toegewezen personeel of daaraan gerelateerde categorieën, genieten de volgende voorrechten en immuniteiten. De voorrechten en immuniteiten worden eveneens aan hun echtgenoten en de van hen afhankelijke gezinsleden toegekend, indien zij in de volgende bepalingen worden genoemd:

  • a. Immuniteit van rechtsvervolging met betrekking tot het door hen gesproken of geschreven woord en alle door hen in de uitoefening van hun officiële functie verrichte handelingen;

  • b. Onschendbaarheid van hun persoonlijke stukken en documenten;

  • c. Immuniteit van inspectie van en beslaglegging op hun persoonlijke en officiële bagage;

  • d. Ontheffing voor henzelf en voor hun echtgenoten en de van hen afhankelijke gezinsleden van visumheffingen en inreisbeperkingen of vreemdelingenregistratie;

  • e. Ontheffing van Deense belasting op het salaris en alle andere emolumenten die hun door de kernbrigadestaf en door hun eigen land worden betaald. Denemarken behoudt zich het recht voor inkomsten uit andere bronnen te belasten;

  • f. Met betrekking tot buitenlandse valuta, met inbegrip van het aanhouden van rekeningen in vreemde valuta, het genot van dezelfde faciliteiten als worden toegekend aan bij de Regering geaccrediteerde diplomaten;

  • g. Dezelfde bescherming en repatriëringsfaciliteiten voor henzelf, hun echtgenoten, de van hen afhankelijke gezinsleden en andere leden die deel uitmaken van hun huishouding, als bij internationale crises worden toegekend aan bij de Regering geaccrediteerde diplomaten;

  • h. Indien zij voordien buiten Denemarken woonachtig waren, het recht hun huisraad, persoonlijke bezittingen en alle huishoudelijke apparatuur met inbegrip van een voor persoonlijk gebruik bedoeld motorvoertuig belastingvrij in te voeren wanneer zij in Denemarken komen wonen. Dit voorrecht is normaal gesproken slechts geldig voor een periode van een jaar, gerekend vanaf de datum van aankomst in Denemarken;

  • i. De functionarissen van de kernbrigadestaf hebben het recht eens in de drie jaar vrij van belasting en douaneheffingen, met inbegrip van de belasting toegevoegde waarde, een motorvoertuig in te voeren, waarbij geldt dat de toestemming om het voertuig in Denemarken op de vrije markt te verkopen of te vervreemden normaal gesproken pas wordt verleend twee jaar na de datum van invoer van het motorvoertuig. Voorts is bepaald dat belasting en douaneheffingen verschuldigd zijn indien het desbetreffende motorvoertuig binnen drie jaar na invoer wordt vervreemd of verkocht aan een persoon die geen recht heeft op genoemde vrijstelling;

  • j. Functionarissen van de kernbrigadestaf en de van hen afhankelijke gezinsleden worden geacht een Deens rijbewijs te bezitten. Huidige buitenlandse rijbewijzen afgegeven in romein door de autoriteiten van de Staat waartoe de functionarissen behoren, worden door de Deense autoriteiten als geldig aanvaard zonder rijvaardigheidstest of heffing;

  • k. De geneeskundige dienst van de Deense strijdkrachten geeft militaire geneeskundige ondersteuning aan de functionarissen van de kernbrigadestaf, aan hun echtgenoten en aan de van hen afhankelijke gezinsleden zoals bepaald in Bijlage G bij het Memorandum van Overeenstemming inzake de werking, de financiering, het beheer en de rechtspositie van de kernbrigadestaf. Functionarissen van de kernbrigadestaf, hun echtgenoten en de van hen afhankelijke gezinsleden kunnen andere medische en tandartszorg ontvangen onder dezelfde voorwaarden als gelden voor de leden van de bij de Regering geaccrediteerde diplomatieke vertegenwoordiging.

2. Het Deense Ministerie van Defensie is op grond van deze Bepalingen gemachtigd aan de functionarissen van de kernbrigadestaf een identiteitsbewijs met daarop een foto van de houder af te geven. Dit bewijs kan dienen ter identificatie van de houder bij de Deense autoriteiten.

3. a. De functionarissen van de kernbrigadestaf mogen uniform dragen;

  • b. De functionarissen van de kernbrigadestaf mogen wapens in hun bezit hebben en dragen, indien zij hiertoe bevoegd zijn op grond van hun orders. De autoriteiten van de Staat waartoe de functionaris behoort, neemt verzoeken van de Deense autoriteiten inzake deze aangelegenheid in welwillende overweging.

    4. a. De stafchef doet de Partijen de namen van de functionarissen van de kernbrigadestaf toekomen. De stafchef doet de Regering een lijst toekomen van alle personen waarop dit artikel van toepassing is. Indien nodig wordt de lijst van tijd tot tijd herzien;

  • b. De in dit artikel genoemde voorrechten en immuniteiten worden verleend in het belang van de kernbrigadestaf en de SHIRBRIG, en niet ten behoeve van het persoonlijk gewin van de functionarissen zelf;

  • c. De aan een bij de kernbrigadestaf werkzame of hieraan toegewezen functionaris verleende immuniteit wordt ingetrokken wanneer deze de rechtsgang zou belemmeren en kan worden ingetrokken zonder afbreuk te doen aan het belang van de kernbrigadestaf. De immuniteit kan worden ingetrokken door de Staat waartoe de functionaris behoort.

Artikel 10 Samenwerking met de Deense autoriteiten en uitvoering van de Bepalingen

1. De SHIRBRIG-commandant en de stafchef werken te allen tijde samen met de bevoegde autoriteiten ter bevordering van een goede rechtsbedeling, ter naleving van de politievoorschriften en ter voorkoming van misbruik met betrekking tot de in deze Bepalingen genoemde faciliteiten, voorrechten en immuniteiten.

2. a. De kernbrigadestaf kan de nodige praktische regelingen treffen met de bevoegde Deense autoriteiten teneinde uitvoering te geven aan deze Bepalingen, bijvoorbeeld vrijstelling van heffingen en belastingen, belastingvrijdom, het administreren en beheren van belastingvrije bevoorrading, en douane-inspecties;

  • b. Dergelijke regelingen mogen niet onverenigbaar zijn met deze Bepalingen. In geval van onderlinge afwijking zijn deze Bepalingen doorslaggevend.

3. De kernbrigadestaf moet voorafgaand aan het uitvoeren of leiden van manoeuvres of andere oefeningen op Deens grondgebied de benodigde goedkeuring verkrijgen van het Deense Ministerie van Defensie.

4. Op verzoek van de kernbrigadestaf benoemt het Deense Ministerie van Defensie militaire motorinspecteurs, militaire medische adviseurs en soortgelijke expertise ter advisering van de kernbrigadestaf.


Nr. II

Kopenhagen, 11 mei 1998

Excellentie,

Ik heb de eer de ontvangst te bevestigen van Uwer Excellenties brief van 5 maart 1998, met bijlage, welke als volgt luidt:

(Zoals in Nr. I)

Ik heb de eer Uwe Excellentie namens de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden ervan op de hoogte te brengen dat de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden bovenstaand voorstel van de Regering van Denemarken aanvaardt en te bevestigen dat Uwer Excellenties brief en dit antwoord worden beschouwd als een verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Denemarken, dat vanaf de dag na ontvangst van dit antwoord voorlopig wordt toegepast en dat in werking treedt op de eerste dag van de tweede maand nadat beide Staten elkaar ervan op de hoogte hebben gebracht dat aan de daarvoor constitutioneel vereiste procedures is voldaan. Ik stel het op prijs als Uwe Excellentie de ontvangst van dit antwoord zou willen bevestigen.

Gaarne maak ik van deze gelegenheid gebruik om Uwe Excellentie de hernieuwde verzekering van mijn zeer bijzondere hoogachting aan te bieden.

Hoogachtend,

(w.g.) PETER J. HANSEN

Peter J. Hansen

Tijdelijk Zaakgelastigde

Aan Zijne Excellentie

Niels Helveg Petersen

Asiatisk Plads 2

1448 Copenhagen K


D. PARLEMENT

Zie Trb. 1998, 141.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1998, 141.

J. GEGEVENS

Zie Trb. 1998, 141.

Van het op 14 september 1994 te Seoel tot stand gekomen Algemeen Postverdrag, naar welk Verdrag in artikel 7, derde lid, van de Bijlage wordt verwezen, is de Franse tekst geplaatst in Trb. 1995, 235; zie ook, laatstelijk, Trb. 1998, 68.

Uitgegeven de zesentwintigste oktober 1998

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. VAN AARTSEN


XNoot
1

Zie noot bij artikel 5.4.

Naar boven