A. TITEL
Intern Akkoord betreffende de financiering en het beheer van de steun
van de Gemeenschap in het kader van het Tweede Financieel Protocol bij de
Vierde ACS-EG-Overeenkomst;
Brussel, 20 december 1995
B. TEKST
De Nederlandse tekst van het Akkoord is geplaatst in Trb. 1996, 104.
D. PARLEMENT
Bij brieven van 22 januari 1997 (Kamerstukken II 1996/97, 25 196, nr.
1) is het Akkoord in overeenstemming met artikel 2, eerste lid, en artikel
5, eerste lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen overgelegd
aan de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De toelichtende nota die de brieven vergezelde, is ondertekend door de
Minister van Buitenlandse Zaken H.A.F.M.O. VAN MIERLO.
In een brief gedateerd 18 februari 1997 heeft de Voorzitter van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal medegedeeld dat 34 leden van die Kamer de wens te
kennen hadden gegeven dat het Akkoord aan de uitdrukkelijke goedkeuring van
de Staten-Generaal zou worden onderworpen (vergelijk Kamerstukken II 1996/97,
25 196, nr. 2).
Artikel 2 van de Wet van 2 april 1998 (Stb. 230) luidt als
volgt:
„Het op 20 december 1995 te Brussel tot stand gekomen Intern Akkoord
betreffende de financiering en het beheer van de steun van de Gemeenschap
in het kader van het Tweede Financieel Protocol bij de Vierde ACS-EG-Overeenkomst,
waarvan de Nederlandse tekst is geplaatst in Tractatenblad 1996, 104, wordt
goedgekeurd voor Nederland.".
Deze Wet is gecontrasigneerd door de Minister van Buitenlandse Zaken H.A.F.M.O.
VAN MIERLO.
Voor de behandeling in de Staten-Generaal zie Kamerstukken II 1996/97,
1997/98, 25 196; Hand. II 1997/98, blz. 2337–2351, 2397; Kamerstukken
I 1997/98, nrs. 242, 242a, 242b, 242c, 242d; Hand. I 1997/98, zie vergadering
d.d. 31 maart 1998.
E. BEKRACHTIGING
De volgende Staten hebben in overeenstemming met artikel 35, eerste lid,
aan het Secretariaat-Generaal van de Raad van de Europese Unie een kennisgeving
gedaan van de voltooiing van de procedures die voor de inwerkingtreding van
het Akkoord zijn vereist:
Denemarken | 19 juni 1996 |
Zweden | 26 juni 1996 |
Ierland | 23 september 1996 |
Oostenrijk | 15 november 1996 |
Finland | 21 maart 1997 |
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland | 21 mei 1997 |
Spanje | 15 juli 1997 |
Portugal | 17 juli 1997 |
Italië | 13 december 1997 |
Luxemburg | 7 januari 1998 |
Duitsland | 23 januari 1998 |
Frankrijk | 27 februari 1998 |
Griekenland | 3 maart 1998 |
België | 2 april 1998 |
het Koninkrijk der Nederlanden (voor Nederland) | 14 april 1998 |
G. INWERKINGTREDING
De bepalingen van het Akkoord zijn ingevolge artikel 35, tweede lid, op
1 juni 1998 in werking getreden.
Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, geldt het Akkoord
alleen voor Nederland.
J. GEGEVENS
Zie Trb. 1996, 104 en 319.
Voor het op 25 maart 1957 te Rome tot stand gekomen Verdrag tot oprichting
van de Europese Gemeenschap zie ook Trb. 1998, 12.
Voor de op 4 november 1995 in Mauritius tot stand gekomen Overeenkomst
tot wijziging van de Vierde ACS-EG-Overeenkomst van Lomé zie ook Trb. 1998,
192.