A. TITEL
Verdrag betreffende de toepassing van de wekelijkse rustdag in de industrie,
1921 (Verdrag Nr. 14 aangenomen door de Internationale Arbeidsconferentie
in haar derde zitting);
Genève, 17 november 1921
B. TEKST
De tekst van het Verdrag is afgedrukt in Stb. 1926, 184.
Voor het Verdrag tot herziening van de slotartikelen, 1946, dat de tekst
op enkele punten wijzigde, zie rubriek J hieronder.
Voor het Verdrag tot herziening van de slotartikelen, 1961, dat de tekst
op enkele punten wijzigde, zie rubriek J hieronder.
C. VERTALING
Zie Trb. 1957, 151.
D. PARLEMENT
Zie Trb. 1957, 151.
E. BEKRACHTIGING
Zie Trb. 1957, 151, Trb. 1965, 174 en Trb. 1969, 178.
Behalve de aldaar genoemde hebben nog de volgende Staten in overeenstemming
met artikel 8 van het Verdrag hun bekrachtiging doen registreren door de Directeur-Generaal
van het Internationaal Arbeidsbureau te Genève:
Mauritius* | 2 december 1969 |
Libië | 27 mei 1971 |
Iran | 10 juni 1972 |
Bangladesh | 22 juni 1972 |
Ghana | 19 juni 1973 |
de Bahama's | 25 mei 1976 |
Angola | 4 juni 1976 |
Suriname | 15 juni 1976 |
Jemen | 29 juli 1976 |
Guinee-Bissau | 21 februari 1977 |
Mozambique | 6 juni 1977 |
Swaziland | 26 april 1978 |
Saudi-Arabië | 15 juni 1978 |
Djibouti | 3 augustus 1978 |
de Comoren | 23 oktober 1978 |
Grenada | 9 juli 1979 |
Saint Lucia | 14 mei 1980 |
Zimbabwe | 6 juni 1980 |
Bahrein | 11 juni 1981 |
Antigua en Barbuda | 2 februari 1983 |
Dominica | 28 februari 1983 |
Costa Rica | 25 september 1984 |
Equatoriaal-Guinea | 12 juni 1985 |
de Salomonseilanden | 6 augustus 1985 |
Nepal | 10 december 1986 |
Botswana | 3 februari 1988 |
Malta | 9 juni 1988 |
Guatemala | 14 juni 1988 |
Ethiopië | 28 januari 1991 |
Kroatië* | 8 oktober 1991 |
Kirgizië* | 31 maart 1992 |
Azerbeidzjan* | 19 mei 1992 |
Slovenië* | 29 mei 1992 |
Slowakije* | 1 januari 1993 |
Tsjechië* | 1 januari 1993 |
Bosnië-Herzegowina* | 2 juni 1993 |
Tadzjikistan* | 26 november 1993 |
Vietnam | 3 oktober 1994 |
* Voortgezette gebondenheid te rekenen vanaf de datum van onafhankelijkheid.
G. INWERKINGTREDING
Zie Trb. 1957, 151 en Trb. 1965, 174.
Vanaf 1 januari 1986 geldt het Verdrag, hetwelk te voren wat betreft het
Koninkrijk der Nederlanden voor Nederland en de Nederlandse Antillen gold,
voor Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba.
H. TOEPASSELIJKVERKLARING
Zie Trb. 1957, 151.
De bij de toepasselijkverklaring door het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië
en Noord-Ierland van het Verdrag op Hong Kong medegedeelde wijzigingen met
betrekking tot de artikelen 2 en 5 van het Verdrag luiden sinds 27 februari
1985 als volgt:
„Article 2
Non-manual workers in receipt of a salary exceeding HK $9,500 per month
have no statutory entitlement to rest days.
Article 5
Adult male workers with a statutory entitlement to one rest day every
seven days may work voluntarily on that day, but there is no statutory requirement
that a compensatory rest period should be granted."
J. GEGEVENS
Zie Trb. 1957, 151, Trb. 1965, 174 en Trb. 1969, 178.
Voor het op 28 juni 1919 te Versailles tot stand gekomen Statuut
van de Internationale Arbeidsorganisatie zie ook, laatstelijk, Trb. 1997,
140.
Voor het op 9 oktober 1946 te Montreal tot stand gekomen Verdrag
betreffende de gedeeltelijke herziening van de door de Algemene Conferentie
van de Internationale Arbeidsorganisatie in haar eerste achtentwintig zittingen
aangenomen Verdragen, 1946, (Verdrag Nr. 80) zie ook Trb. 1997, 168.
Voor het op 26 juni 1961 te Genève tot stand gekomen Verdrag
betreffende de gedeeltelijke herziening van de Verdragen, aangenomen door
de Algemene Conferentie van de Internationale Arbeidsorganisatie op haar eerste
32 zittingen, teneinde eenvormigheid te brengen in de bepalingen aangaande
het opstellen van verslagen door de Raad van Beheer van het Internationaal
Arbeidsbureau inzake de toepassing van Verdragen (Verdrag Nr. 116) zie ook Trb. 1997,
189.