A. TITEL

Briefwisseling tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Canada houdende een verdrag inzake het gebruik door Canadese inspectieteams van Nederlandse militaire faciliteiten;

Ottawa, 17/20 januari 1995

B. TEKST

De tekst van de brieven is geplaatst in Trb. 1995, 65.

C. VERTALING

Zie Trb. 1996, 114.

D. PARLEMENT

Bij brieven van 6 mei 1996 (Kamerstukken II 1995/96, 24 708, nr. 1) is het in de brieven vervatte verdrag in overeenstemming met artikel 2, eerste lid, en artikel 5, eerste lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen overgelegd aan de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

De toelichtende nota die de brieven vergezelde, is ondertekend door de Minister van Defensie J. J. C. VOORHOEVE en de Minister van Buitenlandse Zaken H. A. F. M. O. VAN MIERLO.

De goedkeuring is verleend op 7 juni 1996.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het in de brieven vervatte verdrag zijn ingevolge het in de voorlaatste alinea van de brieven gestelde op 3 september 1996 in werking getreden.

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, geldt het verdrag alleen voor Nederland.

J. GEGEVENS

Zie Trb. 1995, 65.

Voor het op 19 november 1990 te Parijs tot stand gekomen Verdrag inzake conventionele strijdkrachten zie ook Trb. 1996, 256.

Uitgegeven de negende oktober 1996

De Minister van Buitenlandse Zaken,

H. A. F. M. O. VAN MIERLO

Naar boven