A. TITEL

Tractaat tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België tot regeling der wateraftappingen uit de Maas, met bijlagen;

's-Gravenhage, 12 mei 1863

B. TEKST

De tekst van Tractaat en bijlagen is bekendgemaakt bij Koninklijk besluit van 19 juli 1863 in Stb. 118.

C. VERTALING

De vertaling is bekendgemaakt bij Koninklijk besluit van 19 juli 1863 in Stb. 118.

D. PARLEMENT

Artikel 1 van de Wet van 6 juli 1863 (Stb. 111) luidt:

„Worden goedgekeurd de artt. 9 en 10 van de overeenkomst van den 12den Mei 1863, te 's-Gravenhage tusschen Nederland en België gesloten; welke artikelen dus luiden:

Article 9.

«Dans le but d'améliorer la navigabilité de la Meuse entre Maastricht et Venlo, les Hautes Parties contractantes feront exécuter dans cette partie de la rivière, pendant neuf années consécutives, commençant en 1864, les travaux indiqués dans le tableau et la note explicative joints au présent traité, jusqu'à concurrence d'une somme de 100 000 florins par an.

«Un tiers de cette somme sera payé par les Pays-Bas et deux tiers par la Belgique.

«Les projets définitifs de ces travaux à exécuter annuellement seront dressés, de commun accord, par les fonctionnaires désignés à cet effet, et soumis à l'approbation des deux Gouvernements.

«Les travaux projetés et arrêtés conformément à ce qui précède, seront exécutés par les soins des agents du Gouvernement sur le territoire duquel ils seront situés.

«L'entretien de ces travaux après leur achèvement sera à charge du Gouvernement sur le territoire duquel ils sont établis.

Article 10.

La construction de la nouvelle prise d'eau à Maastricht, mentionnée dans l'art. 1, ainsi que l'exécution des travaux nécessaires pour satisfaire aux stipulations de l'art. 2, auront lieu à frais communs.

«Les projets de ces travaux seront arrêtés et exécutés de la manière indiquée dans l'art. 9 pour les travaux de la Meuse.

«Toutefois il est entendu que le total des dépenses à la charge du Gouvernement Belge, d'après les stipulations des artt. 9 et 10, n'excédera pas la somme de 900 000 florins.»»

De Wet is geconstrasigneerd door de Minister van Buitenlandse Zaken P. VAN DER MAESEN DE SOMBREFF, de Minister van Binnenlandse Zaken THORBECKE en de Minister van Financiën G. H. BETZ.

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal 1862–1863, CXI.

E. BEKRACHTIGING

In overeenstemming met zijn artikel 14 is het Tractaat bekrachtigd en de akten van bekrachtiging zijn uitgewisseld op 14 juli 1863 te 's-Gravenhage.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het Tractaat zijn op 14 juli 1863 in werking getreden.

Ingevolge artikel 7 van het in rubriek J hieronder genoemde Verdrag van 17 januari 1995 wordt de werking van de artikelen 3, 4 en 5 van het onderhavige Tractaat voor de geldigheidsduur van dat Verdrag opgeschort.

J. GEGEVENS

De tekst van het onderhavige Tractaat, met bijlagen, is eveneens afgedrukt in Lagemans, deel 5, no. 432.

Van het op 17 januari 1995 te Antwerpen tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vlaams Gewest inzake de afvoer van het water van de Maas, naar welk Verdrag in rubriek G hierboven wordt verwezen, is de tekst geplaatst in Trb. 1995, 50; zie ook Trb. 1996, 246.

Uitgegeven de dertiende september 1996

De Minister van Buitenlandse Zaken,

H. A. F. M. O. VAN MIERLO

Naar boven