A. TITEL

Verdrag inzake duurzame ontwikkeling tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Bhutan;

Noordwijk, 21 maart 1994

B. TEKST

De tekst van het Verdrag is geplaatst in Trb. 1994, 104.

C. VERTALING

Zie Trb. 1994, 104.

D. PARLEMENT

Artikel 1 van de Wet van 6 juni 1996 (Stb. 351) luidt als volgt:

„Artikel 1

De op 21 maart 1994 te Noordwijk tot stand gekomen verdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en, respectievelijk, de Republiek Benin, het Koninkrijk Bhutan en de Republiek Costa Rica inzake duurzame ontwikkeling, waarvan de teksten zijn geplaatst in Tractatenblad 1994, 105, 104 en 86, worden goedgekeurd voor Nederland."

Deze wet is gecontrasigneerd door de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking J. P. PRONK, de Minister van Buitenlandse Zaken H. A. F. M. O. VAN MIERLO en de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer MARGARETHA DE BOER.

Voor de behandeling in de Staten-Generaal zie Kamerstukken II 1994/95, 1995/96, 23 949; Hand. II 1994/95, blz. 4845–4868; 4990–5010; 5088–5089 en 5091; Kamerstukken I 1994/95, nrs. 281 en 281a; 1995/96, nrs 16, 16a, 16b, 16c, 16d, 16e; Hand. I 1995/96, blz. 1597–1608, 1621–1640, 1699–1702.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het Verdrag zijn ingevolge artikel VII, eerste lid, op 2 augustus 1996 in werking getreden.

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, geldt het Verdrag alleen voor Nederland.

Uitgegeven de eenentwintigste augustus 1996

De Minister van Buitenlandse Zaken,

H. A. F. M. O. VAN MIERLO

Naar boven