A. TITEL
Protocol van 1992 tot wijziging van het Internationaal Verdrag inzake
de wettelijke aansprakelijkheid voor schade door verontreiniging door olie,
1969, met Bijlage;
Londen, 27 november 1992
B. TEKST
De Engelse en de Franse tekst van het Protocol zijn geplaatst in Trb. 1994,
229.
C. VERTALING
Zie Trb. 1994, 229.
D. PARLEMENT
Zie Trb. 1994, 229.
Bij Koninklijke boodschap van 26 oktober 1995 (Kamerstukken II 1995/96,
24 472 (R 1554), nrs. 1–2) is aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
ter overweging aangeboden een ontwerp van wet ter goedkeuring van het onderhavige
Protocol. De memorie van toelich- ting die het ontwerp vergezelt, is ondertekend
door de Minister van Justitie W. SORGDRAGER, de Minister van Buitenlandse
Zaken H. A. F. M. O. VAN MIERLO, de Minister van Verkeer en Waterstaat a.i.
M. DE BOER en de Minister van Economische Zaken G. J. WIJERS.
E. BEKRACHTIGING
In overeenstemming met artikel 12, derde lid, van het Protocol hebben
de volgende Staten een akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring
nedergelegd bij de Secretaris-Generaal van de Internationale Maritieme Organisatie:
| Duitsland1 | 29 september 1994 |
| Frankrijk | 29 september 1994 |
| Noorwegen | 3 april 1995 |
| Zweden | 25 mei 1995 |
| Denemarken | 30 mei 1995 |
| Griekenland | 9 oktober 1995 |
| Finland | 24 november 1995 |
F. TOETREDING
Zie Trb. 1994, 229.
Behalve de aldaar genoemde hebben nog de volgende Staten in overeenstemming
met artikel 12, derde lid, van het Protocol een akte van toetreding nedergelegd
bij de Secretaris-Generaal van de Internationale Maritieme Organisatie:
| het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland | 29 september 1994 |
| Egypte | 21 april 1995 |
| Spanje | 6 juli 1995 |
| Liberia | 5 oktober 1995 |
| Australië | 9 oktober 1995 |
| de Marshalleilanden | 16 oktober 1995 |
| Bahrein | 3 mei 1996 |
G. INWERKINGTREDING
De bepalingen van het Protocol zijn ingevolge artikel 13, eerste lid,
in werking getreden op 30 mei 1996 voor Denemarken, Duitsland, Egypte, Frankrijk,
Japan, Mexico, Noorwegen, Oman, het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië
en Noord-Ierland, alsmede de in rubriek H genoemde gebieden, en Zweden.
Ten aanzien van elke Staat die het Protocol na 30 mei 1995 bekrachtigt,
aanvaardt, goedkeurt of ertoe toetreedt, treedt het ingevolge artikel 13,
vierde lid, in werking twaalf maanden na de datum van nederlegging door die
Staat van de daartoe strekkende akte.
H. TOEPASSELIJKVERKLARING
De Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland
heeft de bepalingen van het Protocol mede van toepassing verklaard op:
| het Baljuwschap Jersey | |
| het eiland Man | |
| de Falklandeilanden | |
| Montserrat | |
| Zuid-Georgia en de Zuid-Sandwicheilanden | |
J. GEGEVENS
Zie Trb. 1994, 229.
Voor het op 26 juni 1945 te San Francisco tot stand gekomen Handvest der
Verenigde Naties zie ook, laatstelijk, Trb. 1994, 277.
Voor het op 29 november 1969 te Brussel tot stand gekomen Internationaal
Verdrag inzake de wettelijke aansprakelijkheid voor schade door verontreiniging
door olie zie ook Trb. 1996, 191.
Voor het op 19 november 1976 te Londen tot stand gekomen Protocol bij
het hierboven genoemde Verdrag van 1969 zie ook Trb. 1996, 192.
Voor het op 25 mei 1984 te Londen tot stand gekomen Protocol bij het hierboven
genoemde Verdrag van 1969 zie ook Trb. 1996, 193.
Voor het op 18 december 1971 te Brussel tot stand gekomen Verdrag betreffende
de instelling van een Internationaal Fonds voor vergoeding van schade door
verontreiniging door olie zie ook Trb. 1996, 195.