Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Rijkswaterstaat | Staatscourant 2025, 6784 | verkeersbesluit of -mededeling |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Rijkswaterstaat | Staatscourant 2025, 6784 | verkeersbesluit of -mededeling |
Verkeersbesluit in verband met het instellen van een maximumsnelheid van 70 km/u of 90 km/u op een aantal autosnelwegen in Noord-Brabant en Limburg in diverse gemeenten.

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Om op de bij dit besluit behorende bijlagen genoemde wegtrajecten, onder beheer van het Rijk, door plaatsing van borden A1 en A2 van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en onderborden en onder verwijdering van de hiermee strijdige borden, een tijdelijke maximumsnelheid van 70 km/u of 90 km/u in te stellen (bij natheid) voor de wegvakken gelegen binnen Rijkswaterstaat Zuid-Nederland, tot 1 januari 2026.
Overwegingen ten aanzien van het besluit
Vanwege de slechte staat van onderhoud van diverse autosnelwegen binnen Noord-Brabant en Limburg hebben de districten Midden, Zuid-Oost en West gevraagd om een verkeersbesluit te nemen waarmee de algemene maximumsnelheid van 130 km/u op diverse autosnelwegtrajecten van de rijkswegen 2, 4, 16, 17, 27, 50, 58, 59, 65, 67 en 76 binnen Noord-Brabant en Limburg wordt verlaagd naar 70 km/u of 90 km/u (bij natheid).
De bij dit verkeersbesluit behorende bijlagen 1 en 2 zijn onlosmakelijk verbonden aan dit verkeersbesluit.
Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna Wvw) moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van verkeerstekens en verkeersborden, zoals benoemd in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (hierna BABW), voor zover daardoor een verbod of gebod wordt ingesteld of gewijzigd.
Op grond van artikel 18, eerste lid, onder a, van de Wvw ben ik bevoegd dit besluit te nemen.
Vanwege de slechte staat van onderhoud van diverse autosnelwegen binnen Noord-Brabant en Limburg en zover daar een lagere snelheid dan 130 km/u noodzakelijk is, moet deze bij verkeersbesluit worden vastgesteld. Met dit verkeersbesluit wordt hieraan voor de in het besluit genoemde wegtrajecten invulling gegeven.
Door de maximumsnelheid van 130 km/u te verlagen naar 70 km/u of 90 km/u (bij natheid) wordt het gebruik van de rijkswegen in stand gehouden en wordt tevens de veiligheid van de weggebruikers gewaarborgd.
De uit te voeren werkzaamheden bestaan uit:
Het verwijderen dan wel plaatsen van de verkeersborden A1 en A2 met onderborden van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 op de wegtrajecten zoals vermeld in bijlage 2 van dit besluit.
het verzekeren van de veiligheid op de weg;
het beschermen van weggebruikers en passagiers;
het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;
het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;
het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade;
het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden;
is het noodzakelijk om tijdelijk de maximumsnelheid aan te passen op diverse autosnelwegtrajecten binnen Noord-Brabant en Limburg, zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende bijlagen 1 en 2.
Omdat de verkeersborden al (eind) vorig jaar zijn geplaatst geldt het besluit met terugwerkende kracht vanaf 1 juli 2024.
Zodra een wegvak hersteld is wordt het bord weggehaald en vervalt daarmee het verkeersbesluit voor dit wegvak.
De wegtrajecten zijn aangegeven op de bij dit besluit behorende bijlagen 1 en 2.
In bijlage 1 zijn de betreffende wegvakken indicatief gevisualiseerd op kaart.
De betrokken wegen zijn in beheer bij het Rijk en zijn gelegen in de gemeenten zoals genoemd in bijlage 2 bij dit besluit.
De voorbereiding van dit besluit heeft conform het gestelde in afdeling 4.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) plaatsgevonden.
Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de Politie Zeeland-West-Brabant, Oost-Brabant en Limburg.
Overeenkomstig artikel 25 van het BABW is overleg gepleegd met de betrokken gemeenten.
Om te bepalen of u meer informatie wilt, kunnen de volgende vragen en aandachtspunten u helpen:
Ook wanneer u andere vragen heeft over het besluit of de procedure, of wanneer u zich op een of andere manier heeft gestoord aan de wijze waarop bij de besluitvorming met u of uw belangen is omgegaan, kunt u contact opnemen.
Het besluit met de daarbij behorende stukken, ligt vanaf 20 februari 2025 gedurende zes weken ter inzage bij:
Bent u het niet eens met dit besluit?
Dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar maken. U moet hiervoor wel belanghebbende bij het besluit zijn. De volgende vragen en aandachtspunten kunnen u helpen bij het maken van bezwaar:
Wanneer u vragen heeft of wanneer u zich afvraagt of het indienen van een bezwaarschrift voor u de geschikte aanpak is, kunt u ook hiervoor contact opnemen met de in de beschikking vermelde contactpersoon. De contactpersoon kan met u overleggen over de te volgen procedure en u informeren over andere mogelijkheden die Rijkswaterstaat u eventueel biedt om tot een oplossing te komen.
Om bezwaar te maken moet u, binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt, een bezwaarschrift indienen. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar de minister van Infrastructuur en Waterstaat, ter attentie van Rijkswaterstaat Zuid-Nederland, afdeling Werkenpakket, Postbus 2232, 3500 GE te Utrecht.In het bezwaarschrift moet in ieder geval het volgende staan:
Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Dat betekent dat het besluit blijft gelden in de tijd dat uw bezwaarschrift in behandeling is. Als u dit niet wilt, bijvoorbeeld omdat het besluit onherstelbare gevolgen heeft voor u, dan kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen. Dit doet u door de Voorzieningenrechter van de rechtbank in het gebied waar u woont te vragen een voorlopige voorziening te treffen. Indien u niet zelf, maar namens een bedrijf of organisatie een verzoekschrift indient dan kunt u het verzoekschrift sturen naar de rechtbank in het gebied waar het bedrijf of de organisatie is ingeschreven. De rechtbank zal een griffierecht in rekening brengen.
Bij het verzoek moet voorts een afschrift van het bezwaarschrift worden overgelegd. Zo mogelijk wordt tevens een afschrift van de beschikking waarop het geschil betrekking heeft overgelegd.
Indiening kan ook via de site http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde site voor de precieze voorwaarden.
Indien het beroep- of verzoekschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van het beroep of verzoek noodzakelijk is, dient de indiener zorg te dragen voor een vertaling.
Zowel in verband met de behandeling van beroep, als in verband met de behandeling van het verzoek om voorlopige voorziening, worden griffierechten geheven. Over de hoogte daarvan, de wijze waarop en de termijn waarbinnen u dit moet betalen krijgt u na het indienen van beroep c.q. het verzoek om voorlopige voorziening bericht van de rechtbank.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2025-6784.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.