Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 12 december 2025, kenmerk 4317395-1092210-PG, houdende de wijziging van de Regeling specifieke uitkering aanvullende seksuele gezondheidszorg in verband met het wijzigen van de hoogte van de uitkering voor de kalenderjaren 2025 en 2026 [KetenID WGK028548]

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikelen 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling specifieke uitkering aanvullende seksuele gezondheidszorg wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het derde lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt ‘€ 17.070.904,–’ vervangen door: ‘€ 17.778.322,–’.

b. In onderdeel b wordt ‘€ 6.556.754,–’ vervangen door: ‘€ 6.828.466,–’.

c. In onderdeel c wordt ‘€ 2.681.122,–’ vervangen door: ‘€ 2.792.228,–’.

d. In onderdeel d wordt ‘€ 4.267.959,–’ vervangen door: ‘€ 4.444.823,–’.

e. In onderdeel e wordt ‘€ 5.992.438,–’ vervangen door: ‘€ 6.240.765,–’.

f. In onderdeel f wordt ‘€ 5.520.565,–’ vervangen door: ‘€ 5.749.337,–’.

g. In onderdeel g wordt ‘€ 2.969.047,–’ vervangen door: ‘€ 3.092.084,–’.

h. In onderdeel h wordt ‘€ 2.246.707,–’ vervangen door: ‘€ 2.339.811,–’.

2. Het vierde lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt ‘€ 15.363.813,60,–’ vervangen door: ‘€ 17.067.189,12’.

b. In onderdeel b wordt ‘€ 5.901.078,60’ vervangen door: ‘€ 6.555.327,36’.

c. In onderdeel c wordt ‘€ 2.413.009,80’ vervangen door: ‘€ 2.680.538,88’.

d. In onderdeel d wordt ‘€ 3.841.163,10’ vervangen door: ‘€ 4.267.030,08’.

e. In onderdeel e wordt ‘€ 5.393.194,20’ vervangen door: ‘€ 5.991.134,40’.

f. In onderdeel f wordt ‘€ 4.968.508,50’ vervangen door: ‘€ 5.519.363,52’.

g. In onderdeel g wordt ‘€ 2.672.142,30’ vervangen door: ‘€ 2.968.400,64’.

h. In onderdeel h wordt ‘€ 2.022.036,30’ vervangen door: ‘€ 2.246.218,56’.

B

Artikel 4.4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt ‘€ 897.107,–’ vervangen door: ‘€ 934.283,–’.

b. In onderdeel b wordt ‘€ 355.400,–’ vervangen door: ‘€ 370.128,–’.

c. In onderdeel c wordt ‘€ 165.484,–’ vervangen door: ‘€ 172.342,–’.

d. In onderdeel d wordt ‘€ 200.821,–’ vervangen door: ‘€ 209.143,–’.

e. In onderdeel e wordt ‘€ 364.382,–’ vervangen door: ‘€ 379.482,–’.

f. In onderdeel f wordt ‘€ 324.112,–’ vervangen door: ‘€ 337.543,–’.

g. In onderdeel g wordt ‘€ 165.821,–’ vervangen door: ‘€ 172.693,–’.

h. In onderdeel h wordt ‘€ 176.709,–’ vervangen door: ‘€ 184.032,–’.

2. Het derde lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt ‘€ 807.396,30’ vervangen door: ‘€ 896.911,68’.

b. In onderdeel b wordt ‘€ 319.860,00’ vervangen door: ‘€ 355.322,88’.

c. In onderdeel c wordt ‘€ 148.935,60’ vervangen door: ‘€ 165.448,32’.

d. In onderdeel d wordt ‘€ 180.738,90’ vervangen door: ‘€ 200.777,28’.

e. In onderdeel e wordt ‘€ 327.943,80’ vervangen door: ‘€ 364.302,72’.

f. In onderdeel f wordt ‘€ 291.700,80’ vervangen door: ‘€ 324.041,28’.

g. In onderdeel g wordt ‘€ 149.238,90’ vervangen door: ‘€ 165.785,28’.

h. In onderdeel h wordt ‘€ 159.038,10’ vervangen door: ‘€ 176.670,72’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, J.Z.C.M. Tielen

TOELICHTING

Algemeen

De onderhavige regeling strekt tot wijziging van de Regeling specifieke uitkering aanvullende seksuele gezondheidszorg (hierna: de regeling). Op grond van de regeling kan een specifieke uitkering (hierna: uitkering) worden verstrekt aan één van de acht coördinerende gemeentelijke gezondheidsdiensten (hierna: GGD) voor de uitvoering van aanvullende seksuele gezondheidszorg en de coördinatie daarvan in de regio waarbinnen de coördinerende GGD werkzaam is. De uitkering heeft betrekking op activiteiten in het kader van aanvullende soa-zorg, seksualiteitshulpverlening (ook wel Sense genoemd) en PrEP-zorg. Deze activiteiten vallen tezamen onder de noemer ‘aanvullende seksuele gezondheidszorg’. De uitvoering van de activiteiten gebeurt binnen Centra Seksuele Gezondheid (hierna: CSG’s), specifiek daarvoor ingerichte afdelingen binnen de GGD’en.

De wijziging betreft een indexering van de hoogte van de uitkering in het kader van soa-zorg, seksualiteitshulpverlening en de coördinatie daarvan, en PrEP-zorg voor de kalenderjaren 2025 en 2026. De loonindexatie betreft 5.18% over het loondeel (80%). Daarnaast is voor het kalenderjaar 2026 de reeds aangekondigde budgetkorting toegepast en is incidenteel een extra bedrag van € 3 miljoen toegevoegd aan het budget.

In de budgettaire bijlage bij het Regeerprogramma1 van 16 mei 2024 is de maatregel opgenomen dat specifieke uitkeringen worden overgeheveld naar het Gemeente- of Provinciefonds met een budgetkorting van 10 procent.

Ten aanzien van de onderhavige regeling heeft het Kabinet besloten dat deze in 2026 behouden blijft en dat wordt geëvalueerd in hoeverre een Bijzondere Fondsuitkering (BFU)2 een passend alternatief instrument is. De aangekondigde budgetkorting gaat wel per 2026 in.

Per 2027 komt vanuit het Aanvullend Zorg en Welzijn Akkoord (AZWA) structureel meer geld voor aanvullende seksuele gezondheidszorg beschikbaar: € 5 miljoen in 2027 en vanaf 2028 € 7 miljoen per jaar. De SPUK-korting van 10% zorgde ervoor dat in 2026 € 5 miljoen minder beschikbaar zou zijn. Inmiddels is voor het jaar 2026 € 3 miljoen extra beschikbaar gesteld. Hiermee wordt het genoemde gat voor een deel gedempt.

Met deze wijzigingsregeling wordt de budgetkorting, alsmede de loon- en prijsbijstelling, alsmede het extra beschikbare budget ter hoogte van € 3 miljoen, verwerkt in de maximumbedragen die de acht coördinerende GGD’en kunnen aanvragen voor aanvullende soa-zorg en seksualiteitshulpverlening en voor PrEP-zorg alsmede de coördinatie van deze zorgtaken voor het kalenderjaar 2026.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdelen A en B

Deze onderdelen betreffen wijzigingen van de hoogte van de uitkering in het kader van soa-zorg, seksualiteitshulpverlening en de coördinatie daarvan, en PrEP-zorg voor de kalenderjaren 2025 en 2026.

De beschikkingen voor het kalenderjaar 2025 worden ambtshalve herzien.

In de bedragen voor het kalenderjaar 2026 is een budgetkorting van 10 procent verwerkt, zoals blijkt uit de maatregel uit het Regeerprogramma. Tegelijkertijd is er een bedrag van € 3 miljoen toegevoegd aan het budget voor het kalenderjaar 2026.

Artikel II

In afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten bij regelgeving, treedt deze wijzigingsregeling in werking met ingang van dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Afwijking van het vaste verandermoment is gerechtvaardigd, zodat GGD’en zo snel mogelijk geïnformeerd zijn over het maximale bedrag dat zij via een ambtshalve herziening zullen ontvangen voor het kalenderjaar 2025. Voor kalenderjaar 2026 geldt dat de GGD’en een herziene aanvraag moeten indienen aan de hand van de geïndexeerde bedragen. Vanwege het nagaan van de mogelijkheid om de budgetkorting ter hoogte van 5 miljoen (gedeeltelijk) met andere middelen in te vullen, is het niet gelukt om de wijzigingsregeling eerder te publiceren.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, J.Z.C.M. Tielen


X Noot
1

Kamerbrief van 16 mei 2024, Kamerstukken II 2023/24, 36 471, nr. 37, bijlage, p. 8.

X Noot
2

In het wetsvoorstel herziening Financiële-verhoudingswet wordt de BFU als nieuwe uitkeringsvorm geïntroduceerd. Dit wetsvoorstel is reeds in internetconsultatie gebracht.

Naar boven