Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| De Nederlandsche Bank | Staatscourant 2025, 40279 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| De Nederlandsche Bank | Staatscourant 2025, 40279 | ander besluit van algemene strekking |
De Nederlandsche Bank N.V.;
Gelet op artikel 7 van de Wet financiële betrekkingen buitenland 1994 (Stb. 1994, 258);
Gelet op Verordening (EU) 2024/1988 van de Europese Centrale Bank van 27 juni 2024 betreffende statistieken inzake beleggingsfondsen en tot intrekking van Besluit (EU) 2015/32;
Besluit:
De Rapportagevoorschriften betalingsbalansrapportages 2022 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 komt te luiden:
Definities
In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
De Nederlandsche Bank N.V.;
een beheerder van een beleggingsinstelling of een beheerder van een icbe als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht;
een instelling als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van Verordening (EU) 2024/1988 van de Europese Centrale Bank van 27 juni 2024 betreffende statistieken inzake beleggingsfondsen en tot intrekking van Besluit (EU) 2015/32;
ondernemingen of instellingen, ongeacht de rechtsvorm, die ingezetenen zijn en waarin niet-ingezetenen, direct of indirect, via aandelenkapitaal of anderszins deelnemen of invloed uitoefenen en die tot doel hebben en/of zich in belangrijke mate bezighouden met het, al dan niet in combinatie met andere binnenlandse groepsmaatschappijen:
1. hoofdzakelijk in het buitenland aanhouden van activa en passiva en/of
2. doorgeven van omzet bestaande uit in het buitenland verkregen royalty- en licentieopbrengsten aan buitenlandse groepsmaatschappijen en/of
3. het genereren van omzet en kosten die hoofdzakelijk afkomstig zijn uit herfacturering van en naar buitenlandse groepsmaatschappijen;
Financiële instellingen en kredietverstrekkers binnen concernverband. De Bijzondere Financiële Instellingen vallen onder deze categorie van instellingen;
benchmark van rapporteurs uit de categorie CFI voor wie een jaarrapportage voor de informatieverzameling van balansgegevens en overige gegevens volstaat in plaats van kwartaalrapportages.
een aanbieder van cryptoactivadiensten als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder 15 en 16 van Verordening (EU) 2023/1114 van het Europees Parlement en de Raad van 31 mei 2023 betreffende cryptoactivamarkten en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 1095/2010 en Richtlijnen 2013/36/EU en (EU) 2019/1937;
kort- en langlopend schuldpapier, participaties in geldmarktfondsen en beleggingsinstellingen, en beursgenoteerde aandelen;
partij die het elektronisch verkeer tussen de Bank en erkende authenticatiediensten, middelenuitgevers en machtigingsdiensten routeert teneinde toegang tot elektronische dienstverlening te faciliteren;
rapportage onder een enkel registratienummer betreffende meerdere ingezetenen binnen een groep;
economische eenheid waarin rechtspersonen en vennootschappen organisatorisch zijn verbonden;
een kredietinstelling als bedoeld in artikel 4 van de verordening kapitaalvereisten, niet zijnde een kredietunie met zetel in Nederland, met dien verstande dat, tenzij anders bepaald, met een kredietinstelling wordt gelijkgesteld de houder van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Wet op het financieel toezicht;
een instelling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Verordening (EU) 1075/2013 van de Europese Centrale Bank van 18 oktober 2013 houdende statistieke betreffende de activa en passiva van lege financiële instellingen die securitisatietransacties verrichten;
Maandeffectenrapportage voor informatieverzameling over gehouden en uitgegeven effecten;
een selectie van rapportageformulieren voor een categorie van rapporteurs die vergelijkbare attributen over hun effectenhouderschap en -uitgifte dienen te rapporteren;
Macro-Economische Statistiek Rapportage voor informatieverzameling over balansgegevens en overige gegevens;
een selectie van rapportageformulieren voor een categorie van rapporteurs die vergelijkbare activiteiten ontplooien;
uit hoofde van de Wet en deze rapportagevoorschriften door de Bank gevraagde inlichtingen en gegevens voor de samenstelling van de betalingsbalans van Nederland;
ingezetene als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet, die door de Bank is aangewezen rapportages op te stellen en aan te leveren;
ingezetene die de, al dan niet gecentraliseerde, rapportages namens één of meer rapporteurs opstelt en aanlevert;
de Wet financiële betrekkingen buitenland 1994.
B
Artikel 3, tweede lid, komt te luiden:
2. De volgende MESRAP-profielen worden onderscheiden:
BAL = Balance sheet total
CSP = Crypto-asset Service Provider
DNB = De Nederlandsche Bank
DTC = Deposit Taking Corporations
FVC = Financial Vehicle Corporations engaged in securitisation transactions
IC = Insurance Corporations
IFM = Investment Funds Monthly
IFQ = Investment Funds Quarterly
IFSB = Investment Funds Shares and Balance sheet total
KEY = Key-figures
MMF = Money Market Funds
OFI = Other Financial Institutions
PF = Pension Funds
TURN = Turnover licenses and goods
C
Artikel 5 komt te luiden:
Meldingsplicht Bijzondere Financiële Instellingen, Beleggingsfondsen en FVC’s
1. Bijzondere Financiële Instellingen melden zich niet later dan drie weken na oprichting van de vennootschap schriftelijk bij de Bank, opdat de Bank kan beoordelen of de Bijzondere Financiële Instellingen als rapporteur worden aangewezen.
2. De beheerder van een beleggingsfonds stelt de Bank binnen een week na de datum van aanvang van de werkzaamheden in kennis van het bestaan van het beleggingsfonds, tenzij de beheerder het beleggingsfonds op grond van artikel 1:107 van de Wet op het financieel toezicht reeds bij de Autoriteit Financiële Markten heeft gemeld.
3. De beheerder van een beleggingsfonds dat bij de Autoriteit Financiële Markten staat geregistreerd en niet bij de Bank is gemeld, is verplicht om het fonds op verzoek van de Bank alsnog bij de Bank te melden, opdat de Bank kan beoordelen of de beheerder ten aanzien van het beleggingsfonds dient te rapporteren.
4. Een FVC meldt zich binnen een week na de datum van aanvang van werkzaamheden bij de Bank.
5. Voor het doen van een melding in de zin van het eerste, tweede, derde en vierde lid van dit artikel gebruiken de genoemde instellingen het daartoe bestemde formulier op de website van DNB, te raadplegen via: https://www.dnb.nl/login/dienst-rapportages/statistische-rapportages/aanmeldingsformulieren.
6. Bijzondere Financiële Instellingen, beheerders van beleggingsfondsen en FVC’s zijn verplicht wijzigingen in de verstrekte inlichtingen en gegevens onverwijld elektronisch aan de Bank te melden.
7. Bijzondere Financiële Instellingen, beheerders van beleggingsfondsen en FVC’s doen bij het beëindigen van de activiteiten daarvan onverwijld melding bij de Bank.
D
Artikel 6 komt te luiden:
Frequenties en termijnen
1. Rapporteurs dienen rapportages met het MER-profiel en het MESRAP-profiel IFM op maandbasis in bij de Bank.
2. Rapporteurs dienen rapportages met een MESRAP-profiel anders dan IFM op kwartaalbasis in bij de Bank.
3. Rapporteurs dienen de CFI-benchmarkrapportage op jaarbasis in bij de Bank.
4. Rapporteurs dienen de maandrapportages uiterlijk 15 werkdagen na het verstrijken van de laatste dag van de kalendermaand waar de rapportage over gaat in bij de Bank.
5. De kwartaalrapportages gaan over het afgelopen kalenderkwartaal.
a. Rapporteurs met de MESRAP-profielen DNB, DTC, FVC, IFQ, IFSB en MMF dienen hun kwartaalrapportages uiterlijk 15 werkdagen na het verstrijken van de laatste dag van elk kalenderkwartaal in bij de Bank.
b. Rapporteurs met de MESRAP-profielen BAL, CSP, IC, KEY, OFI, PF en TURN dienen hun kwartaalrapportages uiterlijk 30 kalenderdagen na het verstrijken van de laatste dag van elk kalenderkwartaal in bij de Bank.
6. Rapporteurs dienen de jaarrapportages uiterlijk 5 maanden na afloop van het kalenderjaar waarin de laatste maand van het boekjaar van de rapporteur valt in bij de Bank.
E
Artikel 14 vervalt.
Rapportages die na 1 januari 2026 bij of krachtens de Wet financiële betrekkingen buitenland 1994 bij De Nederlandsche Bank zijn of worden ingediend en die betrekking hebben op een periode vóór inwerkingtreding van deze regeling, dienen conform de voor die periode geldende rapportagevoorschriften te worden ingediend.
Op grond van artikel 7 van de Wet financiële betrekkingen buitenland 1994 verstrekken ingezetenen aan De Nederlandsche Bank (DNB) inlichtingen en gegevens die van belang zijn voor de samenstelling van de betalingsbalans van Nederland. In de Rapportagevoorschriften betalingsbalansrapportages 2022 (RV 2022) worden de rapportageverplichtingen nader uitgewerkt. Deze wijzigingsregeling voert twee belangrijke wijzigingen in die rapportagevoorschriften door. Ten eerste gaan beheerders van grote beleggingsfondsen ook op maandbasis rapporteren. Ten tweede wordt een nieuwe rapportageverplichting voor cryptoactivadienstverleners ingevoerd. Verder wordt een aantal kleine verbeteringen in de rapportagevoorschriften doorgevoerd.
Maandrapportage voor grote beleggingsinstellingen
De Europese Centrale Bank (ECB) herziet en evalueert periodiek de verordeningen binnen het statistische kader om deze actueel en doelmatig te houden. Voor beleggingsfondsen heeft de ECB het proces hiervoor in 2024 afgerond op basis van nieuwe gebruikersbehoeften en een evaluatie van de statistieken die worden verzameld op grond van Verordening (EU) 1073/2013 van de Europese Centrale Bank van 18 oktober 2013 houdende statistieken betreffende de activa en passiva van beleggingsfondsen (Verordening 1073/2023). Het resultaat hiervan heeft de ECB vastgelegd in Verordening (EU) 2024/1988 van de Europese Centrale Bank van 27 juni 2024 betreffende statistieken inzake beleggingsfondsen en tot intrekking van Besluit (EU) 2015/32 (Verordening 2024/1988). Deze nieuwe verordening treedt op 1 december 2025 in werking en vervangt Verordening 1073/2013.
Verordening 2024/1988 verplicht grote beleggingsfondsen bepaalde gegevens op maandbasis te gaan rapporteren, waar eerder op kwartaalbasis werd gerapporteerd. Dit betreft instellingen met het huidige profiel IF, die onder de nieuwe verordening het profiel IFM krijgen voor maandrapportages en het profiel IFQ voor kwartaalrapportages. Voor kleinere beleggingsfondsen met profiel IFSB blijft de frequentie van rapporteren eens per kwartaal.
Vanwege artikel 4, onder 2, van Verordening 2024/1988 wordt in de rapportagevoorschriften opgenomen dat beheerders binnen een week na aanvang van de werkzaamheden van een beleggingsfonds, DNB in kennis stellen van het bestaan van het fonds, tenzij de beheerder het beleggingsfonds op grond van artikel 1:107 van de Wet op het financieel toezicht reeds bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft gemeld. Beheerders van beleggingsfondsen die wel bij de AFM gemeld zijn, dienen zich op verzoek alsnog bij DNB te melden, zodat DNB kan beoordelen of de beheerder ten aanzien van het beleggingsfonds dient te rapporteren.
Voor de definitie van een beleggingsfonds is aangesloten bij de definitie zoals die wordt gehanteerd in Verordening 2024/1988. Deze wijkt iets af van de definitie in de Wet op het financieel toezicht.
Nieuwe rapportageverplichting voor cryptoactivadienstverleners
Vanwege de opkomst en potentiële impact van cryptoactiva bestaat nationaal en internationaal steeds meer behoefte aan data over het bezit van cryptoactiva. De nieuwe rapportage voor cryptoactivadienstverleners voorziet in gegevens die nodig zijn voor de samenstelling van de Nederlandse betalingsbalans en de sectorrekeningen die in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) worden opgesteld. De gegevens worden op geaggregeerde basis ook uitgewisseld met andere centrale banken via het IMF.
Het nieuwe rapportageprofiel CSP (Crypto-asset Service Provider) is specifiek bestemd voor aanbieders van cryptoactivadiensten die voor hun klanten transacties uitvoeren of cryptoactiva bewaren of beheren. In dit profiel rapporteren deze partijen op kwartaalbasis over transacties en houderschap van cryptoactiva door hun ingezetene en niet-ingezetene klanten. Voor de definitie van een cryptoactivadienstverlener is aangesloten bij de definitie in Verordening (EU) 2023/1114 van het Europees Parlement en de Raad van 31 mei 2023 betreffende cryptoactivemarkten en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 1095/2010 en Richtlijnen 2013/36/EU en (EU) 2019/1937 (MiCAR).
Noodzaak van rapportage en lasten
Momenteel zijn er, bijvoorbeeld bij de AFM of Belastingdienst, geen andere bronnen die in deze informatiebehoefte voorzien. Als er in de toekomst bronnen beschikbaar komen die wel (al dan niet deels) in de informatiebehoeften voorzien, zal worden bezien of de onderhavige rapportage kan komen te vervallen, daarop kan worden aangepast of daarmee kan worden geïntegreerd. Om de administratieve lastenverzwaring zo beperkt mogelijk te houden, is in overleg tussen het CBS en DNB afgesproken geen aparte rapportage op te zetten voor het deel van de benodigde gegevens waarvan de uitvraag geïntegreerd kan worden in de betalingsbalansrapportage aan DNB.
Uitvoering
Om de kosten van uitvoering zo laag mogelijk te houden, wordt de nieuwe rapportage als onderdeel opgenomen in de al bestaande Macro-economische Statistiek Rapportage (MESRAP). De systematiek van de uitvraag, de wijze van aanlevering en de juridische grondslagen sluiten aldus aan bij al bestaande rapportages voor statistische doeleinden. Een aantal cryptoactivadienstverleners is daar al mee bekend, omdat ze al met een MESRAP-profiel rapporteren over hun eigen balansposities en transacties.
Inbreng externe partijen
Over de totstandkoming van deze rapportage heeft overleg plaatsgevonden tussen DNB en de branchevereniging Verenigde Bitcoinbedrijven Nederland (VBNL) en een grote cryptoactivadienstverlener. Uit die overleggen is naar voren gekomen dat de cryptoactivadienstverleners de gevraagde data beschikbaar hebben in hun systemen. Omdat DNB de data op een minder granulair niveau uitvraagt, zullen de cryptoactivadienstverleners hun data voor aanlevering aan DNB moeten aggregeren naar land en sector van de houder. Dat zal mogelijk een extra bewerkingsslag vergen.
Overige wijzigingen
De RV 2022 bevatte bij de inwerkingtreding op 1 januari 2022 een tweetal overgangsbepalingen – namelijk in artikel 6, vijfde lid, onder a, en in artikel 14 – die inmiddels zijn uitgewerkt en daarom kunnen komen te vervallen.
In artikel 5, vierde lid, is een meldingsplicht opgenomen voor lege financiële instellingen die securitisatietransacties verrichten, in het Engels aangeduid als Financial Vehicle Corporations engaged in securitisation transactions (FVC). Deze meldingsplicht voor FVC’s geldt al op basis van artikel 3, tweede lid, van Verordening (EU) 1075/2013 van de Europese Centrale Bank van 18 oktober 2013 houdende statistieken betreffende de activa en passiva van lege financiële instellingen die securitisatietransacties verrichten. Volledigheidshalve is deze verplichting ook in de onderhavige regeling opgenomen. In artikel 1 zijn FVC’s gedefinieerd door te verwijzen naar de definitie in de genoemde verordening en bij de aanduiding van het FVC-rapportageprofiel in artikel 3, tweede lid, is ook aangesloten bij de formulering in die verordening.
Inwerkingtreding
De wijzigingen gaan gelden voor de rapportage van gegevens over 2026 en daarna. Rapportages die na 1 januari 2026 worden ingediend, maar betrekking hebben op een periode voorafgaand aan 1 januari 2026 dienen conform de hiervoor geldende rapportagevoorschriften te worden ingediend. De eerste rapportage voor cryptoactivadienstverleners ziet dus op de gegevens over het eerste kwartaal van 2026. Om cryptoactivadienstverleners genoeg voorbereidingstijd te geven zal DNB eenmalig voor de eerste kwartaalrapportage met profiel CSP een langere aanlevertermijn hanteren. Deze is gelijk aan de uiterste aanleverdatum van de rapportage over het tweede kwartaal van 2026.
De Nederlandsche Bank N.V., S.J. Maijoor, directeur
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2025-40279.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.