Regeling van de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur van 20 november 2025, nr. WJZ/102288518, tot wijziging van de Regeling veterinaire maatregelen specifieke dierziekten of zoönosen in verband met een wijziging van de ophokplicht voor dierentuinen in het kader van de preventieve maatregelen tegen vogelgriep [KetenID WGK 28509]

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,

Gelet op artikelen 5.1, eerste en tweede lid, 5.4, eerste en derde lid, aanhef en onderdeel a, van de Wet dieren;

Besluit:

ARTIKEL I

Aan artikel 3.4 van de Regeling veterinaire maatregelen specifieke dierziekten of zoönosen wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Het tweede lid is niet van toepassing op een dierentuin.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 20 november 2025

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma

TOELICHTING

Deze regeling voorziet in een wijziging van de ophokplicht van vogels voor exploitanten van commercieel gehouden vogels ter preventie van hoogpathogene vogelgriep in die zin dat deze ophokplicht niet geldt ten aanzien van dierentuinen. Deze regeling wijzigt artikel 3.4 van de Regeling veterinaire maatregelen specifieke dierziekten of zoönosen.

Op 16 oktober 2025 is voor heel Nederland de landelijke ophok- en afschermplicht voor vogels ter voorkoming van vogelgriep ingesteld. Deze ophok- en afschermplicht houdt in dat een exploitant van commercieel gehouden vogels en risicovogels passende maatregelen dient te nemen om te voorkomen dat deze vogels in aanraking kunnen komen met in het wild levende dieren of hun uitwerpselen. Voor exploitanten van commercieel gehouden vogels, met uitzondering van fazanten, loopvogels en watervogels, geldt dat deze vogels ten minste binnen een gebouw worden gebracht en gehouden. Dit is de zogeheten ophokplicht. Door het instellen van deze verplichting gold abusievelijk ook dat dierentuinen, die ook aangemerkt worden als exploitant van commercieel gehouden vogels, ook verplicht zijn hun pluimvee of in gevangenschap levende vogels, met uitzondering van fazanten, loopvogels of sierwatervogels, op te hokken. Met deze regeling wordt dit hersteld en geldt voor dierentuinen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit houders van dieren alleen een afschermplicht. Dit is veterinair verantwoord.

Het risico op verspreiding van het vogelgriepvirus vanuit een dierentuin naar een inrichting is lager dan van een (commerciële) inrichting met pluimvee naar een andere (commerciële) inrichting. Dit is zo vanwege de locatie van dierentuinen, het type vogels dat zich bevindt in een dierentuin en de beperktheid van verplaatsingen van vogels vanuit of naar een dierentuin. Het is niet nodig om vogels in een dierentuin op te hokken, een afschermplicht volstaat.

Hiermee worden dierentuinen, nu ook voor de afscherm- en ophokplicht, hetzelfde behandeld als niet-commerciële houderijen.

Aangezien deze regels zijn vastgesteld in het kader van de aanpak van dierziektecrises, is afgezien van een adviesaanvraag aan het Adviescollege toetsing regeldruk, en van publicatie en inwerkingtreding op een vast verandermoment. Ook is er geen notificatie bij de Europese Commissie vereist in het kader van richtlijn (EU) 2015/15351 en van de Dienstenrichtlijn2.

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma


X Noot
1

Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (codificatie) (PbEU L 241).

X Noot
2

Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (PbEU 2006, L 376).

Naar boven