Besluit van De Nederlandsche Bank N.V. van 12 november 2025 houdende wijziging van het Besluit erkenning 2% systeemrisicobuffer Duitsland 2022

De Nederlandsche Bank N.V.;

Na openbare consultatie;

Gelet op de Wet op het financieel toezicht, in het bijzonder artikel 3:62a;

Gelet op het Besluit prudentiële regels Wft, in het bijzonder artikel 105, eerste lid, onderdeel d en artikel 105e;

Gelet op de Regeling specifieke bepalingen CRD en CRR, in het bijzonder artikel 2:3, eerste lid;

Gelet op Richtlijn nr. 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG; in het bijzonder artikel 134;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Besluit erkenning 2% systeemrisicobuffer Duitsland 2022 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2 wordt ‘een systeemrisicobuffer van 2%, berekend overeenkomstig artikel 133, tweede lid, van de CRD’ vervangen door ‘een overeenkomstig artikel 133, tweede lid, CRD berekende systeemrisicobuffer van 1% op individuele, gesubconsolideerde en geconsolideerde basis, zoals van toepassing in overeenstemming met deel één, titel II, van de CRR’.

B

Artikel 4 wordt aangepast tot: ‘Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit erkenning 1% systeemrisicobuffer Duitsland 2025.’

ARTIKEL II INWERKINGTREDING

Dit besluit treedt in werking per 1 december 2025.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Amsterdam, 12 november 2025

De Nederlandsche Bank N.V. S.J. Maijoor, Directeur

TOELICHTING

Overeenkomstig aanbevelingen van de European Systemic Risk Board (ESRB) heeft DNB in 2023 de door de Duitse financiële toezichthouder, de Bundesanstalt für Finanzdienstleistungsaufsicht (BaFin), vastgestelde systeemrisicobuffer van 2% gereciproceerd.1 De BaFin heeft deze buffer per 1 mei 2025 verlaagd naar 1%.2

Recent heeft de European Banking Authority (EBA) in een Q&A3 bevestigd dat de tekst van artikel 134, eerste lid, van de CRD in samenhang moet worden gelezen met artikel 133, vierde lid, van de CRD. Dienovereenkomstig kan de bevoegde autoriteit van een andere lidstaat een systeemrisicobuffer erkennen en besluiten of de erkende systeemrisicobuffer van toepassing zal zijn op individuele, gesubconsolideerde en/of geconsolideerde basis. Een besluit tot erkenning van een systeemrisicobuffer op geconsolideerd niveau zal ertoe leiden dat alle relevante blootstellingen worden meegenomen (ook voor de berekening van de materialiteitsdrempel), met inbegrip van relevante blootstellingen van dochterondernemingen die zijn gevestigd in de lidstaat die de systeemrisicobuffer heeft vastgesteld.

DNB heeft het uitgangspunt dat zij macroprudentiële maatregelen van andere lidstaten in principe reciproceert als de ESRB dit aanbeveelt.4 Indien de ESRB aanbeveelt een systeemrisicobuffer op individuele, gesubconsolideerde en geconsolideerde basis toe te passen, heeft DNB als uitgangspunt dat zij ook deze aanbeveling volgt.5 De aanbeveling van de ESRB strekt tot wederkerige toepassing van de Duitse systeemrisicobuffer op individuele, gesubconsolideerde en geconsolideerde basis.6

Met dit besluit erkent DNB de gewijzigde systeemrisicobuffer en past deze op individuele, gesubconsolideerde en geconsolideerde basis toe op instellingen in Nederland die relevante blootstellingen, zoals in artikel 2 beschreven, zijn aangegaan. De concrete toepassing per instelling is afhankelijk van de wijze waarop deel een, titel II van de CRR op die instelling van toepassing is.

Naar boven