Convenant Informatievoorziening infectieziektebestrijding

Partijen:

  • 1. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, gevestigd aan het Parnassusplein 5 te Den Haag, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Mevrouw M.F. Agema, hierna te noemen: 'VWS';

  • 2. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de Directeur-Generaal van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, de heer prof. dr. ir. J. Brug, gevestigd te (3721 MA) Bilthoven aan Antonie van Leeuwenhoeklaan 9, hierna te noemen: 'RIVM';

  • 3. De Gemeentelijke Gezondheidsdiensten, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door hun directeuren Publieke Gezondheid, hierna te noemen: 'GGD';

  • 4. De Vereniging Publieke Gezondheid en Veiligheid Nederland en de Stichting Projectenbureau Publieke Gezondheid en Veiligheid Nederland, gevestigd aan het Zwarte Woud 2 te Utrecht, beide te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter, de heer A. Rouvoet, hierna samen te noemen: ‘GGD GHOR Nederland’;

Partijen 1 tot en met 4 samen te noemen: 'Partijen'

Partijen 2 tot en met 3 samen te noemen: 'Uitvoerders'

I. Overwegingen en definities:

Overwegende dat:

  • 1. dit convenant ziet op het lopende programma Informatievoorziening Infectieziektebestrijding, hierna te noemen: het 'Programma';

  • 2. het Programma door Partijen nader is uitgewerkt in het plan 'Meerjaren Programmaplan 2023–2026 Informatievoorziening Infectieziektebestrijding 2.0';

  • 3. in het Programma RIVM, GGD’en en GGD GHOR Nederland sámen een landelijk toekomstbestendig en pandemisch paraat informatievoorzieningslandschap ontwikkelen, dat bestaat uit informatievoorzieningen die gebruikt kunnen worden door het RIVM en de GGD’en, hierna te noemen: 'IV-landschap';

  • 4. op het Programma twee Gateway Reviews hebben plaatsgevonden1;

  • 5. op 21 december 2023 een CIO-oordeel is afgegeven over het Programma door het review team vanuit de CIO office van VWS met aanbevelingen om te komen tot een nieuw IV-landschap;

  • 6. deze aanbevelingen aanleiding zijn om bestuurlijke afspraken vast te leggen over de realisatie van het nieuwe IV-landschap;

  • 7. om het nieuwe IV-landschap te realiseren, het cruciaal is dat partijen intensief samenwerken, prioriteringsvraagstukken worden opgepakt en belangrijke strategische keuzes en besluiten gezamenlijk worden gemaakt respectievelijk genomen in de landelijke stuurgroep Informatievoorziening-Infectieziektebestrijding;

  • 8. partijen vanuit hun eigen rol en taken met elkaar een IV-landschap wensen te realiseren;

  • 9. elke uitvoerder verantwoordelijk is voor de realisatie van zijn deel van het nieuwe IV-landschap;

  • 10. VWS een projectsubsidie 'Pandemisch paraat IV-landschap IZB 2024-2025’ heeft verleend aan de Stichting Projectenbureau Publieke Gezondheid en Veiligheid Nederland ten behoeve van het landelijk coördineren en voorbereiden van een toekomstvast en pandemisch paraat informatievoorzieningslandschap voor het bestrijden van infectieziekten; en

  • 11. gelet op het bovenstaande Partijen onderhavig convenant aangaan met als doel om afspraken te maken over het ontwikkelen, realiseren en implementeren van een IV-landschap, waardoor er slagvaardig gewerkt kan worden aan de realisatie van een nieuw IV-landschap. Voorts om te waarborgen dat Partijen met adequate vertegenwoordiging deelnemen in de Stuurgroep IV-IZB om bindende afspraken te maken.2

Komen het volgende overeen:

In aanvulling op relevante wet- en regelgeving, wordt onder de volgende begrippen in dit convenant verstaan:

Artikel 1 – Definities

1. DPG:

directeur publieke gezondheid;

2. CIO:

Chief Information Officer;

3. IV:

informatievoorziening;

4. IZB:

infectieziektebestrijding;

5. Stuurgroep IV-IZB:

landelijke stuurgroep Informatievoorziening-Infectieziektebestrijding;

6. Wpg:

Wet publieke gezondheid;

7. Bac PG:

Bestuurlijke adviescommissie Publieke Gezondheid; en

8. VWS-beleidskaders:

de beleidskaders voor Infectieziekten, Pandemische Paraatheid én de Informatievoorziening.

II. Doel

Artikel 2 – Doelstelling van het convenant

Het doel van dit convenant is om afspraken te maken over het ontwikkelen, realiseren en implementeren van een IV-landschap, waardoor er slagvaardig gewerkt kan worden aan de totstandkoming van een nieuw landelijk IV-landschap. Voorts om te waarborgen dat Partijen met adequate vertegenwoordiging deelnemen in de Stuurgroep IV-IZB om bindende afspraken te maken.

III. Afspraken

Artikel 3 – VWS

  • 1. VWS zal als regisseur en beleidsverantwoordelijke sturen op de programmadoelen.

  • 2. Daarnaast zet VWS zich in voor het vervullen van de onderstaande randvoorwaarden voor de realisatie van het Programma:

    • a. het vaststellen van beleidskaders voor het nieuwe IV-landschap en maakt deze kenbaar aan de Uitvoerders binnen het Programma en toetst hierop;

    • b. dat het nieuwe IV-landschap aansluit op wet- en regelgeving; en

    • c. dat financiële middelen beschikbaar zijn voor het ontwikkelen, realiseren en implementeren van het nieuwe IV-landschap.

  • 3. VWS spant zich in voor duurzame financiële middelen voor het beheer en onderhoud van het nieuwe IV-landschap na afloop van het Programma.

Artikel 4 – GGD GHOR Nederland

  • 1. GGD GHOR Nederland zal tijdens de looptijd van het Programma namens de 25 DPG-en met bevoegdheid tot besluitvorming deelnemen aan de Stuurgroep IV-IZB. GGD GHOR Nederland zal tijdens de looptijd van het Programma de landelijke uitvoeringsorganisatie zijn voor de ontwikkeling, realisatie en implementatie van het IV-IZB programma voor de 25 GGD-en. GGD GHOR Nederland richt hiervoor een specifieke governance in.

  • 2. Daarnaast zet GGD GHOR Nederland zich in om:

    • a. een IV-landschap te ontwikkelen en realiseren en faciliteert de implementatie van de opgeleverde producten van het Programma bij de GGD’en;

    • b. om haar leden te informeren over de voortgang van het Programma en de besteding van de subsidie van VWS;

    • c. bij de uitvoering van het Programma af te stemmen met en aan te sluiten op de onderdelen binnen het RIVM die betrokken zijn bij de uitvoering van het Programma;

    • d. te zorgen voor een efficiënte ontwikkeling, realisatie en implementatie van het IV-landschap.

  • 3. GGD GHOR Nederland neemt de VWS-beleidskaders, zoals beschreven in artikel 3, lid 2 onder a, als uitgangspunt bij de ontwikkeling, realisatie en implementatie van het IV-landschap.

Artikel 5 – GGD’en

  • 1. Elke DPG zorgt ervoor dat de vertegenwoordiger vanuit de GGD’en adequaat bevoegd is om besluiten te nemen in de Stuurgroep IV-IZB van het Programma3, conform de governance van het programma binnen GGD GHOR Nederland.

  • 2. Daarnaast zal elke GGD:

    • a. zich committeren aan de uitvoering van het Programma en de beslissingen van de Stuurgroep IV-IZB uniform en synchroon uitvoeren;

    • b. erop toezien dat diens organisatie zich voorbereidt op de resultaten van het Programma;

    • c. zich committeren aan het leveren van een actieve bijdrage aan het Programma en het implementeren van de door het Programma geleverde producten;

    • d. ervoor zorgen dat de voorzitter van het bestuur periodiek wordt geïnformeerd over de voortgang van de ontwikkeling, realisatie en implementatie van het programma in diens GGD;

    • e. zich laten informeren door GGD GHOR Nederland over de voortgang van het Programma en besteding van de subsidie;

    • f. ervoor zorgen dat diens organisatie kan aansluiten op de IV-voorzieningen;

    • g. daar waar landelijke IV-voorzieningen in ontwikkeling zijn, beschikbaar zijn of komen ervoor zorgen dat diens organisatie deze in gebruik neemt;

    • h. de eigen organisatie gereed maken voor het nieuwe IV-landschap, hieronder wordt verstaan: het stroomlijnen van processen, GGD medewerkers – laten – leren werken met de nieuwe IV-voorzieningen.

Artikel 6 – RIVM

  • 1. Het RIVM zorgt ervoor dat zijn directeur IV-O (CIO) adequaat bevoegd is om in de Stuurgroep IV-IZB van het Programma besluiten te nemen namens het RIVM.

  • 2. Daarnaast zal het RIVM:

    • a. bijdragen aan de ontwikkeling, realisatie en implementatie van het IV-landschap; en

    • b. bij de uitvoering van het Programma afstemmen met en aansluiten op de onderdelen binnen GGD GHOR Nederland die betrokken zijn bij de uitvoering van het Programma.

  • 3. Het RIVM neemt de VWS-beleidskaders, zoals beschreven in artikel 3, lid 2, onder a als uitgangspunt bij de ontwikkeling realisatie en implementatie van het IV-landschap.

IV. Governance en besturing

Artikel 7 – Governance

  • 1. Partijen committeren zich aan de governance en besturing van het Programma zoals uitgewerkt in het plan ‘Meerjaren Programmaplan 2023-2026 Informatievoorziening Infectieziektebestrijding 2.0’ inclusief toekomstige actualisaties van de governance en besturing van het programma.

  • 2. De Stuurgroep IV IZB kan gedurende het Programma nieuwe versies van het document ‘Meerjaren Programmaplan 2023-2026 Informatievoorziening Infectieziektebestrijding’ vaststellen.

V. Slotbepalingen

Artikel 8 – Toepasselijk recht

De uitvoering van dit convenant vindt plaats in overeenstemming met het Unierecht en het Nederlands Recht.

Artikel 9 – Communicatie

De communicatie over (ontwikkelingen die samenhangen met) de samenwerking die wordt geborgd met dit convenant vindt in afstemming met alle Partijen plaats.

Artikel 10 – Onvoorziene omstandigheden

Indien zich onvoorziene omstandigheden voordoen die van dien aard zijn dat dit convenant billijkheidshalve behoort te worden gewijzigd, treden partijen over een eventuele wijziging van dit convenant in overleg.

Artikel 11 – Financiën

De toekenning van financiering is onder voorbehoud van het budget dat in de rijksbegroting aan VWS wordt toebedeeld voor de uitvoering van deze activiteiten.

Artikel 12 – Nakoming en geschilbeslechting

  • 1. Partijen komen overeen dat de nakoming van de afspraken van het convenant niet in rechte afdwingbaar is.

  • 2. Voor alle geschillen die tussen Partijen omtrent de onderhavige samenwerking en/of dit convenant mochten ontstaan, trachten Partijen in goed overleg een oplossing te vinden.

Artikel 13 – Opzegging convenant

  • 1. Elke Partij kan dit convenant met inachtneming van een opzegtermijn van twee maanden schriftelijk opzeggen, onder vermelding van de reden hiervoor.

  • 2. Wanneer een partij dit convenant opzegt, blijft dit voor de overige partijen in stand, voor zover de inhoud en strekking ervan zich daartegen niet verzet.

Artikel 14 – Gegevensverwerking

Voor zover Partijen in het kader van de onderhavige samenwerking persoonsgegevens verwerken, zijn zij gehouden aan relevante wetgeving rondom gegevensverwerking.

Artikel 15 – Inwerkingtreding en looptijd

  • 1. Dit convenant treedt in werking met ingang van de dag na publicatie in de Staatscourant en eindigt op 31 december 2026.

  • 2. Het convenant kan worden verlengd na 31 december 2026, na overleg en overeenstemming tussen Partijen, voor een nader overeen te komen periode.

  • 3. Partijen treden uiterlijk 1 november 2025 in overleg over voortzetting van dit convenant.

Artikel 16 – Publicatie in Staatscourant

  • 1. Binnen vier weken na ondertekening van dit convenant wordt de tekst daarvan gepubliceerd in de Staatscourant.

  • 2. Bij wijzigingen in het convenant is het eerste lid van overeenkomstige toepassing.

  • 3. Van opzeggen of ontbinden van het convenant wordt melding gemaakt in de Staatscourant.

TOELICHTING

Het nieuwe IV-landschap stelt gemeenten in staat om hun reguliere taken rond de infectieziektebestrijding in kader van de Wet publieke gezondheid uit te voeren. Om het nieuwe IV-landschap te realiseren, is het cruciaal dat partijen intensief samenwerken, prioriteringsvraagstukken worden opgepakt en belangrijke strategische keuzes en besluiten gezamenlijk worden gemaakt respectievelijk genomen binnen het Programma. Iedere partij bij dit convenant is vanuit zijn rol en taken binnen het stelsel verantwoordelijk om het nieuwe IV-landschap te realiseren.

Het commitment op het Programma van alle betrokken partijen en van gemeenten is en blijft noodzakelijk voor de komende periode. Het versterken van de informatievoorziening infectieziektebestrijding is een essentieel onderdeel van de grotere opgave om de infectieziektebestrijding in Nederland te versterken.


X Noot
1

Zie o.a. Stand van Zakenbrief COVID-19, kenmerk 25295, 11 mei 2021.

X Noot
2

Urgente aanbeveling uit CIO-oordeel: ‘Maak bestuurlijke afspraken tussen VWS, de regionale GGD’en en GGD-GHOR met betrekking tot dit programma. (Urgent) Borg dat GGD/GHOR met mandaat namens de regionale GGD-en afspraken kan maken met RIVM en VWS (...).’

X Noot
3

Urgente aanbeveling uit CIO-oordeel: ‘Maak bestuurlijke afspraken tussen VWS, de regionale GGD’en en GGD-GHOR met betrekking tot dit programma. (Urgent) Borg het commitment van de regionale GGD’en aan de operationele en investeringsbeslissingen die hieruit voortkomen.’

Naar boven