Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 7 november 2025, nr. VO/F/47869323, houdende wijziging van diverse regelingen voor het voortgezet onderwijs in verband met het verlengen van regelingen en het vaststellen van bedragen voor het kalenderjaar 2026

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op de artikelen 5.6, tweede en vierde lid, 5.9, eerste en tweede lid, en 5.13, achtste lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020, artikel 2.2.3 van de Wet educatie en beroepsonderwijs, artikel 2.2.2, derde lid, en 2.2.3, eerste lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs BES;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING REGELING AANVULLENDE BEKOSTIGING EERSTE OPVANG NIEUWKOMERS VO

De Regeling aanvullende bekostiging eerste opvang nieuwkomers vo wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de begripsomschrijving van nieuwkomer eerste categorie en nieuwkomer tweede categorie wordt ‘1 oktober 2023’ telkens vervangen door ‘1 oktober 2024’.

2. De begripsbepaling van minister komt te luiden: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

B

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 3.750,86’ vervangen door ‘€ 3.746,03’.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 1.373,99’ vervangen door ‘€ 1.372,22’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 21.041,75’ vervangen door ‘€ 21.014,64’.

4. In het vierde lid wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

C

In artikel 5, eerste en derde lid, wordt ‘2025’ telkens vervangen door ‘2026’.

D

In artikel 9, tweede lid, wordt ‘1 januari 2026’ vervangen door ‘1 januari 2027’.

ARTIKEL II. WIJZIGING REGELING VERSTERKING FUNCTIEMIX VO-LERAREN IN DE RANDSTADREGIO’S

De Regeling versterking functiemix vo-leraren in de Randstadregio’s wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de begripsomschrijving van Randstadregio’s wordt ‘2024’ vervangen door ‘2025’.

2. De begripsbepaling van minister komt te luiden: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

B

In artikel 2, eerste lid, wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

C

In artikel 4, eerste lid, wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’ en wordt ‘€ 81.493.000’ vervangen door ‘€ 85.428.000’.

D

In artikel 8, tweede lid, wordt ‘1 januari 2026’ vervangen door ‘1 januari 2027’.

ARTIKEL III. WIJZIGING REGELING AANVULLENDE BEKOSTIGING STRATEGISCH PERSONEELSBELEID, BEGELEIDING EN VERZUIM VO

De Regeling aanvullende bekostiging strategisch personeelsbeleid, begeleiding en verzuim vo wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 komt de begripsbepaling van minister te luiden:

minister:

Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

B

In artikel 3 wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

C

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

2. In onderdeel a wordt ‘€ 58,46’ vervangen door ‘€ 0’.

3. In onderdeel b wordt ‘€ 26,35’ vervangen door ‘€ 12,73’.

D

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘de doelen, bedoeld in artikel 3’ vervangen door ‘het doel, bedoeld in artikel 3, onderdeel b’.

2. In het tweede lid wordt ‘de in artikel 3 bedoelde doelen’ vervangen door ‘het doel, bedoeld in artikel 3, onderdeel b’.

E

In artikel 8, tweede lid, wordt ‘1 januari 2026’ vervangen door ‘1 januari 2027’.

ARTIKEL IV. WIJZIGING REGELING AANVULLENDE BEKOSTIGING WERKDRUKVERLICHTING VOORTGEZET ONDERWIJS

A

In artikel 1 komt de begripsbepaling van minister te luiden:

minister:

Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

B

Artikel 3 van de Regeling aanvullende bekostiging werkdrukverlichting voortgezet onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid, onderdeel a, wordt ‘€ 357,66’ vervangen door ‘€ 360,53’.

2. In het derde lid, onderdeel b, wordt ‘€ 536,49’ vervangen door ‘€ 540,80’.

3. In het vierde lid, onderdeel a, wordt ‘USD 501,05’ vervangen door ‘USD 488,49’.

4. In het vierde lid, onderdeel b, wordt ‘USD 501,05’ vervangen door ‘USD 488,49’.

5. In het vierde lid, onderdeel c, wordt ‘USD 300,63’ vervangen door ‘USD 293,09’.

6. In het vijfde lid wordt ‘USD 681,43’ vervangen door ‘USD 664,34’.

ARTIKEL V. WIJZIGING REGELING BEKOSTIGING VO-SCHOLEN EN SAMENWERKINGSVERBANDEN VO

De Regeling bekostiging vo-scholen en samenwerkingsverbanden vo wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 komt de begripsbepaling van minister te luiden:

minister:

Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

2. In het eerste lid, aanhef, wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

3. In het eerste lid, onderdeel a, wordt ‘€ 275.595,52’ vervangen door ‘€ 275.240,43’.

4. In het eerste lid, onderdeel b, wordt ‘€ 137.797,76’ vervangen door ‘€ 137.620,22’.

5. In het tweede lid, aanhef, wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

6. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 9.507,49’ vervangen door ‘€ 9.495,24’.

7. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 11.185,30’ vervangen door ‘€ 11.170,89’.

C

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

2. In het eerste, tweede en derde lid wordt ‘2025’ telkens vervangen door ‘2026’.

D

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘2026’ vervangen door ‘2027’.

2. In het eerste en het tweede lid wordt ‘2026’ vervangen door ‘2027’.

E

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘2026’ vervangen door ‘2027’.

2. In het eerste, tweede en derde lid wordt ‘2026’ telkens vervangen door ‘2027’.

F

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

2. In het eerste lid, aanhef, wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

3. In het eerste lid, onderdeel a, wordt ‘USD 263.412,33’ vervangen door ‘USD 263.072,99’.

4. In het eerste lid, onderdeel b, wordt ‘USD 526.824,66’ vervangen door ‘USD 526.145,98’.

5. In het eerste lid, onderdeel c, wordt ‘USD 790.236,99’ vervangen door ‘USD 789.218,97’.

6. In het tweede lid, aanhef, wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

7. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘USD 8.960,20’ vervangen door ‘USD 8.948,66’.

8. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘USD 10.541,67’ vervangen door ‘USD 10.528,09’.

9. In het derde lid, aanhef, wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

10. In het derde lid, onderdeel a, wordt ‘USD 10.541,67’ vervangen door ‘USD 10.528,09’.

11. In het derde lid, onderdeel b, wordt ‘USD 6.325,00’ vervangen door ‘USD 6.316,85’.

12. In het vierde en vijfde lid wordt ‘2025’ telkens vervangen door ‘2026’.

13. In het zesde lid, aanhef, wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

14. In het zesde lid, onderdeel b, wordt ‘USD 194.224,26’ vervangen door ‘USD 193.974,05’.

15. In het zesde lid, onderdeel c, wordt ‘USD 453.189,95’ vervangen door ‘USD 452.606,13’.

16. In het zesde lid, onderdeel d, wordt ‘USD 712.155,64’ vervangen door ‘USD 711.238,21’.

17. In het zesde lid, onderdeel e, wordt ‘USD 971.121,32’ vervangen door ‘USD 969.870,28’.

18. In het zesde lid, onderdeel f, wordt ‘USD 1.230.087,03’ vervangen door ‘USD 1.228.502,37’.

G

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘2026’ vervangen door ‘2027’.

2. In het eerste tot en met zesde lid wordt ‘2026’ telkens vervangen door ‘2027’.

ARTIKEL VI. WIJZIGING REGELING AANVULLENDE BEKOSTIGING VO-SCHOLEN IN UITZONDERLIJKE OMSTANDIGHEDEN

A

In artikel 1 komt de begripsbepaling van minister te luiden:

minister:

Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

B

In artikel 6a, derde lid, van de Regeling aanvullende bekostiging vo-scholen in uitzonderlijke omstandigheden wordt ‘€ 30,37’ vervangen door ‘€ 45,28’.

ARTIKEL VII. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2026.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, K.M. Becking

TOELICHTING

Algemeen

Met deze wijzigingsregeling worden zes bekostigingsregelingen voor het voortgezet onderwijs aangepast. Het gaat hierbij om kleine technische aanpassingen, die primair betrekking hebben op de actualisatie van jaartallen, budgetten en bekostigingsbedragen. Het gaat om de Regeling aanvullende bekostiging eerste opvang nieuwkomers vo, Regeling versterking functiemix vo-leraren in de Randstadregio’s, Regeling aanvullende bekostiging strategisch personeelsbeleid, begeleiding en verzuim vo, Regeling aanvullende bekostiging werkdrukverlichting voortgezet onderwijs, de Regeling bekostiging vo-scholen en samenwerkingsverbanden vo en de Regeling aanvullende bekostiging vo-scholen in uitzonderlijke omstandigheden.

Financiële gevolgen

De aanpassing van de aanvullende bekostiging voor aanvullende loopbaanbegeleiding in het praktijkonderwijs leidt tot extra uitgaven aan bekostiging. Zoals reeds bij eerdere wijzigingsregeling1 aangekondigd, is vanaf 2026 structureel € 0,45 miljoen aanvullend budget beschikbaar voor verlenging van de aanvullende loopbaanbegeleiding praktijkonderwijs.

Een klein deel van het budget (€ 2.500) is bestemd voor het verhogen van de bekostiging in Caribisch Nederland (CN). Dit verloopt niet via deze wijzigingsregeling. De extra middelen voor verlenging van de aanvullende loopbaanbegeleiding in CN worden in 2026 structureel in de basisbekostiging verwerkt.

Hieronder wordt artikelsgewijs toegelicht welke wijzigingen er in de bovenstaande regelingen zijn aangebracht met deze wijzigingsregeling.

Artikelsgewijs

Artikel I

Wijziging Regeling aanvullende bekostiging eerste opvang nieuwkomers vo

Met deze wijzigingsregeling wordt de regeling met een jaar verlengd en worden de bekostigingsbedragen voor het kalenderjaar 2026 bekendgemaakt. De bekostigingsbedragen zijn licht naar beneden bijgesteld ten opzichte van 2025. De reden is dat er in 2025 éénmalig 0,14% aan aanvullende middelen voor loon- en prijsontwikkeling in de tarieven was verwerkt.

Artikel II

Wijziging Regeling versterking functiemix vo-leraren in de Randstadregio’s

Met deze wijzigingsregeling wordt de regeling met een jaar verlengd en het budget van deze regeling voor het kalenderjaar 2026 vastgesteld. Dit budget is verhoogd ten opzichte van kalenderjaar 2025 door loon- en prijsbijstelling.

Artikel III

Wijziging Regeling aanvullende bekostiging strategisch personeelsbeleid, begeleiding en verzuim vo

Met deze wijzigingsregeling wordt de regeling met een jaar verlengd en worden de bekostigingsbedragen voor het kalenderjaar 2026 bekendgemaakt. Ook wordt de regeling aangepast vanwege het wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid en arbeidsmarktmaatregelen.

Het bedrag per leerling voor het aanpakken van verzuim daalt ten opzichte van 2025 vanwege een gedaald budget. Het budget voor verzuim komt per 1 januari 2027 volledig te vervallen zoals aangekondigd in de Kamerbrief2 over de invulling van het OCW-aandeel in de rijksbrede subsidietaakstelling.

Wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid en arbeidsmarktmaatregelen

Het is belangrijk dat de schoolbesturen in het po en vo het strategisch personeelsbeleid en goed werkgeverschap structureel blijven versterken. Het wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid en arbeidsmarktmaatregelen stelt daartoe de wettelijke eis aan schoolbesturen om strategisch personeelsbeleid te voeren en introduceert maatregelen voor meer vaste contracten, grotere contracten, en het beperken van externe inhuur. Het wetsvoorstel is in juni voor advisering naar de Raad van State gezonden. Om schoolbesturen te ondersteunen bij het voeren van strategisch personeelsbeleid en het geven van invulling aan de vereisten uit het wetsvoorstel worden de middelen voor PBSS (Professionalisering en Begeleiding Starters en Schoolleiders) in het po en strategisch personeelsbeleid en begeleiding in het vo vanaf 2026 toegevoegd aan de basisbekostiging voor het po en vo. De middelen zijn middels deze regeling nog niet verwerkt in het bedrag per leerling in de basisbekostiging, dit zal op een later moment in 2026 gebeuren.

In de Regeling aanvullende bekostiging strategisch personeelsbeleid, begeleiding en verzuim vo blijven in 2026 alleen nog middelen voor verzuim in het vo over. Het in de regeling opgenomen budget voor strategisch personeelsbeleid en begeleiding is op nihil vastgesteld. Voor dit laatste is gekozen, zodat de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) niet voor een enkel jaar in haar systemen een gewijzigd bekostigingsonderwerp hoeft in te regelen, aangezien het budget voor verzuim per 1 januari 2027 komt te vervallen en daarmee de gehele regeling. Hiermee worden de uitvoeringslasten zo veel mogelijk beperkt.

Artikel IV

Wijziging Regeling aanvullende bekostiging werkdrukverlichting voortgezet onderwijs

Met deze wijzigingsregeling worden de bekostigingsbedragen voor het kalenderjaar 2026 voor werkdrukverlichting bekendgemaakt. De bedragen per leerling op Europees Nederland stijgen in 2026 licht ten opzichte van 2025 vanwege een gelijkblijvend budget in combinatie met een licht dalend aantal leerlingen. De bedragen per leerling op CN dalen in 2026 ten opzichte van 2025 vanwege een gelijkblijvend budget in combinatie met een stijgend aantal leerlingen.

Artikel V

Wijziging Regeling bekostiging vo-scholen en samenwerkingsverbanden vo

Met deze wijzigingsregeling wordt de regeling met een jaar verlengd en worden de bekostigingsbedragen bekendgemaakt. De bedragen met betrekking tot het lopende kalenderjaar staan altijd in artikel 2 (bekostiging vo-scholen Europees Nederland), artikel 3 (aanvullende bekostiging lwoo en pro en regionale ondersteuning) en artikel 8 (bekostiging vo-scholen Caribisch Nederland). De bedragen met betrekking tot het volgende kalenderjaar staan respectievelijk in artikel 4, 5 en 9. Deze wijzigingsregeling voorziet in een actualisatie van jaartallen en de bedragen in de artikelen 2, 3 en 8 en in de vaststelling van de bedragen voor het volgende kalenderjaar, te weten 2027, in artikelen 4, 5 en 9. Deze aanpassingen zijn technisch en niet inhoudelijk van aard.

Artikel VI

Wijziging Regeling aanvullende bekostiging vo-scholen in uitzonderlijke omstandigheden

Met deze wijzigingsregeling wordt het bedrag per leerling in artikel 6a, derde lid verhoogd in verband met de verlenging van aanvullende loopbaanbegeleiding aan schoolverlaters in het praktijkonderwijs per 2026. De aanpassing in het bedrag per leerling is berekend met de hiervoor benodigde leerlingtelling per teldatum 1 oktober 2025.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, K.M. Becking


X Noot
2

Tweede Kamer, vergaderjaar 2024–2025, 36 600 VIII, nr. 15

Naar boven