Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 10 november 2025, nr. WJZ/54978231(28483), houdende wijziging van de Subsidieregeling instandhouding monumenten in verband met een wijziging van de verdeling van het budget, het verhogen van de maximale subsidiabele kosten voor molens, het versoepelen van de subsidieverplichtingen voor verduurzamingsonderzoek en enkele technische verbeteringen

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 7.7, eerste en tweede lid, van de Erfgoedwet;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE SUBSIDIEREGELING INSTANDHOUDING MONUMENTEN

De Subsidieregeling instandhouding monumenten wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de begripsomschrijving van onderdeel h vervalt ‘samen met de hoofdstructuur’.

2. In de begripsomschrijving van onderdeel l vervalt ‘een gebouw dat deel uitmaakt van een geregistreerd museum,’ en wordt ‘agrarisch gebouw of watertoren’ vervangen door ‘agrarisch gebouw, watertoren of gebouw dat deel uitmaakt van een geregistreerd museum’.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 800.000’ vervangen door ‘€ 1,5 miljoen’.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 13,5 miljoen’ vervangen door ‘€ 15,2 miljoen’.

3. In onderdeel c wordt ‘€ 55,92 miljoen’ vervangen door ‘€ 81,3 miljoen’.

C

Artikel 3a vervalt.

D

In artikel 3b, eerste lid, wordt ‘artikel 3a, eerste lid, onderdeel b’ vervangen door ‘artikel 3, eerste lid’.

E

In artikel 5, tweede lid, wordt ‘€ 72.500’ vervangen door ‘€ 95.000’.

F

Artikel 7 komt te luiden:

Artikel 7. Wijze van indiening

Ten behoeve van het doen van een subsidieaanvraag is een online-portaal ingericht, dat is te bereiken via www.cultureelerfgoed.nl. Een aanvraag wordt elektronisch ingediend bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed met gebruikmaking van een aanvraagformulier als bedoeld in artikel 8, eerste lid, dat op het portaal beschikbaar is gesteld.

G

Artikel 8, eerste lid, tweede volzin, vervalt.

H

Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘75 procent’ vervangen door ‘60 procent’.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘25 procent’ vervangen door ‘40 procent’.

3. In het derde lid, tweede zin, wordt ‘overzichten’ vervangen door ‘meerjarenbegroting’.

I

Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘het overzicht’ vervangen door ‘de meerjarenbegroting’.

2. In het tweede lid, eerste volzin, wordt ‘een overzicht’ vervangen door ‘een meerjarenbegroting’ en wordt ‘dat overzicht’ vervangen door ‘die begroting’.

3. In het tweede lid, tweede volzin, wordt ‘het overzicht’ vervangen door ‘de meerjarenbegroting’.

4. In het tweede lid, derde volzin, vervalt ‘voor het overzicht’.

5. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 12.083,33’ vervangen door ‘€ 15.833,33’ en wordt ‘het overzicht’ vervangen door ‘de meerjarenbegroting’.

6. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘het overzicht’ vervangen door ‘de meerjarenbegroting’.

J

Onder vervanging van ‘; en’ aan het slot van artikel 29c, eerste lid, onderdeel c, door een puntkomma en onder vervanging van de punt aan het slot van artikel 29c, eerste lid, onderdeel d, door ‘; en’ wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • e. in 2026 een bedrag van ten hoogste € 1.600.000 beschikbaar.

K

In artikel 29d, eerste lid, wordt ‘€ 4.000,–’ vervangen door ‘€ 4.000’.

L

Artikel 29h, tweede lid, alsmede de aanduiding ‘1.’ voor het eerste lid vervallen.

ARTIKEL II. WIJZIGING VAN DE BIJLAGE BIJ DE SUBSIDIEREGELING INSTANDHOUDING MONUMENTEN

De bijlage bij de Subsidieregeling instandhouding monumenten wordt als volgt gewijzigd:

M

Hoofdstuk 1.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel a, onder 1°, komt te luiden:

  • 1°. zijn gericht op maximaal behoud van de monumentale waarden van het rijksmonument, in het bijzonder historische materialen en constructies;

2. Onderdeel a, onder 4°, vervalt, onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel a, onder 2°, door ‘; en’ en onder vervanging van ‘; en’ aan het slot van onderdeel a, onder 3°, door een puntkomma.

N

In Hoofdstuk 1.2, paragraaf ‘Groene monumenten’, tweede alinea, vijfde zin, vervalt ‘aan de hoofdstructuur en de aantoonbare kernwaarden (hoofdkarakteristiek) van groene monumenten’.

O

Hoofdstuk 1.3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het symbool ‘*’ wordt telkens vervangen door het symbool ‘-’.

2. Paragraaf ‘92. GROENE MONUMENTEN (begraafplaatsen, parken, tuinen, e.d.)’ komt te luiden:

92. GROENE MONUMENTEN (begraafplaatsen, parken, tuinen, e.d.)

92.00 ALGEMEEN

Algemeen

Het gaat hier om werkzaamheden aan de monumentale aangelegde elementen van een groen monument, zoals beplanting, paden, waterlopen en vijvers. Werkzaamheden aan kleine rijksbeschermde gebouwde elementen binnen een groenaanleg, zoals bruggetjes, priëlen, standbeelden, grafmonumenten of tuinmuren, kunnen in samenhang met de werkzaamheden aan de aangelegde elementen ook subsidiabel zijn. Voor werkzaamheden aan de andere rijksbeschermde gebouwde elementen, zie de voorgaande paragrafen.

Deze paragraaf is onderverdeeld in elementen waaruit een groen monument kan bestaan. Per element blijkt uit een tabel of de genoemde werkzaamheden subsidiabel zijn. Niet genoemde werkzaamheden zijn niet subsidiabel.

Subsidiabel op grond van de Sim

Subsidiabel op grond van de Sim zijn de in de tabellen opgenomen onderhoudswerkzaamheden aan de volgende elementen van een groen monument:

  • grasland

  • laanbeplantingen

  • parkbosranden

  • solitairen en boomgroepen

  • zichtassen en zichtlijnen

  • kleine rijksbeschermde gebouwde elementen in een groenaanleg

  • waterpartijen en waterlopen

  • wegen, paden en terrassen

Alleen onder voorwaarden subsidiabel op grond van de Sim: in de tabellen opgenomen onderhoudswerkzaamheden aan aangelegde elementen die aantoonbaar medebepalend zijn voor de hoofdkarakteristiek van de groenaanleg, bijvoorbeeld omdat ze in hun context uniek of zeldzaam zijn (de zogenoemde kernwaarden; zie ook de begripsbepaling in artikel 1 van de Sim). Alleen indien de kernwaarde voldoende onderbouwd is, zijn de kosten subsidiabel op grond van de Sim. Een kernwaarde moet worden aangetoond door een eigen, steekhoudende analyse. Hierbij wordt gebruik gemaakt van bijvoorbeeld een tuinhistorisch rapport, archiefstukken zoals historisch beeldmateriaal, historische beplantingschema’s of een analyse van vakliteratuur. Een verwijzing naar de registeromschrijving van het groene monument is niet voldoende. Kernwaarde-posten in de begroting moeten in detail herleidbaar zijn naar de kernwaarde-analyse (bijvoorbeeld door in de analyse onderscheid te maken tussen de verschillende hagen). Zie onderstaande tabellen onder ‘Beplanting’ voor de wijze waarop de kernwaarde per element wordt aangetoond. De minister beoordeelt of de kernwaarde voldoende is aangetoond.

Zie de tabellen hieronder voor de voorwaarden waaronder normaal onderhoud aan de kernwaarden subsidiabel is. Het betreft de volgende elementen van een groen monument:

  • boomgaarden en leifruitcollecties

  • borders, rozenperken en klimplanten

  • hagen, topiaria en berceaus

  • heestergroepen

  • kuipplantencollectie

  • aardwerken

Niet subsidiabel op grond van de Sim: in de tabellen (om budgettaire redenen) als niet subsidiabel op grond van de Sim aangemerkte onderhoudswerkzaamheden en restauratie. Deze kosten kunnen wel subsidiabel zijn op grond van een andere subsidieregeling. Het betreft de volgende aangelegde elementen van een groen monument:

  • hakhoutbos

  • lei- en knotbomen

  • parkbos

Tabellen per element:

Beplanting

Bermen: zie Grasland

Boomgaarden en leifruitcollecties

Onderhoud

(Op grond van de Sim alleen subsidiabel onder voorwaarden (als kernwaarde): uitsluitend fruitbomencollecties (boomgaard of leifruit), voor zover aantoonbaar op een historische locatie, uit een voor de monumentale waarde relevante historische fase en bestaande uit historische fruitrassen. Bij boomgaarden zijn ook het plantverband en de plantafstand relevant)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– snoeien, leiden en bemesten met organische meststoffen van fruitbomen

– incidenteel kappen van zieke bomen

– inboeten en beschermen van jonge aanplant tegen vee of wilden water geven gedurende maximaal drie jaar

– vervanging van een deel van de fruitbomen collectie door nieuwe aanplant, waarbij gelet wordt op de historische locatie, de tuinfase, de historische fruitrassen, het plantverband en de plantafstand

– vervanging van de volledige fruitbomencollectie (boomgaard of leifruit) door nieuwe aanplant en water geven gedurende maximaal drie jaar, mits geadviseerd door de minister

Boomsingels bij begraafplaatsen: zie Solitairen en boomgroepen

Borders, rozenperken en klimplanten

Onderhoud

(Op grond van de Sim alleen subsidiabel onder voorwaarden (als kernwaarde): uitsluitend vaste plantenborders, rozenperken en klimplanten, voor zover op basis van aangetoonde beplantingsschema’s uit een voor de monumentale waarde relevante historische fase)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– verzorgen van beplanting (zoals snoeien, bemesten met organische meststoffen, onkruidvrij houden op milieuvriendelijke wijze en, bij rozenperken en heesters, voorkomen of bestrijden van ernstige plagen op milieuvriendelijke wijze

– inboeten van plantmateriaal

– vervanging van delen van het element door nieuwe aanplant

– vervangen van de volledige beplanting als element door nieuwe aanplant mits geadviseerd door de minister

Gazon: zie Grasland

Grasland (bermen, gazons, parkweiden en ruigten in parkbossen en langs waterlopen), niet door vee begraasd

Onderhoud

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– maaien (maximaal twee keer per jaar) en afvoeren van het maaisel (hooilandbeheer)

– blad ruimen (maximaal één keer per jaar)

– opslag verwijderen, egaliseren en zaaien

Hagen, topiaria en berceaus

Onderhoud

(Op grond van de Sim alleen subsidiabel onder voorwaarden (als kernwaarde): hagen, topiaria en berceaus die aantoonbaar vanuit historisch ontwerp of vanuit historische typologie een kernwaarde zijn)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– verzorgen van beplanting (vormsnoei, bemesten met organische meststoffen en onkruidvrij houden op milieuvriendelijke wijze)

– inboeten van bomen en heesters

– knippen (buxus, haagbeuk, liguster en meidoorn twee keer per jaar, beuk en taxus één keer per jaar)

– voorkomen of bestrijden van ernstige plagen op milieuvriendelijke wijze

– instandhouding van een lei- of draagconstructie

– (volledige) vervanging van een lei- of draagconstructie of beplanting

Hakhoutbos

Onderhoud

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– afzetten van uitlopers of slieten

– uitslepen van hout

– inboeten

– geheel, of vaksgewijs in fasen, vervangen van de beplanting als element door nieuwe aanplant, mits geadviseerd door de minister

Heestergroepen

Onderhoud

(Op grond van de Sim alleen subsidiabel onder voorwaarden (als kernwaarde): heestergroepen die aantoonbaar beeldbepalend zijn in een (landschappelijke) groenaanleg en die vanuit de ontwerpgedachte van de aanleg een belangrijke ruimtelijke functie hebben op hun specifieke locatie, bijvoorbeeld als afsluiting van een zichtlijn)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– verzorgen van beplanting (zoals snoeien, bemesten met organische meststoffen, onkruidvrij houden op milieuvriendelijke wijze, voorkomen of bestrijden van ernstige plagen op milieuvriendelijke wijze)

– inboeten van plantmateriaal

– vervanging door nieuwe aanplant

Knotbomen: zie Lei- en knotbomen

Kuipplantencollectie

Onderhoud

(Op grond van de Sim alleen subsidiabel onder voorwaarden (als kernwaarde): kuipplantencollectie ten minste bestaande uit enkele oude kuipplanten, voor zover aantoonbaar onderdeel van het ontwerp van de historische groenaanleg. Dit is aan te tonen aan de hand van een historische oranjerie, ontwerptekeningen, historische foto’s of een kasboek)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– verzorgen van bomen en beplanting (zoals snoeien, bemesten met organische meststoffen, voorkomen of bestrijden van ernstige plagen op milieuvriendelijke wijze, verkuipen en water geven)

– onderhoud aan de kuipen

– vervanging van kuipplanten

– vervanging van kuipen

Laanbeplantingen

Onderhoud

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– verzorgen van bomen (snoeien voor zover nodig voor de instandhouding van de boom of voor instandhouding van de monumentale waarde), incidenteel bemesten met organische meststoffen of beluchten voor zover naar oordeel van de minister noodzakelijk

– incidenteel kappen van zieke bomen

– inboeten, water geven gedurende maximaal drie jaar en beschermen van jonge aanplant tegen vee of wild

– onderhoud van bestaande drainage ten behoeve van een adequate waterafvoer voor behoud van de laanbeplanting

– geheel, of bij grotere lengte in fasen, vervangen van de laanbeplanting als element door nieuwe aanplant en water geven gedurende maximaal drie jaar

– aanleg van drainage ten behoeve van een adequate waterafvoer voor behoud van de laanbeplanting indien nodig door gewijzigde, blijvend verhoogde waterstand (niet na oneigenlijk gebruik, bijvoorbeeld te zware bodembelasting)

– VTA (Visual Tree Assessment) en opkronen van bomen vanwege het verkeer is niet subsidiabel.

Lei- en knotbomen (zie ook Laanbeplantingen of Solitairen en boomgroepen)

Onderhoud

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– verzorgen van bomen (zoals snoeien, leiden en knotten, incidenteel bemesten met organische meststoffen of beluchten voor zover naar oordeel van de minister noodzakelijk)

– incidenteel kappen van zieke bomen

– inboeten, water geven gedurende maximaal drie jaar en beschermen van jonge aanplant tegen vee of wild

– verwijderen van opslag

– vervanging van een boom of boomgroep als element door nieuwe aanplant en water geven gedurende maximaal drie jaar

Parkbos (geen productiebos) (zie ook Hakhoutbos)

Onderhoud

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– incidenteel kappen of rooien van bomen en heesters

– inboeten, water geven gedurende maximaal drie jaar en beschermen van jonge aanplant tegen vee of wild

– geheel, of vaksgewijs in fasen, vervangen van de beplanting als element door nieuwe aanplant mits geadviseerd door de minister

Parkbosranden (zie ook Grasland)

Onderhoud

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– snoeien van bomen en heesters

– incidenteel kappen of rooien van bomen of heesters

– inboeten, water geven gedurende maximaal drie jaar en beschermen van jonge aanplant tegen vee of wild

– rooien en opnieuw inplanten van bomen

Parkweiden: zie Grasland

Siertuinen: zie Hagen, topiaria en berceaus en Borders, rozenperken en klimplanten

Solitairen en boomgroepen

Onderhoud solitairen en boomgroepen die beeldbepalend zijn in een (landschappelijke) groenaanleg en die vanuit de ontwerpgedachte van de aanleg een belangrijke ruimtelijke functie hebben op hun specifieke locatie (bijvoorbeeld als coulisse in een parkweide) en, bij begraafplaatsen, boomsingels

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– verzorgen van bomen (zoals snoeien, leiden en knotten), incidenteel bemesten met organische meststoffen of beluchten voor zover naar oordeel van de minister noodzakelijk

– incidenteel kappen van zieke bomen

– inboeten volgens oorspronkelijk ontwerp (cultivar, locatie), water geven gedurende maximaal drie jaar en beschermen van jonge aanplant tegen vee of wild

– vervanging van een boom of boomgroep als element door nieuwe aanplant en water geven gedurende maximaal drie jaar

Vormbomen: zie Lei- en knotbomen en Hagen, topiaria en berceaus

Zichtassen en zichtlijnen (vista’s; zie ook Grasland en Parkbosranden)

Onderhoud

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– onderhoud van zichtassen, zichtlijnen en open ruimten door het verwijderen van opslag en beperkt kappen van bomen, verwijderen van takken van bomen of te ver uitgegroeide heesters die het zicht inkaderen of begeleiden

– herstel van de ruimtelijke structuur van zichtassen, zichtlijnen en open ruimten, nadat deze eerder opzettelijk zijn dichtgeplant, voor zover van aangetoond belang voor de monumentale waarden

Andere elementen in de groenaanleg:

Aardwerken (voor aardwerken zonder beschermde groenaanleg zie 17. Terreininrichting)

Onderhoud

(Op grond van de Sim alleen subsidiabel onder voorwaarden (als kernwaarde): aardwerken die beeldbepalend zijn in een groenaanleg en die vanuit de ontwerpgedachte van de aanleg een belangrijke ruimtelijke functie hebben op hun specifieke locatie, bijvoorbeeld in verdedigingslinies of Japanse tuinen)

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– onderhoud van aardwerken met inbegrip van het maaien van taluds (maximaal twee keer per jaar)

– herstel van reliëf door het aanvullen van terreingedeelten die aan erosie of inklinking onderhevig zijn geweest

Bruggen: zie 17. Terreininrichting, of Wegen, paden en terrassen of Kleine rijksbeschermde gebouwde elementen in een groenaanleg

Kleine rijksbeschermde gebouwde elementen in een groenaanleg

Onderhoud

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– normaal onderhoud (noodzakelijke reguliere werkzaamheden die gericht zijn op het behoud van monumentale waarde) van ten hoogste vier kleine rijksbeschermde gebouwde elementen per zelfstandig onderdeel van de groenaanleg, tot een maximumbedrag van € 6.000 per gebouwd element

– werkzaamheden die het normale onderhoud te boven gaan en noodzakelijk zijn voor herstel

Waterpartijen en waterlopen, inclusief bijbehorende beschoeiing, stuwen en duikers, waterpeilen en waterkwaliteit

Onderhoud

Restauratie

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– schoon en op diepte houden van niet verlande waterlopen en vijvers, inclusief het afvoeren of tijdelijk opslaan van de uitkomende bagger in depot en het afwerken van het depot na inklinking, mits met gesloten grondbalans, op basis van offerte of meting en berekening

– opschonen van windhoeken (het plaatselijk verwijderen van opgehoopt blad en takhout)

– verwijderen van overmatige plantengroei

– onderhoud en het werkzaam houden van duikers en stuwen

– plaatselijk herstel van bestaande beschoeiing, bij houten beschoeiingen met toepassing van duurzaam geproduceerd hout

– uitbaggeren van verlande waterlopen en vijvers (langcyclisch)

– aanbrengen van nieuwe, eenvoudige duikers, overstorten, stuwen, gemaaltjes en pompen, die naar het oordeel van de minister nodig zijn voor het handhaven of verbeteren van het waterpeil

– vervanging van beschoeiingen, indien om constructieve of materiaaltechnische redenen noodzakelijk, bij houten beschoeiingen met toepassing van duurzaam geproduceerd hout

– aanbrengen van een nieuwe beschoeiing, bij houten beschoeiingen met toepassing van duurzaam geproduceerd hout, indien nodig voor de instandhouding van de historische oeverlijn

Wegen, paden en terrassen (voor bruggen: zie ook 17. Terreininrichting, of Kleine rijksbeschermde gebouwde elementen in een groenaanleg)

Onderhoud historisch padenstelsel

Restauratie historisch padenstelsel

(Niet subsidiabel op grond van de Sim)

– onkruidvrij houden op milieuvriendelijke wijze (maximaal twee keer per jaar)

– blad ruimen (maximaal één keer per jaar)

– knippen of steken van graskanten (maximaal twee keer per jaar)

– aanvullen met een toplaag, zoals grind, schelpen of zand, overeenkomstig de bestaande toestand, voor zover de bestaande toplaag bijdraagt aan de monumentale waarde

– plaatselijk herstel van de bestaande verharding of het bestaande profiel

– onderhoud van eenvoudige houten loopbruggetjes die deel uitmaken van de historische wandeling, met toepassing van duurzaam geproduceerd hout

– onderhoud van bestaande drainage ten behoeve van een adequate waterafvoer

– herstel van het oorspronkelijke profiel van vervaagde historische paden en padenpatronen, die slechts beperkt nog herkenbaar zijn

– bestaande kantopsluitingen vervangen voor zover behorend bij een historisch ontwerp of nodig voor herstel en behoud van de padbreedte en de belijning

– aanbrengen van eenvoudige houten loopbruggetjes met toepassing van duurzaam geproduceerd hout, indien de verbinding van belang is voor de aanleg en de voorganger geheel verdwenen is

– aanleg van drainage ten behoeve van een adequate waterafvoer voor behoud van het padenstelsel indien nodig door gewijzigde, blijvend verhoogde waterstand (niet na oneigenlijk gebruik, bijvoorbeeld te zware bodembelasting)

ARTIKEL III. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, G. Moes

TOELICHTING

Inleiding

In de Kamerbrief Aanpak grote monumenten en religieus erfgoed is een aantal maatregelen aangekondigd om de financiering van de instandhouding van grote rijksmonumenten te verbeteren.1 In deze wijzigingsregeling van de Subsidieregeling instandhouding monumenten (Sim) worden de aangekondigde maatregelen in de Sim doorgevoerd. Daarnaast wordt er budget voor verduurzamingsonderzoeken voor aanvraagronde 2026 toegevoegd, wordt een subsidieverplichting bij verduurzamingsonderzoek geschrapt en worden er enkele (technische) verbeteringen doorgevoerd in de Sim.

Hieronder volgt een toelichting op de afzonderlijke voorgestelde wijzigingen.

1. Verdeling budget over de verschillende categorieën rijksmonumenten en over kleine en grote aanvragen (Artikel I, onderdelen B t/m D en H)

In de Sim wordt onderscheid gemaakt tussen archeologische, groene en overige (gebouwde) rijksmonumenten, waarvoor afzonderlijke budgetten beschikbaar zijn. Tevens wordt binnen deze categorieën onderscheid gemaakt tussen kleine en grote aanvragen.

Door meerdere incidentele en structurele budgettoevoegingen is het beschikbare budget en de verdeling daarvan in de regeling verspreid geraakt over verschillende artikelen, wat de regeling minder overzichtelijk maakt. Daarnaast blijkt uit de subsidieaanvragen dat de huidige budgetverdeling niet goed is afgestemd op de feitelijke vraag. Daarom wordt het beschikbare budget voor de Sim vanaf de aanvraagronde 2026 op een verbeterde, bestendige wijze in de regeling opgenomen.

De budgetverdeling vanaf aanvraagronde 2026, bij een totaal beschikbaar budget van € 103 miljoen, is als volgt vastgesteld:

  • Archeologische rijksmonumenten: € 1,5 miljoen;

  • Groene monumenten: € 15,2 miljoen;

  • Overige rijksmonumenten: € 86,3 miljoen, waarvan € 5 miljoen specifiek voor grote kerkgebouwen.

Deze verdeling is gebaseerd op de verhouding tussen de verschillende categorieën in eerdere subsidierondes en is aangekondigd in eerdergenoemde Kamerbrief.

Daarnaast wijzigt de verhouding tussen het budget voor kleine aanvragen en het budget voor grote aanvragen van 75% voor klein en 25% voor groot naar 60% voor klein en 40% voor groot. Dit houdt verband met het toevoegen van de aparte middelen voor grote aanvragen (het huidige artikel 3a) aan de reguliere budgetten per categorie in artikel 3, en met de werkelijke subsidiebehoefte. De categorieën groot en klein worden onderscheiden op basis van subsidiabele kosten vanaf € 250.000 voor groene en archeologische monumenten en een herbouwwaarde vanaf € 8,3 miljoen voor overige (gebouwde) rijksmonumenten. Sinds 2025 is er structureel € 5 miljoen beschikbaar voor grote kerkgebouwen. Dit budget is – door middel van een wijziging van de Sim eerder dit jaar – toegevoegd naar aanleiding van een amendement2 en blijft geoormerkt voor deze specifieke rijksmonumenten.

2. Ophoging maximumbedrag subsidiabele kosten voor molens (Artikel I, onderdeel E)

Voor molens kent de Sim een afwijkende methodiek voor het bepalen van de maximale subsidiabele kosten. In plaats van 3% van de herbouwwaarde geldt een vast maximumbedrag, omdat onderhoud van molens door de bewegende delen relatief kostbaarder is.

Vanwege stijgende onderhoudskosten, mede veroorzaakt door loon- en prijsstijgingen sinds 2006, is het maximumbedrag eind 2023 reeds verhoogd. Door een verlaging van het subsidiepercentage van 60% naar 50% per 2025 is deze verhoging echter vrijwel tenietgedaan. Daarom wordt het maximumbedrag voor molens per aanvraagjaar 2026 verhoogd van € 72.500 naar € 95.000, zoals toegezegd in de eerdergenoemde Kamerbrief.

3. Toevoegen budget voor verduurzamingsonderzoek in 2026 (Artikel I, onderdeel J)

Sinds 2022 kunnen eigenaren van gebouwde rijksmonumenten aanvullend op onderhoudssubsidie subsidie aanvragen voor het uitvoeren van een verduurzamingsonderzoek, met een vast subsidiabel bedrag van € 4.000 per onderzoek. Voor de aanvraagronde 2026 is nog geen budget in de regeling opgenomen voor deze onderzoeken. Vanuit het Klimaatfonds zijn sinds 2025 middelen voor verduurzamingsonderzoek beschikbaar gesteld. Voor 2026 en volgende jaren is een bedrag van € 1,6 miljoen gereserveerd. Deze wijzigingsregeling voegt daarom een budget van € 1,6 miljoen toe voor verduurzamingsonderzoeken in 2026. Daarnaast resteert uit 2025 een bedrag van circa € 3.752.230, dat conform de regeling wordt toegevoegd aan het budget voor 2026, zodat in totaal € 5.352.230 beschikbaar is (minus eventuele subsidieverleningen die volgen uit bezwaren).

4. Verantwoording subsidie voor verduurzamingsonderzoek (Artikel I, onderdeel L)

Eigenaren die subsidie voor een verduurzamingsonderzoek aanvragen, dienen het verduurzamingsrapport binnen vier weken na voltooiing te verstrekken aan de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. De verantwoording over het verduurzamingsonderzoek is ook onderdeel van de reguliere eindverantwoording over de totale subsidie.

De verplichting om het verduurzamingsonderzoek binnen vier weken toe te sturen, is destijds opgenomen in de regeling om in de eerste jaren na invoering een goed beeld te krijgen van de werking van dit instrument, en is nu niet meer nodig. Daarom vervalt deze verplichting. De verantwoording als onderdeel van de reguliere eindverantwoording blijft gehandhaafd.

5. Modernisering wijze van indienen en vervallen apart aanvraagformulier voor eigenaren met meer dan 20 rijksmonumenten (Artikel I, onderdelen F en G)

De aanvraagprocedure wordt aangepast door te verduidelijken dat aanvragen via het online portaal op www.cultureelerfgoed.nl moeten worden ingediend. Het aanvraagformulier wordt digitaal beschikbaar gesteld.

De regeling bevat momenteel een bepaling dat eigenaren met meer dan 20 rijksmonumenten een afzonderlijk formulier kunnen gebruiken voor gezamenlijke aanvragen. Dit formulier is echter nooit gerealiseerd, omdat er geen vraag naar was vanuit de praktijk. Ook wordt het niet ondersteund door het ICT-systeem van de RCE. De RCE biedt wel een apart begrotingsmodel aan voor eigenaren van meerdere rijksmonumenten. Dit is echter niet hetzelfde als een aanvraagformulier.

De bepaling over het afzonderlijke formulier voor eigenaren met meer dan 20 rijksmonumenten vervalt daarom.

6. Redactionele en technische aanpassingen Sim en Leidraad (Artikel I, onderdelen A, I, K, en Artikel II)

Ten slotte worden enkele redactionele en technische verbeteringen doorgevoerd in de Sim en de bijbehorende Leidraad. Artikel I, onderdelen A, I, K, en artikel II, onderdeel M, betreffen redactionele aanpassingen en hebben geen inhoudelijke gevolgen. In artikel II, onderdelen N en O, worden de toelichting op de subsidiabele kosten voor groene rijksmonumenten aangepast en de bijbehorende tabellen vereenvoudigd. Het begrip hoofdstructuur komt te vervallen, omdat dit niet doorslaggevend is om te bepalen of werkzaamheden wel of niet subsidiabel zijn. De bestaande redactie was op dit punt verwarrend, omdat bepaalde elementen die om budgettaire redenen niet subsidiabel zijn gesteld, zoals parkbos, niet als hoofdstructuur werden aangemerkt, terwijl ze dat vanuit de ontwerpgedachte wel kunnen zijn.

Om te bepalen welke werkzaamheden subsidiabel zijn op grond van de Sim moet het desbetreffende element van het groene monument als zodanig zijn benoemd in de Leidraad. Omwille van de leesbaarheid is aan het begin van paragraaf 92 van hoofdstuk 1.3 een uitputtende opsomming gegeven van elementen waarvoor subsidie kan worden verstrekt, elementen waarvoor alleen onder voorwaarden subsidie kan worden verstrekt (de zogenoemde ‘kernwaarden’) en elementen waarvoor geen subsidie wordt verstrekt op grond van de Sim. In de tabellen zijn enkele redactionele aanpassingen doorgevoerd en een paar ontbrekende maximaal subsidiabele frequenties toegevoegd, die overeenkomen met het begrotingsmodel voor aanvragen voor groene rijksmonumenten. Deze aanpassingen hebben geen inhoudelijke gevolgen.

In de tabel voor boomgaarden en (lei)fruitcollecties is de manier waarop de kernwaarde dient te worden onderbouwd gewijzigd. Het groene monument hoeft niet langer voor meer dan 50% uit boomgaard te bestaan om voor dit element in aanmerking te kunnen komen voor subsidie. Wel moet op de aangegeven manier worden aangetoond dat het een kernwaarde betreft.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, G. Moes


X Noot
1

Kamerstukken II 2024/25, 32 156, nr. 140.

X Noot
2

Kamerstukken II 2024/25, 36 600 VIII, nr. 141.

Naar boven