Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 14 oktober 2025, nr. OVO/53765887, houdende wijziging van de Subsidieregeling Techkwadraat 2025–2028 in verband met de vaststelling van de subsidiebedragen voor de tweede aanvraagronde, het wijzigen van de verdeelsystematiek en enkele andere wijzigingen

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 5.11 van de Wet voortgezet onderwijs 2020, artikel 71 van de Wet op het primair onderwijs artikel 67 van de Wet primair onderwijs BES en artikel 71 van de Wet op de expertisecentra;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling Techkwadraat 2025–2028 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.8, derde lid, onderdeel b, wordt ‘16.00 uur’ vervangen door ‘13.00 uur’.

B

In artikel 1.9, vierde lid, wordt ‘16.00 uur’ vervangen door ‘13.00 uur’.

C

Artikel 1.11, tweede lid, onderdeel b, komt te luiden:

  • b. kan voor aanvragen als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdeel b, en voor aanvragen als bedoeld in artikel 1.9, eerste lid, van 2 juni 2026, 9.00 uur tot 2 juli 2026, 13.00 uur een gewijzigde aanvraag worden ingediend. De minister besluit op de gewijzigde aanvraag uiterlijk 11 september 2026.

D

Artikel 1.12, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel c wordt na ‘28 februari 2029’ ingevoegd ‘, 13.00 uur’.

2. In onderdeel d wordt ‘1 november 2026’ vervangen door ‘2 november 2026, 13.00 uur’ en wordt na ‘1 november 2027’ ingevoegd ‘, 13.00 uur’.

3. In onderdeel e, wordt na ‘1 november 2027’ ingevoegd ‘, 13.00 uur’.

E

Artikel 1.15 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid, onderdeel b, komt te luiden:

  • b. € 8.500 in het geval van een aanvraag als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdeel b, of artikel 1.9;

2. Het derde lid, onderdeel b, komt te luiden:

  • b. € 45 in het geval van een aanvraag als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdeel b, of artikel 1.9.

F

Artikel 1.17 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. Onderdeel b komt te luiden:

  • b. indien na toepassing van onderdeel a, nog middelen resteren krijgen vervolgens aanvragen voor een Techkwadraatregio als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdeel b, waarbij een of meer vestigingen zijn gelegen in gemeenten waarin minder dan 30% van de in aanmerking komende vestigingen is aangesloten bij een Techkwadraatregio, voorrang;

b. Onderdeel c komt te luiden:

  • c. indien na toepassing van onderdeel b, nog middelen resteren krijgen vervolgens aanvullende subsidieaanvragen bij uitbreiding van een Techkwadraatregio, als bedoeld in artikel 1.9, waarbij de regio wordt uitgebreid met nieuwe vestigingen die zijn gelegen in gemeenten waarin minder dan 30% van de in aanmerking komende vestigingen is aangesloten bij een Techkwadraatregio, voorrang;

c. Onderdeel d komt te luiden:

  • d. indien na toepassing van onderdelen a, b en c nog middelen resteren, wordt dit bedrag door loting verdeeld over de resterende volledige aanvragen.

2. Na het eerste lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt:

  • 1a. Indien de toewijzing van alle daarvoor in aanmerking komende aanvullende aanvragen bij toepassing van het eerste lid, onderdeel a, b of c, leidt tot een overschrijding van het subsidieplafond, wordt het beschikbare bedrag voor de in het desbetreffende onderdeel aanvragen, door loting verdeeld.

4. In het tweede lid wordt ‘wordt het beschikbare bedrag verdeeld door loting verdeeld’ vervangen door ‘is lid 1a van overeenkomstig toepassing’.

G

In bijlage 1 wordt bij beoordelingscriterium 3, deelaspect B ‘Doelstellingen worden op zo efficiënt mogelijke manier bereikt’, in onderdeel 2 van de ‘Minimale vereisten’ ‘Voor intern personeel wordt een uurtarief gehanteerd conform de meest recent geraamde GPL.’ vervangen door ‘Voor intern personeel wordt een uurtarief gehanteerd van € 66,– per uur, gebaseerd op de gemiddelde kosten van leraren in het voortgezet onderwijs zoals berekend door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap op basis van personeelsbestanden van DUO en op basis van de beloning- en kostencomponenten overeenkomstig de meest recente CAO VO 2024–2025.’

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, K.M. Becking

TOELICHTING

Aanleiding

Met deze wijzigingsregeling wordt een aantal aanpassingen doorgevoerd in de Subsidieregeling Techkwadraat 2025–2028 (hierna: de subsidieregeling). De subsidieregeling hanteert een gestructureerd groeimodel om regio's te stimuleren in hun ontwikkeling. Voor de tweede aanvraagronde is een nog onbekend bedrag beschikbaar. Dit bedrag wordt zo snel mogelijk, doch uiterlijk 24 oktober 2025, bekend gemaakt op de website van Platform Talent voor Technologie. De subsidieregeling biedt de mogelijkheid om van 25 november 2025 tot en met 23 december 2025 voor de schooljaren 2026–2027 en 2027–2028 een subsidie aan te vragen voor een Techkwadraatregio als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdeel b en een subsidie voor een uitbreiding van de Techkwadraatregio als bedoeld in artikel 1.9. Daarnaast kan indien een aanvraag in de tweede aanvraagronde is afgewezen – anders dan vanwege overschrijding van het subsidieplafond – van 2 juni 2026 tot 2 juli 2026 een gewijzigde aanvraag worden ingediend. De eerste aanvraagronde heeft plaatsgevonden waarbij het beschikbare subsidiebudget van € 129 miljoen niet volledig is uitgeput. Ingevolge artikel 1.15 van de subsidieregeling wordt het beschikbare bedrag per vestiging en per leerling voor de tweede aanvraagronde uiterlijk op 24 oktober 2025 bekend gemaakt. Middels deze wijzigingsregeling zijn de nieuwe beschikbare subsidiebedragen per vestiging en per leerling voor de tweede aanvraagronde vastgesteld.

Daarnaast is de wijze van verdeling van de beschikbare middelen voor de tweede aanvraagronde gewijzigd. Daarbij is gekozen voor een systematiek waarbij aanvragen van regio’s waar nog relatief weinig vestigingen bij Techkwadraat zijn aangesloten voorrang krijgen. Op deze wijze wordt beoogd te komen tot een landelijk dekkend netwerk van deelnemende vestigingen.

Tot slot is van de gelegenheid gebruik gemaakt om een aantal termijnen waarbinnen de vooraanmelding en de gewijzigde aanvragen voor het tweede aanvraagtijdvak moeten worden ingediend nader te specificeren. Dit geldt eveneens voor de termijnen waarbinnen de eindverslagen en de voortgangrapportages uiterlijk moeten zijn verzonden.

Uitvoerbaarheid

Deze wijzigingsregeling is voorgelegd aan de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I). DUS-I acht de huidige regeling uitvoerbaar.

Regeldruk

De gevolgen voor de regeldruk zijn in beeld gebracht bij de totstandkoming van de regeling. Deze wijzigingsregeling heeft geen substantiële gevolgen voor de regeldruk.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I, onderdelen A tot en met D

In deze onderdelen zijn een aantal termijnen nader gespecificeerd. Daartoe is vanuit praktisch oogpunt besloten zodat DUS-I bereikbaarheid tijdens de deadlines kan bieden. De aangepaste deadlines zijn gespecificeerd op tijden dat DUS-I goed bereikbaar is op de dag van de originele deadline. Ook is toegevoegd dat aanvullende aanvragen die zijn afgewezen om een andere reden dan overschrijding van het subsidieplafond, gewijzigd kunnen worden ingediend, net als al mogelijk was voor aanvragen vanuit nieuwe regio’s. Deze mogelijkheid wordt alleen geboden als het subsidieplafond niet is overschreden.

Artikel I, onderdeel E

Het beschikbare subsidiebudget is na de eerste aanvraagronde niet uitgeput. Op grond van artikel 1.15, tweede en derde lid, onderdelen b, van de subsidieregeling worden de beschikbare bedragen per vestiging en per leerling voor de tweede aanvraagronde uiterlijk op 24 oktober 2025 bekendgemaakt. De subsidiebedragen voor de tweede aanvraagronde zijn opgenomen in het gewijzigde (nieuwe) tweede en derde lid, van artikel 1.15. De subsidiebedragen (per vestiging en per leerling) zijn gelijk aan de subsidiebedragen in het eerste aanvraagtijdvak. Voor aanvragen als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdeel b, en artikel 1.9 is er per deelnemende vestiging en per leerling een bedrag van respectievelijk € 8.500,– en € 45,– beschikbaar.

Artikel I, onderdeel F

In artikel 1.17 is een voorrangsregeling opgenomen, die wordt toegepast in het geval dat het beschikbare budget niet toereikend is om alle aanvragen in de tweede aanvraagperiode te honoreren. Deze is iets aangepast, zodat zoveel mogelijk aanvragen kunnen worden gehonoreerd die afkomstig zijn uit gebieden waar nog relatief weinig in aanmerking komende vestigingen deelnemen aan een Techkwadraatregio. Het uitgangspunt is dat steeds voorrang wordt gegeven aan aanvragen waarbij vestigingen betrokken zijn die zijn gelegen in gemeenten waar sprake is van relatief weinig (minder dan 30%) deelname aan een Techkwadraatregio. Dit uitgangspunt geldt zowel voor aanvragen voor nieuwe Techkwadraatregio’s als voor uitbreidingen van bestaande Techkwadraatregio’s. Ook als bij een aanvraag vestigingen in verschillende gemeenten betrokken zijn blijft dit uitgangspunt staan. Daarmee wordt het volgende bedoeld. Als in gemeente A 20% van de vestigingen reeds deelneemt aan een Techkwadraatregio en in gemeente B 80%, krijgt een aanvraag waarbij een vestiging uit regio A is betrokken voorrang, ook als bij diezelfde aanvraag vestigingen betrokken zijn die gelegen zijn in gemeente B en eventuele andere gemeenten met een deelnamepercentage van 30% of hoger.

Bij het honoreren van de aanvragen wordt de volgende volgorde aangehouden:

  • Aanvragen voor een nieuwe Techkwadraatregio met vestigingen uit een gemeente met minder dan 30% deelname komen als eerst in aanmerking.

  • Vervolgens wordt voorrang gegeven aan die aanvragen die een Techkwadraatregio uitbreiden naar gemeentes waar minder dan 30% van de vestigingen deelneemt.

  • Daarna worden de resterende aanvragen gehonoreerd.

Indien het subsidieplafond het toelaat kan voor aanvragen als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdeel b nog een gewijzigde aanvraag worden ingediend. Als hiertoe wordt overgegaan, wordt dezelfde voorrangssystematiek gehanteerd als de overige aanvragen. Zodra blijkt dat onvoldoende middelen resteren om alle aanvragen te kunnen honoreren, wordt – met inachtneming van de hierboven beschreven voorrangssystematiek – geloot.

Artikel I, onderdeel G

Per 1 januari 2022 is de Regeling vaststelling bedragen landelijke gemiddelde personeelslast (GPL) vo komen te vervallen. Gelet hierop wordt voor het intern tarief niet meer uitgegaan van het GPL, maar van de gemiddelde kosten van leraren in het voortgezet onderwijs zoals berekend door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap op basis van personeelsbestanden van DUO en op basis van de beloning- en kostencomponenten overeenkomstig de meest recente CAO VO 2024–2025 ad € 66,– per uur. Dit uurtarief gaat uit van 1.659 uur per jaar en betreft de gemiddelde kosten inclusief de directe werkgeverslasten en indirecte kosten (zoals opleiding). De gemiddelde kosten zijn voor de sectoren in het primair – en het voortgezet onderwijs niet gelijk. Voor de berekening van de personeelskosten is uitgegaan van het gemiddelde in het voortgezet onderwijs, omdat de personeelskosten in deze sector hoger liggen dan in het primair onderwijs. Voor extern personeel wordt een integraal tarief gehanteerd van maximaal € 135,– per uur inclusief BTW. De inzet van vrijwilligers wordt gewaardeerd op ten hoogste het uurtarief van intern personeel.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, K.M. Becking

Naar boven