Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Economische Zaken | Staatscourant 2025, 35920 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Economische Zaken | Staatscourant 2025, 35920 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
De Minister van Economische Zaken,
Gelet op de artikelen 3, tweede lid, 4, 5, 6 en 7 van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet en Wet telecommunicatievoorzieningen BES, artikel 4:93 van de Algemene wet bestuursrecht en de artikelen 3 en 4 van het Besluit kosten hercontroles Metrologiewet;
Besluit:
In deze regeling wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken;
Rijksinspectie Digitale Infrastructuur van het Ministerie van Economische Zaken;
categorieën van gelijksoortige werkzaamheden of diensten, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet en Wet telecommunicatievoorzieningen BES;
subcategorieën van gelijksoortige werkzaamheden of diensten, bedoeld in artikel 4, tweede lid, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet en Wet telecommunicatievoorzieningen BES;
bijdrage, bedoeld in artikel 16.1, derde lid, van de wet;
een op grond van de artikelen 3.6, 3.10 en 3.12 van de wet verleende vergunning voor het gebruik van frequentieruimte;
tarieven, bedoeld in bijlage 2. bij deze regeling;
algemene of individuele planning van een frequentie; dit wordt bepaald per opstelpunt, basisstation, vaste post, radioapparaat, per coördinatie, dan wel per installatie;
de laatstelijk afgesloten collectieve arbeidsovereenkomst voor rijksambtenaren (CAO Rijk);
Telecommunicatiewet.
1. Voor de kosten van de door of namens de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te verrichten werkzaamheden of diensten met betrekking tot de categorieën en subcategorieën, genoemd in bijlage 1., zijn de in bijlage 1. genoemde vergoedingen voor het kalenderjaar 2026 verschuldigd.
2. Het eerste lid is niet van toepassing voor zover werkzaamheden worden verricht voor verlenging van een vergunning, wijziging van een vergunning of van de tenaamstelling, of het verlenen van toestemming tot overdracht van een vergunning.
3. Indien een vergunning gedeeltelijk is overgedragen met gebruikmaking van geografische splitsing, wordt in het kalenderjaar na het besluit van de minister tot overdracht, in afwijking van subcategorieën I.A.4., I.A.5. en I.A.6. van bijlage 1., de voor de vergunning verschuldigde vergoeding, bedoeld in bijlage 1., kolom II, naar evenredigheid van de grootte van de geografische gebieden van de gesplitste vergunningen over de houders omgeslagen, tenzij de verwachte kosten naar het oordeel van de minister een andere verdeling rechtvaardigen.
4. Indien geen frequentieplanning plaatsvindt bij het verlenen van een vergunning als bedoeld in de subcategorieën I.C.10. en I.C.11. is, in afwijking van het eerste lid, een vergoeding verschuldigd van € 49. Deze vergoeding is verschuldigd door de verkrijger van de vergunning.
De jaarlijkse bijdrage is onderdeel van het bedrag dat per categorie of subcategorie in bijlage 1., kolom II, is genoemd. De jaarlijkse bijdrage bedraagt het bij onderstaande (sub)categorieën, bedoeld in bijlage 1., genoemde percentage als onderdeel van de vergoeding voor de desbetreffende (sub)categorie:
a. (sub)categorie I.A.: 20 procent;
b. (sub)categorie I.B.: 7 procent;
c. (sub)categorie I.C.: 5 procent;
d. (sub)categorie I.D.: 7 procent;
e. (sub)categorie I.E.: 6 procent;
f. (sub)categorie I.F.: 6 procent.
De jaarlijkse bijdrage en de vergoeding voor de kosten van de door de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur verrichte werkzaamheden of diensten met betrekking tot uitvoering en het toezicht op het gebruik van frequentieruimte bedragen gezamenlijk voor:
a. het Ministerie van Defensie: € 1.647.365;
b. het Ministerie van Justitie en Veiligheid: € 729.529;
c. het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat: € 1.351.417;
d. het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap: € 79.100.
1. Voor de in onderstaande tabel opgenomen werkzaamheden is de daarbij opgenomen vergoeding verschuldigd, indien in bijlage 1., kolom III, de daarbij corresponderende letter is opgenomen voor de betreffende subcategorie of subcategorieën.
|
Werkzaamheden |
Vergoeding |
Aanduiding in bijlage 1., kolom III |
|---|---|---|
|
Verlenging van een vergunning of verlenen van toestemming tot overdracht |
€ 49 |
A |
|
Vergoeding op basis van uurtarief, bedoeld in bijlage 2. |
B |
|
|
Voor de wijziging van een vergunning ingeval dit het wijzigen van een of meer frequenties inhoudt waarbij er frequentieplanning noodzakelijk is |
Vergoeding ter hoogte van het tarief in kolom I, bedoeld in bijlage 1. |
C |
|
€ 271 |
D |
2. Voor de wijziging van de tenaamstelling van een vergunning, met uitzondering van een vergunning als bedoeld in subcategorie I.E.1., van bijlage 1., is een vergoeding verschuldigd van € 48.
3. Bij het verlenen van toestemming tot overdracht van een vergunning, is de ingevolge dit artikel vastgestelde vergoeding verschuldigd door de verkrijger van de vergunning. Deze vastgestelde vergoeding omvat ook de wijziging van een vergunning na dat toestemmingsbesluit.
4. In afwijking van het eerste lid is geen vergoeding verschuldigd voor een verlenging van rechtswege als bedoeld in artikel 3.17, tweede lid, van de wet.
5. In geval van een vergunningverlening op grond van artikel 3.8a van de wet is, in afwijking van subcategorie I.A.5. en I.A.6., een vergoeding verschuldigd die wordt bepaald door toepassing van de formule (A + B): 2, waarbij:
A voorstelt: de hoeveelheid frequentieruimte per MHz als bedoeld in artikel 3.8a, eerste lid, onder a, van de wet;
B voorstelt: de hoeveelheid frequentieruimte per MHz als bedoeld in artikel 3.8a, eerste lid, onder b, van de wet.
Voor de kosten van de door de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te verrichten werkzaamheden of diensten met betrekking tot het gebruik van frequentieruimte die niet vallen onder de artikelen 2 tot en met 5, is een vergoeding verschuldigd die wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven, opgenomen in bijlage 2.
Ter vergoeding van de kosten voor een hercontrole als bedoeld in artikel 1 van het Besluit kosten hercontroles Metrologiewet worden de volgende bedragen in rekening gebracht bij degene ten behoeve van wie deze werkzaamheden worden verricht:
a. een bedrag dat wordt vastgesteld op grond van het aantal arbeidsuren maal het van toepassing zijnde uurtarief, opgenomen in bijlage 2., voor de kosten van een fysieke of digitale inspectie en de daaraan verbonden administratiewerkzaamheden;
b. in geval van een fysieke inspectie: een vast bedrag van € 108 voor de voorrijkosten;
c. de werkelijke kosten van uitbesteding van het laboratoriumonderzoek ten behoeve van een hercontrole in het kader van markttoezicht.
1. Een vergoeding voor de kosten van behandeling van een storingsmelding als bedoeld in de Regeling storingsmeldingen is verschuldigd door degene die de storing heeft gemeld, indien uit het onderzoek is gebleken dat zijn uitrusting of radioapparaat niet voldoet aan artikel 4, eerste lid, onder b of c, van de Regeling storingsmeldingen of als de uitrusting of het radioapparaat niet wordt gebruikt conform artikel 4, eerste lid, onder d of e, van die regeling.
2. De in het eerste lid bedoelde vergoeding wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven, opgenomen in bijlage 2.
Voor de kosten van andere werkzaamheden of diensten die door de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur in het kader van de bij of krachtens de wet opgedragen wettelijke taak worden verricht en waarop de artikelen 2 tot en met 6 niet van toepassing zijn, kan een vergoeding worden vastgesteld op grond van de uurtarieven, opgenomen in bijlage 2., indien vooraf is aangegeven dat voor de werkzaamheden of diensten een vergoeding in rekening zal worden gebracht.
De vergoeding voor de eenmalige uitvoeringskosten (bijlage 1., kolom I) behoeft door degene die deze vergoeding is verschuldigd niet bij vooruitbetaling te worden voldaan.
De minister kan overeenkomstig artikel 4:93 van de Algemene wet bestuursrecht een geldschuld jegens de vergunninghouder die verband houdt met een bij of krachtens hoofdstuk 3 van de wet genomen besluit, verrekenen met een vordering op grond van deze regeling.
Het kostencalculatiemodel, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder c, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet en Wet telecommunicatievoorzieningen BES wordt bekendgemaakt door middel van terinzagelegging ten kantore van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen.
De Regeling vergoedingen Rijksinspectie Digitale Infrastructuur 2025 wordt ingetrokken, met dien verstande dat voor werkzaamheden of diensten die zijn verricht vóór het kalenderjaar 2026, het recht van toepassing blijft zoals dat ten tijde van verrichting van die werkzaamheden of diensten gold.
Artikel 26a van de Examenregeling frequentiegebruik 2008 komt te luiden:
Voor de in onderstaande tabel opgenomen werkzaamheden en diensten zijn de daarbij opgenomen vergoedingen verschuldigd:
|
(Sub)Categorieën |
I. Vergoeding eenmalige uitvoeringskosten |
II. Vergoeding kosten anders dan onder kolom I. |
|
|---|---|---|---|
|
A. |
Examens maritieme radiocommunicatie |
||
|
1. |
Theorie-examen marifonie basis |
€ 86,65 |
|
|
2. |
Theorie-examen Marcom-B module GMDSS |
€ 32,65 |
|
|
3. |
Theorie-examen Marcom-A VPT |
€ 86,65 |
|
|
4. |
Theorie-examen Marcom-A Engels |
€ 32,65 |
|
|
5. |
Toeslag examen extra tijd |
€ 13,50 |
|
|
6. |
Toeslag individueel examen kort (examenduur t/m 60 minuten) |
€ 41,60 |
|
|
7. |
Toeslag individueel examen lang (examenduur meer dan 60 minuten) |
€ 68,00 |
|
|
8. |
Registratie kandidaat praktijkexamen Marcom-B en Marcom-A |
€ 22,55 |
|
|
9. |
Administratiekosten, bijv. naregistratie praktijkexamenresultaat |
€ 27,65 |
|
|
B. |
Onbenutte capaciteit opleiders Examens maritieme radiocommunicatie |
||
|
1. |
Theorie-examen marifonie basis |
€ 41,10 |
|
|
2. |
Theorie-examen marifonie basis (Extra tijd) |
€ 54,80 |
|
|
3. |
Theorie-examen Marcom-B module GMDSS |
€ 27,40 |
|
|
4. |
Theorie-examen Marcom-B module GMDSS (Extra tijd) |
€ 41,10 |
|
|
5. |
Theorie-examen Marcom-A VPT |
€ 54,80 |
|
|
6. |
Theorie-examen Marcom-A VPT (Extra tijd) |
€ 68,50 |
|
|
7. |
Theorie-examen Marcom-A Engels |
€ 13,70 |
|
|
8. |
Theorie-examen Marcom-A Engels (Extra tijd) |
€ 27,40 |
|
|
C. |
Examens radiozendamateurs |
||
|
1. |
Theorie-examen Radiozendamateur Novice |
€ 86,65 |
|
|
2. |
Theorie-examen Radiozendamateur Full |
€ 86,65 |
|
|
3. |
Toeslag examen extra tijd |
€ 13,50 |
|
|
4. |
Toeslag individueel examen lang (examenduur meer dan 60 minuten) |
€ 68,00 |
|
|
D. |
Onbenutte capaciteit opleiders Examens radiozendamateurs |
||
|
1. |
Theorie-examen Radiozendamateur Novice |
€ 54,80 |
|
|
2. |
Theorie-examen Radiozendamateur Novice (Extra tijd) |
€ 68,50 |
|
|
3. |
Theorie-examen Radiozendamateur Full |
€ 68,50 |
|
|
4. |
Theorie-examen Radiozendamateur Full (Extra tijd) |
€ 82,20 |
|
|
E. |
Erkenning instellingen praktijkexamens |
||
|
1. |
Certificering afname praktijkexamen (per product) |
€ 374,45 |
|
|
2. |
Schouwen praktijkexamenlocatie |
€ 150,70 |
|
|
3. |
Toevoegen praktijkexamenlocatie |
€ 29,65 |
|
|
4. |
Sanctiekosten, niet kunnen uitvoeren steekproef – verscherpt toezicht |
€ 196,15 |
|
|
F. |
Opleiders |
||
|
1. |
Jaarlijkse bijdrage opleiders |
€ 42,90 |
|
|
G. |
Afgifte certificaten |
||
|
1. |
Afgifte van een certificaat van bediening voor radioapparaten ten behoeve van de scheepvaart (per certificaat) |
€ 91,35 |
|
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
’s-Gravenhage, 20 november 2025
De Minister van Economische Zaken, V.P.G. Karremans
Over het kalenderjaar 2026 zijn de volgende bedragen verschuldigd:
|
I. |
(SUB)CATEGORIEËN MET BETREKKING TOT HET GEBRUIK VAN FREQUENTIERUIMTE |
Verdeelsleutel voor de (sub)categorie |
Vergoeding voor eenmalig gemaakte uitvoeringskosten (I) |
Vergoeding voor gemaakte toezichtskosten en kosten anders dan onder kolom I genoemd (II) |
Vergoeding voor werkzaamheden artikel 5, eerste lid (III) |
|---|---|---|---|---|---|
|
A. |
Elektronische communicatienetwerken en -diensten, landelijke exclusieve vergunningen (exclusief omroep) |
||||
|
1. |
Landelijke volg- en opsporingssystemen (Per vergunning) |
Per vergunning (tarief I) en/of per MHz (tarief II) |
€ 8.375 |
€ 4.456 |
B |
|
2. |
Openbare elektronische communicatie netwerken in de VHF/UHF-band (Per vergunning en per MHz) |
€ 20.358 |
€ 68.139 (per vergunning) en € 6.816 (per MHz) |
B |
|
|
3. |
Landelijke DGPS en CGC’s t.b.v. MSS 2 GHz (Per vergunning) |
€ 19.721 |
B |
||
|
4. |
SMF 3 (Per vergunning) |
€ 19.284 |
B |
||
|
5. |
800–900–1400–1800–2100–2600–3600 MHz (Per vergunning en per MHz) |
€ 1.044 |
€ 9.055 (gepaard) en € 4.528 (ongepaard) |
B |
|
|
6. |
700 MHz (Per vergunning en per MHz) |
€ 11.710 (op land, met dekkings- en snelheidseis) (gepaard) en € 584 (op zee) (gepaard) |
B |
|
B. |
Elektronische communicatienetwerken en -diensten, vergunningen met algemene planning met regionaal bereik |
I |
II |
III |
|
|---|---|---|---|---|---|
|
Mobiele communicatie |
|||||
|
1. |
VHF/UHF-radioapparaten voor (beperkt) landmobiel gebruik en lokale mobiele breedband netwerken, alg. planning (Per vergunning en per vaste post) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 271 |
€ 102, en per vaste post € 507 |
A en D |
|
2. |
Oproepsystemen (Per radioapparaat) |
€ 368 |
A en D |
||
|
Radioafstandsbesturing, alg. planning (Per radioapparaat) |
€ 368 |
A en D |
|||
|
Telemetrie en DGPS algemene planning (Per radioapparaat) |
€ 368 |
A en D |
|||
|
3. |
Portofoon/mobilofoon voor tijdelijk gebruik (Per vergunning) |
€ 411 |
A en D |
||
|
4. |
Draadloze audioverbinding (Per vergunning) |
€ 102 |
A en D |
||
|
Radio-alarmering (Per vergunning) |
€ 102 |
A en D |
|||
|
Radiobeveiligingsinstallatie (Per vergunning) |
€ 102 |
A en D |
|||
|
HF radioapparaten (27 MHz) (Per vergunning) |
€ 102 |
A en D |
|||
|
Luchtvaart |
I |
II |
III |
||
|
5. |
Grondstation gepland en gecoördineerd gebruik alg. planning (Per vergunning en per opstelpunt) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 271 |
€ 296 |
A en D |
|
6. |
Recreatieve luchtvaartfrequenties (Per vergunning) |
€ 114 |
A |
||
|
7. |
Beperkte toegang luchtvaartfrequenties (hele VHF-band, ELT, SSR-transponder en RPAS) (Per vergunning) |
€ 230 |
A |
||
|
8. |
Volledige toegang luchtvaartfrequenties (Per vergunning) |
€ 572 |
A |
||
|
Maritiem frequentiegebruik |
I |
II |
III |
||
|
9. |
Walradarstation (Per vergunning) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 104 |
A |
|
|
PLB (Per vergunning en per geplande eenheid) |
€ 50, per extra geplande eenheid € 46 |
€ 50 |
A |
||
|
10. |
Bijzonder gebruik maritieme frequenties – portosec – (Per vergunning) |
€ 159 |
€ 54 |
A |
|
|
Bijzonder gebruik maritieme frequenties – toevoegen bijzondere kanalen aan boord – (Per vergunning en per geplande eenheid) |
€ 50, per extra geplande eenheid € 46 |
€ 50 |
A |
||
|
Radiozendamateurs |
I |
II |
III |
||
|
11. |
Tijdelijke vergunning radiozendamateurs voor niet-ingezetenen van Nederland (Per vergunning) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 52 |
A |
|
|
12. |
Overig niet vrijgesteld gebruik amateur-banden (Per vergunning) |
€ 97 |
A |
||
|
Overige |
I |
II |
III |
||
|
13. |
Satellite News Gathering (SNG) (Per vergunning en per radioapparaat) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 1.099 |
€ 661 |
A en C |
|
14. |
GNSS Repeaters (Per vergunning) |
€ 176 |
|||
|
C. |
Vergunningen met individuele planning met regionaal bereik |
I |
II |
III |
|
|---|---|---|---|---|---|
|
Mobiele communicatie |
|||||
|
1. |
VHF/UHF-radioapparaten voor (beperkt) landmobiel gebruik en lokale mobiele breedband netwerken, individuele planning (Per vergunning en per vaste post) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 1.061 |
€ 102, en per vaste post € 507 |
A en C |
|
2. |
VHF/UHF-radioapparaten voor landmobiel gebruik met dynamische frequentietoewijzing (trunking) Radioapparaten bestemd voor het verlenen van tele-informatiediensten (datamonitoring) (Per basisstation en per frequentie per opstelpunt) |
€ 1.238 per frequentie per opstelpunt, met een maximumbedrag van € 3.712 |
A en C |
||
|
3. |
Telemetrie en DGPS individuele planning (Per radioapparaat) |
€ 368 |
A en C |
||
|
4. |
Radioafstandsbesturing, indiv. planning (Per radioapparaat) |
€ 368 |
A en C |
||
|
5. |
Licensed Shared Access 2300–2400 MHz band (Per uur/kanaal van 10 MHz) |
€ 1,28 |
|||
|
Luchtvaart |
I |
II |
III |
||
|
6. |
Grondstation gepland en gecoördineerd gebruik individuele planning (Per vergunning en per opstelpunt) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 1.061 |
€ 297 |
A en C |
|
7. |
Grondstations luchtverkeersdienstverlening / vitaal gebruik (Per vergunning en per opstelpunt) |
€ 1.061 |
€ 2.662 |
A en C |
|
|
8. |
Helibeacon (Per radioapparaat) |
€ 1.061 |
€ 97 |
A en C |
|
|
Maritiem frequentiegebruik |
I |
II |
III |
||
|
9. |
Marifoonwalstation (Per vergunning en per geplande eenheid) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 262, per extra geplande eenheid € 146 |
€ 102 |
A en C |
|
AIS- of VDES-installatie voor maritiem gebruik anders dan aan boord van schepen (Per geplande eenheid) |
€ 262 |
||||
|
Radiozendamateurs |
I |
II |
III |
||
|
10. |
Frequentiegebruik relaisstations radiozendamateurs (Per vergunning) |
Per vergunning |
€ 262 |
€ 102 |
A en C |
|
11. |
Frequentiegebruik bakenstations radiozendamateurs (Per vergunning) |
€ 146 |
A en C |
||
|
Overige |
I |
II |
III |
||
|
12. |
Standaard internationale frequentiecoördinatie satellietgrondstations (Per coördinatie) |
Per vergunning en/of per geplande eenheid |
€ 1.890 |
C |
|
|
13. |
Kerktelefonie (Per vergunning) |
€ 1.061 |
€ 507 |
A en C |
|
|
14. |
Radarsysteem landmobiel, indiv. planning (Per radioapparaat) |
€ 1.061 |
€ 286 |
B en C |
|
|
15. |
Zendende satellietgrondstations (Per vergunning en per radioapparaat) |
Per vergunning |
€ 1.061 |
A en C |
|
|
Per radioapparaat met een bandbreedte: |
|||||
|
– tot 2 MHz |
€ 29 |
||||
|
– 2 MHz – 18 MHz |
€ 153 |
||||
|
– vanaf 18 MHz |
€ 770 |
||||
|
D. |
Omroep |
I |
II |
III |
|
|---|---|---|---|---|---|
|
1. |
FM |
Per opstelplaats voor FM frequenties lager dan 104,9 MHz |
€ 786 |
B en C |
|
|
Per opstelplaats voor FM frequenties 104,9 MHz en hoger |
€ 192 |
||||
|
Per combinatie van frequentie en opstelplaats en tevens per kW zendvermogen |
€ 433, en € 717 |
||||
|
2. |
Kortegolf |
Per opstelplaats |
€ 786 |
B en D |
|
|
Per combinatie van frequentie en opstelplaats en tevens per kW zendvermogen |
€ 433, en € 717 |
||||
|
3. |
Laagvermogen middengolf |
Per vergunning |
€ 192 |
A en C |
|
|
Per vergunning met een vermogen van ≤1 watt |
€ 205 |
||||
|
Per vergunning met een vermogen van 50–100 watt |
€ 543 |
||||
|
4. |
Lokale digitale radio-omroep |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 383 |
B |
|
5. |
Digitale radio-omroep allotment 5A |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 869 |
B |
|
6. |
Digitale radio-omroep allotment 5B |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 1.887 |
B |
|
7. |
Digitale radio-omroep allotment 6A |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 1.469 |
B |
|
8. |
Digitale radio-omroep allotment 7C-N |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 1.342 |
B |
|
9. |
Digitale radio-omroep allotment 7C-Z |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 2.914 |
B |
|
10. |
Digitale radio-omroep allotment 7D |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 30.839 |
B |
|
11. |
Digitale radio-omroep allotment 8B |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 2.710 |
B |
|
12. |
Digitale radio-omroep allotment 9C |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 5.187 |
B |
|
13. |
Digitale radio-omroep allotment 11C |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 10.441 |
B |
|
14. |
Digitale radio-omroep allotment 12B |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 2.160 |
B |
|
15. |
Digitale radio-omroep allotment 12C |
Per vergunning |
€ 786 |
€ 210.189 |
B |
|
16. |
Digitale omroep in de banden IV en V |
Per vergunning |
€ 786 |
B |
|
|
Per melding opstelpunt |
€ 192 |
||||
|
Per combinatie van frequentie en opstelplaats en tevens per kW zendvermogen |
€ 517, en € 517 |
|
E. |
Vergunningen straalverbindingen |
I |
II |
III |
|
|---|---|---|---|---|---|
|
1. |
Straalverbindingen waaronder punt-multipuntverbindingen |
Per vergunning |
€ 528 |
Zie voetnoot a |
B en C |
|
F. |
Registraties |
I |
II |
III |
|
|---|---|---|---|---|---|
|
1. |
Registratie maritiem frequentiegebruik bij niet volledig zelfstandige digitale melding en registratie, in het jaar dat de werkzaamheden plaatsvinden |
Per registratie |
€ 20 |
€ 56 |
|
|
Registratie radiozendamateur bij niet volledig zelfstandige digitale melding en registratie, in het jaar dat de werkzaamheden plaatsvinden |
€ 56 |
||||
|
2. |
Registratie maritiem frequentiegebruik, bij volledig zelfstandige digitale melding en registratie en registraties als bedoeld in I.F.1 in de tweede en daaropvolgende jaren |
Per registratie |
€ 56 |
||
|
Registratie radiozendamateur, bij volledig zelfstandige digitale melding en registraties als bedoeld in I.F.1 in de tweede en daaropvolgende jaren |
€ 56 |
|
II. |
(SUB)CATEGORIEËN MET BETREKKING TOT RADIOAPPARATEN |
Verdeelsleutel voor de subcategorie |
I |
|---|---|---|---|
|
A. |
Certificaten |
||
|
1. |
Erkenning als bedoeld in artikel 18 van de Examenregeling frequentiegebruik 2008 |
Per erkenning |
€ 91,35 |
|
2. |
Afgifte van een certificaat ter verkrijging van een vergunning van een buitenlandse administratie voor radioapparaten voor het doen van proeven |
Per certificaat |
€ 91,35 |
|
B. |
Verklaringen en erkenningen |
I |
|
|---|---|---|---|
|
1. |
Vergunning voor de aanleg van zendende radioapparaten zonder gebruik van frequentieruimte |
Per vergunning |
€ 56 |
a Voor kolom II bij straalverbindingen waaronder punt-multipuntverbindingen gelden per bandbreedte en frequentieband de volgende bedragen:
|
Frequentieband |
|||||
|---|---|---|---|---|---|
|
Bandbreedte |
< 12 GHz |
12 GHz – < 24,5 GHz |
24,5 GHz – < 39,5 GHz |
> 39, 5 GHz |
|
|
< 10 MHz |
€ 155 |
€ 78 |
€ 54 |
€ 31 |
|
|
10 MHz – < 25 MHz |
€ 195 |
€ 94 |
€ 70 |
€ 35 |
|
|
25 MHz – < 50 MHz |
€ 233 |
€ 109 |
€ 85 |
€ 38 |
|
|
50 MHz – < 150 MHz |
€ 273 |
€ 124 |
€ 102 |
€ 42 |
|
|
> 150 MHz |
n.v.t. |
€ 139 |
€ 116 |
€ 46 |
|
|
SALARISSCHAAL VOLGENS CAO |
VERGOEDINGEN PER MANUUR1 |
|
|---|---|---|
|
1 tot en met 5 |
130 |
|
|
6 tot en met 8 |
140 |
|
|
9 tot en met 11 |
161 |
|
|
12 tot en met 14 |
188 |
|
|
15 en hoger |
220 |
|
Bij onregelmatigheid of overwerk kunnen de tarieven voor functionarissen tot en met schaal 10 worden verhoogd met een toeslag van 30% voor onregelmatigheid en 50% voor overwerk.
In de Regeling vergoedingen Rijksinspectie Digitale Infrastructuur 2026 (hierna: de regeling) worden de vergoedingen (lees: de tarieven) vastgesteld die de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur van het Ministerie van Economische Zaken (hierna: de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur) in 2026 in rekening kan brengen bij degenen ten behoeve van wie door of namens de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur werkzaamheden of diensten worden verricht. Voor vergoedingen die op basis van de Telecommunicatiewet (hierna: de wet) worden opgelegd, geldt dat zij zijn aan te merken als retributies1 en zij worden bepaald voor de onderscheidenlijke (sub)categorieën van soortgelijke werkzaamheden of diensten, bedoeld in het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet en Wet telecommunicatievoorzieningen BES (hierna: het Besluit).
De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur heeft onder meer tot taak uitvoering te geven aan paragrafen 3.2, 3.3, 3.3a, 3.4, 3.5 en 3.6 (vergunningverlening en registratie voor het gebruik van frequentieruimte) en hoofdstuk 10 (regels met betrekking tot uitrusting en radioapparaten) van de wet. Daarnaast is de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur belast met het houden van toezicht op deze terreinen. De vergoedingen dienen ter dekking van de kosten die gemaakt worden met betrekking tot voornoemde onderwerpen en hebben in overwegende mate een forfaitair karakter.
Deze regeling voorziet tevens in een wijziging van artikel 26a van de Examenregeling frequentiegebruik 2008 (hierna: de Examenregeling). Artikel 26a van de Examenregeling bevat de vergoedingen die verschuldigd zijn voor de werkzaamheden en diensten die het Centraal Bureau voor Rijvaardigheidsbewijzen (hierna: het CBR) op basis van de Examenregeling uitvoert. Ook deze vergoedingen worden met deze regeling (opnieuw) vastgesteld.
De vergoedingen worden bepaald voor categorieën van soortgelijke werkzaamheden en diensten. Deze categorieën zijn verder onderverdeeld in subcategorieën van soortgelijke werkzaamheden en diensten. De categorieën zijn opgesomd in artikel 4, eerste lid, van het Besluit. Op grond van artikel 3, eerste lid, van het Besluit worden de directe en indirecte kosten toegerekend aan de desbetreffende categorieën. Dit zijn geprognosticeerde kosten voor het kalenderjaar waarvoor de vergoeding geldt. Wanneer na afloop van het kalenderjaar de daadwerkelijke kosten en de geprognosticeerde kosten verschillen, wordt dit verschil meegenomen naar het volgende kalenderjaar.
De kosten voor de verschillende (sub)categorieën worden berekend door middel van een kostencalculatiemodel. Dit model ligt ter inzage op het kantoor van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen.
Tarieven in alle categorieën
De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur werkt aan kostendekkende producten en diensten. Dit is dan ook het uitgangspunt bij het bepalen van de tarieven die door de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur worden gehanteerd.
In 2026 stijgen de tarieven van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur ten opzichte van die in het jaar 2025 over de gehele linie met 1,13%. Dit is nodig om de werkelijke kosten te kunnen dekken.
Hierna wordt met betrekking tot deze wijziging van de tarieven met 1,13% gesproken van ‘de algemene tariefswijziging’.
Tarief artikel 2, vierde lid Verlening vergunning radiozendamateurs, zonder frequentieplanning
Dit betreft het tarief dat in rekening gebracht kan worden voor de verlening van een vergunning voor een relais- of bakenstation voor radiozendamateurs waarbij geen frequentieplanning plaatsvindt. Deze werkzaamheden zijn louter administratief, en stemmen overeen met de werkzaamheden voor de verlenging van een vergunning. Echter, voor de verlenging van een vergunning werd, op grond van artikel 5, eerste lid, van de vorige regeling, een hogere vergoeding in rekening gebracht. Hierin zat een niet te rechtvaardigen verschil. Daarnaast was het tarief voor de verlening uit de vorige regeling2 niet geheel kostendekkend. Daarom worden beide tarieven gelijkgetrokken. Dit betekent dat dit tarief wordt verhoogd naar € 49.
Tarieven artikel 4 Vergoedingen departementen
De kosten die voortvloeien uit de taken en werkzaamheden voor de departementen die vallen onder de Regeling Behoefte-onderbouwingsplannen worden door de betreffende departementen betaald.
Tarieven subcategorie I.C.3 en I.C.4
De tarieven in kolom II voor subcategorie I.C.3 en I.C.4 worden gelijkgetrokken met de tarieven in kolom II voor subcategorie I.B.2. Het verschil van € 1, dat in 2021 waarschijnlijk als gevolg van een onjuiste afronding is ontstaan, tussen deze tarieven voor respectievelijk individuele planning en algemene planning, en dat in de praktijk voor veel onduidelijkheid en verwarring zorgt, verdwijnt hierdoor. Er is bovendien geen reden voor het kleine verschil in deze tarieven, aangezien de betreffende werkzaamheden met elkaar overeenstemmen.
Tarieven categorie I.D. Vergunningen Omroep
Rekening houdende met kostendekkendheid in meerjarig perspectief is ervoor gekozen om voor Vergunningen Omroep, categorie I.D., het tarief niet te corrigeren met de algemene tariefswijziging.
Het onderdeel ‘AM’, dat staat voor Amplitude Modulatie, is verwijderd uit de subcategorie I.D.1. Dit onderdeel had betrekking op hoogvermogen middengolf. Voor dit onderdeel is geen vergunninghouder meer, en er mogen geen nieuwe vergunningen meer worden verleend voor hoogvermogen middengolf. Het is daarom niet langer wenselijk om dit onderdeel op te nemen in de tabel.
De Beleidsregel FM-wijzigingen 2025 (hierna: de Beleidsregel) is op 1 september 2025 in werking getreden. Als gevolg van de Beleidsregel worden wijzigingsverzoeken voor FM-frequenties lager dan 104,9 MHz per opstelpunt behandeld, waar voorheen wijzigingsverzoeken betrekking konden hebben op meerdere opstelpunten. De werkzaamheden voor de behandeling van dergelijke wijzigingsverzoeken zullen daardoor, overwegend, gelijk zijn. Daarom wordt een standaardtarief gehanteerd voor deze wijzigingsverzoeken. De hoogte van dit tarief is, evenals bij diverse andere categorieën, gelijk aan het tarief voor de verlening van een vergunning, aangezien de betreffende werkzaamheden met elkaar overeenstemmen. Bijkomend voordeel is dat hierdoor sprake is van een transparant tarief, en dat hierdoor de facturatie ook efficiënter zal zijn. In het kader van uniformiteit en gelijke behandeling geldt deze werkwijze ook voor wijzigingsverzoeken voor de overige subcategorieën in I.D.1 en I.D.3.
Het onderdeel ‘Kortegolf’ is verwijderd uit subcategorie I.D.1 en staat nu in de nieuwe subcategorie I.D.2. Voor deze subcategorie is, met betrekking tot de wijziging van een vergunning ingeval dit frequentiewijziging en frequentieplanning inhoudt, in kolom III de letter ‘D’ toegevoegd. Deze werkzaamheden werden eerder op basis van uurtarief berekend. Er is gekozen om voor deze subcategorie ook een standaardtarief te hanteren, en daartoe aan te sluiten bij het bedrag dat correspondeert met de letter ‘D’ in artikel 5, eerste lid. Dit bedrag is namelijk in verhouding met wat er gemiddeld op basis van uurtarief werd gefactureerd voor deze categorie. Het opnemen van dit standaardtarief betekent bovendien dat er sprake is van een voorafgaand bekend tarief.
Per 1 januari 2026 wordt er een standaardtarief ingevoerd voor de vergoeding voor gemaakte toezichtskosten en kosten anders dan onder kolom I genoemd voor de DAB-lagen: 1, 2, 3, 4 en 7. Het tarief wordt, net zoals voorheen, bepaald op basis van het aantal zenders en zendvermogen. Echter, doordat de DAB-netwerken in deze lagen niet veel veranderen, wordt dit tarief voortaan ieder jaar vooraf vastgesteld op basis van het dan actieve DAB-netwerk. Het opnemen van een standaardtarief leidt tot een transparant tarief. Verder geldt er sinds 2024 een standaardtarief voor lokale digitale radio-omroep in DAB-laag 6. Door deze wijziging hebben alle DAB-vergunninghouders vooraf duidelijkheid over de hoogte van het tarief waardoor gelijkheid wordt bevorderd. Daarnaast kan hierdoor de facturatie efficiënter plaatsvinden.
Deze regeling heeft geen regeldrukeffecten. De vergoedingen vallen niet onder het begrip ‘regeldruk’. De regeling is uitgezonderd van toetsing door het Adviescollege toetsing regeldruk.
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2026. Hiermee is aangesloten bij het beleid inzake vaste verandermomenten (Kamerstukken II 2009/10, 29 515).
Op grond van artikel 10, tweede lid, van de vorige regeling, gold voor bepaalde kosten een uitzondering op het uitgangspunt dat deze bij vooruitbetaling moeten worden voldaan. Deze uitzondering is echter niet meer in overeenstemming met de huidige vorderingssystematiek van de RDI. Daarom voorziet artikel 10 van deze regeling niet meer in deze uitzondering.
Artikel 14 strekt tot wijziging van artikel 26a van de Examenregeling. Artikel 26a van de Examenregeling bevat de vergoedingen (tarieven) die verschuldigd zijn voor bepaalde werkzaamheden en diensten die het CBR op basis van de Examenregeling uitvoert. Met deze regeling worden artikel 26a, en daarmee de tarieven van het CBR die samenhangen met werkzaamheden tot uitvoering van de Examenregeling, opnieuw vastgesteld. Het CBR heeft als uitgangspunt de tariefontwikkeling te laten verlopen binnen de ontwikkeling van de consumentenprijsindex. Voor het jaar 2026 is een tariefontwikkeling van 3,6% passend qua financiële gezondheid op de korte termijn. De tarieven voor de certificaten blijven gelijk, aangezien deze in 2026 door het CBR tegen het licht zullen worden gehouden.
Het tarief onder E.4. is toegevoegd, aangezien dat tarief ook in deze lijst van tarieven thuishoort. Dit betreft een tarief dat in rekening wordt gebracht aan opleiders die examens afnemen, en waar het al meerdere keren is voorgekomen dat zij hun zaken niet op orde hebben. Ook bij dit tarief is de indexering van 3,6% toegepast.
De vergoedingen genoemd in kolom I van bijlage 1. zijn ter dekking van de eenmalige uitvoeringskosten, zoals de eenmalige kosten die bij verlening van een vergunning in rekening worden gebracht. De vergoedingen genoemd in kolom II zijn ter dekking van de overige structurele kosten. Deze worden jaarlijks in rekening gebracht. Deze kosten worden immers ook jaarlijks gemaakt. In kolom III zijn de letters opgenomen, die corresponderen met het soort werkzaamheden en het daarbij behorende tarief of wijze van vaststelling van de vergoeding, zoals opgenomen in de tabel van artikel 5, eerste lid.
De uurtarieven, zoals opgenomen in bijlage 2., bedragen gemiddeld € 171,58. Dit is een nominale tariefswijziging van 1,55% ten opzichte van het uurtarief 2025.
De Minister van Economische Zaken, V.P.G. Karremans
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2025-35920.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.