Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatscourant 2025, 3391 | algemeenverbindendverklaring van cao-bepalingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatscourant 2025, 3391 | algemeenverbindendverklaring van cao-bepalingen |
Productiegerichte Dierhouderij 2025
Verbindendverklaring gewijzigde cao-bepalingen
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
Gelezen het verzoek van Actor Bureau voor Sectoradvies namens partijen bij bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, strekkende tot algemeenverbindendverklaring van gewijzigde bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;
Partijen ter ener zijde: Land- en Tuinbouworganisatie Nederland (LTO Nederland), Centrale Organisatie Broedeieren en Kuikens (COBK) en Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV), Envigo RMS B.V.;
Partij ter andere zijde: CNV.
Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten;
Besluit:
Het besluit tot algemeenverbindendverklaring van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst Productiegerichte Dierhouderij1 wordt met inachtneming van dictum II als volgt gewijzigd:
A
De onder dictum I opgenomen bepalingen worden als volgt gewijzigd:
Artikel 4.2.2 komt te luiden:
leeftijd |
functie-/loongroep |
|||||
---|---|---|---|---|---|---|
B |
C |
D |
E |
F |
G |
|
15 jaar of ouder: startschaal |
Wml |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
15 jaar |
€ 1.001,60 |
€ 1.041,80 |
€ 1.165,80 |
€ 1.192,80 |
€ 1.219,30 |
€ 1.312,60 |
16 jaar |
€ 1.112,70 |
€ 1.157,50 |
€ 1.295,20 |
€ 1.325,20 |
€ 1.354,80 |
€ 1.458,60 |
17 jaar |
€ 1.335,50 |
€ 1.389,00 |
€ 1.554,50 |
€ 1.590,40 |
€ 1.625,80 |
€ 1.750,20 |
18 jaar |
€ 1.558,00 |
€ 1.620,60 |
€ 1.813,50 |
€ 1.855,30 |
€ 1.896,80 |
€ 2.041,90 |
19 jaar |
€ 1.780,50 |
€ 1.852,00 |
€ 2.072,60 |
€ 2.120,40 |
€ 2.167,60 |
€ 2.333,80 |
20 jaar |
€ 2.003,20 |
€ 2.083,70 |
€ 2.331,60 |
€ 2.385,30 |
€ 2.438,60 |
€ 2.625,40 |
21 jaar tot AOW-leeftijd |
||||||
Startschaal |
WML |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
|
1e functiejaar |
€ 2.324,12 |
€ 2.324,12 |
€ 2.590,60 |
€ 2.650,50 |
€ 2.709,60 |
€ 2.917,10 |
2e functiejaar |
€ 2.324,12 |
€ 2.400,30 |
€ 2.667,40 |
€ 2.726,60 |
€ 2.783,60 |
€ 3.000,60 |
3e functiejaar |
€ 2.354,00 |
€ 2.486,50 |
€ 2.743,80 |
€ 2.801,80 |
€ 2.859,50 |
€ 3.083,70 |
4e functiejaar |
€ 2.455,40 |
€ 2.571,30 |
€ 2.821,20 |
€ 2.877,50 |
€ 2.933,40 |
€ 3.167,20 |
5e functiejaar |
€ 2.556,50 |
€ 2.657,90 |
€ 2.896,40 |
€ 2.953,90 |
€ 3.009,30 |
€ 3.251,40 |
6e functiejaar |
€ 2.657,90 |
€ 2.743,10 |
€ 2.972,60 |
€ 3.029,30 |
€ 3.084,40 |
€ 3.333,80 |
Toelichting bij tabel 4.2.4
Sinds de invoering van de Wet invoering minimumuurloon per 1 januari 2024 is niet langer sprake van een wettelijk minimumloon per maand. Het maandloon in de startschaal wordt berekend door het wettelijk minimumuurloon van een 15-jarige (bij de jeugdlonen) of een 21-jarige te vermenigvuldigen met factor (1983,6/12). Belangrijk is dat iedere werknemer per uur, ongeacht het aantal arbeidsuren per week, minimaal het op dat moment geldende wettelijk minimumuurloon zoals vastgesteld door de overheid ontvangt.
De lonen in functiegroep B, 1e functiejaar en 2e functiejaar en functiegroep C 1e functiejaar in de tabel voor 21 jaar tot AOW-leeftijd zijn niet vastgesteld volgens de rekenregels uit artikel 4.3.6 sub b. Deze lonen zijn opgehoogd zodat deze in overeenstemming zijn met het wettelijk minimumuurloon. De originele lonen zijn € 2.225,70 (B1), € 2.253,50(B2) en € 2.315,10 (C1)’
Artikel 4.3.2 tabel 4.3.2 komt te luiden:
leeftijd |
Wettelijk minimumloon (1 januari 2025 tot 1 juli 2025 |
---|---|
15 jaar |
€ 4,22 |
16 jaar |
€ 4,85 |
17 jaar |
€ 5,55 |
18 jaar |
€ 7,03 |
19 jaar |
€ 8,44 |
20 jaar |
€ 11,25 |
21 jaar of ouder |
€ 14,06’ |
Artikel 4.3.6 komt te luiden:
a. Tijdens de looptijd van de cao wordt de volgende structurele loonsverhoging toegepast:
– per 1 januari 2024 een naar functiegroep gedifferentieerde loonsverhoging van:
• Schaal B en C + 8%
• Schaal D + 7%
• Schaal E + 6%’
• Schaal F en G + 5%
– per 1 januari 2025: + 2,9%
*dit percentage is gebaseerd op de vaste afspraak van 2% plus 0,9% automatische prijscompensatie gebaseerd op onderstaande afspraak:
Per 1 januari 2025 is ook een automatische prijscompensatie van maximaal 2% afgesproken indien de inflatie boven de 2% uitkomt. Voor het inflatiecijfer wordt het gemiddelde genomen van de CPI van november 2023 tot en met oktober 2024.
Deze loonsverhogingen zijn verwerkt in de loontabellen van 4.2.2 en bijlage 2.
b. Structurele loonsverhogingen worden in eerste instantie berekend over het weekloon. Het uurloon en het maandloon worden daarvan afgeleid. Hierbij gelden de volgende rekenregels:
– weekloon: het percentage van de loonsverhoging wordt toegepast op het weekloon dat gold tot de ingangsdatum van die verhoging; de uitkomst wordt afgerond op 5 cent;
– uurloon: het berekende weekloon wordt gedeeld door 38 (de normale arbeidsduur per week); de uitkomst wordt afgerond op twee cijfers achter de komma;
– maandloon: het berekende weekloon wordt vermenigvuldigd met 4,35 (het gemiddeld aantal weken per maand); de uitkomst wordt afgerond op 10 cent.
c. Is het feitelijk loon van de werknemer hoger dan het loon waarop hij volgens 4.2.2 en bijlage 2 ten minste recht heeft? Dan worden de onder a genoemde loonsverhogingen berekend over zijn feitelijk loon. Per 1 januari 2024 wordt voor deze werknemers uitgegaan van de loonsverhoging die geldt voor schaal F en G (5%).
– Uitzondering: Is zijn feitelijk loon hoger dan het maximum van loongroep G? Dan worden de onder a genoemde loonsverhogingen berekend over ten minste het maximum van loongroep G.’
Bijlage 2 tabellen 2.5.1 en 2.6.1 komen te luiden:
leeftijd |
functie-/loongroep |
|||||
---|---|---|---|---|---|---|
B |
C |
D |
E |
F |
G |
|
15 jaar of ouder: startschaal |
Wml |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
15 jaar |
€ 230,25 |
€ 239,50 |
€ 268,00 |
€ 274,20 |
€ 280,30 |
€ 301,75 |
16 jaar |
€ 255,80 |
€ 266,10 |
€ 297,75 |
€ 304,65 |
€ 311,45 |
€ 335,30 |
17 jaar |
€ 307,00 |
€ 319,30 |
€ 357,35 |
€ 365,60 |
€ 373,75 |
€ 402,35 |
18 jaar |
€ 358,15 |
€ 372,55 |
€ 416,90 |
€ 426,50 |
€ 436,05 |
€ 469,40 |
19 jaar |
€ 409,30 |
€ 425,75 |
€ 476,45 |
€ 487,45 |
€ 498,30 |
€ 536,50 |
20 jaar |
€ 460,50 |
€ 479,00 |
€ 536,00 |
€ 548,35 |
€ 560,60 |
€ 603,55 |
21 jaar tot AOW-leeftijd |
||||||
Startschaal |
WML |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
1e functiejaar |
€ 534,28 |
€ 534,28 |
€ 595,55 |
€ 609,30 |
€ 622,90 |
€ 670,60 |
2e functiejaar |
€ 534,28 |
€ 551,80 |
€ 613,20 |
€ 626,80 |
€ 639,90 |
€ 689,80 |
3e functiejaar |
€ 541,15 |
€ 571,60 |
€ 630,75 |
€ 644,10 |
€ 657,35 |
€ 708,90 |
4e functiejaar |
€ 564,45 |
€ 591,10 |
€ 648,55 |
€ 661,50 |
€ 674,35 |
€ 728,10 |
5e functiejaar |
€ 587,70 |
€ 611,00 |
€ 665,85 |
€ 679,05 |
€ 691,80 |
€ 747,45 |
6e functiejaar |
€ 611,00 |
€ 630,60 |
€ 683,35 |
€ 696,40 |
€ 709,05 |
€ 766,40 |
Toelichting bij tabel 2.5.1
Sinds de invoering van de Wet invoering minimumuurloon per 1 januari 2024 is niet langer sprake van een wettelijk minimumloon per maand. Het weekloon in de startschaal wordt berekend door het wettelijk minimumuurloon van een 15-jarige (bij de jeugdlonen) of een 21-jarige te vermenigvuldigen met factor (1983,6/12/4.35). Belangrijk is dat iedere werknemer per uur, ongeacht het aantal arbeidsuren per week, minimaal het op dat moment geldende wettelijk minimumuurloon zoals vastgesteld door de overheid ontvangt.
De lonen in functiegroep B, 1e functiejaar en 2e functiejaar en functiegroep C, 1e functiejaar in de tabel voor 21 jaar tot AOW-leeftijd zijn niet vastgesteld volgens de rekenregels uit artikel 4.3.6 sub b. Deze lonen zijn opgehoogd zodat deze in overeenstemming zijn met het wettelijk minimumuurloon. De originele lonen zijn € 511,65 (B1) € 518,05(B2) en € 532,20 (C1).’
leeftijd |
functie-/loongroep |
|||||
---|---|---|---|---|---|---|
B |
C |
D |
E |
F |
G |
|
15 jaar of ouder: startschaal |
Wml |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
15 jaar |
€ 6,06 |
€ 6,30 |
€ 7,05 |
€ 7,22 |
€ 7,38 |
€ 7,94 |
16 jaar |
€ 6,73 |
€ 7,00 |
€ 7,84 |
€ 8,02 |
€ 8,20 |
€ 8,82 |
17 jaar |
€ 8,08 |
€ 8,40 |
€ 9,40 |
€ 9,62 |
€ 9,84 |
€ 10,59 |
18 jaar |
€ 9,43 |
€ 9,80 |
€ 10,97 |
€ 11,22 |
€ 11,47 |
€ 12,35 |
19 jaar |
€ 10,77 |
€ 11,20 |
€ 12,54 |
€ 12,83 |
€ 13,11 |
€ 14,12 |
20 jaar |
€ 12,12 |
€ 12,60 |
€ 14,11 |
€ 14,43 |
€ 14,75 |
€ 15,88 |
21 jaar tot AOW-leeftijd |
||||||
Startschaal |
WML |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
n.v.t. |
1e functiejaar |
€ 14,06 |
€ 14,06 |
€ 15,67 |
€ 16,03 |
€ 16,39 |
€ 17,65 |
2e functiejaar |
€ 14,06 |
€ 14,52 |
€ 16,14 |
€ 16,49 |
€ 16,84 |
€ 18,15 |
3e functiejaar |
€ 14,24 |
€ 15,04 |
€ 16,60 |
€ 16,95 |
€ 17,30 |
€ 18,66 |
4e functiejaar |
€ 14,85 |
€ 15,56 |
€ 17,07 |
€ 17,41 |
€ 17,75 |
€ 19,16 |
5e functiejaar |
€ 15,47 |
€ 16,08 |
€ 17,52 |
€ 17,87 |
€ 18,21 |
€ 19,67 |
6e functiejaar |
€ 16,08 |
€ 16,59 |
€ 17,98 |
€ 18,33 |
€ 18,66 |
€ 20,17 |
Toelichting bij tabel 2.6.1
Belangrijk is dat iedere werknemer per uur, ongeacht het aantal arbeidsuren per week, minimaal het op dat moment geldende wettelijk minimumuurloon zoals vastgesteld door de overheid ontvangt.
De lonen in functiegroep B, 1e functiejaar en 2e functiejaar en functiegroep C, 1e functiejaar in de tabel voor 21 jaar tot AOW-leeftijd zijn niet vastgesteld volgens de rekenregels uit artikel 4.3.6 sub b. Deze lonen zijn opgehoogd zodat deze in overeenstemming zijn met het wettelijk minimumuurloon. De originele lonen zijn € 13,46 (B1),€ 13,63(B2) en € 14,01 (C1).’
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2025-3391.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.