Besluit van de Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 26 september 2025, nr. 2025-0000210360 houdende benoeming en ontslag van leden van het monitoringcomité JTF 2021–2027

De Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Gelet op artikel 2 van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies en artikel 3 van het Instellingsbesluit monitoringcomité JTF 2021–2027;

Besluit:

Artikel 1

Met ingang van 3 april 2025 wordt aan het volgende lid van het monitoringcomité JTF 2021–2027, bedoeld in artikel 3 van het Instellingsbesluit monitoringcomité JTF 2021–2027, op eigen verzoek ontslag verleend: de vertegenwoordiger van de JTF-regio Groningen-Emmen de heer H. Emmens, te Bad Nieuweschans.

Artikel 2

Met ingang van 28 mei 2025 wordt aan het volgende lid van het monitoringcomité JTF 2021–2027, bedoeld in artikel 3 van het Instellingsbesluit monitoringcomité JTF 2021–2027, op eigen verzoek ontslag verleend: de vertegenwoordiger van de kennisinstellingen mevrouw prof. dr. ir. P.M. Herder, te Delfgauw.

Artikel 3

Met ingang van 5 juni 2025 wordt aan het volgende lid van het monitoringcomité JTF 2021–2027, bedoeld in artikel 3 van het Instellingsbesluit monitoringcomité JTF 2021–2027, op eigen verzoek ontslag verleend: de vertegenwoordiger van de milieuorganisaties mevrouw A. Bakker, te Maastricht.

Artikel 4

Met ingang van 3 april 2025 wordt tot lid van het monitoringcomité JTF 2021–2027, bedoeld in artikel 3 van het Instellingsbesluit monitoringcomité JTF 2021–2027, benoemd: de vertegenwoordiger van de JTF-regio Groningen-Emmen de heer E. J. Bennema, te Groningen.

Artikel 5

Met ingang van 1 september 2025 worden tot lid van het monitoringcomité JTF 2021–2027, bedoeld in artikel 3 van het Instellingsbesluit monitoringcomité JTF 2021–2027, benoemd:

  • a. de vertegenwoordiger van de gelijke rechtenorganisaties mevrouw A. Pherai, te Voorburg, en diens vervanger mevrouw A. Dijkman, te Utrecht;

  • b. de vertegenwoordiger van de kennisinstellingen mevrouw prof. dr. S.A.C.M. Lavrijssen, te Oisterwijk.

Artikel 6

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt ten aanzien van de artikelen 1 en 4 terug tot en met 3 april 2025, werkt ten aanzien van het artikel 2 terug tot en met 28 mei 2025, werkt ten aanzien van artikel 3 terug tot en met 5 juni 2025 en werkt ten aanzien van artikel 5 terug tot en met 1 september 2025.

  • 2. Dit besluit vervalt met ingang van 1 januari 2032.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst en wordt in afschrift gezonden aan betrokkenen en het monitoringcomité JTF.

De Minister van Economische Zaken, V.P.G. Karremans

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.N.J. Nobel

Naar boven