Besluit van de Minister van Justitie en Veiligheid van 15 september 2025, nr. 6420088, tot wijziging van de Beleidsregels Buitengewoon Opsporingsambtenaar in verband met aanpassing van de opbouw van examinering voor Domein IV om aan te sluiten bij de opbouw van examinering voor Domeinen I, II en III

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Gelet op artikel 142 van het Wetboek van Strafvordering, artikel 17 van de Wet op de economische delicten en het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

Besluit:

ARTIKEL I

A

Paragraaf 5. De domeinen, vierde alinea, wordt vervangen door:

‘Met behulp van de domeinbenadering is het mogelijk landelijk op uniforme wijze te werken aan professionalisering van de boa. In alle domeinen moeten de boa’s voldoen aan de basisbekwaamheid. In de eerste vier domeinen (Domein I Openbare Ruimte, Domein II Milieu, welzijn en infrastructuur, Domein III Onderwijs en domein IV Openbaar Vervoer) is er sprake van permanente her- en bijscholing. Op deze wijze kan per domein worden geïnvesteerd in opsporingsvaardigheden en -competenties gericht op de specifieke behoeften binnen een domein.’

B

Paragraaf 9.3. Bekwaamheidseis Domein IV Openbaar Vervoer wordt vervangen door:

‘9.3. Bekwaamheidseis Domein IV Openbaar Vervoer

Een nieuwe boa behaalt eerst de boa basisbekwaamheid OV (het boa OV-getuigschrift). Dit is een verzwaard examen. De eindtermen van het algemene boa basis examen maken onverkort deel uit van het examen boa basisbekwaamheid OV en is aangevuld met OV-eindtermen. Daarna doorloopt de boa Openbaar Vervoer de permanente her- en bijscholing.

Indien de boa Openbaar Vervoer beschikt over politiebevoegdheden, vrijheidsbeperkende middelen en geweldsmiddelen zijn tevens de bekwaamheidseisen uit de RTGB van toepassing.

De boa’s Openbaar Vervoer dienen vier modules in de looptijd van hun akte met een voldoende resultaat te hebben afgerond om na vijf jaar hun titel van opsporingsbevoegdheid te mogen verlengen. Hierbij wordt geadviseerd dat in de eerste vier jaren ieder jaar een module wordt behaald. Het vijfde jaar kan dan indien nodig worden benut als herkansingsjaar.

Bij het overstappen vanuit een ander domein kan de boa in aanvulling op de boa algemene basisbekwaamheid, de module Wet- en regelgeving (module 1 uit de PHB) volgen waarmee ook wordt voldaan aan de bekwaamheidseisen voor domein IV Openbaar Vervoer (het behalen van een boa OV-getuigschrift).

Examencommissie

De door de Stichting ExTH ingestelde examencommissie Openbaar Vervoer bewaakt de kwaliteit van de examens (zie examenplan).

Examenplan

In bijlage G is een examenplan van het boa OV basisexamen opgenomen en daarna de PHB voor domein IV. Hierin staan de examenonderdelen en bijbehorende onderwerpen. In de laatste kolom is aangeven of het betreffende examenonderdeel met een theorietoets (T) of een praktijktoets (P) geëxamineerd wordt. Verder staat in deze bijlage ook een verwijzing naar het kwalificatiedossier Publieke veiligheid waar de gedragsspecifieke leerdoelen van de boa Openbaar Vervoer aan moeten voldoen.’

C

Bijlage G, Eindtermen boa openbaar vervoer wordt vervangen door:

'BIJLAGE G. EXAMENPLAN OPENBAAR VERVOER

1. Examenplan boa basisbekwaamheid OV

T= Theorietoets

P= Praktijktoets

De boa openbaar vervoer maakt in de basisbekwaamheid OV een verzwaard examen theorie en praktijk ten opzichte van het examenplan boa basisbekwaamheid. Voor de theorietoets maakt de boa ov naast alle eindtermen uit het examenplan basisbekwaamheid ook toetsvragen uit de hoofdtaak openbaar vervoer. Voor de praktijktoets wordt een volledige combibon op basis van Wp2000 opgemaakt.

Examenonderdeel

Onderwerpen

Toetsvorm

1. Wettelijke kaders Openbaar vervoer (OV) specifiek

T

 

– Wp2000 Algemene bepalingen en begrippen

– Bepalingen voor de reiziger

– Bepalingen betreffende de handhaving

– Bp2000 Algemene bepalingen en begrippen

– Algemene wet bestuursrecht

– Wetboek van Strafrecht: Beschermingspakket

2. Praktijktoets Vaardigheidselementen

P

 

– Treedt de-escalerend op

– Treedt sanctionerend op

– Handelt opgelegde sancties administratief af door het opstellen van een combibon op basis van de Wp2000.

2. Examenplan boa OV Permanente Her- en Bijscholing (PHB)

T= Theorietoets

P= Praktijktoets

Deze examens kunnen worden afgenomen zowel voor de Boa openbaar vervoer als voor de Boa ProRail

1. Wet- en Regelgeving

T

2. Bejegening

P

3. Waarneming en Verslaglegging

T

4. Functiegerichte training

T/P

3. Gedragsspecifieke leerdoelen Boa OV

Gedragsspecifieke leerdoelen staan in het Kwalificatiedossier publieke veiligheid crebo 23322, profieldeel P3-K1 voor domein IV.’

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 oktober 2025.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 15 september 2025

De Minister van Justitie en Veiligheid, namens deze, M. Commelin Directeur-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

TOELICHTING

Met deze wijziging wordt de opbouw van de examinering voor de buitengewoon opsporingsambtenaar (hierna: boa) in Domein IV aangepast om aan te sluiten bij de opbouw van de examinering zoals geldt voor Domeinen I, II en III. Dat betekent dat Domein IV voor de basisbekwaamheid overgaat naar het ‘basisexamen Boa OV’ en voor de hercertificering overgaat op een Permanente Her- en bijscholing (hierna: PHB).

De basisbekwaamheid voor het behalen van het ‘basisexamen Boa OV’ kan op twee manieren worden verkregen:

  • 1. De startende boa maakt het ‘basisexamen Boa OV’, dit bestaat uit een theorie-examen Wettelijke kaders Openbaar vervoer (OV) specifiek en de Praktijktoets Vaardigheidselementen. Dit vervangt het huidige basisexamen Boa OV.

  • 2. De boa die overstapt uit een ander Domein maakt de module Wet- en regelgeving Domein IV (module 1 uit de PHB) om hiermee aan te tonen voldoende kennis te hebben van de domein specifieke wet- en regelgeving in het openbaar vervoer. Dit vervangt de huidige Plusmodule Boa OV.

De mogelijkheid tot hercertificering door middel van het 5-jaarlijks afleggen van het basisexamen Boa OV of doorlopen van vijf modules in vijf jaar vervalt.

’s-Gravenhage, 15 september 2025

De Minister van Justitie en Veiligheid, namens deze, M. Commelin Directeur-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Naar boven