Besluit van de Raad van Bestuur van Zorginstituut Nederland van 22 juli 2025 (kenmerk 2025012873), tot wijziging van de beleidsregels ter verdeling van de besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2023, de beleidsregels ter verdeling van de besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2024 en de beleidsregels ter verdeling van de besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2025

Gelet op artikel 91, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen, artikel 4.4, derde lid, en artikel 4.5, eerste lid, van het Besluit Wfsv;

Besluit:

ARTIKEL I

De beleidsregels ter verdeling van de besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2023 worden als volgt gewijzigd:

Artikel 15, tweede lid, vervalt, onder vernummering van het derde lid tot tweede lid.

ARTIKEL II

De beleidsregels ter verdeling van de besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2024 worden als volgt gewijzigd:

Artikel 14, tweede lid, vervalt, onder vernummering van het derde lid tot tweede lid.

ARTIKEL III

De beleidsregels ter verdeling van de besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2025 worden als volgt gewijzigd:

Artikel 14, tweede lid, vervalt, onder vernummering van het derde lid tot tweede lid.

ARTIKEL IV

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst. Artikel I werkt terug tot en met 1 januari 2023. Artikel II werkt terug tot en met 1 januari 2024. Artikel III werkt terug tot en met 1 januari 2025.

Dit besluit zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Voorzitter Raad van Bestuur, M.J. Janssen

Goedgekeurd door de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bij brief van 22 augustus 2025, kenmerk 4190980-1086180-Z.

TOELICHTING

Zorginstituut Nederland (het Zorginstituut) heeft in de beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2023, 2024 en 2025 een bepaling opgenomen die voor bepaalde deelbudgetten kan leiden tot een verrekening op basis van de werkelijke kosten. Deze bepaling is opgenomen in de paragrafen die zien op de definitieve vaststelling voor genoemde jaren. De werkelijke kosten zijn opgenomen in het financiële verslag van de Wlz-uitvoerders.

De betreffende bepaling is opgenomen in artikel 15, tweede lid van de beleidsregels voor 2023 en in artikel 14, tweede lid van de beleidsregels voor 2024 en 2025.

Voor de Wlz-uitvoerders betekent een dergelijke verrekening extra administratieve werkzaamheden aangezien deze niet meer in het jaar waar de budgettoekenning betrekking op heeft kan worden verwerkt. Op verzoek van Zorgverzekeraars Nederland, met instemming van de Wlz-uitvoerders en na overleg met het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, heeft het Zorginstituut daarom besloten geen verrekeningen meer door te voeren in geval van macro-onderschrijdingen bij de geoormerkte bedragen zoals bepaald in artikel 15, tweede lid van de beleidsregels voor 2023 en in artikel 14, tweede lid, van de beleidsregels voor 2024 en 2025. Deze aanpassing is op macroniveau budgetneutraal.

De wijzigingen voor 2023, 2024 en 2025 krijgen terugwerkende kracht tot en met 1 januari van het betreffende jaar. Deze wijziging heeft de instemming van de Wlz-uitvoerders. Bovendien vermindert deze wijziging de administratieve lasten.

Voorzitter Raad van Bestuur, M.J. Janssen

Naar boven