Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Klimaat en Groene Groei | Staatscourant 2025, 28177 | overige overheidsinformatie |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Klimaat en Groene Groei | Staatscourant 2025, 28177 | overige overheidsinformatie |
Oproep tot het doen van voorstellen voor snellere en ambitieuzere reductie van broeikasgasemissies uit industriële activiteiten die fossiele inputfactoren gebruiken middels elektrificatie, Minister van Klimaat en Groene Groei – artikel 2, Kaderwet EZK- en LNV-subsidies
Hierbij roep ik, de Minister van Klimaat en Groene Groei, industriële ondernemingen die onder het EU Emission Trade System (EU ETS) en/of de nationale CO2-heffing industrie als bedoeld in de Wet belastingen op milieugrondslag, hoofdstuk VIB (hierna: nationale CO2-heffing) vallen en die voldoen aan de voorwaarden in het ‘Raamwerk voor oproepen tot voorstellen voor additionele CO2-reductie middels elektrificatie (1 juli 2025)’ (Bijlage I) en deze oproep tot voorstellen, op om concrete voorstellen in te dienen voor een snellere en ambitieuzere reductie van broeikasgasemissies (hierna: CO2) dan het reductiepad van de nationale CO2-heffing (hierna: additionele CO2-reductie), door substantiële vermindering van rechtstreekse CO2-emissies van industriële installaties die momenteel fossiele brandstoffen gebruiken als energiebron of grondstof middels elektrificatie van de productieprocessen.
Indien aan de voorwaarden uit het ‘Raamwerk voor oproepen tot voorstellen voor additionele CO2-reductie middels elektrificatie (1 juli 2025)’ (Bijlage I) en deze oproep tot voorstellen is voldaan, kan subsidie voor realisatie van het ingediende voorstel worden toegekend. Bij het beoordelen van een voorstel kan ik de deskundigheid betrekken van een commissie van experts (‘adviescommissie Maatwerkafspraken Verduurzaming Industrie’).
De deadline voor het indienen van een voorstel is vier weken na publicatie van de oproep tot voorstellen in de Staatscourant en op de website van de rijksoverheid.
Een voorstel kan worden ingediend door een industriële onderneming die een industriële installatie exploiteert die onder het EU ETS en/of de nationale CO2-heffing valt en die materiële goederen produceert, waarbij grondstoffen worden verwerkt en waarbij sprake is van een hoge graad van mechanisering en automatisering, genoemd in de Standaardbedrijfsindeling 2008, versie 2019, van het Centraal Bureau voor de Statistiek, hoofdgroep C (hierna: onderneming).
Uitgesloten van deelname aan deze oproep tot voorstellen zijn:
– financiële instellingen;
– ondernemingen die vallen onder EU-sancties tegen bijvoorbeeld personen of rechtspersonen die rechtstreeks worden geadresseerd in de sanctieregelgeving;
– ondernemingen in moeilijkheden.
Alleen een voorstel van een onderneming voor een project dat voldoet aan de voorwaarden uit het ‘Raamwerk voor oproepen tot voorstellen voor additionele CO2-reductie middels elektrificatie (1 juli 2025)’ en uit deze oproep tot voorstellen kan in aanmerking komen voor subsidie uit hoofde van deze oproep tot voorstellen.
Het voorstel moet een uitgewerkt businessplan met een degelijke financiële en technische onderbouwing en een financieel model in excel bevatten, waarmee aangetoond wordt in welke mate er sprake is van additionele CO2-reductie. Uit het voorstel dient te blijken wat de locatie van het project is, wat de tijdslijnen zijn, welke risico’s er zijn en welke mitigerende maatregelen worden genomen, welke benodigde investeringen worden gedaan en de gevraagde steun die nodig is om de investeringsbeslissing te nemen.
Het voorstel moet in elk geval de volgende elementen bevatten:
– onderbouwing projecties: transparantie, hardheid, volledigheid inkomsten/uitgaven/eigen inbreng/gevraagde steun;
– bij het voorstel moet een financieel model worden aangeleverd waarin alle verwachte kastromen gedurende de looptijd van het project zijn opgenomen, waaronder de investeringen, de verwachte kostenbesparingen en de additionele opbrengsten van het project, zoals eventuele “groene premies”, versus het scenario waarin het project niet wordt uitgevoerd (het counter-factual scenario). Deze kastromen worden verdisconteerd (contant gemaakt) tegen de gemiddelde gewogen vermogenskosten van de indiener (de WACC), waaruit een negatieve netto contante waarde volgt;
– planning voor realisatie van het project met daarbij geïdentificeerde mijlpalen;
– onderbouwing investeringsbedragen door middel van quotes, offertes of openbare marktprijzen;
– onderbouwing van de eigen bijdrage en de gevraagde steun(intensiteit);
– onderbouwing dat er geen andere, bestaande (subsidie)instrumenten passend zijn, die voor de onderneming tot financiële ondersteuning van het project en de daarmee samenhangende additionele CO2-reductie kunnen leiden;
– onderbouwing van de mate van additionele CO2-reductie door realisatie van het project, inclusief een uiteenzetting dat steun nodig is voor het nemen van een positieve investeringsbeslissing;
– onderbouwing dat (indien van toepassing) de moedermaatschappij voldoende commitment toont voor de verduurzamingsplannen (van de Nederlandse dochtermaatschappij);
– uitwerking van de gevraagde steun per ton CO2;
– uitwerking en onderbouwing van risico’s en mitigerende maatregelen m.b.t. financiële en commerciële haalbaarheid van het project;
– (indien van toepassing) uiteenzetting van de beloningsstructuur van de moedermaatschappij;
– toelichting of in de afgelopen 12 maanden voorafgaande aan indiening van het voorstel dividenden (en dergelijke) zijn uitgekeerd;
– uiteenzetting met onderliggende stukken van de (eigendoms)structuur van de onderneming (zowel op dochter- als moederniveau);
– de meest recente jaarrekening van de moedermaatschappij, inclusief onderbouwing van de kredietwaardigheid en financiële gegoedheid;
– een duidelijke aanpak voor het monitoren van de CO2-reductie en mijlpalen voor realisatie van het project;
– op verzoek dient inzicht te worden verstrekt met betrekking tot de afhankelijkheden van financiers, toeleveranciers etc.;
– identificatie van eventuele overige beperkingen, en mogelijke oplossingen, bij de uitvoering van het project zoals benodigde vergunningen, aanpalende infrastructuur etc.
Een voorstel kan tot vier weken na publicatie van de oproep tot voorstellen in de Staatscourant en op de website van de rijksoverheid bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) worden aangemeld per adres Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, Prinses Beatrixlaan 2, 2595 AL Den Haag, Postbus 93144 2509 AC Den Haag.
Het voorstel wordt uitgebreid beoordeeld door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland op basis van emissiegegevens bekend bij de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa).
Een voorstel dat een uitgewerkt businessplan met een degelijke financiële en technische onderbouwing bevat en goed inzichtelijk maakt wat het voorstel inhoudt en op welke wijze en in welke mate het project in het voorstel bijdraagt aan additionele CO2-reductie en dat voldoet aan de voorwaarden van het ‘Raamwerk voor oproepen tot voorstellen voor additionele CO2-reductie middels elektrificatie (1 juli 2025)’ zal ik nader bekijken.
Het is mogelijk dat ik daarover in de periode daarna nog om nadere uitleg of toelichting zal vragen. Vervolgens kan ik het voorstel voorleggen aan de adviescommissie Maatwerkafspraken Verduurzaming Industrie, die mij zal adviseren over de vraag of een voorstel technisch en economisch haalbaar is, over de doelmatigheid van toekenning van subsidie en over andere kwaliteitsaspecten genoemd in het Instellingsbesluit van de Adviescommissie.1 Mochten er meer goede voorstellen worden voorgelegd dan er budget voorhanden is, dan zal ik mogelijk een keuze moeten maken waarbij ik het advies van de adviescommissie Maatwerkafspraken Verduurzaming Industrie kan betrekken.
Voor de ranking van de beoordeelde voorstellen worden de volgende criteria gehanteerd:
a. kosten per vermeden ton CO2 (kosteneffectiviteit);
a. snelheid waarmee een project de beoogde (additionele) CO2-reductie kunnen realiseren (snelheid);
c. technische en financiële uitwerking van het voorstel (kwaliteit/haalbaarheid).
Op elk van de criteria kan een score van 1 tot en met 10 punten worden behaald. De criteria a, b en c hebben gewicht van respectievelijk 0,7, 0,2 en 0,1.
Aan het voorstel dat het best uit de beoordeling en ranking komt, wordt als eerste budget toegekend waarvoor de onderneming uitgenodigd wordt tot het doen van een formele subsidieaanvraag waarop een subsidiebeschikking volgt.
Artikel 2 en artikel 3, tweede lid, van het Instellingsbesluit Adviescommissie Maatwerkafspraken Verduurzaming Industrie
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2025-28177.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.