Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2025, 24020 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2025, 24020 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Gelet op artikel 2.53 van het Uitvoeringsbesluit WVO 2020;
Besluit:
De Regeling leerresultaten VO 2016 wordt als volgt gewijzigd:
A
In Bijlage A, behorende bij artikel 1, wordt na de paragraaf ‘Correctie’ en voor de paragraaf ‘Gebruikte gegevens’ een paragraaf ingevoegd, luidende:
Minimaal vereiste aantallen
De jaarscores van de drie indicatoren – Onderwijspositie t.o.v. advies basisschool, Onderbouwsnelheid en Bovenbouwsucces – worden berekend vanaf 20 leerlingen. De jaarscores van de indicator – Examencijfers – worden berekend vanaf 30 examens. Onder de voornoemde aantallen wordt de jaarscore voor de respectievelijke indicatoren niet berekend.
B
In Bijlage B, behorende bij artikel 2, vervalt de paragraaf ‘Geen oordeel schooljaar 2021–2022 in verband met coronacrisis’.
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2025.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M.L.J. Paul
Inleiding
Voor de beoordeling van leerresultaten van VO-scholen maakt de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) gebruik van het Onderwijsresultatenmodel VO. Dit model is opgebouwd uit vier indicatoren die evenwichtig verdeeld zijn over onder- en bovenbouw.
Met deze wijzigingsregeling wordt in dit model een ondergrens ingebouwd wat betreft aantallen: wanneer een jaarscore van een indicator minder dan 20 leerlingen of 30 afgelegde examens (vakken) heeft, dan wordt die jaarscore niet berekend. De ondergrens van 20 leerlingen geldt specifiek voor de indicatoren Onderwijspositie t.o.v. advies basisschool, Onderbouwsnelheid en Bovenbouwsucces. De ondergrens van 30 examens geldt alleen voor de indicator Examencijfers. Deze ondergrenzen worden al geruime tijd door de inspectie gehanteerd en worden met deze wijzigingsregeling gecodificeerd.
Doel van de ondergrens
De leerresultaten moeten op een betrouwbare en deugdelijke wijze worden beoordeeld. Een ondergrens zorgt ervoor dat er voldoende resultaten beschikbaar zijn om significante conclusies te trekken. Bij een kleiner aantal kunnen variaties in de leerresultaten het gevolg zijn van toeval, waardoor het moeilijker wordt om betrouwbare uitspraken te doen over de leerresultaten. Concreet betekent dit dat één of twee slecht presterende of juist goed presterende leerling(en) niet doorslaggevend zouden moeten zijn voor de berekening van de jaarscore. De prestaties van enkele leerlingen zeggen immers niets over de kwaliteit van het onderwijs van de betreffende school als geheel.
Bepaling van de ondergrens
De ondergrens mag ook niet te hoog liggen. Dat zou ertoe leiden dat van te veel schoolsoorten en leerwegen een jaarscore niet berekend kan worden. Een behoorlijk deel van de schoolsoorten en leerwegen op vo-scholen heeft immers niet zoveel leerlingen. Hierdoor zou het effect van de onderwijsresultatenberekening en -beoordeling achteruitgaan, terwijl het doel juist is om mogelijke risico’s in de onderwijskwaliteit in beeld te brengen.
Met kansberekening zijn de minimumaantallen bepaald. Hierbij is het uitgangspunt dat de kans dat toeval een uitkomst bepaalt niet te hoog is. Voor een betrouwbare uitkomst vinden we dat deze kans maximaal 5% mag zijn. Dat wil zeggen dat de conclusie op basis van de berekende jaarscores voor maximaal 5% op toeval, bijvoorbeeld door een slecht presterende leerling, gebaseerd is.
Vervallen paragraaf in Bijlage B
Daarnaast kan de paragraaf die in verband met de uitbraak van COVID-19 aan de regeling is toegevoegd komen te vervallen, nu schooljaar 2021–2022 geen onderdeel meer uitmaakt van het driejaarsgemiddelde.
Uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid
De wijzigingen zijn op voorstel van de Inspecteur-Generaal van het Onderwijs gedaan en in goed overleg op ambtelijk niveau met de inspectie opgesteld. De regeling is in lijn met het voorstel van de inspectie. De regeling is aan DUO en de inspectie voorgelegd voor een uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets. DUO ziet geen uitvoeringsconsequenties voor deze regeling.
Administratieve lasten
De wijziging heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten van de scholen in het voortgezet onderwijs.
Inwerkingtreding
De wijzigingsregeling gaat in met ingang van het schooljaar 2025–2026. Er wordt aangesloten bij een vast verandermoment voor het voortgezet onderwijs, daarom treedt de regeling op 1 augustus 2025 in werking.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M.L.J. Paul
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2025-24020.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.