Regeling van de Minister van Justitie en Veiligheid van 20 juni 2025, nr. 6497836, tot wijziging van de Regeling vergoedingen politievrijwilligers, de Regeling voorzieningen hondengeleiders politie en de Regeling beroepsgerelateerde gezondheidsklachten politie in verband met de jaarlijkse indexering van bedragen aan de prijsontwikkeling en een technische wijziging van de Uitvoeringsregeling Voorzieningen in plaats van levensloopbijdragen voor (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte politieambtenaren

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Gelet op de artikelen 54, derde en vierde lid, 75bis van het Besluit algemene rechtspositie politie, en de artikelen 12f, vierde lid, 21 en 48 van het Besluit bezoldiging politie;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 2, eerste lid, van de Regeling vergoedingen politievrijwilligers wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 219,60’ vervangen door ‘€ 224,87’.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 9,16’ vervangen door ‘€ 9,38’.

ARTIKEL II

De Regeling voorzieningen hondengeleiders politie wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 136,31’ vervangen door ‘€ 139,58’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 94,79’ vervangen door ‘€ 97,06’.

B

In artikel 3, eerste lid, wordt ‘€ 463,08’ vervangen door ‘€ 474,19’.

ARTIKEL III

Artikel 5.1 van de Regeling beroepsgerelateerde gezondheidsklachten politie wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt ‘€ 500,–’ vervangen door ‘€ 526,50’.

2. In het derde lid wordt ‘€ 213,74’ vervangen door ‘€ 225,07’.

ARTIKEL IV

In artikel 1, sub f, van de Uitvoeringsregeling Voorzieningen in plaats van levensloopbijdragen voor (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte politieambtenaren vervalt ‘onderdeel n,’.

ARTIKEL V

  • 1. Artikel I treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 januari 2025.

  • 2. De artikelen II en III treden in werking met ingang van 1 juli 2025. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 30 juni 2025, treden zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, en werken zij terug tot en met 1 juli 2025.

  • 3. Artikel IV treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel

TOELICHTING

ARTIKEL I

Artikel 2, derde lid, van de Regeling vergoedingen politievrijwilligers bepaalt dat de in het eerste lid van dat artikel genoemde vergoedingen voor politievrijwilligers jaarlijks worden aangepast aan de overeenkomstig door het Centraal Planbureau in het Centraal Economisch Plan (CEP) gepubliceerde afgeleide consumentenprijsindex (CPI). Op basis van het CEP 2025 bedraagt de afgeleide CPI voor het jaar 2024 2,4%.

Per 1 januari 2025 wordt het in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, genoemde bedrag gewijzigd met de afgeleide jaarmutatie CPI. De vaste vergoeding voor politievrijwilligers per kalenderjaar op basis van artikel 2, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling vergoedingen politievrijwilligers wordt daarom € 224,87 voor 2025. Dit was € 219,60.

De vergoeding per uur voor politievrijwilligers op basis van artikel 2, eerste lid, onderdeel b, van de Regeling vergoedingen politievrijwilligers wordt € 9,38 per 1 januari 2025. Dit was € 9,16.

ARTIKEL II, ONDERDEEL A

Artikel 4 van de Regeling voorzieningen hondengeleiders politie bepaalt dat de maandelijkse tegemoetkoming voor de geleider voor de kosten ten behoeve van het verzorgen van een diensthond, de maandelijkse tegemoetkoming voor het schoonhouden van de eigen auto, en de maandelijkse compensatie in geld voor de geleider voor de permanente verantwoordelijkheid voor de diensthond, worden jaarlijks gewijzigd overeenkomstig de door het Centraal Planbureau in het CEP gepubliceerde afgeleide CPI. Op basis van het CEP 2025 bedraagt de afgeleide CPI voor het jaar 2024 2,4%.

De vergoedingen op basis van de Regeling voorzieningen hondengeleiders politie worden per 1 juli 2025 derhalve als volgt gewijzigd: de maandelijkse tegemoetkoming voor het verzorgen van een diensthond op basis van artikel 2, eerste lid, van de Regeling voorzieningen hondengeleiders politie wordt € 139,58. Dit was € 136,31.

Het gebruik van de eigen auto voor het vervoer van de hond stijgt naar € 97,06. Dit was € 94,79.

ARTIKEL II, ONDERDEEL B

De vergoedingen op basis van de Regeling voorzieningen hondengeleiders politie worden per 1 juli 2025 als volgt gewijzigd: de compensatie in geld voor de verantwoordelijkheid voor de diensthond op basis van artikel 3, eerste lid, van de Regeling voorzieningen hondengeleiders politie wordt per maand € 474,19. Dit was € 463,08.

ARTIKEL III

In dit artikel wordt geregeld wat onder beroepsmatig verleende juridische bijstand wordt verstaan en tot welke hoogte de kosten ervoor worden vergoed. In het tweede lid van artikel 5.1 van de Regeling beroepsgerelateerde gezondheidsklachten politie wordt de hoogte van de tegemoetkoming voor de juridische bijstand geregeld en in het derde lid de maximale vergoeding van de gemaakte kosten voor de juridische bijstand. De vergoeding betreft per 1 juli 2025 een vast bedrag van € 526,50 (exclusief BTW en inclusief kantoorkosten). Dit was € 500,–. Tevens wordt artikel 5.1, derde lid, van de Regeling beroepsgerelateerde gezondheidsklachten politie gewijzigd waarin geregeld is tot welke maximale uurtarief de kosten van de juridische bijstand worden vergoed. Per 1 juli 2025 is dat tot een maximaal uurtarief van € 225,07 voor maximaal 40 uren werk. Dit was € 213,74. De bedragen worden jaarlijks per 1 juli aangepast met de wijziging die het indexcijfer voor rechtskundige diensten (69101) van het CBS heeft ondergaan. De jaarmutatie van 2024 betreft 5,3%.

ARTIKEL IV

In artikel 1, eerste lid sub f, van de Uitvoeringsregeling Voorzieningen in plaats van levensloopbijdragen voor (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte politieambtenaren wordt een technische wijziging aangebracht. In artikel 1 van het Bbp zijn namelijk de verwijzingen naar de onderdelen gewijzigd waardoor er voortaan naar het gehele artikel wordt verwezen.

ARTIKEL V

De wijzigingen van de bedragen zijn in overeenstemming met de politievakorganisaties tot stand gekomen.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel

Naar boven