Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 25 juni 2025, nr. BZ2517237, tot wijziging van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Infrastructuur en Waterstaat;

Gelet op Verordening (EU) 2025/395 van de Raad van de Europese Unie van 24 februari 2025 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 833/2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PbEU L 2025/395) en de artikelen 2, tweede lid, en 3 van de Sanctiewet 1977;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 2, zesde lid, wordt na de derde volzin, een volzin ingevoegd, luidende:

De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5 bis sexies, vijfde lid, van Verordening (EU) nr. 833/2014, is de Minister van Buitenlandse Zaken in samenwerking met de Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, C.C.J. Veldkamp

TOELICHTING

Deze regeling strekt tot wijziging van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014. De wijziging is het gevolg van Verordening (EU) 2025/3951 die Verordening (EU) nr. 833/2014 wijzigt. In Verordening (EU) nr. 833/2014 is een nieuw artikel opgenomen, te weten artikel 5 bis sexies. Dit artikel voorziet in een haven- en een luchthavenverbod (eerste respectievelijk tweede lid) met daarop uitzonderingen voor bepaalde transacties met die havens en luchthavens (derde en vierde lid). Implementatie van dit artikel vond al plaats in een eerdere wijzigingsregeling (Stcrt. 2025, 8195), met uitzondering van de aanwijzing van de bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5 bis sexies, vijfde lid, van Verordening (EU) nr. 833/2014. Deze regeling voorziet in de aanwijzing van de bevoegde autoriteit in artikel 2 van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 (artikel I, onderdeel A). Mocht er sprake zijn van een uitzondering als bedoeld in artikel 5 bis sexies, derde of vierde lid, dan dient de daaruit voortvloeiende transactie gemeld te worden bij de Minister van Buitenlandse Zaken. Eventuele werkzaamheden, zoals correspondente en dergelijke, die voortvloeien uit die melding zal door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat tezamen met de Minister van Buitenlandse Zaken worden uitgevoerd.

Voor meer informatie over de beperkende maatregelen wordt verwezen naar de website

www.rijksoverheid.nl/sancties.

Ten slotte kan worden gemeld dat deze regeling strekt tot naleving van een internationale verplichting. Hierdoor is een uitzondering op de vaste verandermomenten toegestaan conform het beleid inzake vaste verandermomenten.

De Minister van Buitenlandse Zaken, C.C.J. Veldkamp


X Noot
1

Verordening (EU) 2025/395 van de Raad van de Europese Unie van 24 februari 2025 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 833/2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PbEU L 2025/395).

Naar boven