Regeling van de secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën van 15 juni 2025 (2025-142091), houdende wijziging van het Organisatiebesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane en het Mandaatbesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021 in verband met wijzigingen in de inrichting van het directoraat-generaal Douane, overige organisatorische wijzigingen en het herbeleggen van het personeelsmandaat

De secretaris-generaal,

Gelet op artikel 3, tweede lid, van het Coördinatiebesluit organisatie, bedrijfsvoering en informatiesystemen rijksdienst;

Gelet op artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op artikel 3, tweede lid, en artikel 12, onder f, van het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Organisatiebesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 7e komt te luiden:

Artikel 7e. Directie Informatiestromen & Digitale Ontwikkeling

  • 1. De directie Informatiestromen & Digitale Ontwikkeling staat onder leiding van een directeur, tevens Chief Information Officer van Dienst Toeslagen.

  • 2. De directie Informatiestromen & Digitale Ontwikkeling heeft de taken behorende bij de CIO-Office.

  • 3. De directie Informatiestromen & Digitale Ontwikkeling bestaat uit de volgende afdelingen:

    • a. de afdeling Product en Porfolio, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd;

    • b. de afdeling Architectuur en Strategie, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd; en

    • c. de afdeling Bureau CIO, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd.

  • 4. Het afdelingshoofd van Bureau CIO, bedoeld in het derde lid, onderdeel c, vervult tevens de rol van plaatsvervangend directeur.

B

In artikel 9, eerste lid, onder d, onderdeel vi., wordt ‘een hoofd’ vervangen door ‘vier hoofden’.

C

Artikel 9 komt te luiden:

Artikel 9. Organisatie inrichting en aansturing DGD

  • 1. Het DGD bestaat uit de volgende organisatieonderdelen:

    • a. De directie Strategie, Beleid & Internationaal, die onder leiding staat van een directeur. Het onderdeel bestaat uit de volgende afdelingen, elk onder leiding van een afdelingshoofd, waarvan één tevens de rol van plaatsvervangend directeur vervult:

      • i. Strategie, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • ii. Beleid, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • iii. Internationaal, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider.

    • b. De directie Operaties, die onder leiding staat van een directeur. De directie bestaat uit:

      • i. Bureau Operaties, dat onder leiding staat van de adjunct directeur Operaties. Het Bureau Operaties bestaat uit de volgende afdelingen, elk onder leiding van een afdelingshoofd:

        • a. Strategie & Projecten, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

        • b. Domein & Operatie, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • ii. De acht regiokantoren;

        • a. Regiokantoor Douane Amsterdam, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd1, een plaatsvervangend afdelingshoofd2 en een hoofd. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider;

        • b. Regiokantoor Douane Arnhem, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd3 en een plaatsvervangend afdelingshoofd4. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider;

        • c. Regiokantoor Douane Breda, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd5, een plaatsvervangend afdelingshoofd6 en een hoofd. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider;

        • d. Regiokantoor Douane Eindhoven, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd7 en een plaatsvervangend afdelingshoofd8. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider;

        • e. Regiokantoor Douane Groningen, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd9 en een plaatsvervangend afdelingshoofd10. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider;

        • f. Regiokantoor Douane Rotterdam Haven, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd11, een plaatsvervangend afdelingshoofd12 en vier hoofden13. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider;

        • g. Regiokantoor Douane Schiphol Cargo, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd14, een plaatsvervangend afdelingshoofd15 en een hoofd. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider;

        • h. Regiokantoor Douane Schiphol Passagiers, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd16 en een plaatsvervangend afdelingshoofd17. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider;

      • iii. Douane Landelijk Tactisch Centrum, dat onder leiding staat van een afdelingshoofd18, een plaatsvervangend afdelingshoofd19 en een hoofd. Het onderdeel bestaat uit diverse teams, elk onder leiding van een teamleider.

    • c. De directie Mensen & Middelen, die onder leiding staat van een directeur. Het onderdeel bestaat uit de volgende afdelingen, elk onder leiding van een afdelingshoofd. waarvan één tevens de rol van plaatsvervangend directeur vervult:

      • i. Instroom, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • ii. HR Advies & Expertise, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • iii. Groei & Ontwikkeling, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • iv. Middelen, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider.

    • d. De directie Informatietechnologie, die onder leiding staat van een directeur. Het onderdeel bestaat uit de volgende afdelingen, elk onder leiding van een afdelingshoofd:

      • i. CIO-office, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;h

      • ii. IT Dienstverlening & Beheer, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider, waarbij het afdelingshoofd tevens de rol van plaatsvervangend directeur vervult;

      • iii. IT Primaire Processen, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider, waarbij het afdelingshoofd tevens de rol van plaatsvervangend directeur vervult;

      • iv. IT Data & Digitalisering, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • v. Het team IT Staf, dat onder leiding staat van een teamleider;

      • vi. Het team IT Strategie en Programma’s, dat onder leiding staat van een teamleider;

      • vii. Het team Verandermanagement, dat onder leiding staat van de directeur Informatietechnologie.

    • e. De directie Finance & Control, die onder leiding staat van een directeur. Het onderdeel bestaat uit de volgende afdelingen, elk onder leiding van een afdelingshoofd:

      • i. Concern Control, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider, waarbij het afdelingshoofd tevens de rol van plaatsvervangend directeur vervult;

      • ii. Business Control, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • iii. Financial Control & Business Intelligence, die is onderverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider;

      • iv. Risk & Compliance, die is onverdeeld in teams die elk onder leiding staan van het afdelingshoofd of een teamleider.

    • f. Douane Diensten Centrum, dat onder leiding staat van een directeur. Het onderdeel is onderverdeeld in teams, elk onder leiding van het afdelingshoofd of een teamleider. Het afdelingshoofd is tevens plaatsvervangend directeur.

    • g. Het Bureau Directeur-Generaal, dat onder leiding staat van een hoofd.

    • h. Het Bureau Juridische Zaken, dat onder leiding staat van een hoofd.

    • i. Het Bureau Veiligheid & Integriteit, dat onder leiding staat van een hoofd. Het onderdeel is onderverdeeld in onderdelen, elk onder leiding van het hoofd of een teamleider.

    • j. Het Bureau Communicatie dat onder leiding staat van een hoofd. Het onderdeel is onderverdeeld in onderdelen, elk onder leiding van het hoofd of een teamleider.

  • 2. Er is een Managementteam Douane.

    • a. Het Managementteam Douane is verantwoordelijk voor het realiseren van de doelen en de uitvoering van taken en opdrachten en geeft richting aan de sturing van het DGD, waarbij de DGD eindverantwoordelijkheid draagt.

    • b. Het Managementteam Douane bestaat uit de DGD (voorzitter), de directeuren genoemd in het eerste lid, onder a tot en met e, en het hoofd, genoemd in het eerste lid, onder g.

    • c. De hoofden genoemd in het eerste lid, onder h tot en met j, maken geen deel uit van het Managementteam Douane. Zij ontvangen de stukken, kunnen agendapunten aandragen voor het Managementteam Douane en kunnen deelnemen aan de besprekingen, voor zover agendapunten hun werkterrein raken.

  • 3. Twee van de in het tweede lid, onder b, genoemde directeuren vervullen tevens de rol van plaatsvervangend DGD.

ARTIKEL II

Het Mandaatbesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De begripsbepaling ‘CAO Rijk’ wordt vervangen door ‘cao Rijk’.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van de laatste begripsbepaling door een puntkomma, worden drie begripsbepalingen toegevoegd, luidende:

x. topstructuur DGBD:

de algemene leiding DGBD en de directeuren als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder g en j, van het Organisatiebesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021;

y. topstructuur DGD:

de algemene leiding DGD als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder i, en de directeuren als bedoeld in artikel 9, eerste lid, aanhef en onder a tot en met e, van het Organisatiebesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021;

z. topstructuur DGTSL:

de algemene leiding DGTSL als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder h, de algemeen directeur als bedoeld in artikel 7a, eerste lid, de directeuren als bedoeld in het eerste lid van de artikelen 7b tot en met 7g en het afdelingshoofd als bedoeld in artikel 7h, eerste lid, van het Organisatiebesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘directeuren (van de topstructuur DGBD)’ telkens vervangen door ‘directeuren van de topstructuur DGBD, DGD en DGTSL’ en wordt ‘directeur (van de topstructuur DGBD)’ vervangen door ‘directeur van de topstructuur DGBD, DGD en DGTSL’.

2. Het derde lid vervalt.

C

In artikel 6 wordt ‘Bas van den Dungen Secretaris-generaal’ vervangen door ‘Gevolgd door naam en functie van de (onder)gemandateerde functionaris’.

D

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt ‘en het DGTSL’.

2. In het eerste lid wordt ‘bijlage 2’ vervangen door ‘Bijlage 2’ en wordt ‘de directeur DLSO’ vervangen door ‘de directeur Mensen & Middelen of een door de directeur Mensen & Middelen aan te wijzen afdelingshoofd’.

3. Aan het eerste lid wordt toegevoegd ‘, of is voorafgaand advies van de directeur Mensen, Middelen & Communicatie of een door de directeur Mensen, Middelen & Communicatie aan te wijzen afdelingshoofd vereist indien het het DGTSL betreft’.

4. Het derde lid vervalt.

E

Artikel 14 komt te luiden:

Artikel 14. Mandaatregister

  • 1. Onderdeel van deze regeling vormt een mandaatregister dat wordt gepubliceerd. Het mandaatregister bevat de functienamen van de gemandateerde, ondergemandateerde en gevolmachtigde functionarissen zoals bedoeld in de hoofdstukken 2 en 3 van deze regeling.

  • 2. Het mandaatregister is in beheer bij de SSO Financieel en Managementinformatie.

F

De artikelen 15 tot en met 18 en 21 vervallen.

G

Artikel 19 en 20 komen te luiden:

Artikel 19. Voorbehouden aan de overige directeuren of vergelijkbare leidinggevende functionarissen

  • 1. De overige directeuren van de in het Organisatiebesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021 genoemde directies en hun plaatsvervangers hebben binnen het kader van hun jaarplannen en behoudens de voorgaande bepalingen volmacht tot het nemen van beslissingen en afdoen van stukken betreffende aangelegenheden op het gebied van organisatie en personeel genoemd in het Organisatiebesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021 ten aanzien van onder hen ressorterende medewerkers.

  • 2. De functionarissen als bedoeld in het eerste lid kunnen ondermandaat verlenen. In dat ondermandaat wordt de omvang ervan aangegeven.

  • 3. Met inachtneming van voorgaande artikelen van dit besluit is aan de overige directeuren en hun plaatsvervangers, ten aanzien van onder hen ressorterende medewerkers voorbehouden het nemen van beslissingen:

    • a. tot het aangaan (waaronder mede wordt verstaan het maken van afspraken over beloning), wijzigen en met inachtneming van de artikelen 13 en 15 tot en met 15c van het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020 beëindigen van de arbeidsovereenkomst van medewerkers in de functie van afdelingshoofd of daarmee gelijk te stellen leidinggevende functies, na afstemming met de directeur topstructuur;

    • b. over aansprakelijkheid, schadeloosstelling of schadevergoeding tot € 25.000, waarbij de pSG door de algemene leiding DGBD, de algemene leiding DGTSL respectievelijk de algemene leiding DGD wordt geïnformeerd voor zover het gaat om dienstongevallen, beroepsziektes en beroepsincidenten als bedoeld in de cao Rijk;

    • c. het toekennen van maatregelen van sociaal flankerend beleid, uitgezonderd de toekenning van een stimuleringspremie;

    • d. het inhouden van salaris;

    • e. het toekennen dan wel stopzetten van een bovenschaalse periodiek;

    • f. ten aanzien van het geen aanspraak hebben op salaris dan wel het vervallen van aanspraken op grond van het aflopen van het dienstverband tijdens ziekte, dan wel het niet nakomen van de verplichtingen tijdens ziekte;

    • g. handelingen en beslissingen met betrekking tot het treffen van ordemaatregelen als opgenomen in de cao Rijk;

    • h. het aanwijzen van vertegenwoordigers van de Staat der Nederlanden bij de behandeling van een gerechtelijke procedure, inclusief procedures bij het UWV en het College voor de Rechten van de Mens; en

    • i. op verzoeken tot het niet laten vervallen dan wel verjaren van wettelijke vakantie-uren.

Artikel 20. Voorbehouden aan de afdelingshoofden of vergelijkbare leidinggevende functionarissen

  • 1. De afdelingshoofden van de in het Organisatiebesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021 genoemde afdelingen en hun plaatsvervangers kunnen het aan hen door de overige directeur verleende ondermandaat, doormandateren aan onder hen ressorterende teamleiders of daarmee gelijk te stellen leidinggevende functies, die daartoe worden doorgemandateerd in het mandaatregister.

  • 2. Aan de in het eerste lid ondergemandateerde functionarissen is, na afstemming met de overige directeur, voorbehouden het afdoen en ondertekenen van beslissingen met betrekking tot het aangaan (waaronder mede wordt verstaan het maken van afspraken over beloning), wijzigen en met inachtneming van de artikelen 13 en 15 tot en met 15c van het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020 en artikel 19, derde lid, aanhef en onder a, beëindigen van de arbeidsovereenkomst van medewerkers in de functie van teamleider of daarmee gelijk te stellen leidinggevende functies.

H

Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en tweede lid wordt ‘directeuren (van de topstructuur DGBD)’ telkens vervangen door ‘directeuren van de topstructuur DGBD, DGD en DGTSL’.

2. In het eerste lid wordt ‘personeel’ vervangen door ‘medewerkers’.

3. Er wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

  • 3. In afwijking van voorgaande leden is het afdelingshoofd bevoegd om ten aanzien van de tot de eigen afdeling behorende medewerkers namens de Staat der Nederlanden de eed en belofte af te nemen bij medewerkers banenafspraak.

I

Bijlage 2 komt te luiden:

BIJLAGE 2

Op grond van artikel 12, eerste lid, is voorafgaand advies vereist bij de volgende personeelsaangelegenheden:

  • verplichtingen en sancties bij ziekte en re-integratie;

  • rechten en verplichtingen bij reorganisatie;

  • toekennen VWNW-voorzieningen en stimuleringspremie;

  • beroep op hardheidsclausule;

  • verhaal van schade, schadevergoeding en schadeloosstelling;

  • wijziging van de salarisschaal zonder wijziging van de functie op grond van paragraaf 6.1 van de cao Rijk;

  • integriteit, ordemaatregelen en straffen;

  • verzoek tot het sluiten van een tijdelijke arbeidsovereenkomst waarbij wordt afgeweken van de cao Rijk;

  • (voorstel tot) beëindiging van de arbeidsovereenkomst (inclusief het vragen van toestemming aan het UWV);

  • vaststellingsovereenkomst waarin het einde van de arbeidsovereenkomst of tewerkstelling bij het ministerie wordt geregeld en het wijzigen van een reeds bestaande vaststellingsovereenkomst;

  • hoogte en uitbetaling transitievergoeding;

  • vermissing;

  • aangelegenheden met betrekking tot (de aansprakelijkheidsstelling al dan niet als gevolg van) dienstongevallen, beroepsziekten en beroepsincidenten;

  • vaststelling van de formatie zoals gebaseerd op artikel 3 van het Coördinatiebesluit organisatie, bedrijfsvoering en informatiesystemen rijksdienst;

  • uit een vertrouwensfunctie om speciale redenen;

  • bijzonder belonen waarbij wordt afgeweken van reguliere beloningsregels;

  • kwijtschelden dan wel niet opleggen terugvordering;

  • loopbaanafspraken met garantie op vervolgstap;

  • verlengen termijn vervallen wettelijke vakantie-uren in verband met langdurige arbeidsongeschiktheid dan wel bijzondere gevallen;

  • tijdelijke ontheffing in verband met benoeming publiekrechtelijk college;

  • privéverlenging buitenlandse dienstreis;

  • verplaatsing, herplaatsing dan wel tijdelijke andere werkzaamheden eenzijdig opgedragen vanuit de werkgever; en

  • werken vanuit het buitenland.

ARTIKEL III

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juni 2025. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 juni 2025, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij terug tot en met 1 juni 2025.

  • 2. Artikel I, onderdeel B, werkt terug tot en met 11 september 2024.

  • 3. Artikel I, onderdelen A en C, en artikel II, onderdeel D, onder 2, werken terug tot en met 1 januari 2025.

Deze regeling wordt met de toelichting in de Staatscourant geplaatst.

B. van den Dungen secretaris-generaal

TOELICHTING

ARTIKEL I

Onderdeel A

De organisatie van de directie Informatiestromen & Digitale Ontwikkeling (directie ID) wordt doorontwikkeld richting een nieuwe, toekomstbestendige organisatie. Dit betekent dat de nieuwe organisatiestructuur van de directie ID op grond van drie pijlers wordt ingericht: realisatie, strategie en kader en ondersteuning. Dit brengt mee dat het aantal organisatieonderdelen wordt uitgebreid van twee naar drie: de Afdeling Product en Portfolio, de Afdeling Architectuur en Strategie en de Afdeling Bureau CIO.

Onderdelen B en C

De Douane is per 1 januari 2021 als volwaardig directoraat-generaal (DG) Douane gepositioneerd binnen het Ministerie van Financiën. Met deze positionering en daarmee ontvlechting uit de Belastingdienst is ingezet op: doen wat werkt, stapsgewijs, zorgvuldig en samen. In afstemming met de medezeggenschap en bonden is gekozen voor een gefaseerde aanpak, bestaande uit drie fasen:

  • Fase 1: het instellen van twee tijdelijke DG’s waarmee tijdelijke mandaten ten behoeve van DG Douane en DG Toeslagen worden verleend;

  • Fase 2: het toevoegen van twee structurele DG’s aan de hoofdstructuur van het Ministerie van Financiën;

  • Fase 3: het inrichten van een structurele DG Douane en DG Toeslagen en mogelijk het verplaatsen van specifieke werkzaamheden van DG Douane en DG Toeslagen naar het kerndepartement.

  • Met het vaststellen van het Organisatie- & Formatierapport (O&F-rapport) DG Douane in september 2022 zijn deze fasen afgerond, waarbij ook is geconstateerd dat het O&F-rapport periodiek naar aanleiding van lopende ontwikkelingen moet worden bijgesteld. Inmiddels heeft het MT Douane een aantal opgaven geformuleerd voor de komende jaren. De doorontwikkeling als gevolg van deze opgaven vergt een stapsgewijs proces, waarbij steeds wordt bekeken wat nodig is. Een eerste stap die het MT Douane zet is de inrichting van landelijke directies en wijzigingen in de besturing van de Douane. Het gaat hierbij met name om:

  • Het eenduidig beleggen van eigenaarschap en verantwoordelijkheden door een logische ordening van onderwerpen rondom werkprocessen, waarvoor telkens één directie of bureau eindverantwoordelijk is. Medewerkers die veel samenwerken zitten bij elkaar in de directies en bureaus.

  • De operatie centraal, onder meer door een stevig bureau operaties dat fungeert als schakel tussen de regio’s en de landelijke directies (vraagarticulatie, afstemming) en een betere verbinding tussen het MT Douane en het MT Operaties, die ervoor zorgt dat de uitvoerbaarheid van beleidsvoornemens beter gewaarborgd is. Hierbij zal worden gekeken naar de wijze waarop de besluitvorming en het voorbereidend overleg in de driehoek beleid-uitvoering-toezicht is vormgegeven.

  • Versterking van de strategische sturing, onder meer door een tweede pDG, een adjunct- directeur Operaties en afdelingshoofden op cruciale plekken, alsmede belangrijke overkoepelende thema’s (Communicatie, Juridische Zaken, Veiligheid & Integriteit) in bureaus rechtstreeks onder de DG.

De landelijke directies en bureaus vormen gezamenlijk het bestuurlijk centrum van de Douane. Zij zijn verantwoordelijk voor de vertaling van Rijksbeleid en departementale beleidskaders binnen de Douane en eindverantwoordelijk voor implementatie, evaluatie en innovatie.

Ook zijn de landelijke directies en bureaus gezamenlijk verantwoordelijk voor de lange termijnontwikkeling. De interne en externe ontwikkelingen op de lange termijn van 5 tot 10 jaar worden jaarlijks vertaald naar de ambitie om tot de beste douanediensten ter wereld te blijven behoren, die door slim te werken legale handel optimaal faciliteert, de samenleving adequaat beschermt en douanerechten, accijnzen en andere belastingen volgens de wetgeving correct heft en int.

Daarnaast is binnen het regiokantoor Douane Rotterdam Haven een versterking in de besturing van dit regiokantoor doorgevoerd teneinde de uitdagingen en ontwikkelingen van de komende jaren aan te kunnen.

De structuur van het directoraat-generaal Douane is gewijzigd door de inrichting van de landelijke directies en bureaus. Het gaat om de volgende directies en bureaus:

  • Directie Strategie, Beleid & Internationaal;

  • Directie Operaties en binnen de directie Operaties tevens regiokantoor Douane Rotterdam Haven;

  • Directie Mensen & Middelen;

  • Directie Informatietechnologie;

  • Directie Finance & Control;

  • Douane Dienstencentrum;

  • Bureau Directeur-Generaal;

  • Bureau Juridische Zaken;

  • Bureau Veiligheid & Integriteit;

  • Bureau Communicatie.

De directies en bureaus en regiokantoor Douane Rotterdam Haven worden ingericht conform de hiertoe opgestelde O&F-rapporten. Daarmee wordt ten aanzien van de directies en bureaus gerealiseerd dat deze onderdelen structureel zijn ingebed in de organisatiestructuur van de Douane.

In een eerdere fase zijn de directie Finance & Control en het Bureau Veiligheid & Integriteit reeds ingericht (zie Stcrt. 2024, 131).

De namen van directeursfuncties van de deelnemende functionarissen aan het MT Douane zijn gewijzigd. Daarnaast wordt aan de bureauhoofden de mogelijkheid geboden in het MT Douane deel te nemen voor zover het gaat om het eigen werkterrein.

De versterking van de strategische sturing betekent tevens de toevoeging van een tweede plaatsvervangend directeur-generaal.

ARTIKEL II

Onderdeel D, onder 2

Met de oprichting van de landelijke directies en bureaus heeft de Douane vorm gegeven aan het bestuurlijk centrum van de Douane. Zij zijn verantwoordelijk voor de vertaling van Rijksbeleid en departementale beleidskaders binnen de Douane en eindverantwoordelijk voor implementatie, evaluatie en innovatie. Bij de inrichting van de landelijke directie Mensen & Middelen zijn taken die belegd waren bij de Douane Landelijke Service Organisatie (DLSO) overgegaan naar die directie. Onderdeel van deze taken betreft het verplichte advies als opgenomen in artikel 12, eerste lid, van het Mandaatbesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021. De wijziging voorziet in het beleggen van de adviesrol bij de directeur Mensen & Middelen dan wel bij een door deze directeur aan te wijzen afdelingshoofd.

Onderdeel E

In een mandaatregister dient per bevoegdheid te worden opgenomen wie (lees: welke functie) bevoegd is en aan wie (lees: welke functie) de bevoegdheid is gemandateerd. De bevoegdheid om een besluit te nemen is immers niet verbonden aan een persoon, maar aan een ambt/functie.

Daarom ligt het voor de hand om mandaatbesluiten en mandaatregisters te hebben op het niveau van functienamen. Een register met die opzet komt ook tegemoet aan eventuele zorgen van medewerkers binnen een organisatie omtrent hun veiligheid en privacyaspecten. Om die reden en naar aanleiding van besluitvorming in de bestuursraad van het Ministerie van Financiën is (artikel 6 van) het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020 (Mandaatbesluit) in die zin gewijzigd dat het openbare mandaatregister niet langer op naam niveau wordt bijgehouden, maar op functienaam niveau. Artikel 14 van het Mandaatbesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021 is de evenknie van artikel 6 van het Mandaatbesluit en wordt in gelijke zin gewijzigd.

Overige onderdelen

Vanaf de datum van inwerkingtreding van deze regeling is het afdelingshoofd bevoegd om beslissingen te nemen en handelingen te verrichten op het terrein van organisatie en personeel (O&P), tenzij de bevoegdheid specifiek is voorbehouden aan een andere leidinggevende functionaris. Daarmee worden de O&P-bevoegdheden zoveel mogelijk neergelegd bij de direct- leidinggevende die de medewerkers aanstuurt.

Met het anders beleggen van O&P-bevoegdheden is het bewaken van een uniforme toepassing daarvan des te meer van belang. Voor alle O&P-bevoegdheden geldt dat deze moeten worden uitgeoefend binnen de rijksbrede en departementale kaders. Voor de bevoegdheden als vermeld in Bijlage 2 geldt dat verplicht advies moet worden ingewonnen bij één van de O&P-onderdelen binnen het ministerie. Het financieel mandaat is ongewijzigd.

Voor het aannemen en wijzigen van de arbeidsvoorwaarden van een afdelingshoofd en een teamleider geldt een zogeheten dakpan. Die dakpan houdt in dat de leidinggevende bevoegd is de direct onder hem ressorterende leidinggevende aan te nemen of diens arbeidsvoorwaarden te wijzigen, na afstemming met de eigen, hogere leidinggevende.

Tot slot zijn er nog een aantal technische wijzigingen doorgevoerd. De bevoegdheden van functionarissen van de topstructuur zijn voortaan alleen nog te vinden in het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020, zodat de duidelijkheid van die bevoegdheden wordt bevorderd. Voorts is voor dat besluit de topstructuur van het Ministerie van Financiën gedefinieerd.

ARTIKEL III

Omdat de aanpassingen in de organisatie per verschillende momenten hun beslag dienen te krijgen is de inwerkingtredingsdatum voor de respectievelijke aanpassingen gespecificeerd.

B. van den Dungen secretaris-generaal


X Noot
1

In het O&F-rapport genoemd regiodirecteur.

X Noot
2

In het O&F-rapport genoemd plv. regiodirecteur.

X Noot
3

In het O&F-rapport genoemd regiodirecteur.

X Noot
4

In het O&F-rapport genoemd plv. regiodirecteur.

X Noot
5

In het O&F-rapport genoemd regiodirecteur.

X Noot
6

In het O&F-rapport genoemd plv. regiodirecteur.

X Noot
7

In het O&F-rapport genoemd regiodirecteur.

X Noot
8

In het O&F-rapport genoemd plv. regiodirecteur.

X Noot
9

In het O&F-rapport genoemd regiodirecteur.

X Noot
10

In het O&F-rapport genoemd plv. regiodirecteur.

X Noot
11

In het O&F-rapport genoemd regiodirecteur.

X Noot
12

In het O&F-rapport genoemd plv. regiodirecteur.

X Noot
13

In het O&F-rapport genoemd unitmanager.

X Noot
14

In het O&F-rapport genoemd regiodirecteur.

X Noot
15

In het O&F-rapport genoemd plv. regiodirecteur.

X Noot
16

In het O&F-rapport genoemd regiodirecteur.

X Noot
17

In het O&F-rapport genoemd plv. regiodirecteur.

X Noot
18

In het O&F-rapport genoemd directeur.

X Noot
19

In het O&F-rapport genoemd plv. directeur.

Naar boven