Regeling van de Minister van Economische Zaken van 15 juni 2025, nr. WJZ/ 99076841, tot wijziging van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies in verband met de verlenging en openstelling van de subsidiemodules Garantie Ondernemingsfinanciering en Garantstelling gericht op bankgaranties

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 4 van het Kaderbesluit nationale EZK- en LNV-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3.13.13 wordt ‘1 juli 2025’ vervangen door ‘1 juli 2026’.

B

In artikel 3.14.13 wordt ‘1 juli 2025’ vervangen door ‘1 juli 2026’.

ARTIKEL II

In de tabel van artikel 1 van de Regeling openstelling EZK- en LNV-subsidies 2025 wordt onder de rij betreffende titel 3.13 en 3.14 een rij ingevoegd, luidende:

       

02-07-2025 t/m 31-12-2025

€ 200.000.000

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 15 juni 2025

De Minister van Economische Zaken, E. Heinen

TOELICHTING

1. Aanleiding en inhoud

Met de onderhavige regeling wordt de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies (hierna: RNES) gewijzigd, in verband met de verlenging van de subsidiemodules Garantie ondernemingsfinanciering (GO) en Garantstelling gericht op bankgaranties (hierna samen aangeduid als de subsidiemodules GO), die zijn opgenomen in respectievelijk titel 3.13 en 3.14 van de RNES.

De subsidiemodules GO beogen de toegang tot bankkrediet voor het Nederlandse bedrijfsleven te verbeteren. Op grond van de subsidiemodules GO kunnen banken een garantstelling van de Nederlandse Staat verkrijgen voor kredieten die zij verstrekken aan ondernemers. De subsidiemodules GO gelden zowel voor mkb-bedrijven als grote bedrijven. Ook bevatten de subsidiemodules GO een faciliteit ter zake van bankgaranties die ervoor zorgt dat de Nederlandse Staat garant kan staan voor door banken en verzekeraars af te geven garanties voor de nakoming van contractuele verplichtingen van de desbetreffende onderneming. Voor de garantstelling wordt een kostendekkende premie geheven. Momenteel worden de subsidiemodules GO geëvalueerd. Om gelegenheid te bieden voor het voltooien van de evaluatie, de uitkomst hiervan in samenhang met de verkregen IBO-bedrijfsfinanciering uitkomsten op zorgvuldige wijze te bezien en de regeling te herijken, worden de subsidiemodules GO met een jaar verlengd.

Op grond van artikel 4.10, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2016 moet een subsidieregeling een tijdstip bevatten waarop de regeling vervalt. Dat moment mag niet later zijn dan vijf jaar na inwerkingtreding van de regeling. De subsidiemodules GO zouden met ingang van 1 juli 2025 komen te vervallen. Met onderhavige wijziging worden de subsidiemodules GO tot 1 juli 2026 verlengd.

Op grond van artikel 4.10, zevende lid, van de Comptabiliteitswet 2016 moet de aanpassing van een vervaldatum bij de Tweede Kamer worden voorgehangen. Onderhavige regeling is daarom aan de Tweede Kamer overgelegd (Kamerstukken II, 2025/26, 32 637, nr. 693).

De openstelling van de subsidiemodules GO liep tot de vervaldatum van de subsidiemodules GO zijnde 1 juli 2025. Om toegang tot de subsidiemodules GO na de verlenging te realiseren dient de subsidiemodules GO ook opengesteld te worden. De openstelling zal gelden vanaf 1 juli 2025 tot 31 december 2025. De subsidiemodules GO worden opengesteld met een garantieplafond van € 200.000.000.

2. Staatssteun

De subsidiemodules GO bevatten geen staatssteun (zie de artikelen 3.13.12 en 3.14.12 van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies). De verlenging van de vervaltermijn van de GO, alsook de verlenging van de openstellingsperiode, brengt hierin geen verandering, omdat de (overige) voorwaarden van de GO ongewijzigd blijven.

3. Regeldruk

Procedure en kosten voor een lening met een overheidsgarantstelling zijn voor de ondernemer niet anders dan voor het afsluiten van een lening zonder overheidsgarantstelling. Deze regeling heeft derhalve geen invloed op de regeldruk voor de ondernemer. Voor de banken geldt het volgende. De tijdsbesteding bij de subsidiemodules GO bedraagt twee uur. Uitgaande van een uurtarief van € 85,– en circa vijftien verwachte aanvragen per jaar, leidt dit derhalve tot circa 2*85*15 = € 2.550 aan jaarlijkse regeldruk voor de banken van de subsidiemodules GO. Dit staat los van de gebruikelijke kosten die de bank moet maken voor het verstrekken en beheren van een lening, maar deze kosten zijn voor de bank niet anders dan voor een lening zonder overheidsgarantstelling en vloeien derhalve niet voort uit deze regeling.

Aangezien het enkel gaat om een verlenging van de subsidiemodules GO en niet een inhoudelijke wijziging hoeft de regeling niet aan het Adviescollege toetsing regeldruk te worden voorgelegd.

4. Inwerkingtreding

De onderhavige regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Met de datum van inwerkingtreding wordt afgeweken van de systematiek van de vaste verandermomenten, inhoudende dat ministeriële regelingen met ingang van de eerste dag van een kwartaal in werking treden en twee maanden voordien bekend worden gemaakt. Dat kan in dit geval worden gerechtvaardigd, omdat de doelgroep van deze regeling gebaat is bij spoedige inwerkingtreding.

De Minister van Economische Zaken, E. Heinen

Naar boven