Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 24 april 2025 nr. 51482711, houdende wijziging van de Regeling beheer rijkscollectie en subsidiëring museale instellingen in verband met de aanpassing van een plafond voor de beheersubsidie op grond van artikel 7.2 van de Erfgoedwet

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op de artikelen 7.5 en 7.7, eerste lid, van de Erfgoedwet, artikel 4a van de Wet op het specifiek cultuurbeleid en de artikelen 3 en 4 van het Besluit op het specifiek cultuurbeleid;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING REGELING BEHEER RIJKSCOLLECTIE EN SUBSIDIËRING MUSEALE INSTELLINGEN

A

Artikel 3.2 van de Regeling beheer rijkscollectie en subsidiëring museale instellingen wordt als volgt gewijzigd:

1. In de regel met de vermelding ‘Stichting Naturalis Biodiversity Center’ vervalt de voetnoot achter het bedrag van € 15.193.803.

2. In de regel met de vermelding ‘Stichting van Gogh Museum voorheen Rijksmuseum Vincent van Gogh / Rijksmuseum H.W. Mesdag’ wordt ‘€ 8.027.493’ vervangen door ‘€ 8.428.300’.

B

In artikel 3.9 onderdeel a, wordt ‘eerste en derde lid’ vervangen door ‘eerste en tweede lid’.

C

In artikel 3.17 wordt in de regel met de vermelding ‘Stichting Naturalis Biodiversity Center’, ‘€ 10.270.360’ vervangen door ‘€ 10.250.293’.

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

• 1. Artikel I, onderdeel A, onder 1 en onderdelen B en C van deze regeling, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

• 2. Artikel I, onderdeel A, onder 2 van deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 29 september 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, E.E.W. Bruins

TOELICHTING

1. Algemene toelichting

Deze wijzigingsregeling wijzigt het subsidieplafond uit de Regeling beheer rijkscollectie en subsidiëring museale instellingen (hierna: Rbr) ten behoeve van de Stichting Van Gogh Museum voorheen Rijksmuseum Vincent van Gogh / Rijksmuseum H.W. Mesdag (hierna: Van Gogh Museum). Deze wijziging houdt verband met de structurele aanpassing van de subsidie aan het Van Gogh Museum ten behoeve van de zorg voor het beheer van museale cultuurgoederen en andere cultuurgoederen op grond van artikel 7.2 van de Erfgoedwet (hierna: beheersubsidie) per subsidiejaar 2024.

Van deze wijzigingsregeling wordt tevens gebruik gemaakt om enkele technische wijzigingen door te voeren. Deze houden verband met de afronding van een kasschuif ten behoeve van de Stichting Naturalis Biodiversity Center (hierna: Naturalis); met de actualisering van een verwijzing naar de Regeling op het specifiek cultuurbeleid (Rsc) en met een correctie naar het juiste prijspeil van het subsidieplafond voor publieksactiviteiten ten behoeve van Naturalis.

2. Artikelsgewijze toelichting

Artikel I. Wijziging Regeling beheer rijkscollectie en subsidiëring museale instellingen

Afronding kasschuif Naturalis

In verband met een grootschalige renovatie en uitbreiding van hun huisvesting heeft Naturalis in 2018 om een kasschuif verzocht wegens de daarvoor benodigde liquiditeit. Om die reden heb ik het plafondbedrag in 2018 verhoogd met € 9.000.000 en in de jaren 2022, 2023 en 2024 verlaagd met respectievelijk € 4.000.000; € 4.000.000 en € 1.000.000. Nu de verrekening wegens de kasschuif uit 2018 in 2024 is afgerond kan de voetnoot bij het plafondbedrag van artikel 3.2 Rbr voor Naturalis worden geschrapt.

Aanpassing beheersubsidie Van Gogh Museum

Het Van Gogh Museum heeft bezwaar gemaakt tegen mijn besluit van 29 september 2023 waarbij ik aan het museum € 7.990.030,– aan beheersubsidie heb verleend voor het subsidiejaar 2024. Van dat bedrag is € 760.674,– bestemd voor collectiebeheer en een bedrag van € 7.229.356,– voor huisvesting.

Het bezwaar van het Van Gogh Museum, die haar museumpanden huurt van de Staat, richtte zich op de huisvestingscomponent van de beheersubsidie. Het bezwaar heeft aanleiding gegeven tot een aanpassing van de beheersubsidie voor wat betreft de opslag op de huisvestingssubsidie voor verduurzaming. In verband hiermee heb ik bij beslissing op bezwaar van 3 april 2025 de verduurzamingsopslag verhoogd met € 443.867,– (prijspeil 2024).

Voor de duidelijkheid en ter voorkoming van ongewenste verschillen tussen de subsidieplafonds wordt bij de in de Rbr opgenomen subsidieplafonds uitgegaan van hetzelfde loon- en prijspeil, namelijk dat van het jaar 2023. In verband hiermee wordt het plafondbedrag voor het Van Gogh Museum verhoogd met € 438.270 (conform loon- en prijspeil 2023). Deze wijziging treedt met terugwerkende kracht in werking per 29 september 2023 (datum verleningsbeschikking Erfgoedwetsubsidie 2024). In de beslissing op het bezwaar van het Van Gogh Museum is de geïndexeerde verhoging van € 443.867 toegepast (conform loon- en prijspeil 2024).

Hangende de bezwaarprocedure is het plafondbedrag van artikel 3.2 Rbr voor het van Gogh Museum eerder verhoogd met € 37.463 van € 7.990.030 naar € 8.027.493¹ in verband met een aanpassing van de metrage van de museumpanden. Gebleken is echter dat die aanpassing beruste op een onjuiste aanname. In deze wijzigingsregeling wordt het subsidieplafond daarom verlaagd met € 37.463. Met inachtneming van bovenstaande verhoging en verlaging wordt het plafondbedrag in de regeling daarmee aangepast naar € 8.428.300 (prijspeil 2023).

Technische aanpassing verwijzing Rsc

In artikel 3.9 wordt een technische aanpassing gedaan naar aanleiding van het schrappen van het tweede lid van artikel 2.27 Rsc, waarnaar artikel 3.9 verwijst.

Correctie subsidieplafond voor publieksactiviteiten Naturalis

Tot slot is het plafondbedrag voor de subsidie voor publieksactiviteiten en andere activiteiten voor Naturalis gecorrigeerd, in verband met het feit dat in de regeling niet het juiste prijspeil was toegepast. Het plafondbedrag in de regeling is met € 20.067 verlaagd naar het juiste subsidiebedrag van € 10.250.293. In de ambtshalve verleningsbeschikking over subsidieverstrekking voor de jaren 2025–2028 voor publieksactiviteiten en andere activiteiten van 17 september 2024 was wel het correcte subsidieplafond als uitgangspunt genomen.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, E.E.W. Bruins

---

1 Stcrt. 2024, nr. 28602.