Regio Deal Oost-Groningen II

14-11-2024

Partijen:

1. de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, M.C.G. Mona Keijzer, hierna te noemen: VRO;

2. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J.J.M. Uitermark, hierna te noemen: BZK;

3. De Staatssecretaris Herstel Groningen, E. van Marum, hierna te noemen: BZK/HG;

4. De Minister van Economische Zaken, D.S. Beljaarts, hierna te noemen: EZ;

5. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Y.J. van Hijum, hierna te noemen: SZW;

6. De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel, hierna te noemen: JenV;

7. De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, V.P.G. Karremans, hierna te noemen: VWS.

Partijen genoemd onder 1 tot en met 7 ieder handelend als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden, hierna samen te noemen: het Rijk;

8. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oldambt, namens deze: mevrouw Cora-Yfke Sikkema, (burgemeester) hierna te noemen: Gemeente Oldambt;

9. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Pekela, namens deze: de heer Jaap Kuin, (burgemeester) hierna te noemen: Gemeente Pekela;

10. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Stadskanaal, namens deze: de heer Klaas Sloots, (burgemeester) hierna te noemen: Gemeente Stadskanaal;

11. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veendam, namens deze: mevrouw Annelies Pleyte, (burgemeester) hierna te noemen: Gemeente Veendam;

12. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerwolde, namens deze: de heer Jaap Velema, (burgemeester) hierna te noemen: Gemeente Westerwolde;

Partijen genoemd onder 8 tot en met 12 ieder handelend in hun hoedanigheid van bestuursorgaan hierna samen te noemen: Regio;

Alle Partijen hierna allen tezamen te noemen: Partijen.

Partners:

  • VNO-NCW MKB Noord;

  • Noorderpoort College;

  • WerkInZicht – subregio Oost-Groningen;

  • CMO STAMM;

  • Groninger Huis;

  • Acantus;

  • Lefier;

  • Provincie Groningen.

Hierna te noemen: Partners.

Partners zullen een steunverklaring afgeven.

Begripsbepaling:

In dit convenant wordt verstaan onder:

  • Regio Deal: convenant dat door de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, eventueel een andere minister/staatssecretaris en één of meer regionale Partijen is gesloten om de kwaliteit van leven, wonen en werken van inwoners en ondernemers in een regio te verbeteren;

  • Regio Envelop: het bedrag van € 900 miljoen dat het kabinet Rutte IV beschikbaar heeft gesteld om in de periode van 2022 – 2025 nieuwe Regio Deals af te sluiten;

  • Regiokassier: publieke regiopartner, zijnde een provincie, gemeente of openbaar lichaam als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen of een van de openbare lichamen Bonaire Sint-Eustatius of Saba, die ten behoeve van de uitvoering van de Regio Deal de taak van kassier vervult of zal vervullen;

  • Regionale private financiering: voor de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal beschikbaar gestelde financiële bijdragen of bijdragen in natura van een private regiopartner;

  • Regionale publieke financiering: voor de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal beschikbaar gestelde financiële bijdragen of bijdragen in natura van een publieke regiopartner, niet zijnde een specifieke uitkering, opdracht of subsidie van het Rijk;

  • Specifieke uitkering ten behoeve van de uitvoeringsactiviteiten Regio Deals: betreft de specifieke uitkering waarin de juridische- en financiële kaders en verplichtingen voor het toekennen van de rijksmiddelen uit de Regio Envelop aan een regiokassier door het Rijk staan.

  • Regio Deal Oost-Groningen I: Regio Deal afgesloten voor de periode 2020–2025

  • Partner: organisatie bij de Regio Deal betrokken wordt door Partijen, maar de Deal niet aangaat en waarvoor geen specifieke actie in de Regio Deal kan staan.

  • Steunverklaring: een schriftelijke verklaring van een Partner van steun aan de Regio Deal die als bijlage bij het convenant wordt gevoegd.

Algemene overwegingen

  • 1. Rijk en Regio werken samen in Regio Deals aan complexe, regionale opgaven gericht op het vergroten van de kwaliteit van leven, wonen en werken in de regio (‘brede welvaart’).

  • 2. Regio Deals beogen de samenwerking tussen overheden, onderwijs, bedrijven, maatschappelijke organisaties en inwoners in de regio en tussen Rijk en Regio te versterken.

  • 3. Voor de Regio Deals zijn middelen beschikbaar uit de Regio Envelop, waarbij vanuit het partnerschap vertrekpunt is dat de Rijksbijdrage gepaard gaat met minimaal eenzelfde bijdrage aan regionale (publieke en/of private) financiering.

  • 4. De Regio Deals onderscheiden zich door haar integrale en gezamenlijke programmatische aanpak met lerend en adaptief karakter en met financiering van zowel Rijk als Regio van reguliere beleidsinstrumenten.

  • 5. De Regio Deals zijn bedoeld als een tijdelijke impuls voor regionale ontwikkeling met een duurzaam effect, waarbij geleerde lessen en structurele exploitatiekosten van lange termijn investeringen worden geborgd.

  • 6. De middelen uit de Regio Envelop voor de Regio Deals vijfde tranche worden door VRO beschikbaar gesteld als specifieke uitkering op grond van het Besluit Specifieke uitkering Regio Deals vierde, vijfde en zesde tranche.

Specifieke overwegingen

Kenmerk regio

  • 1. De regio Oost-Groningen is een plattelandsregio die bestaat uit de gemeenten Oldambt, Pekela, Veendam, Stadskanaal en Westerwolde. De regio kampt met een meervoudige en complexe opgave, die bestaat uit economische, sociale en ruimtelijke aspecten. De basis in deze opgave is de relatief grote groep kwetsbare inwoners, die vaak al meerdere generaties moeite heeft om mee te komen in de maatschappij. De Regio Deal Oost-Groningen I heeft een impuls gegeven aan de brede welvaart, door de aanpak van energiearmoede, toegankelijkheid van zorg, kansen in het onderwijs en op de arbeidsmarkt en het verduurzamen van woningen. Toch scoort Oost-Groningen op veel indicatoren van de Regionale Monitor Brede Welvaart van het CBS1 lager dan het landelijk en provinciaal gemiddelde. Door intergenerationele armoede, vergrijzing en ontgroening, achterstand in gezondheidsvaardigheden en ondermijnende criminaliteit staat de bestaanszekerheid van veel Oost-Groningers onder druk. De meervoudige opgave vraagt om structurele verandering en daarmee om langdurig en gezamenlijk investeren in de Regio.

Opgaven

  • 2. Opgave: intergenerationele armoede en kansenongelijkheid

    De vijf Oost-Groningse gemeenten hebben, ook ten opzichte van andere gemeenten (zowel de grote steden als gemeenten in de grensregio), veel huishoudens met inkomen onder de armoedegrens2. In veel gevallen gaat deze armoede over op de volgende generatie. De gevolgen van intergenerationele armoede werken door in allerlei aspecten van het leven zoals opleiding, inkomen en gezondheid. Mensen met een inkomen rond het sociaal minimum komen maandelijks honderden euro’s te kort om rond te komen en bestaanszekerheid te ervaren. Een van de sleutels is het hebben van werk. De werkgelegenheid in Oost-Groningen is aanzienlijk lager dan het landelijk gemiddelde. Anderzijds ligt er een grote kans om het aanwezige bedrijfsleven (maakindustrie, agro-innovatie en gezondheidsindustrie) te versterken en te koppelen aan het arbeidspotentieel in de Regio. Het in ontwikkeling zijnde Masterplan Zeehavens biedt kansen voor een nog sterkere verbinding met het buitenland.

  • 3. Opgave: de gevolgen van vergrijzing en ontgroening

    Oost-Groningen is een sterk vergrijzende Regio3 4. De vergrijzing werkt op drie manieren door. Als eerste neemt het percentage 65+’ers in Oost-Groningen toe. Ook worden mensen gemiddeld gezien steeds ouder (dubbele vergrijzing) en als laatste heeft Oost-Groningen te maken met ontgroening; (hoger opgeleide) jongeren trekken weg uit de Regio. Deze ontwikkeling maakt de Regio kwetsbaar. De draagkracht onder voorzieningen neemt af, terwijl er juist een sterk aanbod aan bereikbare voorzieningen nodig is. De vergrijzing leidt tot een behoefte aan zorg terwijl de ontgroening bijdraagt aan de personeelskrapte in de zorg.

  • 4. Opgave: achterstand in gezondheidsvaardigheden

    Oost-Groningers zijn in vergelijking met de provincie Groningen en Nederland ongezonder5. Er is relatief veel sprake van overgewicht en obesitas, maar ook de ervaren gezondheid van inwoners en de levensverwachting is lager dan het landelijk gemiddelde. De achterstand in gezondheidsvaardigheden hangt samen met de eerder genoemde opgave m.b.t. het hebben van werk en een inkomen. Zo heeft bijvoorbeeld stress door armoede of (laagbetaald) werk gevolgen voor de gezondheid. Anderzijds zijn betere gezondheidsvaardigheden van belang voor een gezonde leefstijl en een betere (ervaren) gezondheid, waardoor inwoners beter deel kunnen nemen aan de maatschappij.

  • 5. Opgave: ondermijnende criminaliteit

    Uit het rapport Ondermijning in het Ommeland6 blijkt dat Oost-Groningen om verschillende redenen een aantrekkelijke Regio voor ondermijnende activiteiten. Het is een dunbevolkt en uitgestrekt gebied, er is veel afgeschermd en afgelegen vastgoed in particulier bezit. Veel eigenaren van deze vastgoed zijn kwetsbaar vanwege hun sociale en/of financiële positie en zijn daarmee vatbaar voor ondermijnende activiteiten (zoals het gebruik van schuren voor productie of opslag van drugs). Bovendien zijn zij vaak moeilijk bereikbaar voor organisaties, vanwege hun wantrouwen naar overheden en politie. Jongeren in de Regio zijn kwetsbaar voor ondermijnende activiteiten zoals opslag, transport en verkoop van drugs.

  • 6. Nationale doelstellingen

    De Regio Deal Oost-Groningen II sluit aan bij meerdere nationale doelstellingen rondom de thema’s Leven Lang Ontwikkelen, Positieve Gezondheid en Leefbaarheid in de grensregio’s. Voor de Regio krijgen deze ambities vorm in onder andere het Nationaal Programma Groningen, het Volkshuisvestingsfonds, Gezond en Actief Leven Akkoord, Integraal Zorgakkoord, onderwijsagenda LLO, Nij Begun, Elke Regio Telt en de Masterplannen Campussen en Regiocentra. Nij Begun investeert, onder andere met de Sociale en de Economische Agenda, langjarig in perspectief voor de Regio. Het Masterplan Oost-Groningen7 beschrijft de ontwikkeling die Oost-Groningen voor de komende twintig jaar ambieert. Met de Regio Deal Oost-Groningen II beogen Partijen deze ontwikkeling op gang te brengen. Daarmee is de Regio Deal Oost-Groningen II een katalysator om een structurele verandering te bewerkstelligen, de brede welvaart te versterken en perspectief te bieden aan de inwoners van Oost-Groningen.

    SZW signaleert relevante ontwikkelingen in Rijksbeleid en nationale programma’s die kansrijk zijn voor de uitvoering van de programmalijnen 'Een leven lang ontwikkelen' en Ontwikkelen samenwerking in deze Regio Deal. SZW spant zich in om waar nodig verbinding te leggen met relevante landelijke programma’s die betrekking hebben op of raakvlak hebben met het aanpakken van intergenerationele armoede en het verbeteren van de aansluiting tussen zorg, onderwijs en arbeidsmarkt. Daarnaast spant SZW zich in om een bijdrage te leveren aan het opbouwen van een stevige en toekomstgerichte regionale samenwerking tussen overheden, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven. Bovendien adviseert SZW de regio desgevraagd bij het arbeidsfit krijgen van de kwetsbare beroepsbevolking. Dit doet SZW door bij te dragen aan kennisuitwisseling met als doel te zorgen voor een goede aansluiting op beleidsterreinen van SZW.

    VWS ziet erop toe dat de inhoud van dit convenant aansluit bij het taak- en doelterrein van VWS. Daarnaast legt VWS waar nodig verbinding met relevante landelijke zorgakkoorden en programma’s.

    BZK/HG en EZ onderschrijven de doelen en de aanpak van de Regio Deal die passen bij de nationale doelstellingen op hun beleidsterreinen en zullen als Partij concreet bijdragen aan bepaalde onderdelen van deze Regio Deal. Deze bijdragen en de daarbij behorende inzet worden bij de betreffende onderdelen van de deal expliciet weergegeven.

  • 7. Opgave gericht op het verstevigen van de samenwerking

    Goede samenwerking binnen de overheden en met maatschappelijke organisaties is wezenlijk voor een programmatische aanpak; zowel op regionaal niveau als op lokaal niveau. Met de Regio Deal Oost-Groningen II investeren Partijen, met tijd en geld, in het professionaliseren van deze samenwerking en daarmee ook in een sterke regionale aanpak die geborgd wordt na de looptijd van de Regio Deal. Op die manier zetten de Partijen in de Regio zich klaar voor een effectieve inzet van langjarige programma’s zoals Nij Begun8 en Elke Regio Telt9.

Komen het volgende overeen:

1. Doelen, aanpak en resultaten Regio Deal Oost-Groningen II

Artikel 1 – Doelen

De Regio Deal Oost-Groningen II beoogt vanuit het perspectief van brede welvaart de situatie in Oost-Groningen op een aantal thema’s naar het landelijk gemiddelde te brengen en daarbij een beter toekomstperspectief te bieden aan de inwoners. Partijen focussen zich daarbij op de genoemde opgaven: intergenerationele armoede, vergrijzing en ontgroening, gezondheidsvaardigheden en ondermijning. Vanuit deze meervoudige opgave streven Partijen ernaar een gezonde leefstijl te bevorderen, de kansenongelijkheid en armoedeproblematiek te verkleinen en de leefbaarheid en veiligheid in de kwetsbare dorpen en wijken te vergroten. Daarbij maakt de Regio gebruik van de kracht en de kansen van de Regio: pioniersgeest, ondernemerschap en ruimte. Partijen benutten en versterken deze kwaliteiten om de genoemde opgaven aan te pakken.

  • 1. Programmalijn ‘Gezond en gelukkig leven’

    • een beter perspectief voor huidige inwoners en nieuwe vestigers;

    • vergroten van de bewustwording en weerbaarheid van kwetsbare inwoners;

    • betere preventie, ondersteuning en zorg dichtbij huis, in goede samenwerking tussen het sociaal- en het medisch domein.

  • 2. Programmalijn ‘Een leven lang ontwikkelen’

    • een goede start voor kinderen en jongeren, zodat zij kansrijk aan de samenleving kunnen deelnemen;

    • verbetering van de inkomenssituatie van lage inkomensgroepen;

    • een inclusieve leer-werk infrastructuur; een sterk netwerk waar onderwijs en bedrijfsleven elkaar vinden, aanjagen en blijven innoveren;

    • een toename van het aantal arbeidsplaatsen;

    • een versterking van het bedrijfsleven in de kenmerkende kansrijke sectoren; (innovatieve) maakindustrie, agro-innovatie en gezondheidsindustrie.

  • 3. Programmalijn 3 ‘Veilige en leefbare dorpen en wijken’

    • een veilige, sociale en gezonde leefomgeving in de dorpen en wijken;

    • een betere bereikbaarheid en toegankelijkheid van voorzieningen;

    • een vergroting van het veiligheidsgevoel van inwoners;

    • een verkleining van de voedingsbodem voor ondermijnende activiteiten.

  • 4. Ontwikkelen samenwerking

    • een sterke samenwerking tussen Rijk en Regio;

    • een sterke inhoudelijke en organisatorische samenwerking tussen de Oost-Groninger gemeenten;

    • een sterke regionale samenwerking tussen overheden, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven.

Artikel 2 – Aanpak

Partijen hanteren een aanpak waarin vanuit verschillende domeinen en organisaties samen wordt gewerkt; vanaf de analyse van de opgave tot de aanpak in projecten. Binnen de gemeenten wordt samen met maatschappelijke organisaties en inwoners gewerkt vanuit een integrale gebiedsgerichte aanpak, waarbij middelen gericht worden ingezet om de gestelde doelen te bereiken. Het werken op dorps- en wijkniveau zorgt er ook voor dat de inwoner centraal komt te staan en zelf actief wordt in de aanpak. Met de gebiedsgerichte aanpak worden de inwoners in hun kracht gezet en werkt de Regio tegelijkertijd aan de relatie en het vertrouwen tussen inwoners, overheid en organisaties.

De Regio heeft ambities gesteld, gericht op het versterken van de brede welvaart van de Regio en de samenwerking in de Regio en met het Rijk. Gedurende de looptijd van de Regio Deal Oost-Groningen II zullen jaarlijkse uitvoeringsprogramma’s worden opgesteld met projecten die bijdragen aan het realiseren van de doelen.

Er wordt gewerkt met drie, met elkaar verbonden, programmalijnen die aansluiten bij de beschreven opgaven:

  • 1. Programmalijn ‘Gezond en gelukkig leven’

    Partijen erkennen de complexe verbanden tussen gezondheid en sociale, economische en maatschappelijke omstandigheden. Er is een onmiskenbare domein-overstijgende impact. De negatieve spiraal in huishoudens moet tijdig worden geadresseerd en zoveel mogelijk beperkt. De aanpak binnen deze programmalijn richt zich op A) het stimuleren van een gezonde leefstijl en B) het organiseren van bereikbare en toegankelijke zorg.

    • A. Stimuleren van een gezonde leefstijl vanuit positieve gezondheid

      Partijen spreken af dat de aanpak binnen deze actielijn zich richt op:

      • het bieden van dezelfde kansen aan alle kinderen en jongeren om zich gezond en gelukkig te ontwikkelen en te ontplooien;

      • talentontwikkeling en positief opgroeien van de huidige en toekomstige generaties;

      • het versterken van de veerkracht en weerbaarheid van individuele inwoners;

      • het versterken van de omgeving en netwerken waarin kinderen, zwangeren en andere volwassenen opgroeien en leven;

      • het investeren in brede preventie;

      • het vergroten van het gezondheidsvermogen van Oost-Groningers volgens de uitgangspunten van positieve gezondheid voor alle Oost-Groningers.

    • B. Organiseren van bereikbare en toegankelijke zorg

      Partijen spreken af dat de aanpak binnen deze actielijn zich richt op:

      • het verbeteren van de communicatie en samenwerking tussen het medisch en sociaal domein om zo bereikbare, toekomstbestendige en toegankelijke zorg te organiseren;

      • het stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid van inwoners, waarmee ook de druk op de zorg en de gemeentelijke voorzieningen vermindert;

      • het stimuleren van een gezonde leefomgeving voor iedereen, met aandacht voor onderliggende factoren die een belangrijke rol spelen bij gezondheid, zoals armoede en sociale participatie kunnen doen.

  • 2. Programmalijn ‘Een leven lang ontwikkelen’

    Partijen beogen de drempels die ontwikkeling van kinderen, jongeren en volwassenen in de weg staan weg te nemen. Talentvolle inwoners zonder werk wordt perspectief geboden door hen in te zetten op regionale ontwikkelingsthema’s. Partijen versterken de samenwerking tussen overheid, onderwijs en arbeidsmarkt. Partijen stimuleren een innovatief ondernemersklimaat en ondersteunen het bedrijfsleven op thema’s als arbeidsmarkt, duurzaamheid en digitalisering. De aanpak binnen deze programmalijn richt zich op A) het ontwikkelen van inwoners en B) het ontwikkelen van bedrijven.

    • A. Investeren in inwoners

      Partijen spreken af dat de aanpak binnen deze actielijn zich richt op:

      • het creëren van gelijke kansen voor kinderen, ongeacht hun achtergrond;

      • het versterken van de pedagogische basis, vooral binnen kwetsbare gezinnen, in samenhang met de programmalijn Gezond en gelukkig leven;

      • het aanpakken van intergenerationele armoede;

      • het verbeteren van de aansluiting tussen zorg, onderwijs en arbeidsmarkt, aansluitend op de onderwijsagenda LLO van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (samenwerken bedrijfsleven en opleiders);

      • het ontwikkelen van een regionale steunstructuur voor jongeren die er toe moet leiden dat meer jongeren met een startkwalificatie school verlaten en aan het werk gaan (aansluiten op spoor 1 van de regionale aanpak ondermijning van de gezamenlijke gemeenten en het RIEC; bewustwording jongeren);

      • het creëren van fijnmazige ontwikkel- en werkcentra10 waarin onderwijs, werkleerbedrijven en bedrijfsleven werken aan het arbeidsfit krijgen van de kwetsbare beroepsbevolking;

      • het optimaliseren en ontwikkelen van het menselijk kapitaal binnen organisaties of de regio. Het draait om het maximaliseren van de waarde en het potentieel van inwoners door te investeren in hun opleiding, training, gezondheid, welzijn en professionele ontwikkeling;

      • het creëren van klimaatbanen, waarmee onbenut arbeidspotentieel wordt opgeleid en ingezet op de forse verduurzamingsopgave in de regio;

      • het investeren in zorgbanen om aan de verwachte zorgbehoefte bij de vergrijzende bevolking te kunnen voldoen.

    • B. Investeren in bedrijven

      Partijen spreken af dat de aanpak binnen deze actielijn zich richt op:

      • het stimuleren van ontwikkeling en innovatie binnen bedrijven om daarmee de continuïteit en de groei van bedrijven (en dus banen) te stimuleren (aansluitend op de Economische Agenda Nij Begun);

      • het verbinden van bestaande en nieuwe innovatie-initiatieven11 tot een robuust innovatienetwerk met sterke banden met de stad Groningen en een duidelijk gezicht naar de rest van het land;

      • het stimuleren van een duurzame en inclusieve arbeidsmarkt (middels een inventarisatie en aanpak gericht op het vinden en oplossen van knelpunten in de arbeidsmarkt);

      • het vinden en versterken van de rol die werkgevers hebben als het gaat om meer mensen uit het onbenut arbeidspotentieel aan het werk te krijgen (organisatie van het werk, anders werven, etc.);

      • het stimuleren een innovatienetwerk waarin ondernemers, overheden en kennisinstellingen met elkaar samenwerken aan oplossingen voor de grote transities waar we in Nederland voor staan (aansluitend op de doelstellingen en de aanpak van het Masterplan Campussen Groningen12);

      • een focus op het versterken van de economische positie en innovatiekracht van de kenmerkende en kansrijke sectoren in Oost-Groningen; maakindustrie, agro-innovatie en gezondheidsindustrie;

      • het behouden en aantrekken van talent in de regio.

    EZ zet zich in om de beoogde resultaten van deze actielijn te bereiken door de uitvoering van deze lijn door de Regio goed te laten aansluiten op beleidsinitiatieven, programma’s en -instrumenten van EZ gericht op het bevorderen van innovatie, ondernemerschap en vestigingsklimaat. EZ wil samen met de Regio werken aan de uitvoering van deze programmalijn door kennis uit te wisselen en te zorgen voor een goede aansluiting op beleidsinitiatieven, programma’s en -instrumenten van EZ gericht op het bevorderen van innovatie en kennisvalorisatie / digitalisering.

  • 3. Programmalijn 'Veilige en leefbare dorpen en wijken'

    Oost-Groningen kent een groot aantal kwetsbare panden en kwetsbare wijken. De combinatie van lage inkomens, kwalitatief slechte woningen en (in sommige gevallen) sociale problematiek maakt huiseigenaren in de Regio kwetsbaar voor ondermijnende activiteiten (misbruik van zowel vastgoed als de bewoners). Met deze programmalijn beogen Partijen de kwetsbaarheid van wijken, panden en inwoners te aan te pakken, om daarmee de kans op ondermijnende activiteiten te verkleinen en de veiligheid en leefbaarheid te vergroten. Bij het vergroten van de leefbaarheid hoort ook een goede bereikbaarheid van voorzieningen. De aanpak binnen deze programmalijn richt zich op A) het werken aan een gezonde, veilige en sociale leefomgeving en B) het aanpakken van kwetsbare panden met ondermijningsrisico.

    • A. Werken aan een gezonde, veilige en sociale leefomgeving

      Partijen spreken af dat de aanpak binnen deze actielijn zich richt op:

      • het verbeteren van de fysieke leefomgeving;

      • het ontwikkelen en uitvoeren van een gebiedsgerichte aanpak; gericht op het doen van fysieke en sociale interventies in kwetsbare dorpen en wijken;

      • het creëren van een sociaal prettige woonomgeving met ruimte voor ontmoeting en interactie;

      • het creëren van een gezonde leefomgeving die uitnodigt tot activiteiten en beweging

      • het verbeteren van de bereikbaarheid en toegankelijkheid van voorzieningen d.m.v. alternatief vervoer en faciliteiten;

      • het versterken van de (vertrouwens)relatie tussen inwoners, overheid en organisaties;

      • het vergroten van het veiligheidsgevoel van inwoners in kwetsbare dorpen en wijken.

    • B. Aanpakken kwetsbare panden met ondermijningsrisico

      Partijen spreken af dat de aanpak binnen deze actielijn zich richt op:

      • het inventariseren van kwetsbare wijken en kwetsbare panden met ondermijningsrisico;

      • het ontwikkelen en uitvoeren van een aanpak gericht op het voorkomen van ondermijnende activiteiten in kwetsbare panden (aansluiten op de regionale aanpak vanuit het Volkshuisvestingsfonds);

      • het aanpakken van kwetsbare panden met ondermijningsrisico, in samenspraak met handhaving en toezicht (aansluiten op spoor 2 van de regionale aanpak ondermijning van de gezamenlijke gemeenten en het RIEC; handhaving en toezicht).

    JenV zal binnen deze programmalijn toezien op de samenwerking met het RIEC en andere relevante partners. Inhoudelijk kan JenV meedenken over de genoemde veiligheidsthema’s zoals het versterken van de weerbaarheid van inwoners en vastgoed tegen ondermijning en Veilig Ontwerp en Beheer. Ook kan JenV meedenken over andere veiligheidsthema’s die mogelijk aan de orde komen binnen deze programmalijn.

  • 4. Ontwikkelen samenwerking

    Partijen spreken af dat de aanpak zich, binnen en de tussen de programmalijnen, richt op:

    • het opbouwen van een sterk regionaal netwerk (op onderwerpen);

    • het opbouwen van een stevige en toekomstgerichte regionale samenwerking tussen overheden, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven;

    • een betere verbinding van bestaande initiatieven;

    • het ontwikkelen van een lerend netwerk, binnen de regio en met de overige Regio Deals in de omgeving (Groningen-Noord, Het Hogeland, Zuid- en Oost-Drenthe).

Artikel 3 – Beoogde resultaten

Binnen de looptijd van de Regio Deal Oost-Groningen II beogen Partijen, per programmalijn, minimaal de volgende (project)resultaten te bereiken.

  • 1. Programmalijn ‘Gezond en gelukkig leven’

    • toegankelijk maken van beproefde methodes binnen het sociaal domein voor professionals in de zorg;

    • verbinden gezondheidsaanpak voor kinderen en jeugd (-1 jaar – 18 jaar) in de praktijk;

    • stimuleren van talentontwikkeling bij kinderen, door het uitbreiden Tijd voor Toekomst, een Verrijkte Schooldag;

    • ontwikkelen van een collectief aanbod voor ondersteuning álle zwangeren en jonge ouders;

    • sterkere samenwerking tussen het medisch en sociaal domein;

    • creëren van gezonde omgevingen (openbare ruimte en voorzieningen) voor jong en oud;

    • afname van het eenzaamheidsgevoel van inwoners, door het faciliteren van ontmoeting en activiteit.

  • 2. Programmalijn ‘Een leven lang ontwikkelen’

    • verbeteren van de startpositie van kinderen in kwetsbare gezinnen, door gezinsondersteuning en een rijker aanbod op school;

    • implementeren en uitbreiden van de aanpak van intergenerationele armoede;

    • inclusiever onderwijs, door de leerervaringen uit lopende onderwijsprojecten te vertalen naar onderwijs- en zorgarrangementen;

    • ontwikkelen en implementeren van methodieken voor het aanpakken van complexe meervoudige sociale opgaven binnen gezinnen;

    • doorontwikkelen van een innovatienetwerk dat zich met een onderscheidend en herkenbaar profiel buiten de Regio presenteert;

    • een start van de uitvoeringsagenda van de Oost-Groninger inzet13 in het Masterplan Campussen14 (actielijn 2; experimenteerruimte in de pilotfase);

    • een sterkere samenwerking met partners over de grens;

    • een gezamenlijk plan van aanpak (onderwijs, ondernemers en overheden) voor het optimaliseren en ontwikkelen van het menselijk kapitaal binnen organisaties of de regio, en een start van de uitvoering van deze aanpak.

  • 3. Programmalijn ‘Veilige en leefbare dorpen en wijken’

    • uitvoering van reeds lopende en nieuwe gebiedsgerichte aanpakken (GGA) en onderdeel maken van de reguliere samenwerking tussen gemeente, woningcorporaties, maatschappelijke organisaties en bewoners;

    • verbeterde bereikbaarheid van voorzieningen;

    • start uitvoering van de regionale aanpak ondermijning (o.a. met RIEC), gericht op de aanpak van panden met ondermijningsrisico en het vergroten van de bewustwording en zelfredzaamheid bij (kwetsbare) jongeren;

    • ontwikkelen en uitvoeren van een aanpak op kwaliteitsverbetering van de particuliere woningvoorraad.

  • 4. Ontwikkelen samenwerking

    • een sterk regionaal netwerk (op onderwerpen);

    • een structureel georganiseerde regionale samenwerking tussen de overheden en in triple helix verband, aansluitend bij het Masterplan Oost-Groningen;

    • een georganiseerd lerend netwerk, binnen de Regio en met de overige Regio Deals in de omgeving (Groningen-Noord, Het Hogeland, Zuid- en Oost-Drenthe)

2. Inzet middelen Regio Envelop voor uitvoering Regio Deal Oost-Groningen II

Artikel 4 – Uitgangspunten

  • 1. Partijen beogen een gecoördineerde beleidsmatige inzet van hun gezamenlijke financiële middelen op basis van de afspraken in deze Regio Deal. De Regio geeft met die middelen uitvoering aan de Regio Deal Oost-Groningen II zoals het initiëren en/of realiseren van programma’s en projecten en andere uitvoeringsactiviteiten in het kader van de doelen en interventies van de Regio Deal Oost-Groningen II zoals bedoeld in artikelen 1 tot en met 3. Op deze wijze zetten Partijen zich in om de regionale opgave van de Regio Oost-Groningen te realiseren

  • 2. VRO reserveert maximaal € 12,5 mln. inclusief eventueel verschuldigde BTW vanuit de Regio Envelop als Rijksbijdrage voor uitvoeringsactiviteiten als bedoeld in het eerste lid, volgens de in de onderstaande tabel opgenomen onderverdeling. Hierin zijn ook de uitvoeringskosten oftewel VAT-kosten (Voorbereiding, Administratie en Toezicht) opgenomen, waarbij uitgegaan wordt van maximaal 3% van de Rijksbijdrage. De Regio reserveert minimaal een bedrag van in totaal € 12,5 mln. aan regionale financiering voor uitvoeringsactiviteiten als bedoeld in het eerste lid volgens de in de onderstaande tabel opgenomen onderverdeling:

    Uitvoeringsactiviteiten

    Maximale rijksbijdrage1

    Regionale financiering

    Totaal bedrag

    1. Programmalijn Gezond en gelukkig leven

    € 4 mln.

    € 3,5 mln.

    € 7,5 mln.

    2. Programmalijn Een leven lang ontwikkelen

    € 4 mln.

    € 4 mln.

    € 8 mln.

    3. Programmalijn Veilige en leefbare dorpen en wijken

    € 3,5 mln.

    € 4 mln.

    € 7,5 mln.

    4. Ontwikkelen samenwerking

    € 0,625 mln.

    € 0,375 mln.

    € 1 mln.

    Uitvoeringskosten (VAT)

    € 0,375 mln.

    € 0,625 mln.

    € 1 mln.

    Bijdragen totaal maximaal

    € 12,5 mln.

    € 12,5 mln.

    € 25 mln.

    X Noot
    1

    Dit bedrag is inclusief eventueel verschuldigde BTW.

    De verdeling opgenomen in de tabel in het tweede lid geldt als uitgangspunt. Partijen zijn zich ervan bewust dat gedurende de looptijd van de Regio Deal omstandigheden en/of prioriteiten kunnen wijzigen. Partijen kunnen, na bespreking in het Rijk-Regio-overleg, een gewijzigde verdeling over de programmalijnen afspreken. Op deze wijziging van Regio Deal Oost-Groningen II is artikel 11 van toepassing.

Artikel 5 – Regiokassier

Partijen spreken af dat in het kader van de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal Oost-Groningen II de gemeente Oldambt de rol zal vervullen van regiokassier. De regiokassier draagt zorg voor het nakomen van de voorwaarden en verplichtingen, zoals verwoord in de Specifieke uitkering ten behoeve van de uitvoeringsactiviteiten Regio Deals en draagt zoor voor transparantie richting de regionale Partijen.

3. Governance uitvoering Regio Deal Oost-Groningen II

Artikel 6 – Rijk-Regio-overleg

  • 1. Periodiek treden Partijen in overleg over de onderlinge samenwerking in het kader van de Regio Deal Oost-Groningen II en met andere publieke en/of private samenwerkingspartners. Dit Rijk-Regio-overleg ziet toe op de uitvoering van Regio Deal zoals beschreven in dit convenant.

  • 2. Het Rijk-Regio-overleg vergadert tenminste eenmaal per jaar, over de voortgang van, en eventuele knelpunten of risico’s in, de uitvoering van de Regio Deal en andere actualiteiten in de Regio. Het Rijk-Regio-overleg sluit waar mogelijk aan bij de overleggen tussen Rijk en regio met betrekking tot Nij Begun.

  • 3. Het in het eerste lid bedoelde Rijk-Regio-overleg bestaat uit de volgende vertegenwoordigers:

    • a. vanuit de ministeries van het Rijk:

      • a. Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening;

      • b. Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

      • c. Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties/Herstel Groningen;

      • d. Economische Zaken;

      • e. Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

      • f. Justitie en Veiligheid;

      • g. Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

    • b. vanuit de Regio:

      • i. Gemeente Oldambt

      • ii. Gemeente Pekela

      • iii. Gemeente Stadskanaal

      • iv. Gemeente Veendam

      • v. Gemeente Westerwolde

      • vi. Provincie Groningen

      • vii. Een bestuurlijke vertegenwoordiging vanuit de partners, gekoppeld aan de drie programmalijnen15

  • 4. Specifiek wordt namens HG/BZK in de ambtelijke voorbereiding van het Rijk-Regio-overleg de samenhang bewaakt tussen de doelen, aanpak, resultaten van de Regio Deal Oost-Groningen II en de Sociale en Economische Agenda van Nij Begun.

  • 5. Het Rijk-Regio-overleg voorziet in zijn eigen werkwijze, waarbij het uitgangspunt is dat de regio bij het organiseren, uitnodigen en verslagleggen de lead heeft. Het Rijk-Regio-overleg bestaat uit de ministeries van VRO, BZK, EZ, SZW en JenV, de gemeenten Oldambt, Pekela, Stadskanaal, Veendam en Westerwolde, de provincie Groningen en een bestuurlijke vertegenwoordiging vanuit de betrokken maatschappelijke organisaties. Het Rijk-Regio-overleg zoekt waar mogelijk aansluiting bij de overlegstructuur van Nij Begun.

  • 6. Het Rijk-Regio-overleg spreekt een escalatieregeling af.

  • 7. Betrokken Partijen zien zelf toe op een adequate verantwoording aan achterbannen en/of volksvertegenwoordigers.

4. Evaluatie, voortgang en communicatie Regio Deal

Artikel 7 – Evaluatie en voortgang

  • 1. De Regio brengt de beginsituatie van de regionale opgave in kaart. Daarnaast bepaalt de Regio een evaluatie-aanpak waarmee bijgehouden kan worden of de afgesproken aanpak (artikel 2) bijdraagt aan de doelen (artikel 1) van de Regio Deals. De beginsituatie en evaluatie-aanpak zijn beschreven in het voorjaar van 2025. Bij het bepalen van de indicatoren en de wijze van monitoring en evaluatie sluit de Regio Deal Oost-Groningen II waar mogelijk aan bij het monitorings- en evaluatieproces van Nij Begun.

  • 2. De Regio stelt éénmaal per jaar een voortgangsrapportage op, met daarin:

    • a. De voortgang van de initiatieven en projecten;

    • b. In hoeverre Partijen op schema liggen om de beoogde resultaten (artikel 3) te behalen.

  • 3. De jaarlijkse voortgangsrapportage wordt in concept voor 15 juni van ieder jaar voorgelegd aan Partijen, gelet op indiening voor 15 juli bij de minister van VRO in het kader van de specifieke uitkering.

  • 4. De Regio kan met de jaarlijkse voortgangsrapportage de betrokken gemeenteraden informeren. VRO gebruikt de jaarlijkse voortgangsrapportage als input voor de periodieke voortgangsrapportage van alle Regio Deals voor de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.

  • 5. VRO draagt zorg voor onderzoek, betreffende het geheel van de Regio Deals (o.m. de resultaten en effecten van de Deals voor brede welvaart). De Regio verleent haar medewerking hieraan.

  • 6. BZK verzamelt binnen het geheel van de Regio Deals lessen en kennis over de (door)ontwikkeling van Regionale samenwerking binnen het stelsel van openbaar bestuur, waarmee uitvoering wordt gegeven aan de Actieagenda Sterk Bestuur.16

Artikel 8 – Communicatie

  • 1. Partijen zien toe op een gezamenlijke communicatiestrategie en -plan, waarbij de Regio in de lead is.

  • 2. De Regio zal bij projecten die deel uitmaken van de uitvoering van de Regio Deal Oost-Groningen II vragen om in de communicatie over die projecten kenbaar te maken dat het project mede mogelijk is gemaakt in samenwerking tussen Rijk en Regio.

5. Slotbepalingen

Artikel 9 – Uitvoering in overeenstemming met Unierecht

De afspraken van deze Regio Deal en/of de daaruit voortvloeiende maatregelen worden in overeenstemming met het recht van de Europese Unie uitgevoerd en uitgewerkt in het bijzonder voor zover de afspraken vallen onder de werking van de Europese regels met betrekking tot aanbesteding, mededinging, staatssteun en technische normen en voorschriften.

Artikel 10 – Gegevensuitwisseling

  • 1. De in het kader van (de uitvoering van) deze Regio Deal uitgewisselde dan wel uit te wisselen informatie is in beginsel openbaar. Indien een Partij verzoekt om geheimhouding zullen de overige Partijen deze informatie in beginsel geheimhouden en deze geheel noch gedeeltelijk aan enige derde bekendmaken, behoudens voor zover een verplichting tot openbaarmaking voortvloeit uit de wet, een rechterlijke uitspraak of deze Regio Deal.

  • 2. Partijen dragen er zorg voor dat concurrentiegevoelige en/of privacygevoelige informatie uitsluitend wordt gedeeld voor zover dit in overeenstemming is met de relevante internationale, Europese en nationale wettelijke kaders. Zij kunnen hiertoe nadere afspraken vastleggen.

Artikel 11 – Wijzigingen

  • 1. Elke Partij kan schriftelijk verzoeken deze Regio Deal te wijzigen. De wijziging behoeft de instemming van alle Partijen.

  • 2. Partijen treden in overleg binnen 6 weken nadat een Partij het verzoek kenbaar heeft gemaakt bij VRO. VRO informeert de overige Partijen over de voorgestelde wijziging en vraagt hen om instemming.

  • 3. Nadat alle Partijen aan VRO kenbaar hebben gemaakt in te stemmen met het verzoek tot wijziging wordt de wijziging en de verklaringen tot instemming als bijlage aan dit convenant gehecht.

Artikel 12 – Opzegging

  • 1. Elke Partij kan de Regio Deal Oost-Groningen II met inachtneming van een opzegtermijn van 3 maanden schriftelijk opzeggen, indien een zodanige verandering van omstandigheden is opgetreden dat deze Regio Deal billijkheidshalve op korte termijn behoort te eindigen. De opzegging moet de verandering in omstandigheden vermelden.

  • 2. Wanneer een Partij deze Regio Deal opzegt, blijft de Regio Deal voor de overige Partijen in stand voor zover de inhoud en de strekking ervan zich daartegen niet verzetten.

  • 3. Ingeval van beëindiging van de Regio Deal Oost-Groningen II krachtens opzegging is geen van de Partijen jegens een andere Partij schadeplichtig.

Artikel 13 – Toetreding nieuwe Partijen

  • 1. In overeenstemming met alle Partijen kunnen anderen tijdens de looptijd van de Regio Deal Oost-Groningen II als nieuwe Partijen toetreden tot deze Regio Deal. Een toetredende partij dient de verplichtingen die voor haar uit de Regio Deal voortvloeien te aanvaarden.

  • 2. Het schriftelijke verzoek tot toetreding met daarbij de concrete bijdrage aan de Regio Deal Oost-Groningen II wordt gericht aan VRO. VRO informeert Partijen en vraagt hen om instemming.

  • 3. Zodra alle Partijen aan VRO schriftelijk kenbaar hebben gemaakt in te stemmen met het verzoek tot toetreding, ontvangt de toetredende partij de status van Partij van de Regio Deal Oost-Groningen II en gelden voor die partij de voor haar uit de deal voortvloeiende rechten en verplichtingen.

  • 4. Het verzoek tot toetreding en de verklaringen tot instemming worden als bijlagen aan de Regio Deal Oost-Groningen II gehecht.

Artikel 14 – Ongeldigheid

Indien een bepaling van de Regio Deal in enige mate als nietig, vernietigbaar, ongeldig, onwettig of anderszins als niet-bindend moet worden beschouwd, bijvoorbeeld wegens strijdigheid met het Besluit Specifieke uitkering Regio Deals vierde, vijfde en zesde tranche (zoals deze luidt op het moment dat de strijdigheid zich voordoet of alsdan in bestuursrechtelijke zin is vastgesteld), wordt die bepaling, voor zover nodig, uit de Regio Deal verwijderd en vervangen door een bepaling die wel bindend en rechtsgeldig is en die de inhoud van de niet-geldige bepaling zoveel mogelijk benadert. De overige bepalingen van de Regio Deal blijven in een dergelijke situatie ongewijzigd en onverminderd geldig.

Artikel 15 – Publiekrechtelijke medewerking en toepasselijk recht

  • 1. De in het kader van Regio Deal door Partijen te verlenen (publiekrechtelijke) medewerking laat de publiekrechtelijke positie en bevoegdheden van Partijen onverlet.

  • 2. Op deze Regio Deal is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.

Artikel 16 – Nakoming

De Regio Deal is niet in rechte afdwingbaar. Partijen kunnen elkaar aanspreken op tekortkomingen in de nakoming van de Regio Deal in het Rijk-Regio overleg.

Artikel 17 – Ondertekening in verschillende exemplaren

De Regio Deal Oost-Groningen II kan worden ondertekend door Partijen in verschillende exemplaren, die samengevoegd hetzelfde rechtsgevolg hebben alsof deze Regio Deal is ondertekend door alle Partijen in één exemplaar.

Artikel 18 – Citeertitel

Deze Regio Deal kan worden aangehaald als Regio Deal Oost-Groningen II.

Artikel 19 – Inwerkingtreding en looptijd

  • 1. Deze Regio Deal treedt in werking met ingang van de dag na ondertekening door alle Partijen en eindigt op 31 december 2028.

  • 2. Partijen kunnen, na bespreking in het Rijk-Regio-overleg, de looptijd van de Regio Deal wijzigen, conform de procedure in artikel 11. De regiokassier zal rekening houden met de samenhang tussen de wijziging van de looptijd van de Regio Deal en de verleende specifieke uitkering ten behoeve van de uitvoeringsactiviteiten Regio Deals.

Artikel 20 – Publicatie

  • 1. Deze Regio Deal zal net als andere Regio Deals openbaar worden gemaakt door publicatie in de Staatscourant, waardoor anderen kennis kunnen nemen van de Regio Deals.

  • 2. VRO rapporteert over de Regio Portefeuille, alsmede de hieruit voortvloeiende Regio Deals naar de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.


X Noot
1

Regionale Monitor Brede Welvaart, CBS (2023), https://www.cbs.nl/nl-nl/visualisaties/regionale-monitor-brede-welvaart.

X Noot
6

Tops & van der Torre. 2023. ‘Ondermijning in het Ommeland’

X Noot
7

Gemeenten Oldambt, Pekela, Stadskanaal, Veendam en Westerwolde, 2024, ‘Masterplan Oost-Groningen’

X Noot
10

Ten behoeve van de invoering van Werkcentra (per 1-1-2026) wordt door gemeenten, UWV, SBB, Noorderpoort, en de sociale partners in de arbeidsmarktregio Groningen een een regionale meerjarenagenda arbeidsmarkt opgesteld, die we vertalen naar de subregio Oost-Groningen.

X Noot
11

zoals de bestaande triple helix samenwerkingen Makeport Mercurius, Innovatiehub Oost-Groningen, EemsDollardRegio in Transitie en het Digitaal Centrum Oost-Groningen

X Noot
12

Akkoord van Groningen e.a., 2023, ‘Masterplan Campussen Groningen’

X Noot
13

Innovatiehub Oost-Groningen, Digitaal Centrum Oost-Groningen, Makeport Mercurius

X Noot
14

Akkoord van Groningen e.a., 2023, ‘Masterplan Campussen Groningen’

X Noot
15

Deze vertegenwoordiging kan per overleg wisselen, afhankelijk van de agenda

X Noot
16

Met de Actieagenda Sterk Bestuur (2022, zie overheid.nl) richt het ministerie van BZK zich op het versterken van de samenwerking binnen het Rijk en de samenwerking tussen Rijk, mede-overheden en niet-overheidspartners.

Naar boven