Kennisgeving Notitie Reikwijdte en Detailniveau en Participatieplan van het Programma Zandwinning IJsselmeergebied 2025 – 2050

Van dinsdag 9 januari tot en met maandag 19 februari 2024 kan iedereen een zienswijze indienen over de Notitie Reikwijdte en Detailniveau en het Participatieplan van het Programma Zandwinning IJsselmeergebied 2025 – 2050. In deze kennisgeving leest u hoe u dat kunt doen.

WAAROVER GAAT HET PROGRAMMA?

Met het Programma Zandwinning IJsselmeergebied 2025 – 2050 (voorheen Zandwinstrategie) vernieuwt het Rijk (het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) het beleid voor de winning van bouwgrondstoffen in het IJsselmeergebied. Het betreft het hele gebied: IJsselmeer, Markermeer-IJmeer en alle randmeren. Voor het gemak wordt in het Programma gesproken over ‘zand’ in plaats van ‘bouwgrondstoffen’. Met ‘zand’ worden in principe alle aanwezige bouwgrondstoffen bedoeld die in de waterbodem van het IJsselmeergebied aanwezig zijn.

Het Programma Zandwinning IJsselmeergebied 2025 – 2050 moet duidelijkheid bieden over:

  • of er zandwinning kan plaatsvinden en zo ja, waar, hoe diep en hoeveel zandwinning plaats kan vinden. Hierbij moet zandwinning binnen onder andere natuur- en milieurandvoorwaarden passen die vanuit wet- en regelgeving worden gesteld;

  • de wijze waarop zandwinning bijdraagt aan een of meerdere gebiedsdoelen* in het IJsselmeergebied;

  • hoe wordt bijgedragen aan de afbouw van het gebruik van fossiele brandstoffen bij zandwinning en transport.

* Bij de beleidsvernieuwing wordt nagegaan hoe zandwinning ondersteunend kan zijn aan andere gebiedsfuncties en daarmee invulling kan geven aan specifieke gebiedsdoelen. Deze gebiedsdoelen volgen uit het Nationaal Waterprogramma 2022 – 2027 en de Agenda IJsselmeergebied 2050:

  • 1. een duurzaam en robuust aquatisch ecosysteem;

  • 2. het garanderen van de waterveiligheid;

  • 3. borging van de zoetwatervoorziening;

  • 4. opwekking van duurzame energie met respect voor kernkwaliteiten;

  • 5. een vlotte en veilige afwikkeling van het verkeer over water.

Ter onderbouwing van het vernieuwde beleid wordt een plan-milieueffectrapport (planMER) inclusief Passende Beoordeling opgesteld. Hierin worden de milieueffecten van het vernieuwde beleid getoetst.

De volgende alternatieven worden in het planMER onderzocht:

  • 1. Geen zandwinning;

  • 2. Zandwinning ten behoeve van de gebiedsdoelen;

    • a. Variant A: verspreide, ondiepe winning;

    • b. Variant B: geconcentreerde, diepe winning.

  • 3. Maximale bijdrage aan landelijke zandbehoefte, met onderscheid tussen:

    • a. Variant A: verspreide, ondiepe winning;

    • b. Variant B: geconcentreerde, diepe winning.

Voor alternatief 2 en 3 waarin zand wordt gewonnen, zijn er verschillende mogelijkheden om dat te doen. De mogelijkheden worden met name bepaald door de diepte en het oppervlak waarover zand wordt gewonnen. Om de effecten van de alternatieven te onderzoeken, zijn daarom twee varianten uitgewerkt die de uitersten vormen van ieder alternatief:

  • A. Verspreide, ondiepe winning en

  • B. Geconcentreerde, diepe winning.

Per variant en watersysteem is bepaald wat als diepe of ondiepe winning mag worden beschouwd.

Alternatief 1 – geen zandwinning

Dit alternatief houdt in dat er geen zandwinning plaatsvindt in het betreffende watersysteem gedurende de aangegeven periode van 2025 – 2050. In het plan-MER wordt ervan uitgegaan dat er dan geen nieuwe vergunningen worden afgegeven voor zandwinning. Dit houdt dus ook in dat, om in de zandvraag te voorzien, er in andere gebieden (meer) zand gewonnen moet worden.

Door dit alternatief te onderzoeken, wordt op de schaal van het betreffende watersysteem onderzocht wat de effecten zijn van het stopzetten van zandwinning.

Alternatief 2 – zandwinning ten behoeve van de gebiedsdoelen

Als tweede alternatief wordt onderzocht wat de effecten zijn van zandwinning in het IJsselmeergebied die uitsluitend bestemd is om gebiedsdoelen in hetzelfde gebied te dienen.

Voor de realisatie van verschillende gebiedsdoelen op het gebied van hoogwaterveiligheid, natuur- en gebiedsontwikkeling is zand nodig. In dit alternatief wordt de minimale hoeveelheid zand gewonnen om deze gebiedsdoelen te kunnen realiseren en zo maximaal bij te dragen aan de verbetering van het IJsselmeergebied. Het gewonnen zand is uitsluitend bestemd voor lokale gebiedsdoelen. Gebiedsdoelen worden met gebiedseigen zand gerealiseerd en de transportafstanden (van winlocatie naar toepassingslocatie) zijn beperkt.

Het gewonnen zand levert geen bijdrage aan landelijke bouwopgaven. Net als bij alternatief 1 moet in andere gebieden (meer) zand gewonnen worden om in de landelijke zandvraag te kunnen voorzien.

Alternatief 3 – maximale bijdrage aan landelijke zandbehoefte

Als derde alternatief draagt het IJsselmeergebied in belangrijke mate bij aan de zandbehoefte voor maatschappelijke (bouw)opgaven binnen en buiten het IJsselmeergebied.

Momenteel wordt in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een Scenariostudie uitgevoerd die de landelijke vraag naar zand in Nederland tot 2050 in beeld brengt. De inzichten uit de Scenariostudie worden meegenomen om te bepalen hoeveel zand er bij dit alternatief moet worden gewonnen. Voor nu is rekening gehouden met gemiddeld 12 miljoen kubieke meter aan zand dat jaarlijks wordt gewonnen uit het IJsselmeergebied. Dit betreft een schatting op basis van de omvang van de huidige winning.

NOTITIE REIKWIJDTE EN DETAILNIVEAU

De Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) is de eerste stap in het onderzoek naar de milieueffecten. De NRD is de onderzoeksagenda voor het opstellen van het plan-MER. Het doel van de NRD is om duidelijkheid te geven over:

  • waarom het Programma Zandwinning IJsselmeergebied 2025 – 2050 wordt opgesteld;

  • welke alternatieven in het plan-MER onderzocht worden;

  • welke milieuaspecten, welke criteria en welke onderzoeksmethoden (detailniveau) daarbij gehanteerd worden.

PARTICIPATIEPLAN

Het Participatieplan wordt samen met de Notitie Reikwijdte en Detailniveau gepubliceerd. Het Participatieplan geeft weer hoe het programmateam de participatie van stakeholders rondom het Programma Zandwinning IJsselmeergebied 2025 – 2050 voor zich ziet. In het participatieplan staat:

  • het doel van participatie;

  • de kaders en randvoorwaarden waarbinnen participatie plaatsvindt;

  • de niveaus waarop stakeholders kunnen participeren;

  • de verschillende participatiemogelijkheden.

HOE KUNT U MEEDENKEN?

Het ministerie nodigt u uit te reageren op de NRD en het participatieplan. Het stelt uw inbreng op de volgende onderwerpen op prijs:

  • Ziet u nog andere onderzoeksalternatieven die onderzocht moeten worden?

  • Brengen wij alle relevante milieuaspecten in beeld, of ontbreekt er nog iets volgens u? Heeft u aandachtspunten voor het uit te voeren onderzoek?

  • Is duidelijk hoe u betrokken wordt en kunt meedenken bij de totstandkoming van het Programma? Kunt u zich daarin vinden en/of heeft u aanvullende ideeën hiervoor?

WILT U DOCUMENTEN BEKIJKEN?

Deze informatie en de bijbehorende documenten staan vanaf 9 januari 2024 op Platform Participatie. Het gaat dan om de Notitie Reikwijdte en Detailniveau en het Participatieplan.

Op papier kunt u de stukken van dinsdag 9 januari tot en met maandag 19 februari 2024 bekijken bij:

  • Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat: Rijnstraat 8, 2515 XP Den Haag. Telefoonnummer: 070 – 456 96 07;

  • Rijkswaterstaat Midden-Nederland: Zuiderwagenplein 2, 8224 AD Lelystad. Telefoonnummer: 0800 – 8002.

Neem vooraf telefonisch contact op met de locatie in verband met de openingstijden.

WILT U GEBRUIKMAKEN VAN HET DIGITALE SPREEKUUR?

Als u inhoudelijk wilt spreken over de NRD en/of het Participatieplan bent u van harte welkom tijdens ons digitale spreekuur.

Het digitale spreekuur vindt plaats op:

  • dinsdag 30 januari tussen 9.00 – 12.00 uur en tussen 13.00 – 16.00 uur (aanmelden t/m donderdag 25 januari)

  • donderdag 8 februari tussen 9.00 – 12.00 uur en tussen 13.00 – 16.00 uur (aanmelden t/m maandag 5 februari)

Wij vragen u om u van te voren aan te melden voor het digitale spreekuur via zandwinstrategie@minienw.nl. Wij stellen het op prijs als u hierbij vermeldt over welk onderwerp u met ons in gesprek wilt. U ontvangt een bevestiging voor het digitale spreekuur.

HOE KUNT U EEN ZIENSWIJZE INDIENEN?

Een zienswijze indienen kan op drie manieren, van dinsdag 9 januari tot en met maandag 19 februari 2024:

Digitaal

Bij voorkeur ontvangen wij uw zienswijze via ons formulier.

Mondeling

Voor het noteren van uw mondelinge zienswijze kunt u tijdens kantooruren een afspraak maken via het telefoonnummer 070 – 456 96 07.

Post

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, directie Participatie

o.v.v. Programma Zandwinning IJsselmeergebied

Postbus 20901

2500 EX Den Haag

WAT GEBEURT ER MET UW ZIENSWIJZE EN WAT IS HET VERVOLG?

Uw zienswijze wordt betrokken bij het doorlopen van de plan-MER-procedure voor het Programma Zandwinning IJsselmeergebied.

In een reactienota wordt vervolgens weergegeven wat er met alle ingediende zienswijzen wordt gedaan. Indieners worden over de reactienota geïnformeerd.

WILT U HULP VAN HET INFORMATIEPUNT DIGITALE OVERHEID?

Contact met de overheid gaat steeds vaker digitaal. Soms vinden mensen dit lastig. De Informatiepunten Digitale Overheid zijn er voor mensen die moeite hebben met digitale dienstverlening en vragen hebben over het zaken doen met de overheid. De Informatiepunten zijn ondergebracht in bibliotheken. U kunt hier zonder afspraak binnenlopen voor ondersteuning bij vragen over websites van de overheid, bijvoorbeeld voor het digitaal raadplegen van documenten behorend bij dit project of het digitaal indienen van een zienswijze.

WILT U MEER INFORMATIE?

Meer informatie over het project op Platform Participatie en Platform IJsselmeergebied.

Vragen over het project? Mail naar: zandwinstrategie@minienw.nl.

Vragen over de procedure? Bel naar 070 – 456 96 07, directie Participatie van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

Naar boven