Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 4 maart 2024, kenmerk 3762243-1050406-DMO houdende wijziging van de Regeling specifieke uitkering IZA-doelen 2023–2026 in verband met verlenging van het aanvraagtijdvak voor de uitkering voor de jaren 2024, 2025 en 2026

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling specifieke uitkering IZA-doelen 2023–2026 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 6 van de Regeling specifieke uitkering IZA-doelen 2023–2026 wordt ‘31 december 2023’ telkens vervangen door ‘1 maart 2024’.

B

In de bijlage behorend bij artikel 4 komt de op een na laatste kolom in rij 40 van de tabel te luiden: Albrandswaard, Barendrecht, Goeree-Overflakkee, Hoeksche Waard, Nissewaard, Ridderkerk, Voorne aan Zee.

ARTIKEL II

Op aanvragen tot verlening van een uitkering die zijn ingediend voor 1 januari 2024, blijft artikel 6 van de regeling van toepassing zoals dit artikel luidde tot en met 31 december 2023.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2024.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, C. Helder

TOELICHTING

De Regeling specifieke uitkering IZA-doelen 2023–2026 (hierna: de Regeling) kent twee tranches waarin de uitkering wordt verleend: de eerste ambtshalve voor 2023 en een tweede op aanvraag voor de jaren 2024 tot en met 2026. Bij de aanvraag dient een regioplan te worden overgelegd, dan wel een beschrijving van de gemeentelijke inzet in de regio waarvoor de aanvraag wordt gedaan, met een toelichting waarom nog geen regioplan werd opgesteld.

Wijziging einddatum aanvraag

De uiterste datum voor indienen van de aanvraag is gewijzigd van 31 december 2023 naar 1 maart 2024. De oorspronkelijke datum, 31 december 2023, was voor veel mandaathouders (de in Bijlage 1 van de Regeling genoemde gemeenten die de aanvraag indienen) te vroeg. De datum 1 maart 2024 is in overleg met VNG tot stand gekomen en de gegunde extra tijd stelt naar verwachting alle mandaathouders (de aanvragende gemeenten) in de gelegenheid om een volledige aanvraag in te dienen.

Afhandeling aanvragen ingediend voor 1 januari 2024

Voor gemeenten die voor 1 januari 2024 een aanvraag hebben ingediend, blijft artikel 6 van toepassing zoals dat luidde tot en met 31 december 2023. Dit betekent dat als een gemeente voor 1 januari 2024 een complete aanvraag heeft ingediend, in principe binnen 13 weken na 31 december 2023 een beslissing op de aanvraag wordt genomen.

Ten aanzien van aanvragen die wel voor 1 januari 2024 zijn ingediend, maar die niet compleet waren, is de beslistermijn (binnen 13 weken na 31 december 2023) opgeschort met ingang van de dag na die waarop de gemeente is uitgenodigd de aanvraag aan te vullen. De termijn voor het aanvullen van voor 1 januari 2024 ingediende aanvragen sluit aan bij de nieuwe einddatum voor het indienen van een aanvraag. De betreffende gemeenten hebben dus uiterlijk tot en met 1 maart 2024 de gelegenheid om de aanvraag aan te vullen.

De opschorting duurt tot de dag waarop de aanvraag is aangevuld of de daarvoor gestelde termijn ongebruikt is verstreken (artikel 4:5 in samenhang met artikel 4:15, tweede lid, aanhef en onder b, van de Algemene wet bestuursrecht).

Aanpassing bijlage

Verder is in de tabel van de bijlage bij de Regeling de opsomming van de gemeenten in de samenwerkingsregio ZHE-BAR (Zuid Hollandse Eilanden en BAR gemeenten) gewijzigd. Dit in verband met een herindeling van drie gemeenten, die abusievelijk niet is meegenomen bij de vaststelling van deze regeling. Per 1 januari 2023 is de gemeente Voorne aan Zee ontstaan uit de gemeenten Hellevoetsluis, Westvoorne en Brielle.1

Inwerkingtreding en terugwerkende kracht

In afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten bij regelgeving is de publicatie van deze wijziging niet twee maanden voor inwerkingtreding. Dit is te rechtvaardigen omdat het een begunstigende wijziging is, waarvan de aanvragers zo spoedig mogelijk kennis moeten kunnen nemen. De verlenging van het aanvraagtijdvak werkt terug tot en met 1 januari 2024, in aansluiting op de einddatum van het oorspronkelijke aanvraagtijdvak, 31 december 2023.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, C. Helder


X Noot
1

Stb. 2022, 307.

Naar boven