Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 23 februari 2024, nr. MINBUZA- 2024-220000156, tot vaststelling van een subsidieplafond en beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Subsidieplafond 2024 en wijziging beleidsregels MENA Scholarship programme-MSP-III-B)

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Gelet op de artikelen 6, 7 en 10 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken;

Gelet op de artikelen 2.2, sub a, b en d, 2.3, sub a, b, c, e en f, 9.3, sub c, en 9.4 sub d, van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Voor subsidieverlening in het kader van het Middle-East North-Africa Scholarship programme III-B geldt voor de periode vanaf inwerkingtreding van dit besluit tot en met 31 december 2024 een subsidieplafond van € 1.620.000, dat als volgt is verdeeld over de verschillende soorten subsidies:

    • a. voor subsidies voor activiteiten gericht op het verstrekken van beurzen: € 945.000, waarvan € 472.500 beschikbaar is voor een eerste openstelling en € 472.500 voor een tweede openstelling,

    • b. voor subsidies voor activiteiten gericht op het aanbieden van Tailor-made trainingen: € 525.000, en

    • c. voor een subsidie voor een Tailor-made training gericht op het versterken van de positie van vrouwen in MSP-landen1: € 150.000

  • 2. De subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat voor het deel van de subsidie dat ten laste van een nog niet vastgestelde begroting komt, voldoende gelden ter beschikking worden gesteld.

Artikel 2

De bijlage bij het Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 28 februari 2023, nr. MINBUZA- 2023.-/DAM/4000003892, tot vaststelling van een subsidieplafond en beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (MENA Scholarship programme-MSP-lll-B)2 wordt als volgt gewijzigd:

A

De tekst onder het kopje Paragraaf 1.1. Inleiding komt te luiden:

Het voorliggende subsidiebeleidskader vormt het richtsnoer voor de beoordeling van aanvragen voor een subsidie in het kader van het MENA-Scholarship progamme (MSP-III-B).

Shiraka

Het MSP-III-B is onderdeel van het Shiraka programma. Met het Shiraka-programma steunt Nederland maatschappelijke ontwikkelingen in de regio Midden-Oosten en Noord-Afrika (MENA). In het Arabisch betekent Shiraka partnerschap. De verhouding tussen de burger en de overheid staat daarbij centraal. Shiraka richt zich op de betrokkenheid van burgers bij bestuur en op de dienstverlening van overheden naar de burgers.

Doelen Shiraka

Shiraka streeft naar positieve verandering in de MENA-regio die leidt tot:

  • • een samenleving die culturele en religieuze verschillen accepteert;

  • • een rechtsstaat die burgers, mensenrechten en minderheden beschermt;

  • • een economie die welvaart en werkgelegenheid creëert.

B

In de tweede alinea van paragraaf 2.3. Subsidieaanvragers vervalt de zinsnede ‘die participeren in het Orange Knowlegde Programme’.

C

In de tekst onder het kopje 2.4.1. Aanvraagtermijn komt de eerste zin te luiden:

Nuffic stelt per jaar twee aanvraagrondes open voor het indienen van een subsidieaanvraag voor het verstrekken van beurzen met een te verwachten indiendatum in de maanden april en oktober.

D

De op een na laatste zin onder het kopje 2.4.3. Selectie en subsidietoekenning komt te luiden:

De hoogste scorende kandidaten per land komen het eerst in aanmerking voor een beurs, met dien verstande dat ernaar wordt gestreefd 50% van de beurzen per aanvraagronde per land aan vrouwen te geven, en dat kandidaten die nog niet eerder een beurs hebben ontvangen in het kader van MSP, het Orange Knowledge Programme of Shiraka, voorrang hebben boven kandidaten die reeds eerder één van deze beurzen hebben ontvangen.

E

Onder het kopje Paragraaf 3.1.1 Landen wordt na ‘Mauretanië,’ ingevoegd ‘Nederland, ’.

F

In paragraaf 3.5.4. Toetsing en beoordeling van aanvragen komt het vijfde criterium onder het kopje Minimumcriteria te luiden:

  • • Het maximum bedrag per Tailor-made training per land is € 75.000, uitgezonderd de Tailor-made training gericht op het versterken van de positie van vrouwen in MSP-landen,3 voor welke het maximum bedrag € 150.000 is en waarvoor hoogstens een subsidie wordt verleend;

G

Aan de tekst van paragraaf 3.5.5 wordt een zin toegevoegd, luidende:

Voor Tailor-made trainingen gericht op het versterken van de positie van vrouwen in MSP-landen komt hoogstens een aanvraag voor subsidie in aanmerking (de hoogst scorende).

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat het van toepassing blijft op subsidies die reeds voor die datum zijn verleend.

Dit besluit zal met de daarbij behorende bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, namens deze, de Directeur-Generaal Politieke Zaken, M.J. de Vink

X Noot
1

Algerije, Egypte, Iran, Irak, Jordanië, Libanon, Libië, Mauretanië, Marokko, Oman, Syrië, Tunesië.

X Noot
3

Algerije, Egypte, Iran, Irak, Jordanië, Libanon, Libië, Mauretanië, Marokko, Oman, Syrië, Tunesië.

Naar boven