Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 6 februari 2024, nr. MBO/43595870, houdende wijziging van de Subsidieregeling Tel mee met Taal 2021–2024 in verband met de correctie van een omissie met betrekking tot het subsidieplafond voor Caribisch Nederland

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

Gelet op de artikelen 4 en 5 van de Wet overige OCW-subsidies en artikel 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 36, vijfde lid, onder f, van de Subsidieregeling Tel mee met Taal 2021–2024 wordt ‘ten hoogste € 83.750,–’ vervangen door ‘ten hoogste € 33.000,–’.

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul

TOELICHTING

Uit artikel 16 van de Subsidieregeling Tel mee met Taal 2021–2024 (hierna: de regeling) volgt dat het maximaal aan te vragen subsidiebedrag voor de subsidie voor laaggeletterde ouders ten hoogste € 125.000,– mag bedragen en slechts 67% van de kosten mag betreffen. De overige 33% moet worden bekostigd door de aanvrager of door bijdragen van derden.

In paragraaf 3 van de regeling zijn de afwijkingen van en aanvullingen op de regeling voor Caribisch Nederland opgenomen. Op grond van artikel 36, vijfde lid, onder f, van de regeling hoeven aanvragers uit Caribisch Nederland geen eigen bijdrage of bijdrage van een derde te leveren. De bedoeling was om het maximaal aan te vragen subsidiebedrag voor aanvragers uit Caribisch Nederland dan wel met 33% te verlagen tot € 83.750,–. Per abuis is hierbij echter geen rekening gehouden met het feit dat dit niet past binnen het totale subsidieplafond voor aanvragers uit Caribisch Nederland voor 2024. Op grond van artikel 17, eerste lid, onder c, van de regeling is dit namelijk € 50.000,–. Het bedrag van € 83.750,– is ook niet passend voor de kleinere schaal van de activiteiten in Caribisch Nederland.

Met deze wijzigingsregeling wordt deze omissie hersteld en wordt het maximale subsidiebedrag voor aanvragers uit Caribisch Nederland in artikel 36, vijfde lid, onder f, van de regeling vastgesteld op € 33.000,–. Dit is het hoogst aangevraagde subsidiebedrag door aanvragers uit Caribisch Nederland in 2023 (afgerond). Verder bevat deze wijzigingsregeling geen inhoudelijke wijzigingen.

Aangezien het slechts de correctie van een omissie betreft en de aanvraagperiode voor 2024 reeds is geopend op 1 januari 2024, treedt deze wijziging een dag na publicatie in de Staatscourant in werking. Deze aanvraagperiode loopt tot en met 29 februari 2024. Door het maximaal aan te vragen bedrag voor aanvragers uit Caribisch Nederland te baseren op het hoogst aangevraagde bedrag van vorig jaar en het feit dat het foutieve bedrag van € 83.750,– sowieso niet past bij de Caribische context1, is de verwachting dat aanvragers die momenteel nog een aanvraag voorbereiden hier geen hinder van ondervinden.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul


X Noot
1

Zie ook artikel 5.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS, waaruit volgt dat de subsidie doelmatig moet worden besteed.

Naar boven