Regeling van De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 19 december 2024, kenmerk 3976782-1072880-WJZ, houdende wijziging van de Warenwetregeling verpakkingen en gebruiksartikelen in verband met de Beschikking van het Benelux Comité van Ministers betreffende materialen en voorwerpen van metaal en legering die bestemd zijn om in aanraking te worden gebracht met levensmiddelen

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op:

  • de beschikking van het Benelux Comité van Ministers betreffende materialen en voorwerpen van metaal en legering die bestemd zijn om in aanraking te worden gebracht met levensmiddelen (M (2022) 12);

  • de artikelen 3, eerste lid, onderdeel a, en 4, eerste lid, van het Warenwetbesluit verpakkingen en gebruiksartikelen;

Besluit:

ARTIKEL I

Hoofdstuk IV van deel A van de bijlage bij de Warenwetregeling verpakkingen en gebruiksartikelen wordt als volgt gewijzigd:

A

Onderdeel 1. Omschrijving komt te luiden:

1. Omschrijving

  • 1.1. In deze regeling wordt verstaan onder:

    legering:

    een macroscopisch homogeen metaal dat bestaat uit twee of meer chemische elementen die dusdanig met elkaar zijn verbonden dat zij niet eenvoudig via mechanische middelen kunnen worden gescheiden;

    metalen:

    stoffen die worden gekenmerkt door de volgende fysisch- chemische eigenschappen in vaste vorm:

    • a. reflecterend vermogen dat verantwoordelijk is voor de karakteristieke metaalglans;

    • b. elektrisch geleidingsvermogen;

    • c. warmtegeleidbaarheid;

    • d. mechanische eigenschappen zoals stevigheid en vervormbaarheid.

  • 1.2. Dit hoofdstuk is van toepassing op verpakkingen en gebruiksartikelen geheel of gedeeltelijk gemaakt van metalen of legeringen en al dan niet voorzien van een deklaag.

B

Onderdeel 4. Eisen gesteld aan het eindproduct wordt als volgt gewijzigd:

1. In de tabel in onderdeel 4.3.:

a. wordt ‘arseen: 0,01’ vervangen door ‘arseen: 0,002’;

b. wordt ‘cadmium: 0,01’ vervangen door ‘cadmium: 0,005’;

c. wordt ‘chroom: 0,1’ vervangen door ‘chroom: 0,25’;

d. wordt ‘kobalt: 0,05’ vervangen door ‘kobalt: 0,02’;

e. wordt ‘koper: 5’ vervangen door ‘koper: 4’;

f. wordt ‘lithiumverbindingen, in totaal: 0,6 (als lithium)’ vervangen door ‘lithiumverbindingen, in totaal: 0,048 (als lithium)’;

g. wordt ‘mangaan: 0,6’ vervangen door ‘mangaan: 1,8’;

h. wordt ‘vanadium: 0,05’ vervangen door ‘vanadium: 0,01’;

i. worden de volgende stoffen met bijbehorende SML (mg/kg) toegevoegd:

barium:

1,2

beryllium:

0,01

ijzer:

40

kwik:

0,003

molybdeen:

0,12

thallium:

0,0001

tin:

100 (tenzij anders bepaald in verordening (EU) 2023/915)20

zilver:

0,08

20 Verordening (EU) 2023/915 van de Commissie van 25 april 2023 betreffende maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1881/2006 (PbEU 2023, L 119).

2. Onderdeel 4.5. vervalt, onder vernummering van de onderdelen 4.6. tot en met 4.9 tot 4.5. tot en met 4.8.

3. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • 4.9. De conformiteit van de materialen en voorwerpen wordt door de exploitant aangetoond door middel van een schriftelijke verklaring overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1935/2004 en paragraaf 0.9. van Hoofdstuk 0, bijlage deel A.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, V.P.G. Karremans

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

Resolutie CM/Res(2013)9 van het Comité van Ministers van de Raad van Europa van 11 juni 2013 betreffende metalen en legeringen gebruikt in materialen en voorwerpen die bestemd zijn om in aanraking te worden gebracht met levensmiddelen (verder: resolutie) is gericht op een harmonisatie van nationale voorschriften aangaande de desbetreffende voedselcontactmaterialen ten behoeve van een hoog niveau van bescherming van de volksgezondheid. Deze resolutie roept de lidstaten van de Raad van Europa op om wettelijke of andere maatregelen te nemen overeenkomstig de principes en richtsnoeren horende bij de resolutie.

Met de beschikking van het Benelux Comité van Ministers betreffende materialen en voorwerpen van metaal en legering die bestemd zijn om in aanraking te worden gebracht met levensmiddelen (M (2022) 12) (verder: Benelux-beschikking) wensen de Benelux-landen gezamenlijk uitvoering te geven aan de resolutie, binnen het Europeesrechtelijk kader voor het in de handel brengen in de Europese Unie van voedselcontactmaterialen. Zodoende worden de in de drie landen toe te passen voorschriften geharmoniseerd. Bijgevolg komt vast te staan dat binnen de gehele Benelux steeds eenzelfde hoog niveau van bescherming van de volksgezondheid wordt geboden en wordt de Benelux interne markt verder verdiept, doordat het vrije verkeer van de betrokken goederen geenszins belemmerd kan worden ten gevolge van uiteenlopende nationale voorschriften dienaangaande.

In Nederland waren al wettelijke voorschriften van kracht voor deze voedselcontactmaterialen. Deze regeling zorgt ervoor dat de voorschriften – waar nodig – in overeenstemming worden gebracht met de Benelux-beschikking.

2. Consultatie

Het ontwerp van deze regeling is voorgelegd aan de deelnemers aan het Regulier Overleg Warenwet1. Deze consultatie heeft geleid tot een reactie vanuit het bedrijfsleven. Deze reactie heeft niet geleid tot aanpassing van de regeling.

3. Notificatie

Het ontwerp van deze regeling is gemeld aan de Europese Commissie ter voldoening aan artikel 5, eerste lid, van Richtlijn (EU) 2015/15352. De notificatie bij de Europese Commissie is noodzakelijk, aangezien artikel I van deze regeling technische voorschriften bevatten in de zin van richtlijn (EU) 2015/1535. Naar aanleiding van deze notificatie zijn door de Europese Commissie opmerkingen gemaakt. Deze opmerkingen hebben betrekking op het bestaan van specifieke migratielimieten voor bepaalde metalen in Verordening (EU) nr. 10/20113 die van toepassing zijn op materialen en voorwerpen van kunststof. In reactie hierop is aangegeven dat indien verpakkingen en gebruiksartikelen gedeeltelijk gemaakt zijn van metalen of legeringen, de wijzigingen in de Warenwetregeling alleen van toepassing zijn op het metalen (of van legeringen gemaakte) gedeelte van het gebruiksartikel. Indien er ook een kunststof component aanwezig is, dient deze te voldoen aan Verordening (EU) nr. 10/2011.

4. Gevolgen voor regeldruk

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger en het bedrijfsleven. De kennisnemingskosten zijn nihil. Er zijn geringe nalevingskosten. In enkele gevallen wordt de Specifieke Migratie Limiet (verder: SML) van stoffen aangescherpt. In die gevallen zullen bedrijven moeten nagaan of hun producten nog aan de wetgeving voldoen en zullen zij, zo nodig, de producten aan de nieuwe eisen moeten aanpassen. Van een aantal stoffen wordt de SML verruimd. Deze regeling zorgt voor harmonisatie van de wetgeving in de Benelux, waardoor de handel met de andere Benelux landen vereenvoudigd wordt.

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

5. Handhaafbaarheid en uitvoerbaarheid

Het ontwerp van deze regeling is in verband met de eventuele gevolgen voor de handhaafbaarheid en uitvoerbaarheid voorgelegd aan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (hierna: NVWA). De NVWA is van mening dat de regeling handhaafbaar, uitvoerbaar en fraudebestendig is. De door de NVWA opgevoerde ontwikkelkosten worden meegenomen in de bredere afweging van de door de NVWA uit te voeren taken.

II. Artikelsgewijs

Artikel I

In onderstaande tabel is aangegeven op welke manier de Benelux-beschikking is uitgevoerd in de Warenwetregeling verpakkingen en gebruiksartikelen.

Bepaling Benelux-beschikking

Bepaling in deel A van de bijlage bij de Warenwetregeling verpakkingen en gebruiksartikelen en

Omschrijving beleidsruimte

Toelichting op de keuze bij de invulling van de beleidsruimte

Artikel 1

Hoofdstuk IV, onderdeel 1.1.

Hoofdstuk 0, onderdeel 0.5.1., onder a

   

Artikel 2

Hoofdstuk IV, onderdeel 1.2.

Artikel 1 van het Warenwetbesluit verpakkingen en gebruiksartikelen

   

Artikel 3

Artikel 2, derde lid, van het Warenwetbesluit verpakkingen en gebruiksartikelen

   

Artikel 4 en hoofdstuk 1 van de bijlage

Hoofdstuk IV, tabel in onderdeel 4.3.

Hoofdstuk 0, onderdeel 0.4.2., onder e

   

Artikel 5

Hoofdstuk 0, onderdeel 0.3., onder e, en onderdeel 0.7., onder 4

   

Artikel 6

Geen implementatie

Beleidsruimte om bijzondere etikettering of symbool te eisen

Van beleidsruimte wordt geen gebruik gemaakt

Artikel 7

Hoofdstuk IV, onder 4.9.

   

Artikel 8

Artikel 13d Warenwet

   

Artikel 9

Aanwijzing toezichthoudende ambtenaren Voedsel en Waren Autoriteit op grond van artikel 25 Warenwet

   

Artikel 10

Behoeft geen implementatie

   

Artikel I, onderdeel B, onder 2

Onderdeel 4.5. kan vervallen, aangezien tin is opgenomen in de tabel in onderdeel 4.3.

Artikel II

Deze regeling treedt in verband met artikel 10, tweede lid, van de Benelux-beschikking een dag na publicatie direct in werking.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, V.P.G. Karremans


X Noot
1

Aan het ROW nemen vertegenwoordigers deel van industrie en handel, van consumenten, van betrokken ministeries en van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

X Noot
2

Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (codificatie) (PbEU 2015, L 241).

X Noot
3

Verordening (EU) nr. 10/2011 van de Commissie van 14 januari 2011 betreffende materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in contact te komen (PbEU 2011, L 12).

Naar boven