Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Stichting Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ | Staatscourant 2024, 41861 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Stichting Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ | Staatscourant 2024, 41861 | ander besluit van algemene strekking |
Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten
Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid en artikel 2 van het Algemeen Reglement van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten
Besluit:
In deze regeling wordt verstaan onder:
de raad van bestuur van de stichting Nederlands Fonds voor Podiumkunsten;
de stichting Nederlands Fonds voor Podiumkunsten;
het Koninkrijk der Nederlanden, bestaande uit Nederland inclusief Bonaire, Sint Eustatius en Saba en Aruba, Curaçao en Sint Maarten;
internationaal concours dat zich richt op professionele podiumkunsten en deelnemers in staat stelt zich te presenteren in een programma van substantiële omvang en hen ondersteunt om zich voor en na het concours op internationaal niveau professioneel verder te kunnen ontwikkelen;
iemand die artistiek-inhoudelijk actief is in de podiumkunsten.
Om bij te dragen aan talentontwikkeling en carrièrevorming van podiumkunstenaars ondersteunt het bestuur in het kader van deze regeling internationale concoursen die in Nederland een belangrijk podium of platform zijn voor podiumkunstenaars om zich buiten de eigen markt te kunnen profileren.
Subsidie op grond van deze regeling wordt verstrekt voor de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2028.
1. Het bestuur kan een of meer subsidieplafonds vaststellen.
2. Het bestuur kan eerder vastgestelde subsidieplafonds verhogen of verlagen.
3. Besluiten als bedoeld in het eerste en tweede lid worden bekendgemaakt door kennisgeving van het besluit in de Staatscourant.
1. Het bestuur kan, onverminderd het bepaalde in artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht, subsidie weigeren:
a. als de aanvraag onvoldoende concreet is met betrekking tot de uit te voeren activiteiten;
b. als het bestuur er, op basis van de aanvraag, onvoldoende van overtuigd is dat de uit te voeren activiteiten kunnen worden gerealiseerd;
c. als de aanvrager geen rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid is;
d. als de aanvrager een rechtspersoon is met winstoogmerk;
e. als de aanvrager in 2022 en 2023 niet heeft voldaan aan een of meer aan een subsidie verbonden voorwaarden of verplichtingen van regelingen van het Fonds Podiumkunsten, waaronder in elk geval ook vallen het juist en tijdig afronden van de gesubsidieerde activiteiten, het tijdig melden van relevante veranderingen in de realisatie en het juist en tijdig verantwoorden van de activiteiten;
f. als aan de aanvrager voor zijn kernactiviteit subsidie is of zal worden verleend op grond van de Deelregeling meerjarige festivalsubsidies Fonds Podiumkunsten 2025–2028, de Deelregeling meerjarige productiesubsidies Fonds Podiumkunsten 2025–2028 dan wel op grond van een meerjarige regeling van een van de andere Rijkscultuurfondsen;
g. als de aanvraag niet aan het bepaalde in deze regeling voldoet, waaronder het aantonen van een brede internationale positie
2. De subsidie wordt in ieder geval geweigerd:
a. voor zover de aanvrager in de aanvraag niet verklaart dat hij de Fair Practice Code, Governance Code Cultuur en de Code Diversiteit & Inclusie toepast;
b. als aan de aanvrager voor zijn kernactiviteit subsidie is of zal worden verleend op grond van de Regeling op het specifiek cultuurbeleid.
De subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door een rechtspersoon wiens kernactiviteit de organisatie van een concours is en daar artistiek en financieel eindverantwoordelijk voor is.
1. Aanvragen dienen uiterlijk 15 januari 2025 om 23.59 uur te zijn ontvangen
2. Een aanvraag wordt digitaal ingediend met behulp van een door het bestuur opgesteld formulier.
3. Een aanvraag wordt alleen in behandeling genomen als het volledig ingevulde aanvraagformulier tijdig is ontvangen door het Fonds Podiumkunsten en vergezeld gaat van de op het formulier vermelde bijlagen.
4. Per rechtspersoon kan maximaal 1 aanvraag worden ingediend.
1. Een aanvrager die in aanmerking wil komen voor een bijdrage op grond van deze regeling dient te kunnen aantonen dat deze minimaal twee edities in de periode van vijf jaar voorafgaande aan het indienen van de aanvraag van het betreffende concours heeft georganiseerd.
2. Een bijdrage op grond van deze regeling kan slechts worden toegekend indien:
a. het concours open staat voor deelnemers in de leeftijd van 18 tot 35 jaar;
b. het concours een divers samengestelde jury heeft van ten minste vijf leden waarvan het merendeel niet afkomstig is uit Nederland en een strikt (jury)reglement hanteert dat voorafgaand aan het concours gepubliceerd wordt;
c. gedurende een muziekconcours een finale wordt georganiseerd in samenwerking met een professioneel orkest of ensemble.
3. Het bestuur kan besluiten een aanvraag die niet voldoet aan de vereisten in het tweede lid in behandeling te nemen als de aanvrager slechts in beperkte mate niet voldoet aan de vereisten. Het bestuur kan in dat geval verplichtingen verbinden aan het besluit om de aanvraag te honoreren. Dit is afhankelijk van de mate waarin de aanvraag niet voldoet aan de vereisten uit het tweede lid.
1. Het subsidieplafond bedraagt 800.000 euro voor de gehele periode 2025–2028. Het beschikbare subsidiebedrag wordt verdeeld conform het bepaalde in deze regeling.
2. De subsidiehoogte voor een bijdrage binnen deze regeling bedraagt maximaal 40.000 euro per editie voor maximaal twee edities van het concours in de periode 2025 tot en met 2028.
3. Indien het subsidieplafond door toepassing van het bepaalde in de regeling wordt overschreden, worden de te verlenen subsidiebedragen per aanvraag naar rato verlaagd tot het niveau waarbinnen het totaal beschikbare bedrag volledig kan worden benut. Er wordt daarbij geen onderscheid gemaakt.
1. Voor subsidiering komen uitsluitend de volgende kosten in aanmerking:
a. personeelskosten;
b. voorbereiding en uitvoeringskosten;
c. kosten voor marketing en publiciteit;
d. bureau en huisvestingskosten.
2. Niet voor subsidiëring in aanmerking komen:
a. kosten voor activiteiten die op het moment van indiening van de aanvraag reeds zijn gerealiseerd;
b. structurele investeringen, zoals kosten die betrekking hebben op exploitatie, investeringen in accommodaties en de aanschaf van instrumenten;
c. kosten die redelijkerwijs niet voor subsidie in aanmerking komen.
3. Alle kosten moeten redelijk zijn gelet op de aard en omvang van het concours. Het bestuur kan een aanvrager opdragen kosten te onderbouwen met offertes.
1. De subsidieontvanger meldt onverwijld aan het bestuur als:
a. de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt niet of niet geheel zullen doorgaan;
b. niet geheel aan de subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan; of
c. er aanzienlijke artistieke of zakelijke wijzigingen zijn ten opzichte van het plan op basis waarvan subsidie is verstrekt.
2. De subsidieontvanger plaatst het logo of de naam van het Fonds Podiumkunsten op alle publiciteitsuitingen die betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteiten.
3. Het bestuur kan bij beschikking andere dan de in het eerste en tweede lid opgenomen verplichtingen aan de subsidie verbinden.
De subsidieontvanger stuurt gedurende de periode waarvoor de subsidie is verleend per editie van het concours en uiterlijk drie maanden na afloop daarvan een verantwoording in over de verrichte activiteiten waarmee kan worden aangetoond dat de gesubsidieerde activiteiten volgens plan hebben plaatsgevonden.
1. Het bestuur stelt de subsidie vast aan het einde van de subsidieperiode op basis van de verantwoording van de laatste editie in de periode 2025–2028.
2. Als de activiteiten zijn uitgevoerd en is voldaan aan alle aan de subsidie verbonden verplichtingen stelt het bestuur de subsidie binnen 22 weken overeenkomstig de verlening vast.
1. Als op enig moment blijkt dat niet is voldaan aan enige voorwaarde van deze regeling of enige aan de subsidie verbonden verplichting, kan het bestuur de subsidie intrekken, ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen of lager vaststellen.
2. De subsidieontvanger wordt vooraf geïnformeerd over een voornemen tot intrekking, wijziging of lagere vaststelling van de subsidie.
Subsidie wordt verleend onder voorbehoud van verstrekking van de bijbehorende middelen door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Vastgesteld in de vergadering van de Raad van Bestuur d.d. 9 december 2024
Talentontwikkeling en carrièrevorming zijn belangrijke onderwerpen voor het Fonds Podiumkunsten. Voor de podiumkunstensector is het van belang dat jonge talentvolle podiumkunstenaars zich ook buiten de eigen markt kunnen profileren. Concoursen vormen hiervoor een belangrijk platform of podium. De competitie alsmede het netwerk van de juryleden zorgen ervoor dat podiumkunstenaars de eerste stappen kunnen zetten naar een (inter)nationale carrière. De bestaande meerjarige regelingen van het Fonds zijn niet specifiek gericht op concoursen en sluiten daarom minder goed aan op de werkwijze van concoursen. Dit terwijl (uitzicht op) meerjarige financiering ook voor concoursen van belang is.
Deze regeling richt zich op internationale concoursen die in Nederland een belangrijk podium of platform zijn voor jonge talentvolle podiumkunstenaars om zich buiten de eigen markt te kunnen profileren. Zij brengen talenten samen en laten hen ‘meters maken’ voor elkaar, voor een jury en voor een breder publiek.
Met deze subsidie wil het Fonds Podiumkunsten een bijdrage leveren aan de ondersteuning van internationale concoursen.
Subsidie op grond van deze regeling wordt enkel verstrekt voor de periode van 2025 tot en met 2028.
Een aanvraag kan worden ingediend door een rechtspersoon die primair gericht is op het organiseren van internationale concoursen. Het gaat om internationale concoursen die zich richten op professionele podiumkunsten en beschikken over een aantoonbare professionele en internationale uitstraling, die zich ook vertaalt naar hun netwerk en het deelnemersveld. De concoursen stellen deelnemers in staat zich te presenteren in een programma van substantiële omvang en ondersteunen hen om zich voor en na het concours verder professioneel te kunnen ontwikkelen.
De kernactiviteit is het concours. Dat houdt in dat het concours geen onderdeel is van een evenement of festival. De aanvrager moet aantonen dat de hoofdactiviteit het concours is. Organisaties van concoursen worden daarnaast gekenmerkt door zelfstandigheid, professionaliteit en continuïteit, zonder dat sprake is van enig commercieel oogmerk. De organisatie dient in Nederland te zijn gevestigd.
Aanvragen binnen deze regeling worden voorts alleen in behandeling genomen indien aanvragers expliciet hebben aangegeven de drie culturele codes toe te passen (zie weigeringsgronden). In het bijzonder verwacht het Fonds van aanvragers dat zij een beloningsbeleid hanteren dat aansluit bij de principes van fair pay.
Om voor subsidie binnen de regeling in aanmerkingen te komen moet de aanvrager aantonen dat deze minimaal twee edities van het betreffende concours heeft georganiseerd in de laatste vijf jaar. Daarnaast wordt een bijdrage alleen toegekend als het concours open staat voor deelnemers in de leeftijd van 18 tot 35 jaar en dat deelnemers uit minstens vier landen participeren. Tevens dient de aanvrager aan te tonen dat het concours een divers samengestelde jury van ten minste vijf leden heeft uit meerdere landen, waarvan het merendeel niet afkomstig is uit Nederland. De jury dient ook een strikt (jury)reglement te hanteren dat voorafgaand aan het concours gepubliceerd wordt. Tot slot moet de aanvrager ook aantonen dat gedurende het concours een finale wordt georganiseerd in samenwerking met een professioneel orkest, ensemble of gezelschap, tenzij dit niet past bij de discipline.
De regeling is bedoeld voor internationale concoursen die podiumkunstenaars een podium of platform bieden om zich buiten de eigen markt te kunnen profileren. Het concours moet in Nederland plaatsvinden. De subsidie is voor (1) personeelskosten, (2) voorbereiding en uitvoeringskosten, (3) kosten voor marketing en publiciteit en (4) bureau en huisvestingskosten. Bij de personeelskosten moet de aard en de omvang van de dienstverbanden en contracten met freelancers redelijk zijn gelet op de inhoud en planning van het project. Voorbereidingskosten zijn kosten die worden gemaakt om het concours te organiseren; inclusief de in de sector gangbare salarissen, honoraria of onkostenvergoedingen, pensioenkosten en de kosten van verloning; uitvoeringskosten zijn kosten die gepaard gaan met het uitvoeren van het concours, de dagkosten. De kosten voor marketing en publiciteit zijn alle kosten die samenhangen met publieksbereik en -ontwikkeling en de verspreiding van de resultaten van het plan. Voor zover de aanvrager voor de uitvoering van het project elders (fondsen, overheden of sponsoren) gelden heeft aangevraagd of reeds toegezegd gekregen, meldt hij dit in de aanvraag inclusief de stand van zaken op het moment van indienen.
Aanvragen moeten worden ingediend met behulp van het online aanvraagformulier dat te vinden is op de website van het Fonds Podiumkunsten. De activiteiten moeten beknopt worden beschreven aan de hand van een aantal door het Fonds geformuleerde vragen. De aanvraag en de daarbij behorende informatie is leidend voor de toetsing of de aanvrager in aanmerking komt voor subsidie. Het is dus van belang dat de aanvraag helder is en een goed beeld geeft van de activiteiten die een aanvrager wil ondernemen.
Alleen als de aanvraag op tijd is ingediend, het aanvraagformulier juist is ingevuld en alle gevraagde informatie is bijgesloten, wordt de aanvraag in behandeling genomen. Om alle aanvragers gelijke kansen te geven, wordt de uiterste indiendatum strikt gehanteerd. Nagezonden informatie wordt om die reden niet meegenomen in de beoordeling. Verder vraagt het Fonds Podiumkunsten geen informatie op als de aanvraag onvoldoende helder is. Hierop worden geen uitzonderingen gemaakt.
Het Fonds streeft ernaar om uiterlijk binnen 13 weken na de uiterste indiendatum een besluit te nemen.
Er is een budget beschikbaar van 800.000 euro voor de gehele periode 2025 – 2028. Indien het subsidieplafond door toepassing van het bepaalde in de regeling wordt overschreden, worden de te verlenen subsidiebedragen per aanvraag naar rato verlaagd tot het niveau waarbinnen het totaal beschikbare bedrag volledig kan worden benut. Er wordt daarbij geen onderscheid gemaakt.
Alle veranderingen die wezenlijk zijn voor de subsidiëring moeten worden gemeld. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als bepaalde activiteiten komen te vervallen, als er sprake is van wijzigingen ten aanzien van de artistiek verantwoordelijken of als er aanzienlijke veranderingen zijn in de financiering van de activiteiten. Ook kan in het subsidiebesluit een verplichting zijn opgenomen op grond waarvan specifieke zaken gemeld moeten worden.
Als achteraf blijkt dat er sprake is van een wezenlijke verandering die niet is gemeld, of niet is voldaan aan enige voorwaarde van deze regeling of enige aan de subsidie verbonden verplichting, kan het bestuur van het Fonds Podiumkunsten besluiten de voor de periode 2025- 2028 verleende subsidie lager (of op nihil) vast te stellen, de subsidie in te trekken of ten nadele van de subsidieontvanger te wijzigen. Dit is geheel voor risico van de aanvrager. In geval van twijfel kan een aanvrager contact opnemen met het Fonds Podiumkunsten om te bepalen of sprake is van een wezenlijke wijziging.
Uitgangspunt is dat het plan zoals dat is ingediend, wordt uitgevoerd. De periode van vier jaar geldt als een geheel. De beoordeling of een instelling aan de eisen heeft voldaan, wordt pas aan het einde van die periode in een keer uitgevoerd.
Subsidies dienen verantwoord te worden. De verantwoording gebeurt gedurende de periode waarvoor de subsidie is verleend door per editie van het concours en uiterlijk drie maanden na afloop daarvan een verantwoording in te dienen over de verrichte activiteiten waarmee kan worden aangetoond dat de gesubsidieerde activiteiten volgens plan hebben plaatsgevonden. Daarnaast zijn aanvragers verplicht om in hun verantwoording te reflecteren op de toepassing van de Code Diversiteit & Inclusie en de Fair Practice Code waaronder specifiek de toepassing van fair pay in zowel de eigen organisatie als bij de uitbetaling van gages, honoraria en uitkoopsommen. Richtlijnen voor het opstellen van de verantwoording worden gepubliceerd op de website van het Fonds Podiumkunsten.
Op deze subsidie is het Algemeen Reglement van het Fonds Podiumkunsten van toepassing. Het
Algemeen Reglement bevat onder andere verplichtingen en voorwaarden voor subsidiëring en verantwoording.
Het algemeen reglement is hier te vinden: https://wetten.overheid.nl/BWBR0030539/2020-05-16
Deze toelichting moet worden gelezen in combinatie met de Regeling Internationale concoursen Fonds Podiumkunsten 2025–2028. Als u vragen hebt of meer informatie wilt, kunt u contact met het Fonds Podiumkunsten opnemen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2024-41861.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.