Wijziging bijlage bij Richtlijn bestuurlijke strafbeschikkingsbevoegdheid fysieke leefomgevingsfeiten (art. 257ba, tweede lid, Sv) van het College van procureurs-generaal (Stcrt. 2023, 34329)

De bijlage bij de richtlijn wordt in zijn geheel vervangen. De tekst van de richtlijn blijft ongewijzigd. De nieuwe bijlage geldt met ingang van 1 januari 2025.

Bijlage bij Richtlijn bestuurlijke strafbeschikkingsbevoegdheid fysieke leefomgevingsfeiten (art. 257ba Sv)
           

Feit

 

Overtreden artikel

 

Tarief in euro per feit en categorie

                   

1

2

Bestuurlijke strafbeschikking fysieke leefomgevingsfeiten

         

Categorie-indeling F:

1- Natuurlijk persoon;

2- Rechtspersoon.

         

Nummers BO 001 – BO 002: Besluit activiteiten leefomgeving – Afvalstoffen

         
   

BO

001

   

het op of in de bodem brengen van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen zonder benodigde omgevingsvergunning: 1–5 m3

 

3.40c Bal

 

410

3.000

   

BO

002

   

het op of in de bodem brengen van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen zonder benodigde omgevingsvergunning: 5–10 m3

 

3.40c Bal

 

1.500

6.000

Nummers BO 010 – BO 023: Wet Milieubeheer – Afvalstoffen

         
   

BO

010

   

het storten, anderszins op of in de bodem te brengen of verbranden van niet-afgegeven of niet-ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen: 1–5 m3

 

10.2 Wm

 

410

3.000

   

BO

011

   

het storten, anderszins op of in de bodem brengen of verbranden van niet-afgegeven of niet-ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen: 5–10 m3

 

10.2 Wm

 

1.500

6.000

   

BO

012

   

zich door afgifte aan een ander hebben ontdaan van bedrijfsafvalstoffen; max. 10 m3

 

10.37 lid 1 Wm

 

750

3.000

   

BO

013

   

niet registreren van één of meer gegevens als bedoeld in artikel 10.38 lid 1 Wet milieubeheer bij afgifte van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen

 

10.38 lid 1 Wm

 

1.000

2.000

   

BO

014

   

geen melding maken met betrekking tot afgifte van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen aan het bevoegd gezag

 

10.38 lid 3 Wm

 

1.000

2.000

   

BO

015

   

niet verstrekken van een begeleidingsbrief, welke ten minste de gegevens bevat die zijn genoemd in artikel 10.39 lid 1 onder a en 10.38 lid 1 van de Wet milieubeheer bij afgifte van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke stoffen aan een persoon als bedoeld in artikel 10.37 lid 2 onder a tot en met e Wet milieubeheer

 

10.39 lid 2 Wm

 

1.000

2.000

   

BO

016

   

niet melden van afgifte van bedrijfsafvalstoffen aan het bevoegd gezag door een persoon als bedoeld in art. 10.37 lid 2 onder a of b van de Wet milieubeheer

 

10.40 lid 1 Wm

 

1.000

2.000

   

BO

017

   

in ontvangst nemen van bedrijfsafvalstoffen door een persoon als bedoeld in artikel 10.37, lid 2, onder a of b Wet milieubeheer zonder dat daarbij een omschrijving en een begeleidingsbrief als bedoeld in artikel 10.39 lid 1 onder a en b Wet milieubeheer worden verstrekt

 

10.37 jo 10.39 Wm

 

1.000

2.000

   

BO

018

   

tijdens het vervoer van bedrijfsafvalstoffen geen begeleidingsbrief als bedoeld in artikel 10.39 Wet milieubeheer aanwezig hebben, zolang degene die afvalstoffen onder zich heeft

 

10.44 lid 1 Wm

 

1.000

2.000

   

BO

019

   

bedrijfsafvalstoffen inzamelen zonder vermelding op een lijst van inzamelaars

 

10.45 lid 1 onder a Wm

 

1.000

2.000

   

BO

020

   

zich niet houden aan de voorschriften bij de inzamelvergunning

 

18.18 Wm jo 10.49 lid 2 Wm

 

750

2.000

   

BO

021

   

zonder vermelding als vervoerder op de lijst van vervoerders bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen voor anderen tegen vergoeding vervoeren

 

10.55 lid 1 onder a Wm

 

750

1.000

   

BO

022

   

zonder vermelding als handelaar op de lijst van handelaars bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen verhandelen

 

10.55 lid 1 onder b Wm

 

750

2.000

   

BO

023

   

zonder vermelding als bemiddelaar op de lijst van bemiddelaars ten behoeve van anderen bemiddelen bij het beheer van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen

 

10.55 lid 1 onder c Wm

 

750

2.000

Nummers BO 025 – BO 027: Besluit activiteiten leefomgeving – Bouwstoffen

         
   

BO

025

   

aanbrengen van bouwstoffen terwijl een milieuverklaring bodemkwaliteit die betrekking heeft op de toe te passen bouwstoffen, niet beschikbaar is

 

4.1259 Bal

 

1.500

5.000

   

BO

026

   

vervaardigen en/of invoeren en/of voor toepassing in Nederland en/of voor handelsdoeleinden voor de Nederlandse markt voorhanden hebben en/of vervoeren en/of aan een ander ter beschikking stellen en/of toepassen van bouwstoffen terwijl niet (uit een milieuverklaring bodemkwaliteit): blijkt dat de kwaliteit van de bouwstoffen voldoet aan de daarvoor geldende kwaliteitseisen die gelden voor verontreinigende stoffen of andere parameters

 

25h lid 1 sub a en b juncto 25d lid 1 Bbk juncto 4.1259 lid 1 sub a Bal

 

1.500

5.000

   

BO

027

   

vervaardigen en/of invoeren en/of voor toepassing in Nederland en/of voor handelsdoeleinden voor de Nederlandse markt voorhanden hebben en/of vervoeren en/of aan een ander ter beschikking stellen en/of toepassen van bouwstoffen terwijl niet: een afleverbon bij de desbetreffende partij voorhanden is die de vereiste gegevens over de herkomst bevat

 

25h lid 1 sub c Bbk juncto 4.1259 lid 1 onder b Bal

 

1.000

2.000

Nummer BO 030 – BO 033: Besluit Bodemkwaliteit – Bouwstoffen

         
   

BO

031

   

vervaardigen en/of invoeren en/of voor toepassing in Nederland en/of voor handelsdoeleinden voor de Nederlandse markt voorhanden hebben en/of vervoeren en/of aan een ander ter beschikking stellen van bouwstoffen terwijl geen milieuverklaring bodemkwaliteit beschikbaar is waarmee kan worden aangetoond dat bouwstoffen voldoen aan de voor bouwstoffen geldende kwaliteitseisen, bedoeld in artikel 25d, eerste lid onderdeel a en b Bbk

 

25h lid 1 onder b i.c.m. 25e lid 1 Bbk juncto 4.1259 lid 1 onder b Bal

 

1.500

5.000

   

BO

032

   

vervaardigen en/of invoeren en/of voor toepassing in Nederland en/of voor handelsdoeleinden voor de Nederlandse markt voorhanden hebben en/of vervoeren en/of aan een ander ter beschikking stellen van bouwstoffen terwijl geen afleverbon aanwezig is in gevallen waarin deze conform ministeriële regeling bij de afgifte van de milieuverklaring bodemkwaliteit moet worden verstrekt

 

25h lid 1 onder c i.c.m. 25h lid 2 Bbk juncto 4.1259 lid 1 onder b Bal

 

1.000

2.000

Nummers BO 035 – BO 038: Besluit activiteiten leefomgeving – Baggerspecie

         
   

BO

035

   

toepassen van grond of baggerspecie in het kader van functionele toepassingen als bedoeld in artikel 4.1269, tweede lid, a tot en met e en g, en derde lid, onder a en c, op de landbodem zonder dat de toegepaste grond of baggerspecie voldoet aan de kwaliteitseisen, bedoeld in artikel 25d, vierde lid, van het Besluit bodemkwaliteit

 

4.1272 lid 1 onder a en b Bal

 

1.800

5.000

   

BO

036

   

op of in de bodem of in een oppervlaktewaterlichaam toepassen van grond en/of baggerspecie zonder dat ten minste een week voor het begin daarvan melding te maken aan het bevoegd gezag melden: tot en met 250 m3

 

4.1266 lid 1 Bal

 

1.000

5.000

   

BO

037

   

niet ten minste een week voor het begin van het op of in de bodem toepassen van grond en/of baggerspecie het bevoegd gezag verstrekken van de gegevens en bescheiden, bedoeld in artikel 4.1267, eerste lid, Besluit activiteiten leefomgeving: tot en met 250 m3

 

4.1267 lid 1 Bal

 

250

1.500

   

BO

038

   

op of in de bodem of in een oppervlaktewaterlichaam toepassen van grond en/of baggerspecie zonder dat ten minste een week voor het begin daarvan melding te maken aan het bevoegd gezag melden: meer dan 250 m3

 

4.1266 lid 1 Bal

 

1.500

7.500

Nummers BO 040 – BO 047: Besluit bodemkwaliteit – Baggerspecie

         
   

BO

040

   

een werkzaamheid uitvoeren in strijd met het daarvoor geldende normdocument

 

18 lid 1 Bbk

 

1.000

5.000

   

BO

041

   

uitvoeren van een werkzaamheid zonder daartoe verleende erkenning bodemkwaliteit

 

15 lid 1 Bbk

 

1.800

5.000

   

BO

042

   

gebruiken of aan een ander ter beschikking stellen van een resultaat van een werkzaamheid wetend of vermoedend dat dit resultaat, gelet op het doel waarvoor dit wordt gebruikt, geen betrouwbaar beeld verschaft van de eigenschappen, aard, hoedanigheid of samenstelling van de bodem, grond, baggerspecie of bouwstof

 

16 Bbk

 

1.800

5.000

   

BO

044

   

geen milieuverklaring bodemkwaliteit aanwezig hebben bij een partij grond en/of baggerspecie

 

4.1267 lid 1 sub d Bal

 

1.800

5.000

Nummers BO 050 – BO 051: Besluit activiteiten leefomgeving – Oppervlaktelichaam

         
   

BO

051

   

het niet onverwijld informeren van het bevoegd gezag over een ongewoon voorval als bedoeld in artikel 2.21 van het Besluit activiteiten leefomgeving voor zover het betreft een door een activiteit veroorzaakte verontreiniging of aantasting van de bodem of oever van een oppervlaktewaterlichaam

 

2.21 Bal

 

1.500

3.000

Nummers BO 055 – BO 058: Besluit activiteiten leefomgeving en Waterschapverordening – Lozen

         
   

BO

055

   

bij het lozen op een oppervlaktewaterlichaam ten gevolge van reinigen of conserveren van bouwwerken niet of onvoldoende treffen van maatregelen om het in dat oppervlaktewaterlichaam lozen van stoffen te voorkomen dan wel zoveel mogelijk te beperken

 

6.23 en 7.22 Bal/waterschapsverordening

 

1.000

2.000

   

BO

056

   

niet in een werkinstructie beschrijven van de maatregelen die worden getroffen om het lozen in een oppervlaktelichaam ten gevolge van het bouwen, renoveren of slopen van bouwwerken te voorkomen

 

6.24, aanhef en onder a, en 7.23, aanhef en onder a, Bal/waterschapsverordening

 

500

1.500

   

BO

058

   

lozen op een oppervlaktewaterlichaam van grondwater bij ontwatering terwijl het gehalte onopgeloste stoffen in enig steekmonster meer dan 50 milligram per liter bedraagt

 

4.1 lid 1 Ow juncto waterschapverordening

 

250

500

Nummers BO 060- BO 061: Besluit activiteiten leefomgeving – Lozen afvalwater

         
   

BO

060

   

bij het lozen van huishoudelijk afvalwater op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij het Rijk niet voldoen aan de emissiegrenswaarden

 

6.43, lid 2, en 7.52, lid 2 Bal

 

500

750

   

BO

061

   

bij het lozen van huishoudelijk afvalwater in de Noordzee niet voldoen aan de emissiegrenswaarden

 

7.48 en 7.52 lid 2 Bal

 

500

750

Nummer BO 065: Besluit activiteiten leefomgeving en Waterschapsverordening – Lozen afvalwater

         
   

BO

065

   

huishoudelijk afvalwater niet voorafgaand aan het lozen in een oppervlaktewaterlichaam door een zuiveringsvoorziening geleiden

 

6.43, 7.53 Bal/waterschapsverordening

 

500

750

Nummer BO 066: Besluit activiteiten leefomgeving – Opslagtank

         
   

BO

066

   

bij bovengrondse opslagtank niet ten minste eenmaal per jaar laten beoordelen en goedkeuren van de kathodische bescherming van ondergrondse leidingen van staal door een geaccrediteerde inspectie-instantie volgens NEN-EN-ISO/IEC 17020 voor AS SIKB 6800

 

4.934 lid 1 Bal

 

500

1.000

Nummers BO 070 – BO 076: Besluit activiteiten leefomgeving – Leidingen

         
           

een bovengrondse opslagtank, en de daarop aangesloten leidingen voor het opslaan van gasolie, diesel of huisbrandolie met een vlampunt van 55°C of hoger, vloeistoffen van ADR-klasse 5.1, ADR-klasse 8, verpakkingsgroep II of III, of ADR-klasse 9, die het aquatisch milieu verontreinigen, oliën of vetten die niet van ADR-klasse 3 zijn of pekel

     

1.000

1.500

   

BO

070

   

– niet geïnstalleerd door een gecertificeerde onderneming

 

4.929 Bal

 

1.500

3.000

   

BO

071

   

– is niet gerepareerd door een gecertificeerde onderneming

 

4.929 Bal

 

1.500

3.000

   

BO

072

   

– is niet onderhouden door een gecertificeerde onderneming

 

4.929 Bal

 

1.500

3.000

   

BO

073

   

– is niet beoordeeld door een gecertificeerde onderneming

 

4.938 Bal

 

1.500

3.000

   

BO

074

   

– is niet goedgekeurd door een gecertificeerde onderneming

 

4.938 Bal

 

1.500

3.000

   

BO

075

   

– ondergrondse leiding niet beoordeeld en goedgekeurd door een inspectie-instantie met een erkenning voor AS SIKB

 

4.938, lid 3 Bal

 

500

1.000

   

BO

076

   

– ondergrondse leidingen met vloeibare gevaarlijke stoffen van ADR klasse 3 geïnstalleerd, onderhouden en gerepareerd door een erkende onderneming.

 

4.917 lid 3 Bal

 

1.500

3.000

Nummers BO 080 – BO 086: Omgevingswet – Besluit activiteiten leefomgeving en Waterregeling – Vergunning beperkingengebiedactiviteit

         
   

BO

080

   

zonder daartoe strekkende vergunning van Onze Minister als bedoeld in artikel 5.1 van de Omgevingswet een beperkingengebiedactiviteit verrichten met betrekking tot een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij het Rijk dat geen kanaal is verrichten

 

6.17 Bal

 

500

1.500

   

BO

081

   

zonder daartoe strekkende vergunning van Onze Minister als bedoeld in artikel 5.1 van de Omgevingswet een beperkingengebiedactiviteit met betrekking tot een waterkering in beheer bij het Rijk verrichten

 

6.18 Bal

 

500

1.500

   

BO

082

   

niet ten minste vier weken voor het begin ervan een beperkingengebiedactiviteit met betrekking tot een waterstaatswerk in beheer bij het Rijk, die niet als vergunningplichtig is aangewezen in artikel 6.17 of 6.18 van het Besluit activiteiten leefomgeving, melden aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat

 

6.19 lid 1 juncto 6.16 lid 1 Bal

 

500

1.500

   

BO

083

   

niet ten minste vier weken voor het begin ervan een beperkingengebiedactiviteit met betrekking tot een waterstaatswerk in beheer bij het Rijk, die niet als vergunningplichtig is aangewezen in artikel 6.29 of 6.30 van het Besluit activiteiten leefomgeving, melden aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat

 

6.31 lid 1 juncto 6.27 lid 1 Bal

 

500

1.500

   

BO

084

   

niet ten minste vier weken voor het begin ervan een beperkingengebiedactiviteit met betrekking tot een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij het Rijk, die niet als vergunningplichtig is aangewezen in artikel 6.58 van het Besluit activiteiten leefomgeving, melden aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat

 

6.60 lid 1 Bal

 

500

1.500

   

BO

085

   

niet voldoen aan de verplichting dat de debietmeet- en/of bemonsteringsvoorzieningen: in goede staat verkeren

 

7.6 Waterregeling

 

500

1.000

   

BO

086

   

niet voldoen aan de verplichting dat de debietmeet- en/of bemonsteringsvoorzieningen: overeenkomstig de voorschriften van de leverancier zijn geïnstalleerd en/of onderhouden

 

7.6 Waterregeling

 

500

1.000

Nummers BO 089 – BO 100: Besluit activiteiten leefomgeving – Badinrichtingen en zwemgelegenheden

         
   

BO

089

   

in badwaterbassins waarin het water wordt gedesinfecteerd niet dagelijks op elementair chloor, gebonden chloor, zuurgraad en doorzicht meten als bedoeld in artikel 15.20, eerste lid, Besluit activiteiten leefomgeving

 

15.20 lid 1 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

090

   

in zwemvijvers niet dagelijks meten op doorzicht, zuurgraad en zuurstofverzadiging als bedoeld in artikel 15.38, eerste lid, Besluit activiteiten leefomgeving

 

15.38 lid 1 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

091

   

in overige badwaterbassins niet dagelijks meten op doorzicht als bedoeld in artikel 15.57, eerste lid, Besluit activiteiten leefomgeving

 

15.57 lid 1 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

092

   

het niet ten minste zo vaak laten meten van het water in zwemvijvers als bedoeld in artikel 15.39 tweede tot en met vierde lid van het Besluit activiteiten leefomgeving door een laboratorium met een accreditatie volgens NEN-EN-ISO/IEC 17025

 

15.39 lid 2, 3 en 4 Bal

 

1.500

1.500

   

BO

097

   

het niet ten minste vier weken voor het begin van het gelegenheid bieden tot zwemmen of baden in een badwaterbassin waarin het water wordt gedesinfecteerd melden aan het bevoegd gezag dat die activiteit verricht zal gaan worden

 

15.13 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

098

   

het niet ten minste vier weken voor het begin van het gelegenheid bieden tot zwemmen of baden in een zwemvijver melden aan het bevoegd gezag dat die activiteit verricht zal gaan worden

 

15.31 Bal

 

1.000

2.000

Nummers BO 101 – BO 106: Besluit activiteiten leefomgeving – Mest

         
   

BO

101

   

opslaan van vaste mest, champost of dikke fractie anders dan pluimveemest op een aaneengesloten bodemvoorziening waarbij de vloeistoffen die vrijkomen niet of niet volledig worden opgevangen

 

4.838 lid 1, aanhef en onder a, Bal

 

500

750

   

BO

102

   

opslaan van vaste mest, champost of dikke fractie anders dan pluimveemest op een niet aaneengesloten bodemvoorziening of een onvoldoende dikke absorberende laag

 

4.838 lid 1 Bal

 

500

750

   

BO

103

   

opslaan van vaste mest, champost of dikke fractie op een voldoende dikke absorberende laag: meer dan zes maanden op één plek of niet of onvoldoende tegen inregenen beschermd

 

4.838 lid 1, aanhef en onder b, en lid 2, aanhef en onder c, Bal

 

500

750

   

BO

104

   

opslaan van gedroogde pluimveemest: buiten een gebouw of buiten een afgedekte container of op een onvoldoende dikke absorberende laag

 

4.838 lid 2 Bal

 

500

750

   

BO

105

   

opslaan van gedroogde pluimveemest in een gebouw: zonder of onvoldoende bescherming tegen weersinvloeden, zonder aaneengesloten bodemvoorziening of onvoldoende ventilatie om condensvorming te voorkomen

 

4.838 lid 2 aanhef en onder a Bal

 

500

750

   

BO

106

   

opslaan van gedroogde pluimveemest in een afgedekte container zonder dat de pluimveemest elke twee weken wordt afgevoerd

 

4.838, lid 2, aanhef en onder b. Bal

 

500

750

Nummers BO 110 – BO 117: Besluit activiteiten leefomgeving – Gewasbescherming

         
   

BO

110

   

lozen van condenswater waarin gewasbeschermingsmiddelen of biociden zijn toegepast en in de kas geen sprake is van alleen biologische productiemethoden

 

4.791t Bal

 

500

1.000

   

BO

111

   

niet overleggen van de rapportage van het voorgaande kalenderjaar zoals bedoeld in artikel 4.791fa of 4.791o Besluit activiteiten leefomgeving

 

4.791fa en 4.791o Bal

 

250

500

   

BO

112

   

bij gebruik gewasbeschermingsmiddelen toepassen van een techniek die niet voldoet aan de driftreductie van 75% bedoeld in artikel 4.723c Besluit activiteiten leefomgeving

 

4.723c lid 1 Bal

 

500

900

   

BO

113

   

niet in acht nemen van een teeltvrije zone langs een oppervlaktewaterlichaam bij gebruik gewasbeschermingsmiddelen

 

4.723d lid 1 Bal

 

500

900

   

BO

114

   

op braakliggend terrein gewasbeschermingsmiddelen gebruiken binnen een afstand van 50 centimeter vanaf de insteek van een oppervlaktewaterlichaam

 

4.723h Bal

 

500

900

   

BO

116

   

op braakliggend terrein meststoffen gebruiken binnen een afstand van 50 centimeter vanaf de insteek van een oppervlaktewaterlichaam

 

4.723j Bal

 

500

900

   

BO

117

   

lozen van afvalwater, afkomstig van het spoelen van gewassen in een vuilwaterriool terwijl het gehalte aan onopgeloste stoffen in enig steekmonster meer bedraagt dan 300 milligram per liter

 

4.748 Bal

 

500

900

Nummers BO 120 – BO 125: Besluit activiteiten leefomgeving – Kuilvoer

         
   

BO

120

   

kuilvoer of vaste bijvoedermiddelen die niet in plastic folie zijn verpakt niet opslaan op een elementenvoorziening waarbij de vloeistoffen die vrijkomen worden opgevangen

 

4.844 Bal

 

500

900

   

BO

121

   

lozen van afvalwater afkomstig van de bodembeschermende voorziening voor opslag van kuilvoer of vaste bijvoedermiddelen op of in de bodem of op een oppervlaktewaterlichaam dat in contact is geweest met het kuilvoer of vaste bijvoedermiddelen

 

4.846 aanhef en onder a Bal

 

500

900

   

BO

122

   

lozen van afvalwater afkomstig van de bodembeschermende voorziening voor opslag van kuilvoer of vaste bijvoedermiddelen op of in de bodem of op een oppervlaktewaterlichaam dat is vermengd met uit het kuilvoer of vaste bijvoedermiddelen vloeiende vloeistoffen

 

4.846 aanhef en onder b Bal

 

500

900

   

BO

123

   

opslaan van gebruikt substraatmateriaal op een niet aaneengesloten bodemvoorziening

 

4.851 Bal

 

500

900

   

BO

124

   

lozen van afvalwater afkomstig van de bodembeschermende voorziening voor de opslag van gebruikt substraatmateriaal op of in de bodem of op een oppervlaktewaterlichaam dat in contact is geweest met het gebruikt substraatmateriaal

 

4.853 aanhef en onder a Bal

 

500

900

   

BO

125

   

lozen van afvalwater afkomstig van de bodembeschermende voorziening voor de opslag van gebruikt substraatmateriaal op of in de bodem of op een oppervlaktewaterlichaam dat is vermengd met uit het gebruikt substraatmateriaal vloeiende vloeistoffen

 

4.853 aanhef en onder b Bal

 

500

900

Nummers BO 130 – BO 132: Besluit activiteiten leefomgeving – Houtopstanden

         
   

BO

130

   

vellen van een houtopstand, met uitzondering van periodiek vellen van griend en/of hakhout, zonder voorafgaande melding aan het bevoegd gezag (max. 1 hectare)

 

11.126 Bal

 

1.000

4.000

   

BO

131

   

als rechthebbende van grond, waarop een houtopstand, met uitzondering van periodiek vellen van griend en/of hakhout, is geveld of op andere wijze tenietgegaan, niet voldoen aan verplichting binnen een tijdvak van drie jaren na de velling of het tenietgaan van de houtopstand te herbeplanten op bosbouwkundig verantwoorde wijze (max. 1 hectare)

 

11.128 lid 1 Bal

 

1.000

4.000

   

BO

132

   

als rechthebbende van grond, waarop een houtopstand, met uitzondering van periodiek vellen van griend en/of hakhout, is geveld of op andere wijze tenietgedaan, niet voldoen aan verplichting beplanting die niet is aangeslagen binnen drie jaren te vervangen (max. 1 hectare)

 

11.128 lid 2 Bal

 

1.000

2.000

Nummers BO 135 – BO 136: Besluit activiteiten leefomgeving – Ongediertebestrijding

         
   

BO

135

   

niet voorkomen dat een of meer dieren, zijnde muizen en/of ratten, onnodig lijden door deze dieren te vangen en/of doden met lijm en/of te vangen met vangkooien (max. 3 dieren)

 

11.28 Bal

 

400

700

   

BO

136

   

niet voorkomen dat een of meer dieren, zijnde muizen en/of ratten, onnodig lijden door deze dieren te vangen en/of doden met lijm en/of te vangen met vangkooien (meer dan 3 dieren)

 

11.28 Bal

 

700

1.300

Nummers BO 140 – BO 143: Besluit activiteiten leefomgeving – Invoeren binnen of buiten het Nederlands grondgebied

         
   

BO

140

   

CITES bijlage A product van plant of dier, medicijn, maximaal 3 stuks, binnen of buiten het grondgebied van Nederland brengen of onder zich hebben: opzettelijk

 

11.93 lid 1 Bal

 

500

1.000

   

BO

141

   

CITES bijlage A, product van plant of dier, souvenir/gebruiksvoorwerp, maximaal 3 stuks, binnen of buiten het grondgebied van Nederland brengen of onder zich hebben: opzettelijk

 

11.93 lid 1 Bal

 

500

1.000

   

BO

142

   

CITES bijlage B/C product van plant of dier, medicijn, geringe hoeveelheid, maximaal 3 stuks, binnen of buiten het grondgebied van Nederland brengen of onder zich hebben: opzettelijk

 

11.93 lid 1 Bal

 

300

600

   

BO

143

   

CITES bijlage B/C, product van plant of dier, souvenir/gebruiksvoorwerp, maximaal 3 stuks, binnen of buiten het grondgebied van Nederland brengen of onder zich hebben: opzettelijk

 

11.93 lid 1 Bal

 

300

600

Nummers BO 145 – BO 158: Besluit activiteiten leefomgeving – Vuurwerk

         
   

BO

145

   

andere werkzaamheden in de (buffer)bewaarplaats verrichten dan volgens artikel 4.1045, eerste lid, Besluit activiteiten leefomgeving is toegestaan: locatie voor het opslaan t/m 10.000 kg

 

4.1045 lid 1 Bal

 

1.500

1.500

   

BO

146

   

andere werkzaamheden in de (buffer)bewaarplaats verrichten dan volgens artikel 4.1045, eerste lid, Besluit activiteiten leefomgeving is toegestaan: locatie voor het opslaan vanaf 10.000 kg

 

4.1045 lid 1 Bal

   

6.000

   

BO

147

   

de deur van de (buffer)bewaarplaats niet gesloten houden anders dan ten tijde van het inbrengen of uitbrengen van vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik: locatie voor het opslaan t/m 10.000 kg

 

4.1036, lid 2, onderdeel f, onder 4 Bal

 

1.500

1.500

   

BO

148

   

de deur van de (buffer)bewaarplaats niet gesloten houden anders dan ten tijde van het inbrengen of uitbrengen van vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik: locatie voor het opslaan van meer dan 10.000 kg

 

4.1036, lid 2, onderdeel f, onder 4 Bal

   

6.000

   

BO

149

   

in de (buffer)bewaarplaats geen gangpad van ten minste 75 cm breed hebben: locatie voor het opslaan t/m 10.000 kg

 

4.1045 lid 2, onderdeel b Bal

 

1.500

1.500

   

BO

150

   

in de (buffer)bewaarplaats geen gangpad van ten minste 75 cm breed hebben: locatie voor het opslaan van meer dan 10.000 kg

 

4.1045 lid 2, onderdeel b Bal

   

6.000

   

BO

151

   

buiten de openingstijden in een ruimte voor verkoop aan particulieren, anders dan ten hoogste 200 kg vuurwerk van categorie F1 of fop- en schertsvuurwerk aanwezig hebben: locatie voor het opslaan t/m 10.000 kg

 

4.1046, lid 2, Bal

 

1.500

1.500

   

BO

152

   

buiten de openingstijden in een ruimte voor verkoop aan particulieren, anders dan ten hoogste 200 kg vuurwerk van categorie F1 of fop- en schertsvuurwerk aanwezig hebben: locatie voor het opslaan van meer dan 10.000 kg

 

4.1046, lid 2, Bal

   

6.000

   

BO

153

   

het niet voldoen aan de constructie-eisen terwijl vuurwerk aanwezig is: inrichtingen t/m 10.000 kg

 

4.1036 lid 1 Bal

 

1.800

2.000

   

BO

154

   

het niet voldoen aan de voorschriften m.b.t. brandveiligheidsinstallatie terwijl vuurwerk aanwezig is: locatie voor het opslaan t/m 10.000 kg

 

4.1047 lid 1 Bal

 

1.800

2.000

   

BO

155

   

het niet voldoen aan de voorschriften m.b.t. brandveiligheidsinstallatie terwijl vuurwerk aanwezig is: locatie voor het opslaan van meer dan 10.000 kg

 

4.1047 lid 1 Bal

   

6.000

   

BO

156

   

in een (buffer)bewaarplaats bestemd voor vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik andere goederen opslaan: locatie voor het opslaan t/m 10.000 kg

 

4.1045, lid 1, Bal

 

1.500

1.500

   

BO

157

   

in een (buffer)bewaarplaats bestemd voor vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik andere goederen opslaan: locatie voor het opslaan van meer dan 10.000 kg

 

4.1045, lid 1, Bal

   

6.000

   

BO

158

   

als degene die vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik opslaat het niet onverwijld toegankelijk hebben van de gegevens over de ADR-klasse van het vuurwerk of de pyrotechnische artikelen voor theatergebruik

 

4.1034 lid 2 onderdeel a Bal

   

1.500

Nummers BO 160 – BO 164: Vuurwerkbesluit – Vuurwerk

         
   

BO

160

   

in strijd met artikel 1.2.5 Vuurwerkbesluit het laten staan en het laten liggen van een vervoermiddel waarin of waarop zich vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik bevinden

 

1.2.5 lid 1 onder a. Vwb

 

1.800

5.000

   

BO

161

   

per levering meer dan 25 kg consumentenvuurwerk aan een particulier ter beschikking stellen binnen de vastgestelde data genoemd in artikel 2.3.2 lid 2 van het Vuurwerkbesluit

 

2.3.3 Vwb

 

500

1.000

   

BO

162

   

in strijd met artikel 1.2.5 Vuurwerkbesluit niet ononderbroken een vervoermiddel met vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik beladen en/of daaruit lossen

 

1.2.5 lid 1 onder b Vwb

 

1.800

5.000

   

BO

163

   

anders dan de situatie als bedoeld in artikel 2.3.6 Vuurwerkbesluit en zonder daartoe verleende vergunning vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik tot ontbranding brengen, ten behoeve daarvan opbouwen, installeren, bewerken, dan wel na ontbranding verwijderen

 

3B.1 lid 1 Vwb

 

1.800

5.000

   

BO

164

   

het in de handel brengen van vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik zonder dat hier overeenkomstig artikel 1A.4.2 Vuurwerkbesluit een EU-conformiteitsverklaring is opgesteld

 

1A.2.1 lid 4 Vwb

   

1.000

Nummers BO 170 – BO 172: Besluit activiteiten leefomgeving – Milieubelastende activiteit

         
   

BO

170

   

niet onverwijld informeren van het bevoegd gezag over een ongewoon voorval op een locatie waar een milieubelastende activiteit wordt verricht, niet zijnde een locatie waarop een Seveso-inrichting wordt geëxploiteerd

 

2.21 Bal

 

1.500

5.500

   

BO

171

   

niet (tijdig) verstrekken van voorgeschreven gegevens en bescheiden met betrekking tot een ongewoon voorval aan het bevoegd gezag op een locatie waar een milieubelastende activiteit wordt verricht, niet zijnde een locatie waarop een Seveso-inrichting wordt geëxploiteerd

 

2.22 Bal

 

1.500

3.000

   

BO

172

   

niet in een gesloten ruimte proefdraaien van verbrandingsmotoren op het terrein waarop een milieubelastende activiteit wordt verricht

 

4.368 Bal

 

550

1.000

Nummers BO 180 – BO 197: Besluit activiteiten leefomgeving – Overig

         
   

BO

180

   

niet aanwezig hebben van een werkinstructie over de procedures van acceptatie en controle van ontvangen afvalstoffen, in verband met doelmatig beheer van deze afvalstoffen

 

4.620 lid 1 Bal

 

1.500

1.500

   

BO

181

   

niet onverwijld opheffen van afwijkingen geconstateerd tijdens de uitvoering van de in artikel 4.519, derde lid, Besluit activiteiten leefomgeving bedoelde controle van een fase II-benzinedampterugwinningssysteem

 

2.11 lid 1 onder a Bal jo 4.519 Bal

 

1.500

2.200

   

BO

182

   

koelinstallatie met kooldioxide of koolwaterstoffen niet zodanig ontworpen, geïnstalleerd, beheerd en onderhouden dat deze op een veilige wijze kan functioneren, snel en veilig uit bedrijf kan worden genomen en onveilige situaties voorkomt

 

4.435 lid 1 Bal

 

1.500

2.200

   

BO

183

   

niet in een gesloten ruimte mechanisch bewerken van steen, voor zover het een activiteit betreft die is aangewezen in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving

 

4.313 lid 1 Bal

 

1.800

2.500

   

BO

184

   

de binnen de begrenzing van de activiteit aanwezige als bodembeschermende voorziening toegepaste vloeistofdichte bodemvoorziening niet (tijdig) laten beoordelen door een instelling die beschikt over een erkenning

 

5.19 lid 1 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

185

   

een aanwezige ondergrondse opslagtank niet tijdig keuren/herkeuren

 

4.997 lid 2 Bal

 

1.800

2.500

   

BO

186

   

het wassen van gemotoriseerde voertuigen boven een niet vloeistofdichte bodemvoorziening

 

4.557 lid 1 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

187

   

niet ten minste eenmaal per jaar controleren van een fase II-benzinedampterugwinningssysteem door een onafhankelijke inspectie-instelling

 

4.519 lid 3 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

188

   

niet ten minste eenmaal per drie jaar controleren van een fase II-benzinedampterugwinningssysteem door een onafhankelijke inspectie-instelling bij aanwezigheid automatisch bewakingssysteem

 

4.519 lid 4 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

189

   

een ondergrondse opslagtank van staal waarin vloeibare brandstof wordt opgeslagen niet jaarlijks controleren op de aanwezigheid van water en bezinksel

 

4.974 lid 1 en 4.993 lid 1 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

190

   

een ondergrondse opslagtank waarin vloeibare brandstof wordt opgeslagen en die is voorzien van een volledige inwendige coating overeenkomstig de aangewezen BRL en is aangebracht door een gecertificeerde onderneming niet ten minste eenmaal per drie jaar controleren op de aanwezigheid van water en bezinksel

 

4.974 lid 2 en 4.993 lid 2 Bal

 

1.000

2.000

   

BO

191

   

bovengrondse tank is niet geïnstalleerd, onderhouden of gerepareerd door gecertificeerde onderneming met een certificaat voor BRL SIKB 7800, verstrekt door een certificatie-instantie met een accreditatie volgens NEN-EN ISO/IEC 17065 voor die BRL

 

4.917 en 4.929 Bal

 

750

1.500

   

BO

192

   

kas waarin assimilatiebelichting wordt toegepast met een verlichtingssterkte van minder dan 15.000 lux is aan de bovenzijde niet voorzien van een lichtscherminstallatie waardoor de lichtvermindering tijdens de donkerteperiode niet ten minste 98% en/of tijdens de nanacht niet ten minste 74% is: 17.500 vierkante meter of minder teeltoppervlakte

 

4.790, lid 2, aanhef en onder a, Bal

 

1.200

2.500

   

BO

193

   

kas waarin assimilatiebelichting wordt toegepast met een verlichtingssterkte van minder dan 15.000 lux is aan de bovenzijde niet voorzien van een lichtscherminstallatie waardoor de lichtvermindering tijdens de donkerteperiode niet ten minste 98% en/of tijdens de nanacht niet ten minste 74% is: meer dan 17.500 vierkante meter teeltoppervlakte

 

4.790, lid 2, aanhef en onder a, Bal

 

2.000

5.000

   

BO

194

   

kas waarin assimilatiebelichting wordt toegepast met een verlichtingssterkte van 15.000 lux of meer is tijdens zonsondergang tot zonsopgang niet voorzien van een lichtscherminstallatie waardoor de lichtvermindering ten minste 98% is: 17.500 vierkante meter of minder teeltoppervlakte

 

4.790, lid 1, aanhef en onder a, Bal

   

2.500

   

BO

195

   

kas waarin assimilatiebelichting wordt toegepast met een verlichtingssterkte van 15.000 lux of meer is tijdens zonsondergang tot zonsopgang niet voorzien van een lichtscherminstallatie waardoor de lichtvermindering ten minste 98% is: meer dan 17.500 vierkante meter teeltoppervlakte

 

4.790, lid 1, aanhef en onder a, Bal

   

5.000

   

BO

196

   

kas waarin assimilatiebelichting wordt toegepast met een verlichtingssterkte van 15.000 lux of meer waarbij de gevel tijdens zonsondergang tot zonsopgang op een afstand van 10 meter of meer, minder dan 95% is afgeschermd tegen het licht of de gebruikte lampen zichtbaar zijn: meer dan 50 meter gevel niet in orde

 

4.790, lid 1, aanhef en onder b, Bal

 

1.200

2.500

   

BO

197

   

aanwezig hebben van meer dan vier autowrakken of andere voertuigwrakken of meer dan vier wrakken van tweewielige motorvoertuigen op een locatie voor onderhoud en/of reparatie van motorvoertuigen

 

4.365 lid 1 Bal

 

1.100

2.000

Nummers BO 200 – BO 201: Omgevingswet – Bedrijfsafvalstoffen

         
   

BO

200

   

zonder benodigde omgevingsvergunning verbranden van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen anders dan in een ippc-installatie als bedoeld in categorie 5.2 van bijlage I bij de richtlijn industriële emissies: < 5 m3

 

3.40e Bal jo. art. 5.1 lid 2 Ow

 

750

1.500

   

BO

201

   

zonder benodigde omgevingsvergunning verbranden van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen anders dan in een ippc-installatie als bedoeld in categorie 5.2 van bijlage I bij de richtlijn industriële emissies: 5 – 10 m3

 

3.40e Bal jo. art. 5.1 lid 2 Ow

 

1.500

3.000

Richtlijn bestuurlijke strafbeschikkingsbevoegdheid fysieke leefomgevingsfeiten

         
   

BO

205

   

zonder omgevingsvergunning een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam verrichten

 

5.1, lid 2, onder c, onder 1, Ow en 5.3 Ow

 

1.000

2.000

   

BO

206

   

verrichten van een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in strijd met de aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.1 en 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften: 1 t/m 10% overschrijding van de emissiegrenswaarde voor een stof, anders dan een gevaarlijke (afval)stof

 

5.5, lid 1, onder e, onder 1 jo. 5.3 Ow

 

250

750

   

BO

210

   

verrichten van een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in strijd met de aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.1 en 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften: 11 t/m 20% overschrijding van de emissiegrenswaarde voor een stof, anders dan een gevaarlijke (afval)stof

 

5.5, lid 1, onder e, onder 1 jo. 5.3 Ow

 

400

1.500

   

BO

211

   

verrichten van een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in strijd met de aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.1 en 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften: 21 t/m 30% overschrijding van de emissiegrenswaarde voor een stof, anders dan een gevaarlijke (afval)stof

 

5.5, lid 1, onder e, onder 1 jo. 5.3 Ow

 

600

2.200

   

BO

212

   

verrichten van een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in strijd met de aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.1 en 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften: 31 t/m 40% overschrijding van de emissiegrenswaarde voor een stof, anders dan een gevaarlijke (afval)stof

 

5.5, lid 1, onder e, onder 1 jo. 5.3 Ow

 

800

3.000

   

BO

213

   

verrichten van een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in strijd met de aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.1 en 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften 41 t/m 50% overschrijding van de emissiegrenswaarde voor een stof, anders dan een gevaarlijke (afval)stof

 

5.5, lid 1, onder e, onder 1 jo. 5.3 Ow

 

1.000

4.000

Nummer BO 215: Omgevingswet – Waterontrekkingsactiviteit

         
   

BO

215

   

zonder omgevingsvergunning van gedeputeerde staten een wateronttrekkingsactiviteit verrichten, inhoudende het onttrekken van grondwater door een daarvoor bestemde voorziening of het in de bodem brengen van water, ter aanvulling van het grondwater, in samenhang met het onttrekken van grondwater door een daarvoor bestemde voorziening (max. 50 m3 /u)

 

5.1, lid 2, onder d, Ow

 

1.800

5.000

Nummers BO 220 – BO 221: Omgevingswet – Waterstaatswerk

         
   

BO

220

   

met een voertuig betreden van een waterstaatswerk in beheer bij het Rijk, in strijd met een toegangsverbod: met motorvoertuig

 

2.40 Ow

 

250

250

   

BO

221

   

met een voertuig betreden van een waterstaatswerk in beheer bij het Rijk, in strijd met een toegangsverbod: zonder motorvoertuig

 

2.40 Ow

 

150

150

Nummers BO 224 – BO 234: Beheer en onderhoud waterstaatswerken

         
           

handelen in strijd met een verordening van het waterschap ex. artikel 78, eerste lid, Waterschapswet waarin voorschriften rondom onderhoud gegeven zijn:

         
   

BO

224

   

als onderhoudsplichtige niet voldoen aan de onderhoudsplicht ten aanzien van de waterkering (gewoon onderhoud)

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

100

300

   

BO

225

   

als onderhoudsplichtige niet voldoen aan de onderhoudsplicht ten aanzien van de waterkering (buitengewoon onderhoud)

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

200

600

   

BO

226

   

buitengewoon onderhoud uitvoeren in het gesloten seizoen

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

550

1.500

   

BO

227

   

als onderhoudsplichtige niet voldoen aan de verplichting om een ondersteunend kunstwerk of werk dat in, op, aan of boven waterkeringen of de beschermingszone zijn aangebracht en mede een waterkerende functie hebben, waterkerend te houden

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

200

600

   

BO

228

   

als onderhoudsplichtige de middelen bestemd tot afsluiting van kunstwerken niet in goede staat onderhouden, dan wel de goede werking ervan te tonen

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

200

600

   

BO

229

   

als onderhoudsplichtige niet voldoen aan de verwijderplicht uit oppervlaktewaterlichamen van voor het functioneren van het oppervlaktewaterlichaam schadelijke begroeiingen en van afval

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

100

300

   

BO

230

   

als onderhoudsplichtige niet voldoen aan de verplichting tot het herstellen van beschadigingen aan oevers en tot het onderhouden van begroeiingen, dienstig aan de waterhuishoudkundige functies van het oppervlaktewaterlichaam

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

200

600

   

BO

231

   

als onderhoudsplichtige niet voldoen aan de verplichting tot het instandhouden van een oppervlaktewaterlichaam overeenkomstig het in de legger bepaalde omtrent ligging, vorm, afmeting en constructie (buitengewoon onderhoud)

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

150

450

   

BO

232

   

als eigenaar of gebruiker van grond, die gebruikt wordt voor het houden van dieren en dat is gelegen op of nabij een waterstaatswerk niet voldoen aan de verplichting om, na eerste aanschrijving hiertoe door het bestuur, voor eigen rekening op of langs deze grond een voldoende kerende afrastering aan te brengen

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

150

450

   

BO

233

   

als onderhoudsplichtige van een in een waterkering voorkomende coupure of sluis er geen zorg voor dragen dat deze, na eerste aanzegging door of namens het bestuur, terstond wordt gesloten

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

550

1.500

   

BO

234

   

als eigenaar of onderhoudsplichtige van een stuw niet voldoen aan de verplichting deze op een bepaald stuwpeil te stellen en in stand te houden

 

78 lid 1 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

550

1.500

Nummers BO 240 – BO 258 Omgevingswet en Besluit activiteiten leefomgeving – Handelen in strijd met een vergunning

         
   

BO

240

   

handelen in strijd met de aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.1 en 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften: niet melden van een calamiteit met relatief beperkte gevolgen voor het oppervlaktewaterlichaam

 

5.5, lid, 1, onder e, lid 4 en 5.3 Ow

 

1.000

2.500

   

BO

241

   

handelen in strijd met de aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.1 en 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften: niet voldoen aan administratieve verplichtingen

 

5.5, lid, 1, onder e, lid 4 en 5.3 Ow

 

750

1.500

   

BO

242

   

handelen in strijd met de aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.1 en 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften: niet treffen van voorgeschreven voorzieningen

 

5.5, lid 1 en 4 jo. 5.3 Ow

 

1.000

2.500

           

handelen in strijd met een vergunning als bedoeld in artikel 5.3 Omgevingswet verbonden vergunningvoorschriften:

 

5.3 Ow

     
   

BO

243

   

– niet melden van een calamiteit met relatief beperkte gevolgen voor het watersysteem

     

500

1.000

   

BO

244

   

– niet voldoen aan administratieve verplichtingen

     

500

1.000

   

BO

245

   

– niet treffen van voorgeschreven voorzieningen

     

500

1.000

   

BO

246

   

– het overschrijden van het toegestane debiet: 1 – 25% overschrijding

     

500

1.000

   

BO

247

   

– het overschrijden van het toegestane debiet: 26 – 50% overschrijding

     

750

1.500

   

BO

248

   

– het overschrijden van het toegestane debiet: 51 – 100% overschrijding

     

1.000

2.000

           

handelen in strijd met de aan een vergunning als bedoeld in artikel 16.4 Besluit activiteiten leefomgeving verbonden vergunningvoorschriften:

 

16.4 Bal

     
   

BO

255

   

– niet voldoen aan de administratieve verplichtingen

     

750

1.500

   

BO

256

   

– meer grondwater onttrekken dan in de vergunning is opgenomen

     

1.000

2.500

   

BO

257

   

– met betrekking tot onttrekkingen van grondwater voor menselijke consumptie verbonden voorschriften: niet nemen van maatregelen wanneer de trend statisch significant stijgend is

     

1.000

2.500

   

BO

258

   

– met betrekking tot onttrekkingen van grondwater voor menselijke consumptie verbonden voorschriften: niet melden van afwijkingen in de kwaliteit van het grondwater waarbij 75% van de in Bijlage A van het Drinkwaterbesluit opgenomen maximum waarde wordt overschreden

     

1.000

2.500

Nummer BO 270: Besluit Bouwwerken leefomgeving – Bouw en sloopafval

         
   

BO

270

   

door degene die bouw- en sloopafval bewerkt met een mobiele puinbreker niet ten minste twee werkdagen voor het begin van in werking hebben van een mobiele puinbreker dat melden aan het bevoegd gezag

 

7.35 Bbl

 

1.000

2.500

Nummers BO 271 – BO 280: Wet Milieubeheer, Europese Verordening Overbrenging Afvalstoffen en Regeling EG-verordening overbrenging van afvalstoffen – Overbrengen afvalstoffen

         
   

BO

271

   

overbrengen van afvalstoffen zonder de betrokken bevoegde autoriteiten zo spoedig mogelijk op de hoogte te brengen van een – wegens onvoorziene omstandigheden benodigde – routewijziging bij een algemene kennisgeving

 

10.60 lid 5 onder a Wm i.v.m. 13 lid 2 EVOA

 

600

600

   

BO

272

   

overbrengen van afvalstoffen terwijl het vervoersdocument niet volledig of onjuist is ingevuld of niet is ondertekend door de kennisgever

 

10.60 lid 5 onder a Wm i.v.m. 16 onder a EVOA

 

600

600

   

BO

273

   

overbrengen van afvalstoffen waarbij het transport van afvalstoffen op een andere dan de opgegeven transportdatum plaatsvindt

 

10.60 lid 5 onder a Wm i.v.m. 16 onder b EVOA

 

600

600

   

BO

274

   

overbrengen van afvalstoffen waarbij het vervoer niet vergezeld gaat van de juiste documenten (vervoersdocument, de afschriften van het kennisgevingsdocument met de schriftelijke toestemmingen en de voorwaarden die door de betrokken bevoegde autoriteiten respectievelijk zijn verleend en gesteld)

 

10.60 lid 5 onder a Wm i.v.m. 16 onder c, tweede volzin EVOA

 

1.000

1.000

   

BO

275

   

niet gedurende ten minste vijf jaar door de kennisgever en/of de ontvanger en/of de inrichting die de afvalstoffen heeft ontvangen, bewaren van aan of door de bevoegde autoriteiten verzonden documenten inzake de overbrenging van afvalstoffen

 

10.56 Wm i.v.m. 5 Regeling EG-verordening overbrengen afvalstoffen

 

1.700

5.000

   

BO

276

   

niet gedurende drie jaar door de kennisgever, de ontvanger, de inrichting die de afvalstoffen heeft ontvangen, bewaren van aan of door de bevoegde autoriteiten verzonden documenten inzake de kennisgeving van een transport

 

10.60 lid 7 onder a Wm ivm art. 20 lid 1 EVOA

 

1.700

5.000

   

BO

277

   

niet gedurende drie jaar bewaren van de uit hoofde van artikel 18 lid 1 EVOA verstrekte informatie door de opdrachtgever, de ontvanger en de inrichting die de afvalstoffen ontvangt

 

10.60 lid 7 onder a Wm ivm art. 20 lid 2 EVOA

 

1.700

1.700

   

BO

278

   

overbrengen van groene lijst afvalstoffen voor nuttige toepassing met onvolledige bijlage VII informatie

 

10.60 lid 2 Wm ivm 2 lid 35 sub g onder iii EVOA

 

600

1.000

   

BO

279

   

overbrengen van groene lijst afvalstoffen voor nuttige toepassing zonder bijlage VII informatie

 

10.60 lid 2 Wm ivm 2 lid 35 sub g onder iii EVOA

 

1.800

3.000

   

BO

280

   

het niet voorhanden hebben van een juridisch bindend contract bij aanvang van de overbrenging

 

10.60 lid 5 sub a Wm ivm 18 lid 2 EVOA

 

1.800

3.000

Algemene regels

         
           

Nummer BO 285: Algemene regels

         
   

BO

285

   

terwijl dit bij of krachtens de onderhoudsverordening/onderhoudslegger door het bestuur verplicht is gesteld: niet (tijdig) melden van de werkzaamheden als genoemd in de algemene regels

 

3 lid 1 algemene regels jo. 78 lid 2 Wschw jo. onderhoudslegger/onderhoudsverordening

 

180

500

Nummers BO 290 – BO 296: Algemene regels grondwater

         
   

BO

290

   

bij het onttrekken van grondwater in het kader van een bouwputbemaling, sleufbemaling, proefbronnering of grondsanering niet plaatsen van een peilbuis of meetput om de stijghoogte te bepalen indien spanningsbemaling wordt toegepast

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

150

450

   

BO

291

   

bij het onttrekken van grondwater in het kader van een bouwputbemaling, sleufbemaling, proefbronnering of grondsanering niet verwijderen of dichten van voorzieningen voor grondwateronttrekking na definitieve beëindiging van de onttrekking zodat geen uitwisseling van grondwater tussen de verschillende watervoerende pakketten plaatsvindt

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

300

900

   

BO

292

   

bij het onttrekken van grondwater in het kader van een bouwputbemaling, sleufbemaling, proefbronnering of grondsanering niet uiterlijk 24 uur voor aanvang van de onttrekking een startmelding doen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

100

300

   

BO

293

   

bij het onttrekken van grondwater in het kader van een bouwputbemaling, sleufbemaling, proefbronnering of grondsanering niet uiterlijk 24 uur na beëindiging van de onttrekking een afmelding doen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

100

300

   

BO

294

   

bij het onttrekken van grondwater in het kader van een grondwaterverontreiniging niet verwijderen of dichten van voorzieningen voor grondwateronttrekking na definitieve beëindiging van de onttrekking zodat geen uitwisseling van grondwater tussen de verschillende watervoerende pakketten plaatsvindt

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

300

900

   

BO

295

   

bij het onttrekken van grondwater in het kader van een grondwaterverontreiniging niet uiterlijk 24 uur voor aanvang van de onttrekking een startmelding doen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

100

300

   

BO

296

   

bij het onttrekken van grondwater in het kader van een grondwaterverontreiniging niet uiterlijk 24 uur na beëindiging van de onttrekking een afmelding doen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

100

300

Nummers BO 300 – BO 305: Handelingen in watersystemen

         
           

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur gebruik maken van een waterkering door, anders dan in overeenstemming met de waterhuishoudkundige functie(s) daarop, daarin, daarboven, daarover of daaronder:

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

     
   

BO

300

   

– handelingen te verrichten

     

550

1.500

   

BO

301

   

– werken te behouden

     

360

1.000

   

BO

302

   

– vaste substanties of voorwerpen te laten staan of liggen

     

200

600

           

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur gebruik maken van een waterkering door, anders dan in overeenstemming met de waterhuishoudkundige functie(s) daarop, daarin, daarboven, daarover of daaronder:

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

     
   

BO

303

   

– handelingen te verrichten

     

360

1.000

   

BO

304

   

– werken te behouden

     

300

900

   

BO

305

   

– vaste substanties of voorwerpen te laten staan of liggen

     

200

600

Nummers BO 310 – BO 315: Waterkwantiteit

         
   

BO

310

   

bij het aanleggen of verwijderen van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk, de afmetingen van het oppervlaktewaterlichaam, zoals vastgelegd in de legger, wijzigen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

100

300

   

BO

311

   

bij het aanleggen of verwijderen van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk, niet gebruiken van deugdelijk en niet uitlogend materiaal

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

150

450

   

BO

312

   

niet voorafgaand aan of gelijktijdig met het dempen van het bestaande oppervlaktewaterlichaam een nieuw oppervlaktewaterlichaam met eenzelfde oppervlakte als het gedempte oppervlaktewaterlichaam in hetzelfde peilgebied graven en aansluiten op het watersysteem

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

150

450

   

BO

313

   

terwijl dit bij of krachtens de Keur door het bestuur verplicht is gesteld: niet (tijdig) melden van het dempen van een oppervlaktewaterlichaam tot 50 m2

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

200

600

   

BO

314

   

terwijl dit bij of krachtens de Keur door het bestuur verplicht is gesteld: niet (tijdig) melden van het dempen van een oppervlaktewaterlichaam 50– 150 m2

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

300

900

   

BO

315

   

terwijl dit bij of krachtens de Keur door het bestuur verplicht is gesteld: niet (tijdig) melden van het dempen van een oppervlaktewaterlichaam meer dan 150 m2

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

450

1.300

Nummers BO 320 – BO 344: Zonder watervergunning

         
           

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur gebruik maken van een beschermingszone behorende bij een waterkering door, anders dan in overeenstemming met de waterhuishoudkundige functie(s) daarin, daarop, daarboven, daarover of daaronder:

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

     
   

BO

320

   

– handelingen te verrichten

     

300

900

   

BO

321

   

– werken te behouden

     

200

600

   

BO

322

   

– vaste substanties of voorwerpen te laten staan of liggen

     

100

300

   

BO

323

   

– met een voertuig zich buiten verharde wegen of paden te bevinden

     

100

300

           

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur gebruik maken van een beschermingszone behorende bij een oppervlaktewaterlichaam door, anders dan in overeenstemming met de waterhuishoudkundige functie(s) daarin, daarop, daarboven, daarover of daaronder:

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

     
   

BO

324

   

– handelingen te verrichten

     

200

600

   

BO

325

   

– werken te behouden

     

150

450

   

BO

326

   

– vaste substanties of voorwerpen te laten staan of liggen

     

100

300

   

BO

327

   

– een brandplaats aan te leggen of stoffen te verbranden

     

100

300

   

BO

328

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur in het profiel van vrije ruimte werken te plaatsen, te wijzigen of te behouden

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

170

500

   

BO

329

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur binnen 400 meter van een windwatermolen werken en opgaande beplanting aan te brengen of te hebben

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

170

500

   

BO

330

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur in meanderzones: bouwwerken te plaatsen, te hebben of te wijzigen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

150

450

   

BO

331

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur in meanderzones: leidingen of kabels te leggen, te hebben, te herstellen, te wijzigen, te vernieuwen of op te ruimen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

100

300

   

BO

332

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur in meanderzones: bovengrondse infrastructuur aan te leggen, te hebben, te wijzigen of te vernieuwen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

100

300

   

BO

333

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur in inundatiegebieden: ophogingen te maken of te verwijderen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

250

750

   

BO

334

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur in inundatiegebieden: werken of beplantingen aan te brengen die waterstuwing of stroomgeleiding teweeg brengen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

250

750

   

BO

335

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur neerslag door nieuw verhard oppervlak versneld tot afvoer laten komen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

200

600

   

BO

336

   

in geval van grote schaarste of overvloed aan water, aanmerkelijke verslechtering van de kwaliteit daarvan of bij het in ongerede raken van een waterstaatswerk, dan wel indien zodanige omstandigheid dreigt te ontstaan, zonodig in afwijking van verleende omgevingsvergunningen voor een wateractiviteit of geldende peilbesluiten, wanneer dit door het bestuur verboden is: water afvoeren naar of aanvoeren uit oppervlaktewaterlichamen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

550

1.500

   

BO

337

   

in geval van grote schaarste of overvloed aan water, aanmerkelijke verslechtering van de kwaliteit daarvan of bij het in ongerede raken van een waterstaatswerk, dan wel indien zodanige omstandigheid dreigt te ontstaan, zonodig in afwijking van verleende omgevingsvergunningen voor een wateractiviteit of geldende peilbesluiten, wanneer dit door het bestuur verboden is: water brengen in of onttrekken aan oppervlaktewaterlichamen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

550

1.500

   

BO

338

   

in geval van grote schaarste of overvloed aan water, aanmerkelijke verslechtering van de kwaliteit daarvan of bij het in ongerede raken van een waterstaatswerk, dan wel indien zodanige omstandigheid dreigt te ontstaan, zonodig in afwijking van verleende omgevingsvergunningen voor een wateractiviteit of geldende peilbesluiten, wanneer dit door het bestuur verboden is: grondwater onttrekken of water infiltreren

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

550

1.500

   

BO

339

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur water brengen in of onttrekken aan een oppervlaktewaterlichaam

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

180

500

   

BO

340

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur gronden ontwateren met drainagemiddelen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

200

600

   

BO

341

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur grondwater onttrekken of water in de bodem infiltreren

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

700

2.000

   

BO

342

   

door degene die handelingen verricht en inbreuk maakt op door het waterschap in het kader van zijn beheer uitgevoerde maatregelen in het watersysteem, niet zo spoedig mogelijk melding maken van die inbreuk en de maatregelen die hij voornemens is te treffen of reeds heeft getroffen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

200

600

   

BO

343

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur: in een oppervlaktewatersysteem vis uitzetten

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

150

450

   

BO

344

   

zonder omgevingsvergunning voor een wateractiviteit van het bestuur: vaste vistuigen plaatsen

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

360

1.000

Nummers BO 350 – BO 351: Beregenen

         
           

handelen in strijd met aan een omgevingsvergunning voor een wateractiviteit verbonden vergunningvoorschriften:

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

     
   

BO

350

   

– het niet mogen beregenen van grasland in de periode van 1 april tot 1 juni

     

500

900

   

BO

351

   

– het niet mogen beregenen van grasland in de periode van 1 juni tot 1 augustus tussen 11.00 uur en 17.00 uur

     

500

900

Nummer BO 352: Beweiding

         
   

BO

352

   

beweiden van de waterkering anders dan in de aangegeven periode

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

150

450

Nummer BO 353: Afrastering

         
   

BO

353

   

het niet hebben van een voldoende veekerende afrastering conform de voorschriften zoals genoemd in artikel 2 van de algemene regels voor waterkeringen, onderdeel beweiden

 

4.1 lid 1 Ow juncto Waterschapsverordening

 

150

450

Nummer BO 360: Wet op de economische delicten – Het niet voldoen aan een vordering

         
   

BO

360

   

opzettelijk niet hebben voldaan aan een vordering, krachtens enig voorschrift van de Wet op de economische delicten, gedaan door een opsporingsambtenaar

 

26 Wed

 

1.000

2.500

Nummers BO 361 – BO 362: Aanvullingswet bodem Omgevingswet en Wet Bodembescherming – Bodemverontreiniging

         
   

BO

361

   

door degene die op en/of in de bodem handelingen verricht met betrekking tot niet gevaarlijk afval, terwijl hij of zij wist of redelijkerwijs had kunnen vermoeden dat door die handelingen de bodem kan worden verontreinigd en/of aangetast, niet nemen van alle maatregelen die redelijkerwijs van hem/haar kunnen worden gevergd, teneinde die verontreiniging en/of aantasting te voorkomen, dan wel te beperken en/of verminderen: 0 t/m 5 m3

 

3.2a Aanvullingswet bodem Omgevingswet jo. 13 WBB

 

750

2.500

   

BO

362

   

door degene die op en/of in de bodem handelingen verricht met betrekking tot niet gevaarlijk afval, terwijl hij of zij wist of redelijkerwijs had kunnen vermoeden dat door die handelingen de bodem kan worden verontreinigd en/of aangetast, niet nemen van alle maatregelen die redelijkerwijs van hem/haar kunnen worden gevergd, teneinde die verontreiniging en/of aantasting te voorkomen, dan wel te beperken en/of verminderen: 6 t/m 10 m3

 

3.2a Aanvullingswet bodem Omgevingswet jo. 13 WBB

 

1.500

5.000

Nummers BO 364 – BO 373: Besluit activiteiten leefomgeving

         
   

BO

364

   

door degene die de bodem heeft gesaneerd, niet binnen vier weken na het beëindigen van de sanering een evaluatieverslag volgens BRL SIKB 6000 indienen bij het bevoegd gezag of in dat verslag niet de vereiste gegevens verstrekken

 

4.1246 Bal

 

1.500

5.000

   

BO

365

   

niet ten minste vier weken van tevoren voor de start van de activiteit melden van (voorschriften opgenomen in de beschikking, provinciale of gemeentelijke verordening): wijzigingen op het saneringsplan

 

4.1236 lid 1 Bal

 

1.000

3.000

   

BO

366

   

zonder milieukundige begeleiding uitvoeren van de sanering

 

4.1244 Bal

 

1.800

5.000

   

BO

367

   

niet tenminste vier weken voor het begin van de activiteit het melden bij het bevoegd gezag van het voornemen de bodem te saneren

 

4.1235 lid 1 jo. 4.1236 lid 1 Bal

 

2.000

8.000

   

BO

369

   

door degene die de bodem saneert of degene die de sanering feitelijk uitvoert, niet (tijdig) melden van wijzigingen op basis van paragraaf 4

 

4.1236 lid 3 Bal

 

1.000

3.000

   

BO

371

   

het laten uitvoeren van de sanering door een persoon of instelling zonder erkenning op grond van het Besluit bodemkwaliteit

 

15 lid 1 Bbk

 

2.000

8.000

   

BO

372

   

zonder een erkende onderneming het graven laten uitvoeren

 

4.1232 Bal

 

1.800

5.000

   

BO

373

   

zonder een erkende onderneming uitvoeren van de activiteit

 

4.1244 Bal

 

1.800

5.000

Nummers BO 390 – BO 395: Wet Milieubeheer en Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur – Elektronica

         
   

BO

390

   

als producent van elektrische/elektronische apparatuur de door hem geproduceerde elektrische/elektronische apparatuur niet voorzien van: een symbool zoals opgenomen is in bijlage IV bij Richtlijn nr. 2002/96/EG (afvalcontainer met kruis)

 

9.5.2. lid 1 en lid 3 sub a Wm jo. 15 lid 1 Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

 

1.500

5.000

   

BO

391

   

als producent van elektrische/elektronische apparatuur de door hem geproduceerde elektrische/elektronische apparatuur niet voorzien van: een aanduiding waaruit blijkt dat het apparaat na 13 augustus 2005 op de markt is gebracht

 

9.5.2. lid 1 en lid 3 sub a Wm jo. 16 lid 4 Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

 

1.500

5.000

   

BO

392

   

als distributeur bij het ter beschikking stellen van een nieuw product, een soortgelijk na gebruik vrijgekomen product – zijnde afgedankte elektrische en elektronische apparatuur – van particuliere huishoudens, dat hem wordt aangeboden niet ten minste om niet innemen

 

9.5.2. lid 1 Wm jo. 4 lid 1Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

 

250

500

   

BO

393

   

als producent van elektrische en/of elektronische apparatuur zich niet melden bij het register

 

9.5.2 lid 1 Wm jo. 19 lid 1 Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

 

1.500

5.000

   

BO

394

   

als producent en/of zijn gemachtigde niet de in deel A van bijlage X bij de Richtlijn nr. 2012/19/EU genoemde informatie verstrekken bij de registratie en/of niet actueel houden van de informatie

 

9.5.2. lid 1 Wm jo. 19 lid 2 Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

 

1.500

5.000

   

BO

395

   

als producent en/of zijn gemachtigde niet de in deel B van bijlage X bij de Richtlijn nr. 2012/19/EU genoemde informatie voor 1 mei over het voorafgaande kalenderjaar verstrekken aan het register

 

9.5.2. lid 1 Wm jo. 19 lid 3 Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

 

1.500

5.000

Nummers BO 396 – BO 398: Wet Explosieven voor civiel gebruik – Explosieven

         
   

BO

396

   

als houder van een vergunning of een bewijs van toestemming voor de overbrenging van explosieven, niet deze explosieven tot aan de plaats waar de overbrenging eindigt en/of bij het verlaten van het grondgebied van Nederland, doen vergezellen van deze vergunning of dit bewijs van toestemming

 

14 Wecg

 

1.000

5.000

   

BO

397

   

als degene voor wie de explosieven bestemd zijn en/of als onderneming uit de sector explosieven niet op verzoek van de autoriteit, die daarom verzoekt als bedoeld in artikel 16 Wet explosieven civiel gebruik, de gegevens die hem ter beschikking staan, zenden aan deze bevoegde autoriteit

 

16 Wecg

 

1.000

5.000

   

BO

398

   

geen registratie bijhouden die voldoet aan hetgeen in artikel 21 Wet explosieven voor civiel gebruik is gesteld

 

21 Wecg

 

1.000

5.000

Nummers BO 400 – BO 402: Verordening (EU) nr. 517/2014, Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen, Verordening (EG) 1005/2009 en Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen – Broeikassen/Ozonlaag

         
   

BO

400

   

het verrichten van installatie, onderhoud of service, reparatie of buitendienststelling van of aan apparatuur die gefluoreerde broeikasgassen of ozonlaagafbrekende stoffen bevat door een onderneming die daarvoor niet is gecertificeerd

 

10 lid 6 Verordening (EU) nr. 517/2014 jo. 6 lid 2 Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen, respectievelijk 22 lid 1 Verordening (EG) 1005/2009 jo. 9 lid 2 Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen

 

1.500

3.000

   

BO

401

   

het verrichten van installatie, onderhoud of service, reparatie, buitendienststelling, lekkagecontrole of terugwinning van of aan apparatuur die gefluoreerde broeikasgassen of ozonlaagafbrekende stoffen bevat door een natuurlijk persoon die daarvoor niet is gecertificeerd

 

8 lid 3, 10 lid 1 en lid 2 Verordening (EU) nr. 517/2014 jo. 6 lid 1 Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen, respectievelijk 22 lid 1 en lid 5, 23 lid 2 Verordening (EG) 1005/2009 jo. 9 lid 1 en lid 2 Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen

 

1.500

1.500

   

BO

402

   

het met betrekking tot apparatuur die broeikasgassen of ozonlaagafbrekende stoffen bevat niet voorhanden hebben van een register waarin de in artikel 6 lid 1 van Verordening (EU) 517/2014 jo. 4 lid 4 Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen en/of artikel 23 van de Verordening (EU) 1005/2009 jo. 8 lid 3 Besluit gefluoreerde Broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen, genoemde informatie is opgenomen

 

6 lid 1 Verordening (EU) 517/2014 jo. 4 lid 4 en 8 Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen

 

1.500

1.500

Nummers BO 405 – BO 433: Scheepsafvalstoffenbesluit – Scheepsafvalstoffen

         
   

BO

405

   

als schipper er geen zorg voor dragen dat bilgewater en overige olie- en vethoudende scheepsafvalstoffen aan boord in de bijlage van de machinekamer, onderscheidenlijk gescheiden in de daarvoor bestemde verzamelreservoirs, worden verzameld en bewaard

 

11 SAB

 

500

1.000

   

BO

406

   

als schipper voor de opslag van afgewerkte olie los aan dek staande verzamelreservoirs gebruiken

 

12 lid 2 SAB

 

500

1.000

   

BO

407

   

als schipper er niet zorg voor dragen dat een geldig olie-afgifteboekje aan boord aanwezig is

 

14 lid 1 SAB

 

250

750

   

BO

408

   

als schipper, na verkrijging van een nieuw olie-afgifteboekje, niet het voorgaande olie-afgifteboekje ten minste zes maanden na de datum van de laatste daarin opgenomen vermelding van een afgifte aan boord bewaren

 

14 lid 4 SAB

 

150

500

   

BO

409

   

als drijver van een overslaginrichting met betrekking tot het laden en lossen van een schip, niet voldoen aan de bepalingen ten aanzien van: het schip bij het laden vrij van overslagresten of het verwijderen van overslagresten na het laden

 

33 jo 41 SAB

   

5.000

   

BO

410

   

als drijver van een overslaginrichting met betrekking tot het laden en lossen van een schip, niet voldoen aan de bepalingen ten aanzien van: aansluitend aan het lossen van droge lading van of uit het laadruim van een schip de in het laadruim achtergebleven restlading en/of verpakkings- en stuwingsmateriaal verwijderen en zoveel mogelijk toevoegen aan geloste lading

 

33 jo 42 SAB

   

5.000

   

BO

411

   

als drijver van een overslaginrichting met betrekking tot het laden en lossen van een schip, niet voldoen aan de bepalingen ten aanzien van: aansluitend aan het lossen van vloeibare lading uit een ladingtank van een schip met behulp van een leiding, aangesloten op het nalenssysteem van het schip, de restlading uit de ladingtank verwijderen, zodanig dat de losstandaard nagelensde ladingtank wordt bereikt

 

33 jo 43 SAB

   

5.000

   

BO

412

   

als drijver van een overslaginrichting met betrekking tot het laden en lossen van een schip, niet voldoen aan de bepalingen ten aanzien van: bij het lossen uit een laadruim of een ladingtank van een schip het laadruim of die ladingtank wassen en het afvalwater met ladingrestanten innemen

 

33 jo 45 SAB

   

7.500

   

BO

413

   

als drijver van een overslaginrichting met betrekking tot het laden en lossen van een schip, niet voldoen aan de bepalingen ten aanzien van: voorleggen van de losverklaring in drievoud aan de schipper dan wel, als het schip niet onder gezag van de schipper staat, aan de exploitant van het schip

 

33 jo 53, vierde lid SAB

   

1.000

   

BO

414

   

als drijver van een overslaginrichting met betrekking tot het laden en lossen van een schip, niet voldoen aan de bepalingen ten aanzien van: het bewaren van het ingevolge artikel 54 Scheepsafvalstoffenbesluit ontvangen exemplaar van de losverklaring in de bedrijfsadministratie

 

33 SAB

   

1.000

   

BO

415

   

de schipper draagt er geen zorg voor dat de losverklaringen, ontvangen overeenkomstig artikel 53 Scheepsafvalstoffenbesluit, het transport begeleiden

 

56 SAB

 

500

1.000

   

BO

416

   

als schipper met het schip na het laden de laadplaats verlaten zonder zich ervan te vergewissen dat: de overslagresten zijn verwijderd

 

55 lid 1 SAB

 

750

1.500

   

BO

417

   

als schipper met het schip na het lossen de losplaats verlaten zonder zich ervan te vergewissen dat: de overslagresten zijn verwijderd

 

55 lid 2, onderdeel a SAB

 

750

1.500

   

BO

418

   

als schipper met het schip na het lossen de losplaats verlaten zonder zich ervan te vergewissen dat: alle geloste laadruimen zijn nagelost en/of ladingtanks nagelensd

 

55 lid 2, onderdeel a SAB

 

750

1.500

   

BO

419

   

als schipper met het schip na het lossen de losplaats verlaten zonder zich ervan te vergewissen dat: voldaan is aan de wasverplichting indien die van toepassing is dan wel hem daartoe volgens de bepalingen uit artikel 47 Scheepsafvalstoffenbesluit een voorziening is toegewezen

 

55, lid 2, onderdeel a SAB

 

750

1.500

   

BO

420

   

als schipper met het schip na het lossen de losplaats verlaten zonder zich ervan te vergewissen dat: het afvalwater dat ladingresten bevat, is ingenomen, dan wel hem daartoe een ontvangstvoorziening is toegewezen, in een geval als bedoeld in artikel 45 Scheepsafvalstoffenbesluit

 

55, lid 2, onderdeel a SAB

 

750

1.500

   

BO

421

   

als schipper met het schip na het lossen de losplaats verlaten zonder te voldoen aan de bepalingen ten aanzien van de losverklaring uit artikel 54 Scheepsafvalstoffenbesluit

 

55, lid 2, onderdeel b SAB

 

500

1.000

   

BO

422

   

door de schipper niet onverwijld waarschuwen van de dichtstbijzijnde bevoegde autoriteit, terwijl vanaf een schip scheepsafvalstoffen dan wel delen van de lading in een oppervlaktewaterlichaam zijn geraakt of dreigen te geraken

 

6 SAB

 

750

1.500

   

BO

423

   

aan boord van een schip verbranden van scheepsafvalstoffen

 

7 SAB

 

250

500

   

BO

424

   

reinigingsmiddelen die olie of vet oplossen dan wel emulgerend zijn in de bilge van de machinekamer dan wel in het bilgewater doen geraken

 

13 lid 1 SAB

 

500

1.000

   

BO

425

   

door degene die een inrichting voor het inzamelen van scheepsafvalstoffen drijft niet of niet juist invullen of ondertekenen van het olie-afgifteboekje

 

17 SAB

   

750

   

BO

426

   

door de schipper niet of niet juist invullen of ondertekenen van het olie-afgifteboekje

 

18 SAB

 

200

750

   

BO

427

   

als degene die feitelijk lost, met betrekking tot het lossen van een schip, niet bewaren in de bedrijfsadministratie van het ingevolge artikel 54, tweede lid, Scheepsafvalstoffenbesluit terug ontvangen exemplaar van de losverklaring

 

57 SAB

   

1.000

   

BO

428

   

als schipper, bij het afgeven van afvalwater dat ladingrestanten bevat aan een ontvangstvoorziening, niet in tweevoud de door hem ondertekende losverklaring voorleggen aan degene die de ontvangstvoorziening drijft of een door deze aangewezen persoon

 

66 SAB

 

500

1.000

   

BO

429

   

door degene die een inrichting voor het inzamelen van scheepsafvalstoffen drijft, na ondertekening niet terugbezorgen van een exemplaar van de ondertekende losverklaring aan de schipper

 

68 lid 1 SAB

 

500

1.000

   

BO

430

   

als schipper niet gedurende zes maanden aan boord bewaren van de terugontvangen ondertekende losverklaring

 

68, lid 3, SAB

 

500

1.000

   

BO

431

   

als exploitant van het schip niet bewaren in de bedrijfsadministratie van de terugontvangen ondertekende losverklaring

 

68, lid 4, SAB

 

500

1.000

   

BO

432

   

als schipper er geen zorg voor dragen dat huisvuil, slops, zuiveringsslib en klein gevaarlijk afval aan boord naar categorie gescheiden worden gehouden en gescheiden worden aangeboden bij een ontvangstvoorziening

 

73, lid 1 SAB

 

250

500

   

BO

433

   

als exploitant van een passagiersschip, dat is uitgerust met een boordzuiveringsinstallatie voor afvalwater, niet aanbieden van het zuiveringsslib van die installatie bij een ontvangstvoorziening

 

74 SAB

 

1.500

3.000

Nummer BO 445: Drinkwaterbesluit – Legionella

         
   

BO

445

   

legionella-risicoanalyse, bedoeld in het eerste of tweede lid van artikel 37 Drinkwaterbesluit, laten uitvoeren door een niet daarvoor op basis van BRL 6010 gecertificeerd bedrijf, indien opgesteld na 1 juli 2011

 

37 lid 3 Dwb

 

500

1.500

                       
Naar boven