Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 20 november 2024, kenmerk 4008441-1075083-DMO, houdende wijziging van de Stimuleringsregeling Technologie in Ondersteuning en Zorg, in verband met het toevoegen van een nieuwe aanvraagronde voor 2025

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op de artikelen 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Stimuleringsregeling Technologie in Ondersteuning en Zorg wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt ‘implementatiestart’ vervangen door ‘strategievorming’.

B

In artikel 4, onderdeel d, artikel 5 onderdeel d, artikel 6 onderdeel d, artikel 7, vijfde lid, artikel 9, derde en zesde lid en in artikel 11, zevende lid, onderdelen c en f, wordt ‘implementatiestart’ telkens vervangen door ‘strategievorming’.

C

Artikel 8, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Het subsidieplafond bedraagt:

    • a. voor het jaar 2024 € 54.000.000;

    • b. voor het jaar 2025 € 27.000.000.

D

Artikel 9, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. De subsidieaanvraag kan worden ingediend:

    • a. voor het jaar 2024: van 14 mei 2024 tot en met 20 december 2024;

    • b. voor het jaar 2025: van 6 januari 2025 tot en met 30 september 2025.

E

In artikel 10 wordt ‘van meer dan’ vervangen door ‘vanaf’.

F

In artikel 11, eerste lid, onderdeel b, wordt ‘bij ieder van hen op twintig cliënten’ vervangen door ‘bij hen gezamenlijk op zestig cliënten, mantelzorgers of zorg- of ondersteuningsmedewerkers’.

G

In de Bijlage komt de tekst onder Criteria Cliënt en Mantelzorger, onderdeel a, als volgt te luiden:

  • a. Cliënten en mantelzorgers zijn betrokken bij het implementeren en opschalen van de digitale of hybride processen in zorg of ondersteuning. Zij participeren in of worden tenminste geraadpleegd over de keuze van de technologische toepassingen, de wijze van inzet en hun ervaringen met het gebruik.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Agema

TOELICHTING

Om een onbeheersbaar arbeidsmarkttekort af te wenden, zet het kabinet in op het halveren van de administratietijd binnen 5 jaar en een versnelde inzet van digitale en hybride processen om voor de medewerkers het werk te verlichten en tijd te besparen én het langer zelfstandig thuis wonen van mensen met een chronische ziekte of beperking. Deze versnelde inzet van waardevolle en kansrijks innovaties vindt onder meer plaats via de Stimuleringsregeling Technologie in Ondersteuning en Zorg (STOZ). Met de STOZ stelt het kabinet voor subsidieaanvragen ook in 2025 middelen beschikbaar aan aanbieders van zorg of ondersteuning voor het anders organiseren van zorg of ondersteuning via de inzet van digitale of hybride processen. Voor subsidieaanvragen in 2025 voor de periode 2025–2029 is hiervoor in totaal een budget van € 54 miljoen beschikbaar (Kamerstukken II 2023/24, 36 600 XVI, nr. 2, p. 118 en 119).

Deze wijzigingsregeling regelt over welk tijdvak de aanvraagronde in 2025 plaatsvindt en bepaalt het subsidieplafond op € 27 miljoen voor aanvragen in dat tijdvak. Daarbij bestaat de intentie om in het voorjaar het plafond van de huidige regeling op te hogen tot maximaal € 54 miljoen afhankelijk van de daadwerkelijke uitputting van de regeling en geactualiseerde financiële prognoses.

Met deze wijzigingsregeling is de naam van de route ‘implementatiestart’ gewijzigd naar ‘strategievorming’. De naamgeving implementatiestart zorgt voor verwarring bij subsidieaanvragers omdat deze route niet ziet op daadwerkelijke implementatie, maar om de vorming van een strategie of visie voor de inzet van digitale en hybride processen.

De wijziging van het drempelbedrag in artikel 10 is een correctie van technische aard. De adviescommissie adviseert over subsidies vanaf € 125.000 en niet ‘meer dan € 125.000’.

De wijziging in artikel 11 ziet op de één van de voorwaarden van de regeling. De huidige gebruikerseis van twintig gebruikers bij minimaal drie aanbieders is voor kleine zorgaanbieders (bijvoorbeeld huisartsen) veelal niet haalbaar. Dit wordt gewijzigd naar in totaal zestig gebruikers bij drie aanbieders.

Tevens is ook een wijziging aangebracht in de bijlage Beoordelingscriteria als bedoeld in artikel 11, zesde lid. De wijziging ziet op de tekst onder de ‘Criteria Cliënt en Mantelzorger’ en dan het criterium onder a. over de betrokkenheid van de cliënt en mantelzorger. De betrokkenheid van cliënten en mantelzorgers bij het implementeren van digitale processen wordt hiermee voor de aanvragers van de STOZ-subsidies minder vrijblijvend. Deze wijziging geldt enkel voor nieuwe aanvragen vanaf de ingangsdatum van deze wijzigingsregeling.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Agema

Naar boven