Wijziging Regeling cafetariamodel defensie

19 november 2024

Nr. BS2024038621

De Staatssecretaris van Defensie

Gelet op artikel 15 van het Inkomstenbesluit militairen en artikel 44 van het Inkomstenbesluit burgerlijke ambtenaren defensie;

Besluit:

ARTIKEL I

A

In artikel 4, eerste lid, van de Regeling cafetariamodel defensie wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:

• d. een eenmalig bedrag ter waarde van € 1.000 netto in het jaar 2024.

B

Artikel 5 van de Regeling cafetariamodel defensie wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt ‘het fiscaal maximum van € 0,19 per kilometer’ vervangen door ‘het fiscaal maximum van € 0,21 per kilometer’.

2. In het eerste lid wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

• d. de vakbondscontributie voor het jaar 2022 en 2023.

3. In het tweede lid, onder b, wordt ‘twee’ vervangen door ‘vier’.

4. In het derde lid wordt het bedrag ‘€ 750’ vervangen door ‘€ 1.500’.

C

Artikel 5 van de Regeling cafetariamodel defensie komt te luiden:

Artikel 5 Bestedingsmogelijkheden

• 1. Voor zover de geldende fiscale bepalingen dit mogelijk maken, worden de onderstaande bestedingsmogelijkheden als doelen aangemerkt:

  • a. het verschil per jaar of per maand tussen de tegemoetkoming in de kosten van het reizen met eigen vervoer voor woon- werkverkeer en het fiscaal maximum van € 0,23 per kilometer;

  • b. een fiets voor persoonlijk gebruik, inclusief fietsaccessoires en een fietsverzekering;

  • c. een computer mede te gebruiken voor werk of studie, inclusief computeraccessoires en een computerverzekering;

  • d. de vakbondscontributie voor het jaar 2024;

  • e. een accu of andere onderdelen voor een elektrische fiets;

  • f. een declaratie voor de materiële verduurzaming van de eigen (huur)woning voor de in tabel 1 genoemde maatregelen en voor de onder b en c genoemde bestedingsmogelijkheden.

• 2. Voor de in het eerste lid, onder b, c en e genoemde bestedingsmogelijkheden gelden de volgende voorwaarden:

  • a. de defensieambtenaar is ten minste 6 maanden in werkelijke dienst;

  • b. in het kalenderjaar en de twee voorgaande kalenderjaren is aan de defensieambtenaar geen onbelast bedrag ter zake van de aanschaf van een accu of andere onderdelen voor een elektrische fiets betaald;

  • c. in het kalenderjaar en de vier voorgaande kalenderjaren is aan de defensieambtenaar geen onbelast bedrag ter zake van de aanschaf van een fiets of computer betaald;

  • d. de aanschaf wordt gedaan in hetzelfde kalenderjaar als de aanvraag;

  • e. de defensieambtenaar legt bij de aanvraag op naam gestelde bewijsstukken over waaruit blijkt dat de kosten voor deze bestedingsmogelijkheden daadwerkelijk in het betreffende kalenderjaar zijn gemaakt bij een reguliere detailhandel;

  • f. de defensieambtenaar schenkt noch verkoopt de fiets of computer binnen twee jaar na aanschaf;

  • g. het maximum bedrag waarvoor een aanvraag voor de aanschaf van een fiets of computer kan worden ingediend, bedraagt in totaal € 1.500;

  • h. het maximum bedrag waarvoor een aanvraag voor de aanschaf van een accu of andere onderdelen voor een elektrische fiets worden ingediend, bedraagt in totaal € 500.

• 3. Voor de in het eerste lid, onder f, genoemde bestedingsmogelijkheid gelden de volgende voorwaarden:

  • a. de aanschaf wordt gedaan in hetzelfde kalenderjaar als de aanvraag;

  • b. de defensieambtenaar legt bij de aanvraag op naam gestelde bewijsstukken over waaruit blijkt dat de kosten voor deze bestedingsmogelijkheden daadwerkelijk in het betreffende kalenderjaar zijn gemaakt bij een reguliere detailhandel;

  • c. het maximum bedrag waarvoor een aanvraag kan worden ingediend, bedraagt in totaal € 1.000 netto.

• 4. Indien het bedrag, genoemd in artikel 4, eerste lid, onder d, deels of volledig wordt gebruikt voor de in het eerste lid onder b en c genoemde bestedingsmogelijkheden gelden uitsluitend de voorwaarden, genoemd in het derde lid.

D

Na artikel 6 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 6a. Grondslag

Met ingang van 1 januari 2018 berust deze regeling mede op de artikelen 8 en 43 van het Inkomstenbesluit burgerlijke ambtenaren defensie en de artikelen 5 en 14 van het Inkomstenbesluit militairen.

E

Aan de regeling wordt tabel 1 toegevoegd, opgenomen als bijlage 1 bij deze regeling.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt ten aanzien van:

• 1. artikel I, onderdeel D, terug tot en met 1 januari 2018;

• 2. artikel I, onderdeel B, terug tot en met 1 januari 2023;

• 3. artikel I, onderdelen A, C en E, terug tot en met 1 januari 2024.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Defensie voor deze De Hoofddirecteur Personeel J. Legein Generaal-majoor

BIJLAGE 1 BEHORENDE BIJ ARTIKEL I ONDERDEEL E

Tabel 1

Maatregelen ter verduurzaming van de eigen (huur)woning:

• Isolatie (bijvoorbeeld gevel, spouwmuur, dak, vloer, zolder- en vlieringvloer, bodem, isolerende deuren en isolerende raambekleding, HR++ glas, HR+++ glas, vacuümglas).

• Duurzaam verwarmen, koelen en ventileren (bijvoorbeeld (hybride) warmtepomp, zonneboiler, installaties voor warmteterugwinning, CO₂-gestuurde ventilatie, aansluiting op warmtenet, reflecterende en schaduwdaken, zonwering, rolluiken en screens).

• Duurzame energie (bijvoorbeeld aanschaf zonnepanelen).

• Klimaatbestendig maken en biodiversiteit versterken (bijvoorbeeld groene daken en gevels, waterdaken, regenpijp afkoppelen).

• Bewustwording (bijvoorbeeld energiemonitor met slimme meter).

• Kleine maatregelen (bijvoorbeeld radiatorfolie en -ventilator, tochtstrippen en -borstels, kozijnfolie, waterbesparende douchekop, sensoren voor lampen en kranen, efficiënter maken van bestaande verwarming).

TOELICHTING

Algemeen deel

De Staatssecretaris van Defensie heeft op 7 juli 2022 met de centrales van overheidspersoneel in de Sectorcommissie Defensie overeenstemming bereikt over een pakket aan maatregelen betreffende het arbeidsvoorwaardenbeleid voor de sector Defensie voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2023 (hierna: AV 2021–2023).

Daarnaast heeft de Staatssecretaris van Defensie op 16 december 2023 met de centrales van overheidspersoneel in de Sectorcommissie Defensie overeenstemming bereikt over een pakket aan maatregelen betreffende het arbeidsvoorwaardenbeleid voor de sector Defensie voor de periode van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 (hierna: AV 2024).

In zowel AV 21-23 als in AV 24 zijn afspraken gemaakt waarmee de Regeling cafetariamodel defensie wordt gewijzigd. Met deze regeling wordt uitvoering gegeven aan deze afspraken.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I, onderdeel B en artikel II, sub 1

Per 1 januari 2023 zijn de bestedingsdoelen binnen de regeling uitgebreid. Enerzijds door de toevoeging van de vakbondscontributie voor het jaar 2022 en 2023 als doel. Anderzijds door de gezamenlijke waarde van de bestedingsdoelen ‘fiets’ (artikel 1, onderdeel b) en ‘computer’ (artikel 1, onderdeel c) te verhogen van € 750,– naar € 1.500,–. Tegelijkertijd met de verhoging van de waarde is ook de periode voor deze bestedingsdoelen (artikel 2, onderdeel b) verlengd van drie naar vijf jaar.

Medewerkers die reeds voor 1 januari 2023 gebruik hebben gemaakt van de bestedingsdoelen ‘fiets’ of ‘computer’, kunnen van de nieuwe regeling met de verhoogde waarde gebruik maken vanaf het moment dat de termijn van drie jaar is verstreken; dat wil zeggen: twee kalenderjaren na het kalenderjaar waarin de laatste aanschaf is gedaan. Bijvoorbeeld: een medewerker die in 2020 een fiets of computer heeft uitgeruild, mag in 2023 opnieuw deelnemen. Een medewerker die in 2021 gebruik heeft gemaakt van de regeling, komt pas vanaf 2024 in aanmerking voor de nieuwe regeling.

Artikel I, onderdelen A, C en E en artikel II, sub 2

In het arbeidsvoorwaardenakkoord 2024 is afgesproken om de regeling te verruimen door de toevoeging van nieuwe doelen met ingang van 1 januari 2024, te weten:

• de vakbondscontributie voor het jaar 2024;

• een accu of andere onderdelen van een elektrische fiets. De onderdelen moeten specifiek bedoeld zijn voor een elektrische fiets. Het mogen geen onderdelen zijn die elke fiets standaard nodig heeft. De medewerker moet de elektrische fiets ook persoonlijk gebruiken.

Voorts is afgesproken dat binnen de voorwaarden van de cafetariaregeling medewerkers in 2024 eenmalig de gelegenheid krijgen om een bedrag van € 1.000 netto te investeren in de materiele verduurzaming van de eigen (huur)woning (het zogenaamde ‘duurzaamheidsbudget’). Hiertoe zijn in artikel 4, eerste lid, onder d, een bron en in artikel 5, tweede lid, onder f, een bijbehorend bestedingsdoel toegevoegd.

Wat onder algemeen aanvaarde maatregelen voor verduurzaming van een woning moet worden verstaan is opgenomen in de tabel 1 bij de regeling waarbij mede is aangesloten bij de kennis van Milieu Centraal en het Nationaal Warmtefonds. Uitgesloten van aanwending van het bedrag ter verduurzaming van de eigen (huur)woning zijn bijvoorbeeld: verduurzaming van recreatiewoningen, inrichting van de woning (met uitzondering van isolerende raambekleding, kosten voor energiecontracten, elektrisch plaatselijk verwarmen (bijvoorbeeld kachel, infraroodpanelen), vloerverwarming, elektrisch koken (bijvoorbeeld inductiekookplaat), ledlampen, cv-ketels (hr-ketel, vr-ketel etc.), airconditioning (mobiel en vast/split), kosten van leningen voor verduurzaming, witgoed, laadpalen, waterontharder, pelletkachel, elektrische kachel, elektrische boiler, Quooker, kokende waterkraan.

Afgesproken is dat het bedrag van € 1.000 netto ook mag worden aangewend voor de aanschaf van een fiets of computer. Om die reden wordt in artikel 5, eerste lid, onder f, ook verwezen naar de bestedingsdoelen in artikel 5, eerste lid, onder b en c.

Voor het gebruik van het bedrag van € 1000,– netto gelden de voorwaarden die zijn opgenomen in artikel 5, derde lid; ook indien het bedrag wordt aangewend voor de aankoop van een fiets of computer. De voorwaarden die normaliter voor de aanschaf van deze bestedingsdoelen gelden (artikel 5, tweede lid) zijn dan dus niet van toepassing. Concreet betekent dit dat een medewerker die bijvoorbeeld in kalenderjaar 2023 nog gebruik heeft gemaakt van de fiets-regeling (artikel 5, eerste lid, onder b), het duurzaamheidsbudget ook mag gebruiken voor de aanschaf van een fiets.

Artikel I, onderdeel D

Met dit artikel wordt een omissie in de grondslag hersteld. De grondslag is niet volledig en wordt aangevuld met bepalingen die zien op het salaris en de vakantie-uitkering van militairen en burgers. Deze omissie is ontstaan, doordat onderhavige regeling oorspronkelijk uitsluitend zag op het uitruilen van de eindejaarsuitkering. Sinds 2018 zijn de vakantie-uitkering en een deel van het salaris als bronnen voor de regeling toegevoegd, zonder dat destijds de grondslag is aangevuld. Ondanks deze omissie werden in de praktijk wel alle bronnen benut.

De Staatssecretaris van Defensie voor deze De Hoofddirecteur Personeel J. Legein Generaal-majoor