Regeling van de Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur van 2 december 2024, nr. WJZ/ 89749669 houdende wijziging van de Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen vanwege de aanpassing van kosten, tarieven en vergoedingen

De Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,

Gelet op artikel 6, tweede en vierde lid, van de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005 en artikel 14, tweede lid, van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3c, tweede lid, wordt ‘€ 339’ vervangen door ‘€ 361’.

B

Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In de onderdelen a, b en c wordt ‘€ 539’ telkens vervangen door ‘€ 574’.

b. In de onderdelen b en c wordt ‘€ 719’ telkens vervangen door ‘€ 766’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 74’ vervangen door ‘€ 79’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 201’ vervangen door ‘€ 214’.

4. In het vijfde en tiende lid wordt ‘€ 119’ telkens vervangen door ‘€ 127’.

5. In het zevende lid wordt ‘€ 64’ vervangen door ‘€ 68’.

6. In het achtste lid wordt ‘€ 314’ vervangen door ‘€ 334’ en wordt ‘€ 454’ vervangen door ‘€ 334’.

7. In het negende lid wordt ‘€ 259’ vervangen door ‘€ 276’.

C

In artikel 20a wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 173’.

D

In artikel 26, eerste lid, wordt ‘€ 74’ vervangen door ‘€ 79’.

E

In artikel 27 wordt ‘€ 74’ vervangen door ‘€ 79’.

F

In artikel 28 wordt ‘€ 27,50’ vervangen door ‘€ 29’.

G

In artikel 29 wordt ‘€ 27,50’ vervangen door ‘€ 29’.

H

Artikel 30 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel e, wordt ‘€ 27,50’ vervangen door ‘€ 29 ’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 101’ vervangen door ‘€ 108’.

I

In artikel 31 wordt ‘€ 11’ vervangen door ‘€ 12’.

J

In artikel 32, eerste en derde lid, wordt ‘€ 26’ telkens vervangen door ‘€ 28’.

K

In artikel 42a, tweede lid, wordt ‘€ 355’ vervangen door ‘€ 361’.

L

Bijlage 1 wordt vervangen door de bijlage bij deze regeling.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 2 december 2024

De Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, J.F. Rummenie

BIJLAGE, BEHORENDE BIJ ARTIKEL I, ONDERDEEL L

BIJLAGE 1. BEHORENDE BIJ ARTIKEL 21, EERSTE LID, VAN DE REGELING WERKZAAMHEDEN RAAD VOOR PLANTENRASSEN

Nr.

Gewasgroep

Bedrag

Landbouwgewassen, onderzoekstarieven

 

1

Andere dan de hieronder genoemde zaadgewassen (o.a. vezelhennep)

€ 2.148

2

Aardappelen (vegetatief en zaadvermeerderend)

€ 2.584

3

Oliehoudende zaden

€ 2.734

4

Grasgewassen

€ 2.813

5

Bieten

€ 2.068

6

Instandhoudingsras van aardappelgewassen

€ 578

7

Instandhoudingsras van granen

€ 364

8

Overige gewassen: teff, veldboon en landbouwerwt

€ 2.775

9

Medicinale hennep, uit zaad vermeerderd

€ 4.794

10

Medicinale hennep, vegetatief vermeerderd

€ 3.441

11

Aardappel uit zaad (TPS)

€ 5.167

Siergewassen, onderzoekstarieven

 

12

Gewassen met levende referentiecollectie: onderzoek onder glas (lange en korte teelt)

€ 3.366

13

Gewassen met levende referentiecollectie: veldonderzoek (lange en korte teelt)

€ 2.755

14

Gewassen zonder levende referentiecollectie: onderzoek onder glas (lange en korte teelt)

€ 2.746

15

Gewassen zonder levende referentiecollectie: veldonderzoek (lange en korte teelt)

€ 2.389

Groentegewassen, onderzoekstarieven

 

16

Veldonderzoek

€ 2.621

17

Veldonderzoek instandhoudingsrassen

€ 302

18

Veldonderzoek heropname versneld

€ 440

19

Veldonderzoek heropname uitgebreid

€ 2.621

20

Onderzoek onder glas

€ 3.522

21

Onderzoek onder glas instandhoudingsrassen

€ 471

22

Onderzoek onder glas heropname versneld

€ 1.079

23

Onderzoek onder glas uitgebreid

€ 3.522

24

Bedrijfsproef, met beoordeling van het bedrijf zelf

€ 127

25

Bedrijfsproef, met beoordeling van de Stichting Nederlandse Algemene Kwaliteitsdienst Tuinbouw

€ 315

TOELICHTING

I ALGEMEEN

1. Doel en aanleiding

De Raad voor Plantenrassen (hierna: de Raad) houdt zich bezig met het verlenen van kwekersrechten voor plantenrassen en met de toelating van groente- en landbouwgewassen, gebaseerd op daarop ingericht onderzoek. De Raad werkt nauw samen met Stichting Nederlandse Algemene Kwaliteitsdienst Tuinbouw (hierna: Naktuinbouw). Voor de genoemde werkzaamheden brengt de Raad tarieven in rekening die in de Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen (hierna: de regeling) zijn uitgewerkt.

Met onderhavige wijziging van de regeling wordt op de tarieven per 1 januari 2024 een indexatie toegepast en wordt de hoogte van de vacatievergoeding voor andere leden van de Raad dan de voorzitter, zoals bedoeld in artikel 42a, tweede lid, van de regeling vastgesteld op € 361,– per vergadering overeenkomstig artikel 2 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies. Dit is gebaseerd op de te verwachte loon- en prijskostenontwikkeling in het jaar 2025, deze staan onder het kopje indexering tarieven verder toegelicht.

2. Aanpassing tarieven

Op grond van artikel 6, tweede lid, van de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005 (hierna: Zzp 2005) stelt de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur de tarieven vast voor de in dat lid genoemde activiteiten van de Raad. Op grond van artikel 6, derde lid, Zzp 2005 is het uitgangspunt dat de tarieven van de Raad niet meer bedragen dan nodig is ter dekking van de door de Raad werkelijk gemaakte kosten en dat die kosten toerekenbaar zijn aan de in artikel 6, tweede lid, Zzp 2005 genoemde activiteiten van de Raad. In het kader van de kostendekkendheid wordt ook gekeken naar clusters van tarieven, die in rekening worden gebracht aan bedrijven uit dezelfde sector. Dit is conform het kabinetsbeleid over doorberekening van toelatings- en handhavingskosten opgenomen in het rapport Maat Houden 2014. Op grond van artikel 6, vierde lid, Zzp 2005 is in artikel 33 van de regeling uitgewerkt dat de in paragraaf 1 van hoofdstuk 6 van de regeling opgenomen tarieven periodiek worden aangepast aan de ontwikkeling van de lonen en prijzen.

2.1. Indexering tarieven

Voor de tarieven van 2025 is op de tarieven van de Raad van 2024 een indexatie toegepast van gemiddeld 6,5%. Dit is mede gebaseerd op de te verwachte loon- en prijskostenontwikkeling in het jaar 2025. Voor het vaststellen van de tarieven volgt de Raad in verband met de nauwe samenwerking zoveel mogelijk de personeelskosten en materiële kosten van Naktuinbouw. Naktuinbouw verwacht een stijging van de personeelskosten van 4% en kijkt daarbij tevens naar drie CAO in relevante sectoren voor de tuinbouw. Voor de indexatie van de algemene kosten (4%) is gekeken naar de meest recente kerncijfers van CPB1 en ervaringscijfers van Naktuinbouw. Op grond van deze laatste cijfers worden onder andere de huisvestingskosten (o.a. door de energieprijzen), de leasekosten (meer elektrisch rijden) en ICT kosten (met name door hogere licentietarieven van software) met meer dan 4% geïndexeerd. Het voorgaande blijft binnen het gematigde tarievenbeleid (inflatiecorrectie plus 5%) van de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur. De tarieven zijn afgerond op hele bedragen.

2.2. Online aanvraagtarief

Voor de sector landbouw werd tot nu toe met een hoger online aanvraagtarief gerekend. De reden hiervoor was het feit dat voor landbouwgewassen het aantal aanvragen dat online werd ingediend lager lag dan in de andere sectoren. Omdat nu nagenoeg alle nationale aanvragen voor artikel 17 online worden ingediend, is er geen aanleiding meer om voor de landbouwsector een afwijkend online aanvraagtarief in rekening te brengen. Daarom worden de online aanvraagtarieven voor de sectoren groente, landbouw en sier voor 2025 gelijk getrokken en op € 334,– gezet.

3. Regeldruk

Bij retributies gaat het om heffingen die door ondernemers moeten worden betaald voor bepaalde werkzaamheden van de overheid. Het gaat om concrete en directe verplichtingen om een geldbedrag over te maken aan de overheid. Ze vallen niet onder de definitie van regeldruk. Dat neemt niet weg dat de betrokken bedrijven eenmalig kosten dienen te maken om kennis te kunnen nemen van de wijzigingen in retributies. Deze kosten zijn in het geval van onderhavige wijzigingsregeling echter verwaarloosbaar.

4. Afstemming met de sector

De tarieven van de Raad zijn voor het jaar 2025 geïndexeerd. De aanvragers van diensten van de Raad zijn vooraf geïnformeerd over deze indexatie via een nieuwsbericht.

5. Inwerkingtreding en Beleid inzake Vaste verander momenten

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

Deze wijziging van de regeling vergt de nodige afstemming tussen de Raad, Naktuinbouw, de sector en het ministerie. Hierdoor is het niet gelukt om de publicatiedatum van 1 november te halen. Het kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten (Kamerstukken II 2009/10, 29 515, nr. 309) biedt de mogelijkheid om, in geval van het voorkomen van aanmerkelijke ongewenste private of publieke voor- of nadelen, af te wijken van de normale termijn voor bekendmaking van twee maanden voorafgaande aan de inwerkingtreding.

Gelet op de kalenderjaarsystematiek voor de doorberekening van de kosten en tarieven en het daarbij aansluiten met loon- en prijsindexatie of correcties, kan hiervan afgeweken worden en wordt aangesloten bij de eerstvolgende mogelijkheid en het vaste verandermoment 1 januari.

De Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, J.F. Rummenie

Naar boven