Besluit van de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, nr. WJZ/87130177 tot vaststelling van voorlopige tarieven GLB 2024 en tarief zeldzame landbouwhuisdierrassen GLB 2024

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,

Gelet op de artikelen 2, tweede en derde lid, 14, tweede lid, 17, 27, vijfde lid, en 31, derde lid, van de Uitvoeringsregeling GLB 2023;

Besluit:

ARTIKEL I

Vastgesteld worden de navolgende tarieven voor aanvraagjaar 2024:

  • A. Voorlopige eenheidsbedragen voor basisinkomenssteun en herverdelende inkomenssteun voor duurzaamheid:

    • 1. Het voorlopige eenheidsbedrag basisinkomenssteun voor duurzaamheid bedraagt € 193 per hectare.

    • 2. Het voorlopige eenheidsbedrag aanvullende herverdelende inkomenssteun voor duurzaamheid bedraagt € 52,25 per hectare en de hectaregrens is 40 hectaren.

  • B. Voorlopige tarieven Ecoregeling

    • 1. Het voorlopige tarief voor categorie goud bedraagt € 167,50 per hectare.

    • 2. Het voorlopige tarief voor categorie zilver bedraagt € 67,50 per hectare.

    • 3. Het voorlopige tarief voor categorie brons bedraagt € 27,50 per hectare.

  • C. Voorlopige tarief aanvullende inkomenssteun voor jonge landbouwers

    Het voorlopige tarief voor aanvullende inkomenssteun voor jonge landbouwers bedraagt € 2.800 per jonge landbouwer.

  • D. Eenheidsbedrag voor de regeling voor zeldzame landbouwhuisdierrassen

    Het eenheidsbedrag voor de regeling voor zeldzame landbouwhuisdierrassen bedraagt € 200 per grootvee-eenheid.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 11 november 2024

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma

TOELICHTING

Voor de onderscheiden rechtstreekse betalingen van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid zijn in het Nationaal Strategisch Plan budgetten opgenomen die evenredig worden verdeeld over de aanvragers. Voor de basisinkomenssteun en aanvullende herverdelende inkomenssteun gebeurt dit op basis van het aantal subsidiabele hectares. Voor de ecoregeling wordt bovendien rekening gehouden met de uitgevoerde subsidiabele activiteiten.

Aanvragers hebben tot en met 2 december 2024 de gelegenheid om steun in de vorm van rechtstreekse betalingen aan te vragen. Het is de bedoeling om tussen 3 en 31 december 2024 zo veel mogelijk rechtstreekse betalingen te doen. Omdat het aantal subsidiabele hectares op dit moment niet met voldoende zekerheid kan worden vastgesteld en nog geen definitief beeld kan worden opgemaakt van de uitgevoerde subsidiabele activiteiten in het kader van de ecoregeling, is betaling vooralsnog alleen mogelijk met voorlopige eenheidsbedragen. Na sluiting van de aanvraagperiode stelt de Minister de definitieve eenheidsbedragen vast.

In de Gecombineerde opgave 2024 is een hogere totale waarde aan eco-activiteiten aangemeld dan verwacht. Indien hiervoor ook daadwerkelijk steun wordt aangevraagd, dan kan dat gevolgen hebben voor de definitieve eenheidsbedragen omdat het budget gelimiteerd is. Daarom ontvangt iedere deelnemer van de ecoregeling op basis van de Regeling subsidie aanvullende financiering eco-activiteiten een bedrag van € 32,50 per subsidiabele hectare. Dit bedrag wordt in mindering gebracht op de tarieven voor de ecoregeling.

Voor de regeling voor zeldzame landbouwhuisdierrassen wordt het eenheidsbedrag voor 2024 vastgesteld, dit bedraagt – net als voor 2023 – € 200 per grootvee-eenheid.

Onderdeel A

Het voorlopige eenheidsbedrag voor de basisinkomenssteun is vastgesteld op het maximale tarief dat op basis van de meest recente gegevens

gegarandeerd kan worden met handhaving van de ecotarieven op het

vooraf aangekondigde niveau. Het definitieve eenheidsbedrag kan niet lager uitkomen dan dit voorlopige tarief.

Het voorlopige eenheidsbedrag voor de aanvullende herverdelende inkomenssteun is vastgesteld op het verwachte definitieve eenheidsbedrag. In het Nationaal Strategisch Plan is vastgelegd dat 10% van het budget voor rechtstreekse betalingen ten goede komt aan de aanvullende herverdelende inkomenssteun. Omdat deze betaling geldt voor de eerste 40 subsidiabele hectares van iedere aanvrager, is het definitieve eenheidsbedrag redelijk te voorspellen.

Onderdeel B

De voorlopige eenheidsbedragen voor de ecoregeling zijn vastgesteld op het vooraf aangekondigde niveau minus het bedrag van € 32,50 dat op basis van de Regeling subsidie aanvullende financiering eco-activiteiten per subsidiabele hectare wordt betaald. Omdat de aanvraag niet kan worden uitgebreid met extra subsidiabele hectares en/of eco-activiteiten, kunnen de definitieve eenheidsbedragen niet lager uitkomen dan de voorlopige eenheidsbedragen.

Onderdeel C

Het voorlopige eenheidsbedrag voor de aanvullende inkomenssteun voor jonge landbouwers is vastgesteld op het tarief dat op basis van de gegevens uit de aanmelding kan worden betaald. Het aantal aanvragers kan niet hoger liggen dan het aantal jonge landbouwers dat zich heeft aangemeld. Het definitieve eenheidsbedrag kan daarom niet lager uitkomen dan dit voorlopige eenheidsbedrag.

Onderdeel D

In het Nationaal Strategisch Plan (NSP) is een eenheidsbedrag van maximaal € 200 per GVE opgenomen. Uit analyse door de Technisch Economische Werkgroep van Wageningen University & Research (WUR) blijkt dat dit maximale tarief van € 200 per GVE passend is om de hogere kosten en lagere opbrengsten per dier van een zeldzaam ras te compenseren. Er is in de praktijk een duidelijk verschil tussen de bedrijven in de gangbare landbouw met veelal gespecialiseerde rassen ten opzichte van bedrijven met zeldzame rassen doordat voor laatstgenoemde categorie bedrijven de opbrengsten per dier lager zijn en sommige kosten (bijvoorbeeld voor stamboekregistratie) hoger.

Dit maximale eenheidsbedrag kan worden gehandhaafd wanneer het aantal uit te betalen GVE niet leidt tot budgetoverschrijding. Dit zal voor het aanvraagjaar 2024 niet het geval zijn, waardoor net als voor 2023 het bedrag van € 200 per GVE kan worden vastgesteld.

Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma

Naar boven