Regeling van de Minister van Klimaat en Groene Groei van 31 oktober 2024, nr. WJZ/ 59384278, tot wijziging van de Regeling gaskwaliteit in verband met actualiseringen en tot wijziging van de Regeling investeringsplan en kwaliteit elektriciteit en gas in verband met herstel van een gebrek

De Minister van Klimaat en Groene Groei,

Gelet op artikel 11 van de Gaswet en artikel 2.1, vijfde lid, van het Besluit investeringsplan en kwaliteit elektriciteit en gas;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling gaskwaliteit wordt als volgt gewijzigd:

A

In bijlage 3 komt de rij ‘Zuurstofgehalte’ te luiden:

Zuurstofgehalte

Bij gasopslaginstallaties

≤ 0,0010

mol% daggemiddeld

Rest Nederland

≤ 0, 5

mol% daggemiddeld

B

In bijlage 4 komt de rij ‘Zuurstofgehalte’ te luiden:

Zuurstofgehalte

Bij een gasopslaginstallatie in Norg in de gemeente Noordenveld en bij een gasopslaginstallatie in Grijpskerk in de gemeente Zuidhorn

≤ 0,0005

mol% daggemiddeld

Bij andere gasopslaginstallaties

≤ 0,0010

mol% daggemiddeld

Andere punten

≤ 0, 5

mol% daggemiddeld

C

Bijlage 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de tabel ‘Grenspunten H-gas: Invoer en Uitvoer’ wordt in de rij ‘Wobbe-index’ ‘Zie onder tabel exportstations’ vervangen door ‘Zie onder tabel grensstations’.

2. De tabel ‘Wobbe-index H-gas grensstations en naastgelegen gasopslaginstallaties: Invoer en Uitvoer’ komt te luiden:

Land

Grensstation

Invoer/Uitvoer

Wobbe-index [MJ/m3 (n)]

België

’s Gravenvoeren

Uitvoer

49,3

55,7

België

Obbicht

Uitvoer

49,3

55,7

België

Zelzate

Invoer en Uitvoer

49,2

55,7

België

Zandvliet

Uitvoer

49,2

55,7

Duitsland

Oude Statenzijl

Invoer en Uitvoer

49

55,7

Duitsland

Vlieghuis

Uitvoer

49

55,7

Duitsland

Bocholtz

Uitvoer

49,3

55,7

Verenigd

Koninkrijk

Julianadorp (BBL)

Invoer en Uitvoer

49,3

54,23

ARTIKEL II

In artikel 2.6, eerste lid, van de Regeling investeringsplan en kwaliteit elektriciteit en gas wordt in onderdeel a ‘artikel 2.5, eerste lid, onder b’ vervangen door ‘artikel 2.5, tweede lid, onder b’ en wordt in onderdeel b van dat artikellid ‘artikel 2.5, eerste lid, onder c’ vervangen door ‘artikel 2.5, tweede lid, onder c’.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025, met uitzondering van artikel II, dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatcourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 31 oktober 2024

De Minister van Klimaat en Groene Groei, S.Th.M. Hermans

TOELICHTING

1. Doel en aanleiding

In de Regeling gaskwaliteit (hierna: de regeling) worden de parameters van de gassamenstelling vastgelegd, zowel voor invoeding in als onttrekking uit de gasnetten die in de Gaswet worden gereguleerd, als voor de grensstations waarover gas wordt geëxporteerd en geïmporteerd.

Met de onderhavige wijziging in artikel I worden de bijlagen bij de regeling op twee onderdelen aangepast:

  • 1. De aanpassingen in de bijlagen 3 en 4 (Artikel I, onderdelen A en B), die zien op de invoeding in en onttrekking uit de gasnetten die in de Gaswet worden gereguleerd, reflecteren de omzetting van de gasopslag Grijpskerk als berging van hoogcalorisch gas (hierna: H-gas) naar een berging van laagcalorisch pseudo-Groningengas (hierna: G-gas). Dit in verband met de beëindiging van de gaswinning uit het Groningenveld. De gasopslag Grijpskerk kan, als er G-gas in plaats van H-gas in de opslag wordt opgeslagen, de reserverol die het Groningenveld tot voor kort vervulde overnemen. Met onderhavige aanpassingen wordt het maximale zuurstofgehalte van het in Grijpskerk in te voeden gas verplaatst van bijlage 3 (die ziet op H-gas) naar bijlage 4 (die ziet op G-gas). Deze aanpassingen zijn technisch van aard; de omzetting van de gasopslag Grijpskerk zelf is geregeld in het Instemmingsbesluit gasopslag Grijpskerk.1

  • 2. Daarnaast worden met de aanpassing in bijlage 5 (Artikel I, onderdeel C) waar nodig de ondergrenzen van de Wobbe-index die gelden op de grensstations voor H-gas verlaagd naar 49,3 MJ/m3 (n). Deze laatste aanpassing wordt in de onderstaande paragrafen toegelicht.

Daarnaast is van de gelegenheid gebruik gemaakt om met deze wijzigingsregeling een wetstechnische wijziging aan te brengen in de Regeling investeringsplan en kwaliteit elektriciteit en gas. Het gaat om de wijziging die is opgenomen in artikel II, waarmee twee onjuiste verwijzingen in artikel 2.6 van die worden vervangen door de juiste verwijzingen.

2. Verlaging van de ondergrens van de Wobbe-index in VK

In 2023 zijn in het Verenigd Koninkrijk (hierna: VK) de ‘Gas Safety (Management) (Amendment) Regulations 2023 (GSMAR)’ van kracht geworden2 3. Onderdeel van deze regelgeving is een verlaging van de ondergrens van de Wobbe-index voor gas in het gassysteem in het VK. Deze ondergrens wordt 49,0 MJ/m3 (n). Deze wijziging maakt het mogelijk voor gasproducenten om bepaalde extra gasvelden in het VK in productie te nemen. De verlaging van de ondergrens wordt op 5 april 2025 van kracht in het VK.

Het H-gas uit het VK stroomt via de Bacton-Balgzand Lijn (hierna: BBL) bij grensstation Julianadorp Nederland in, waar het wordt ingevoed in het Nederlandse gassysteem, vanuit waar het ook België en Duitsland kan bereiken. De ondergrens van de Wobbe-index voor invoer van gas vanuit uit het VK zoals die vóór onderhavige wijziging was opgenomen in bijlage 5 bij de regeling, was met 49,79 MJ/m3 (n) aanmerkelijk hoger dan de nieuwe verlaagde ondergrens in het VK. Zonder verlaging zou het gas vanuit het VK geweigerd moeten worden. Dit zou onwenselijk zijn. Daarom heeft National Gas Transmission (hierna: NGT), de transmissiesysteembeheerder voor gas in het VK, aan BBL Company (hierna: BBLC) als beheerder van BBL gevraagd om een verzoek tot verlaging van de ondergrens van de Wobbe-index voor gas uit het VK in te dienen bij de toenmalige Minister voor Klimaat en Energie. Dat NGT dit verzoek aan BBLC heeft gedaan, komt doordat NGT formeel gas levert aan BBLC. Omdat BBLC geen andere mogelijkheid heeft dan dit gas te leveren aan Gasunie Transport Services (hierna: GTS), de Nederlandse transmissiesysteembeheerder voor gas, heeft BBLC GTS gevraagd het verzoek van NGT te beoordelen alvorens een verzoek tot wijziging van de regeling in te dienen.

GTS heeft vervolgens bekeken wat de consequenties van een verlaging van ondergrens van de Wobbe-index voor gas uit het VK naar 49,0 MJ/m3 (n) kunnen zijn voor zowel de Nederlandse afnemers als voor de buitenlandse afnemers (Naastgelegen Netwerk Operators). Dit met als uitgangspunt dat moet worden voorkomen dat het gas uit het VK zou moeten worden geweigerd vanwege een te lage Wobbe-index. Gezien de veranderingen in de Noordwest-Europese gasstromen als gevolg van het wegvallen van de aanvoer van gas uit de Russische Federatie is dat een niet wenselijke ontwikkeling omdat daarmee een bron van de huidige nieuwe aanvoer van gas, te weten het VK, zou wegvallen.

3. Gevolgen voor Nederlandse afnemers

Bij haar beoordeling van verzoek van NGT heeft GTS ten eerste bekeken of een verlaging van de ondergrens van de Wobbe-index naar 49,0 MJ/m3 (n) voor Nederlandse gebruikers van H-gas acceptabel is of dat bijstelling nodig is. De ondergrenzen van de Wobbe-index voor H-gas dat wordt afgeleverd aan aansluitingen van Nederlandse afnemers zijn opgenomen in bijlage 3 bij de regeling. GTS heeft gekeken naar wat het gassysteem met de hoogste ondergrens van de Wobbe-index voor H-gas is in het Nederlandse gastransportnet. Het gaat dan om het Gassysteem IJmond. De ondergrens van de Wobbe-index in dit gassysteem bedraagt 49,3 MJ/m3 (n). Een verlaging van de ondergrens van de Wobbe-index naar 49,0 MJ/m3 (n) heeft negatieve consequenties voor de gasafnemers in dit gebied, want het kan zijn dat zij hun gasinstallaties en/of de processen waarin zij gas als grondstof gebruiken daarop moeten aanpassen. Dit zou onwenselijk zijn.

GTS heeft met NGT besproken of, hoewel de nieuwe ondergrens van de Wobbe-index in het VK 49,0 MJ/m3 (n) is, een verlaging van de ondergrens naar 49,3 MJ/m3(n) een acceptabele grens zou zijn, zodat Nederlandse afnemers geen aanpassingen zouden moeten doen aan gasinstallaties en/of de processen. Dit bleek het geval te zijn. Daarom is besloten de ondergrenzen in bijlage 3 bij de regeling ongewijzigd te laten. De wijziging in het VK heeft geen gevolgen voor Nederlandse afnemers, terwijl er wel gas vanuit het VK naar Nederland kan blijven stromen.

Om te borgen dat alleen gas met een ondergrens van 49,3 MJ/m3 (n) uit het VK naar Nederland stroomt, is met onderhavige wijzigingsregeling in de tabel ‘Wobbe-index H-gas grensstations en naastgelegen gasopslaginstallaties: Invoer en Uitvoer’, opgenomen in bijlage 5 bij de regeling, de ondergrens voor H-gas vanuit het VK via Julianadorp (BBL) verlaagd van naar 49,79 MJ/m3 (n) naar 49,3 MJ/m3 (n).

4. Gevolgen voor buitenlandse afnemers

Omdat het gas uit het VK via het gastransportnet van GTS kan worden doorgevoerd naar Duitsland en België is vervolgens bezien of de verlaging van de Wobbe-ondergrens naar 49,3 MJ/m3 (n) geen knelpunt vormt voor deze doorvoer. De ondergrenzen van de Wobbe-index bij levering van H-gas aan België en Duitsland zijn als volgt (zie de tabel ‘Wobbe-index H-gas grensstations en naastgelegen gasopslaginstallaties: Invoer en Uitvoer’ in bijlage 5 bij de regeling):

Land

Uitvoerstation (waarvan sommige tevens invoerstation)

Minimale Wobbe-index (MJ/m3(n)

Knelpunt bij 49,3 MJ/m3 (n) ondergrens?

België

’s Gravenvoeren en Obbicht

49,8

Ja

België

Zelzate en Zandvliet

49,2

Nee

Duitsland

Oude Statenzijl en Vlieghuis

49,0

Nee

Duitsland

Bocholtz

49,69

Ja

Bovenstaande tabel laat zien dat de uitvoerstations ’s Gravenvoeren, Obbicht en Bocholtz beperkend zijn voor het verlagen van de Wobbe-index naar 49,3 MJ/m3 (n). Op deze uitvoerstations zijn Fluxys (’s Gravenvoeren en Obbicht) en Open Grid Europe (hierna: OGE) (Bocholtz) de betrokken transmissiesysteembeheerders. NGT heeft aan deze transmissiesysteembeheerders gevraagd of een verlaging van de ondergrens Wobbe-index naar 49,3 MJ/m3(n) op deze stations voor hen acceptabel is en niet tot problemen leidt. Fluxys en OGE hebben daarop NGT en ook GTS laten weten te kunnen instemmen met deze verlaging.

Onderhavige wijzigingsregeling voorziet met Artikel I, onderdeel C, in een verlaging van de ondergrens voor de Wobbe-index naar 49,3 MJ/m3 (n) op ’s Gravenvoeren, Obbicht en Bocholtz. Met deze verlaging kan de gaslevering vanuit het VK aan Nederland en andere landen in Noordwest-Europa in stand blijven.

Vanwege de leesbaarheid wordt in bijlage 5 de gehele tabel ‘Wobbe-index H-gas grensstations en naastgelegen gasopslaginstallaties: Invoer en Uitvoer’ vervangen. Ook wordt in aansluiting op artikel 2, vijfde lid, van de regeling, waarin de term ‘grenspunt’ is gebruikt, in bijlage 5 met onderhavige wijzigingsregeling de term ‘exportstation’ vervangen door ‘grensstation’, en wordt in de betreffende tabel aangegeven of in het betreffende grensstation alleen sprake is van uitvoer, of van zowel in- als uitvoer.

5. Regeldruk

Zowel de aanpassingen in de bijlagen 3 en 4 van de regeling als gevolg van de omzetting van de opslag Grijpskerk naar een opslag van G-gas als de aanpassing in bijlage 5 als gevolg van de verlaagde ondergrens van de Wobbe-index van het gas dat uit het VK naar Nederland komt, hebben geen gevolgen voor de regeldruk.

6. Technische voorschriften

Deze wijziging behoeft niet zelfstandig genotificeerd te worden in het kader van Richtlijn 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (codificatie) (PbEU 2015, L 241). De wijzigingen in artikel I, onderdelen A en B, zijn technisch van aard. De wijzigingen in artikel I, onderdeel C, betreft een versoepeling van een genotificeerde eis [TRIS (2014) / 00681].

7. Inwerkingtreding

De omzetting van de opslag Grijpskerk naar een opslag voor G-gas is inmiddels voltooid, wat pleit voor een snelle inwerkingtreding van de wijziging van de regeling (Artikel I). Zoals aangegeven, gaat de lagere ondergrens van de Wobbe-index in het VK op 5 april 2025 van kracht. De daarbij betrokken transmissiesysteembeheerders voor gas hebben tijd nodig om, na aanpassing van de regeling, de onderlinge Interconnectie Overeenkomsten4 aan te passen. Dit pleit voor een latere inwerkingtreding. Om deze redenen is de datum van inwerkingtreding van de wijziging van Artikel I op 1 januari 2025 gezet.

Het is van belang dat, gelet op het belang van leveringszekerheid, onzekerheid over het oplossen van knelpunten omtrent leveringszekerheid zo kort mogelijk dient te zijn. Door publicatie van de wijzigingsregeling ruim vóór de inwerkingtreding, wordt hieraan tegemoet gekomen.

De wijziging van de Regeling investeringsplan en kwaliteit elektriciteit en gas (Artikel II) treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatcourant waarin de wijzigingsregeling wordt geplaatst.

De Minister van Klimaat en Groene Groei, S.Th.M. Hermans


X Noot
4

Transmissiesysteembeheerders waarvan de systemen onderling zijn gekoppeld op een specifiek interconnectiepunt dienen op grond van Verordening (EU) 2017/459 tot vaststelling van een netcode betreffende capaciteitstoewijzingsmechanismen in gastransmissiesystemen, met elkaar overeenkomsten te sluiten waarin de voorwaarden, operationele procedures en bepalingen met betrekking tot de levering en/of het onttrekken van gas op het interconnectiepunt nader worden bepaald met het doel een efficiënte interoperabiliteit van de onderling gekoppelde transmissienetten te vergemakkelijken.

Naar boven