Regeling van de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur van 9 november 2024, nr. WJZ/88648026, tot wijziging van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies in verband met een wijziging in de subsidiemodule investering in bewezen innovaties voor veehouderijen met piekbelasting

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,

Gelet op de artikelen 2, eerste lid, 4, aanhef en onder a, en 34, eerste lid, van het Kaderbesluit nationale EZK- en LNV-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies wordt als volgt gewijzigd:

Aan artikel 2.2.27, vierde lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. de investeringen uit tabel 1 en 2 van bijlage 2.2.2 voldoen aan ten minste de systeembeschrijving met het versienummer genoemd in de betreffende tabel.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 9 november 2024

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma

TOELICHTING

Aanleiding

Op 2 september 2024 is de wijziging en openstelling van de Sbv-investeringsmodule in het kader van de aanpak piekbelasting gepubliceerd (Stcrt. 2024, 28653). Deze subsidiemodule is opgenomen in de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies (hierna: RNES). Met deze openstelling wordt subsidie beschikbaar gesteld voor investeringen in bewezen staltechnieken ten behoeve van de verduurzaming van het stalsysteem. Er kan subsidie worden aangevraagd voor investeringen die zijn opgenomen in de zogenoemde investeringslijst (bijlage 2.2 van de RNES). Gebleken is dat het voor enkele van de op die lijst opgenomen technieken mogelijk is dat een nieuwere versie van de systeembeschrijving in de Omgevingsregeling is gepubliceerd voordat een subsidieontvanger tot aanschaf en installatie van de techniek overgaat. Deze wijzigingsregeling zorgt ervoor dat veehouders subsidie kunnen krijgen voor een staltechniek die voldoet aan ten minste de versie van de in de investeringslijst opgenomen systeembeschrijving.

Wijziging

In de tabellen 1 en 2 van de investeringslijst zijn de investeringen in nageschakelde en brongerichte technieken opgenomen. Hierbij zijn ook de bijbehorende codes (het OW-nummer) van de systeembeschrijving uit bijlage VI en V van de Omgevingsregeling opgenomen. Staltechnieken moeten immers geïnstalleerd en gebruikt worden zoals omschreven in de systeembeschrijvingen die zijn opgenomen in de Omgevingsregeling.

Bij de systeembeschrijving is het versienummer van de systeembeschrijving opgenomen, zoals deze ten tijde van de publicatie van de wijziging en openstelling van de Sbv-investeringsmodule in de Omgevingsregeling is opgenomen. Het gaat hierbij voor alle investeringen om versie 1: de ‘V1’ in het OW-nummer. Het is echter mogelijk dat een nieuwe versie van de systeembeschrijving in de Omgevingsregeling is gepubliceerd tussen het moment van subsidieverlening en het moment dat een veehouder daadwerkelijk tot aanschaf en installatie van deze techniek overgaat. In dat geval moet de techniek zo worden geïnstalleerd, dat deze voldoet aan de Omgevingsregeling. Het gaat in dat geval nog steeds om dezelfde techniek.

Om te voorkomen dat een subsidieontvanger die in zo’n geval de vernieuwde versie van de techniek installeert niet aan de subsidievoorwaarden voldoet, omdat de subsidie is verleend voor een oudere versie van de systeembeschrijving, voegt de onderhavige regeling een aanvullende voorwaarde toe. Namelijk dat de investeringen uit de tabellen 1 en 2 moeten voldoen aan ten minste de versie van de systeembeschrijving zoals opgenomen in de tabel (het nieuwe onderdeel c van artikel 2.2.27, vierde lid). Dat betekent dat als er op het moment van installatie een nieuwe versie beschikbaar is van de systeembeschrijving behorende bij de techniek, ook deze geïnstalleerd mag worden.

Deze wijziging heeft verder geen inhoudelijke of uitvoeringstechnische gevolgen.

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na plaatsing in de Staatscourant. Hiermee wordt afgeweken van het beleid van de vaste verandermomenten en minimuminvoeringstermijn. Dat is in dit geval gerechtvaardigd, omdat veehouders gebaat zijn bij duidelijkheid over deze voorwaarden aan de investeringen om deze mee te kunnen wegen in de keuze om een subsidieaanvraag in te dienen.

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma

Naar boven