Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 17 oktober 2024, kenmerk 3960087-1070349-WJZ, houdende de wijziging van de Warenwetregeling nadere eisen kinderbedden en -boxen kinderopvang in verband met het vervallen van nadere eisen voor gastouderopvang

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 3, tweede lid, van het Warenwetbesluit Kinderbedden en -boxen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Warenwetregeling nadere eisen kinderbedden en -boxen kinderopvang wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘Als normen bedoeld in artikel 3, tweede lid, van het Warenwetbesluit kinderbedden en -boxen’ vervangen door ‘Als normen, bedoeld in artikel 3, derde lid, van het Warenwetbesluit kinderbedden en -boxen,’.

2. In het tweede lid wordt ‘de kinderopvang’ vervangen door ‘een kindercentrum als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet kinderopvang,’.

B

In artikel 2 vervalt ‘kinderopvang’.

C

Artikel 3 vervalt.

D

In de aanhef van Bijlage I vervalt ‘kinderopvang’.

E

Bijlage II wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef vervalt ‘kinderopvang’.

2. In de bijlage wordt ‘de kinderopvang’ telkens vervangen door ‘kindercentra’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, V.P.G. Karremans

TOELICHTING

I. Algemeen deel

1. Inleiding

Deze regeling strekt tot wijziging van de Warenwetregeling nadere eisen kinderbedden en -boxen kinderopvang in verband met het vervallen van nadere eisen voor gastouderopvang, bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet kinderopvang.

De Warenwetregeling nadere eisen kinderbedden en -boxen kinderopvang stelt nadere regels aan de veiligheid van kinderbedden en -boxen die gebruikt worden in de kinderopvang. Kinderopvang kan plaatsvinden in kindercentra en gastouderopvang. In de praktijk zijn de nadere regels onwenselijk gebleken voor gastouderopvang. De constructies waarvoor de nadere eisen gelden zijn niet gebruikelijk bij de gastouderopvang. Zo is in de gastouderopvang de setting kleiner en is het gebruik doorgaans minder intensief. In de praktijk wordt er in de gastouderopvang gebruik gemaakt van bedden en boxen die bedoeld zijn voor particulier gebruik in plaats van de stapelbedden en hoge boxen die speciaal zijn ontworpen voor gebruik in kindercentra.

Vanwege de ongewenste gevolgen voor de gastouderopvang hebben de toenmalige Minister voor Medische Zorg en de toenmalige Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid besloten dat de nadere eisen aan kinderbedden en -boxen niet van toepassing zijn op de gastouderopvang. De algemene veiligheidseisen van het Warenwetbesluit Kinderbedden en -boxen en het toezicht daarop door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (hierna: NVWA) blijven wel van toepassing. Ook toezicht en handhaving op de veiligheid van de gastouderopvang door respectievelijk de GGD en de gemeente blijven van kracht.

2. Consultatie

Er heeft over deze conceptregeling geen openbare internetconsultatie plaatsgevonden, omdat de regeling een technische uitwerking is van de wijziging van het Warenwetbesluit Kinderbedden en -boxen in verband met uitzonderingen voor gastouderopvang. Over dat ontwerpbesluit heeft wel een openbare internetconsultatie plaatsgevonden. De reacties op de internetconsultatie hebben niet geleid tot een aanpassing van het ontwerpbesluit.

3. Gevolgen voor regeldruk

De wijziging leidt tot minder regeldruk voor de branche, in dit geval de gastouderopvang. Door de wijziging hoeven kinderbedden en -boxen die in de gastouderopvang worden gebruikt niet te voldoen aan de nadere eisen van onderhavige regeling.

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het materieel geen gevolgen voor de regeldruk heeft.

4. Handhaafbaarheid en uitvoerbaarheid

In afstemming met uitvoeringspartijen heeft over deze conceptregeling geen uitvoeringstoets plaatsgevonden, omdat de regeling een technische uitwerking is van de wijziging van het Warenwetbesluit Kinderbedden en -boxen in verband met uitzonderingen voor gastouderopvang. Het ontwerp van dat besluit is in verband met de eventuele gevolgen voor de handhaafbaarheid en uitvoerbaarheid voorgelegd aan GGD GHOR Nederland, de VNG, de Inspectie van het Onderwijs en de NVWA. De uitvoeringstoetsen hebben geleid tot enkele verduidelijkingen in de toelichting bij het ontwerpbesluit.

II. Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

In artikel 1, eerste lid, van de Warenwetregeling nadere eisen kinderbedden en -boxen kinderopvang, was een onjuiste verwijzing opgenomen. Dat wordt met deze wijziging hersteld.

In artikel 1, tweede lid, van de Warenwetregeling nadere eisen kinderbedden en -boxen kinderopvang wordt ‘kinderopvang’ vervangen door ‘kindercentrum’. Hiermee wordt dit artikel in overeenstemming gebracht met de wijziging van het Warenwetbesluit Kinderbedden en -boxen in verband met uitzonderingen voor gastouderopvang. Voor het begrip ‘kindercentrum’ wordt aangesloten bij de definitie in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet kinderopvang. Door deze wijziging zijn de nadere eisen niet meer van toepassing op de gastouderopvang.

Artikel I, onderdeel B

Met dit artikel wordt de citeertitel van de regeling aangepast. Het begrip ‘kinderopvang’ vervalt. In de regeling worden nadere regels gesteld aan kinderbedden en -boxen die in kindercentra gebruikt worden. Daarnaast worden in de regeling veiligheidsnormen aangewezen die voor kinderbedden en -boxen in het algemeen gelden.

Artikel I, onderdeel C

Met dit artikel vervalt artikel 3 van de Warenwetregeling nadere eisen kinderbedden en -boxen kinderopvang. Deze overgangsbepaling gold tot 1 januari 2016.

Artikel I, onderdelen D en E

In de aanhef van de bijlagen I en II vervalt het begrip ‘kinderopvang’ in verband met de wijziging van de citeertitel. Daarnaast wordt in bijlage II ‘de kinderopvang’ vervangen door ‘kindercentra’.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025. Voor het tijdstip van inwerkingtreding wordt aangesloten bij de datum waarop het ontwerpbesluit houdende de wijziging van het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen 2023 en het Warenwetbesluit Kinderbedden en -boxen in verband met uitzonderingen voor gastouderopvang in werking treedt.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, V.P.G. Karremans

Naar boven