Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2024, 34159 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2024, 34159 | ander besluit van algemene strekking |
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;
Nadat de voormalig Minister voor Medische Zorg op 20 juni 2024 schriftelijk mededeling heeft gedaan aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal (Kamerstukken II2023/2024, 29 689, nr. 1256) als bedoeld in artikel 8 van de Wet marktordening gezondheidszorg over het voornemen om een aanwijzing te geven aan de Nederlandse Zorgautoriteit inzake het invoeren van een bekostigingsexperiment voor fysio- en oefentherapie bij chronic obstructive pulmonary disease (COPD);
Besluit:
In deze aanwijzing wordt verstaan onder:
chronic obstructive pulmonary disease in stadium II of hoger van de Global Initiative for Chronic Obstructive Lung Disease Classificatie voor spirometry;
tarief als bedoeld in artikel 50, eerste lid, onder a, van de wet;
Wet marktordening gezondheidszorg;
Nederlandse Zorgautoriteit, genoemd in artikel 3 van de wet.
Deze aanwijzing is van toepassing op gesuperviseerde oefentherapie voor patiënten met COPD in stadium II of hoger van de GOLD Classificatieop grond van de Zorgverzekeringswet.
De zorgautoriteit voorziet met ingang van 1 januari 2025 in een experiment voor de bekostiging van gesuperviseerde oefentherapie voor patiënten met COPD in stadium II of hoger van de GOLD Classificatie op grond van de Zorgverzekeringswet.
1. Doel van het experiment is om door middel van prestatiebeschrijvingen met zorgbundels per patiënt te onderzoeken of bundelbekostiging leidt tot meer passende zorg in termen van betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit.
2. De zorgautoriteit stelt met ingang van 1 januari 2025 prestatiebeschrijvingen met een vrij tarief vast voor de in artikel 2 bedoelde zorg.
3. De zorgautoriteit voorziet met ingang van 1 januari 2025 waar nodig in regelgeving ter uitvoering van deze aanwijzing.
4. Op grond van dit experiment krijgt een zorgaanbieder de mogelijkheid om op basis van een overeenkomst met de zorgverzekeraar af te wijken van de reguliere prestaties.
5. De zorgautoriteit neemt bij de vaststelling van het experiment als bedoeld in artikel 3 de volgende uitgangspunten in acht:
a) Prestatiebeschrijvingen zijn passend bij het doel van het experiment.
b) De opzet van het experiment levert voldoende (uitkomst)informatie op om te evalueren of de doelen worden behaald.
c) Vanwege het experiment wordt voorzien in nadere regels en voorwaarden die de evaluatie mogelijk maken.
d) Iedere zorgaanbieder die voldoet aan de voorwaarden, moet gedurende de looptijd van het experiment kunnen starten met het experiment.
e) Het experiment kan bruikbare lessen opleveren voor de bekostiging in de brede eerstelijns fysio- en oefentherapeutische zorg.
f) Het experiment is uitvoerbaar en handhaafbaar ten aanzien van gesignaleerde risico’s.
g) De administratieve lasten die de implementatie en uitvoering van het experiment met zich brengen, blijven zo beperkt mogelijk.
6. De zorgautoriteit informeert de staatssecretaris onmiddellijk indien zij het niet langer verantwoord vindt het experiment voort te zetten. De zorgautoriteit zal het experiment stopzetten op verzoek van de staatssecretaris, indien de staatssecretaris op basis van signalen uit de tussentijdse monitoring daartoe aanleiding ziet.
Het experiment heeft een looptijd van maximaal vijf jaar en loopt uiterlijk tot 1 januari 2030.
De zorgautoriteit evalueert de effecten van het experiment overeenkomstig het bepaalde in artikel 58, zesde lid van de wet. Daarnaast rapporteert de zorgautoriteit jaarlijks over de uitslag van het experiment overeenkomstig het bepaalde in artikel 58, zevende lid van de wet.
Van deze aanwijzing wordt mededeling gedaan door plaatsing met de toelichting in de Staatscourant.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, V. Maeijer
Met deze aanwijzing geef ik de Nederlandse Zorgautoriteit (zorgautoriteit) opdracht om op grond van artikel 58 van de Wet marktordening gezondheidszorg met ingang van 1 januari 2025 voor gesuperviseerde oefentherapie voor patiënten met chronic obstructive pulmonary disease (COPD) in stadium II of hoger van de Global Initiative for Chronic Obstructive Lung Disease Classificatie voor spirometrie (GOLD Classificatie) een of meerdere experimentprestatiebeschrijvingen met een vrij tarief vast te stellen ten behoeve van de monodisciplinaire eerstelijns fysio- en oefentherapie.
Eerstelijns fysio- en oefentherapeuten kunnen een belangrijke rol spelen in het opvangen van de sterk groeiende zorgvraag in de eerste lijn. In sommige gevallen voorkomt tijdige inzet van eerstelijns fysio- en oefentherapie andere, vaak duurdere (tweedelijns)zorg. Daarnaast kan eerstelijnszorg vaak dichter bij de patiënt geleverd worden. Zo dragen eerstelijns fysio- en oefentherapeuten bij aan het realiseren van passende zorg.
In het advies ‘Passende bekostiging van eerstelijns fysiotherapie en oefentherapie’ stelt de zorgautoriteit dat de huidige bekostiging van eerstelijns fysio- en oefentherapeutische zorg passende zorg suboptimaal ondersteunt.1 De bekostiging voor fysio- en oefentherapie vindt nu grotendeels plaats via fee-for-service. De zorgaanbieder ontvangt hierbij een vergoeding per zorgactiviteit (zitting of behandeling). Hierdoor is er een productieprikkel aanwezig. De zorgautoriteit stelt dat andere vormen van bekostiging belemmerd worden door de aanspraak voor fysio- en oefentherapie, die veelal is vormgegeven in aantallen behandelingen.2
Per 1 januari 2025 wijzigt het Besluit zorgverzekering voor patiënten met COPD3, waarbij er geen maximum meer geldt voor het aantal behandelingen gesuperviseerde oefentherapie voor patiënten van achttien jaar of ouder met COPD in stadium II of hoger van de GOLD Classificatie. Hierdoor wordt het mogelijk om te experimenteren met een andere bekostigingsvorm.
Het doel van het experiment is om te onderzoeken of bundelbekostiging leidt tot meer passende fysio- en oefentherapeutische zorg in termen van betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit van zorg voor patiënten met COPD. Het experiment kent een looptijd van vijf jaar en loopt daarmee uiterlijk tot 1 januari 2030.
Onderdeel van het experiment is om meer inzicht te krijgen op fraude- en andere risico’s en hoe deze te ondervangen. Voor de prestaties in het bekostigingsexperiment zal een contractvereiste gelden. De zorgverzekeraar heeft hierin ook een controlerende rol.
Bundelbekostiging kan leiden tot risicoselectie (het selecteren van patiënten op basis van de verwachte zorgkosten), onderbehandeling (het leveren van minder behandelingen dan zorginhoudelijk noodzakelijk) en/of upcoding (het ‘zwaarder’ inschalen van de zorgzwaarte van patiënten voor een hogere vergoeding). Deze risico’s kunnen grotendeels ondervangen worden door het afspreken van specifieke key performance indicators in de contractering tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars en het monitoren van bundelbekostiging aan uitkomsten van zorg.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, V. Maeijer
Nederlandse Zorgautoriteit, Advies Passende bekostiging van eerstelijns fysiotherapie en oefentherapie d.d. 8 januari 2024 (puc.overheid.nl/nza/doc/PUC_755251_22/1/).
Met het traject ‘Naar een passende aanspraak fysio- en oefentherapie’ (PAFOZ) werken overheidspartijen en veldpartijen aan een andere vormgeving van de aanspraak op eerstelijns fysio- en oefentherapeutische zorg vanuit de basiszorgverzekering. Deze andere vormgeving van de aanspraak dient passende zorg meer te stimuleren dan de huidige aanspraak.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2024-34159.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.