Besluit van de Minister van Economische Zaken van 18 oktober 2024, nr. WJZ/ 87149287, houdende aanwijzing nationaal bevoegde instantie en nationaal centraal contactpunt in het kader van de chipverordening

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 31 van de verordening (EU) 2023/1781 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 tot vaststelling van een kader voor maatregelen ter versterking van het Europese halfgeleiderecosysteem en tot wijziging van Verordening (EU) 2021/694 (chipverordening);

Besluit:

Artikel 1

De Minister van Economische Zaken wordt aangewezen, als:

  • a. nationaal bevoegde instantie als bedoeld in artikel 31, eerste lid, van Verordening (EU) 2023/1781 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 tot vaststelling van een kader voor maatregelen ter versterking van het Europese halfgeleiderecosysteem en tot wijziging van Verordening (EU) 2021/694;

  • b. nationaal centraal contactpunt als bedoeld in artikel 31, derde lid, van Verordening (EU) 2023/1781 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 tot vaststelling van een kader voor maatregelen ter versterking van het Europese halfgeleiderecosysteem en tot wijziging van Verordening (EU) 2021/694.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 18 oktober 2024

De Minister van Economische Zaken, D.S. Beljaarts

TOELICHTING

Op 21 september 2023 is Verordening (EU) 2023/1781 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 tot vaststelling van een kader voor maatregelen ter versterking van het Europese halfgeleiderecosysteem en tot wijziging van Verordening (EU) 2021/694 (hierna: chipverordening) in werking getreden. De chipverordening heeft tot doel voorwaarden te scheppen voor de ontwikkeling van een Europese industriële basis op het gebied van halfgeleiders, investeringen aan te trekken, onderzoek en innovatie te bevorderen en Europa voor te bereiden op mogelijke toekomstige crises in verband met de levering van chips.

De lidstaten zullen een sleutelrol spelen bij de toepassing en handhaving van de chipverordening. Derhalve moet elke lidstaat één of meer nationale bevoegde instanties aanwijzen die verantwoordelijk is of zijn voor de doeltreffende uitvoering van de chipverordening en ervoor zorgen dat die autoriteiten over voldoende bevoegdheden en middelen beschikken. Uit de instanties die als nationaal bevoegde instantie worden aangewezen, moet elke lidstaat vervolgens één nationaal contactpunt aanwijzen dat verantwoordelijk is voor de coördinatie van kwesties in verband met de chipverordening en voor grensoverschrijdende samenwerking met bevoegde instanties van andere lidstaten (artikel 31 van de chipverordening).

Om aan de verplichtingen uit artikel 31 van de chipverordening te voldoen wordt de Minister van Economische Zaken aangewezen als nationaal bevoegde instantie en nationaal centraal contactpunt.

De Minister van Economische Zaken, D.S. Beljaarts

Naar boven